Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Alcohol

Beoordeling 6.4
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 6260 woorden
  • 26 maart 2004
  • 136 keer beoordeeld
Cijfer 6.4
136 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Voorwoord Alcoholhoudende dranken zijn onze belangrijkste genotmiddelen. Alcohol heeft bij kleine doses een opwekkend effect en het drinken van alcohol heeft in onze cultuur een duidelijke rituele bekentenis; het symboliseert gezelligheid, feestelijkheid en verbroedering voor velen in allerlei situaties. Alcohol is bij uitstek geschikt om de ervaring van onlust te verdrijven; drinken betekent een compensatie van het menselijke tekort. We moeten echter constateren dat er sprake is van een grote alcoholproblematiek in onze samenleving, die het gevolg is van de sterk gestegen alcoholconsumptie in de afgelopen decennia. Die problematiek openbaart zich in allerlei vormen en geeft alle reden tot bezorgdheid. Daarmee is het dilemma aangegeven waardoor het omgaan met alcohol wordt gekenmerkt. 1. Een kort historisch overzicht 6000 jaar voor Christus brouwden mensen al alcohol. Bij de oude Grieken stroomde de wijn rijkelijk tijdens de feesten er ere van de God Bacchus. Toch bleef alcoholgebruik tot in de Middeleeuwen beperkt. Het was duur en dranken bedierven snel. Pas toen de Arabieren in de late Middeleeuwen de distilleertechniek introduceerden, werd het alcoholgehalte van de drank hoger en kon men ze langer bewaren. Alcoholische dranken bleven wegens de hoge kostprijs lange tijd een luxeartikel.
2. Alcoholhoudende dranken Volgens de Drank-& Horecawet is een alcoholhoudende drank, een drank bij een temperatuur van 15°C voor 1,5 of meer volumeprocenten uit alcohol bestaat. Als regel worden alcoholhoudende dranken in 3 categorieën ingedeeld: · De gebrouwen dranken (bier) · De gegiste dranken (wijn · De gedistilleerde dranken (jenever, whisky, cognac,…) Bier wordt gemaakt door een brouwsel van granen, waaraan onder andere hop als smaakstof is toegevoegd, bij een bepaalde temperatuur te laten gissen. Wijn ontstaat uit de natuurlijke gisting van het sap van druiven of andere vruchten of van suikerhoudende grondstoffen. Bij sherry, porto en andere versterkte wijnen, wordt door toevoeging van gedistilleerde wijn, zogenaamde wijnalcohol, het alcoholgehalte verhoogd tot 16 % à 20 %. Jenever, cognac, brandewijn, whisky, wodka en dergelijke wonden ook door een gistingsproces verkregen, maar het product wordt daarna gedistilleerd met het doel het alcoholpercentage te verhogen. Bij distilleren wordt de vloeistof zodanig verhit dat de vluchtige alcohol vrijkomt, die vervolgens wordt opgevangen en gecondenseerd. Hoewel het alcoholgehalte van de diverse alcoholhoudende dranken verschillende is, consumeert men over het algemeen rond de 10 cc alcohol per glas. 3. Waarom drinkt men alcohol? Alcohol wordt om verschillende redenen gebruikt. We kunnen onderscheid maken tussen: · Het gebruik van alcohol bij bijzondere gelegenheden. · Het alledaagse gebruik · Het dwangmatige gebruik 3.1 Het gebruik van alcohol bij bijzondere gelegenheden. Alcohol heeft door de eeuwen heen voor vele volkeren als symbool gediend voor vriendschap, blijdschap en voorspoed. Alcoholgebruik is dan ook een oude gewoonte bij feestelijke en plechtige gebeurtenissen. Bij dit zogenaamde culturele gebruik is het aanwezig zijn van de drank belangrijker dan het drinken ervan. 3.2 Het alledaagse gebruik Voor vele liefhebbers van alcohol doet het er niet zoveel toe wanneer men drinkt en hoeveel men drinkt. Als er maan gedronken wordt, niet te veel natuurlijk, maar een dag zonder een glaasje is voor veel mensen niet zo best voor te stellen.? Soms zijn er extra redenen: spanningen in het werk, verveling of eenzaamheid. Het alledaagse drinken is niet zonder risico’s. Afhankelijk van de hoeveelheid die men drinkt kunnen lichamelijk klachten ontstaan. Ook hangen de risico’s samen met de omstandigheden waaronder men drinkt.? Tenslotte is er het niet geringe risico om op den duur afhankelijk te worden van drank. Als het zover komst spreken we van: 3.3 Het dwangmatige gebruik Veel ‘alledaagse’ drinkers zijn zich er niet van bewust dat ze er moeilijk buiten kunnen. Dwangmatig drinken is in de meeste gevallen het resultaat van vele jaren flink alledaags drinken. Natuurlijk zijn er uitzonderingen: veel drinkers die binnen korte tijd afhankelijk worden van de alcohol. De dwangmatige drinker ‘moet’ drinken. Hij redt het niet zonder. Op zijn of haar werk niet, thuis niet of met zichzelf niet. Zonder voelt hij zich niet op zijn gemak of zelf diep ongelukkig.
4. Is alcohol schadelijk voor de gezondheid? Ja en nee. Het hangt van veel factoren af wanneer alcohol schade doet aan het lichaam en aan de geest van de mens. De schade door alcohol is te verwaarlozen als men geringe hoeveelheden drinkt. Ook de leeftijd is van belang. Alcoholgebruik is relatief schadelijk voor kinderen dan voor de andere jeugd en volwassenen. 5. Alcohol en ons lichaam Het gebruik van grote hoeveelheden kan schade veroorzaken aan diverse organen en weefsels. De medicus onderscheidt onder andere hartvervetting en beschadiging van de lever, hersenen en zenuwen. Verschillende ingewikkelde ziektes zijn daar het gevolg van. In het kort worden de reactie op alcohol van de belangrijkste delen van ons lichaam besproken. · Mond: alcohol prikkelt de slijmvliezen · Maag: alcohol prikkelt het maagslijmvlies, waardoor er meer maagsap geproduceerd wordt. Één enkel glaasje kan dus stimulerend werken op de eetlust en spijsvertering. · Darmen: aan alcohol hoeft niets verteerd te worden. De stof kan zo in het bloed worden opgenomen. Alcoholgebruik kan het darmslijmvlies irriteren door de toegevoegde smaakstoffen. Daardoor wordt extra veel darmsap ontwikkeld en dat geeft kans op diaree. · Lever: de leve kan per uur ongeveer driekwart standaardglas alcoholhoudende drank verwerken. Als iemand regelmatig meer drinkt kan zijn lever verwerking niet op een normale manier aan, waardoor de lever langzamerhand gaat vervetten. Levercellen kunnen op den duur te gronde gaan en vervangen worden door overwoekerend bindweefsel. · Nieren: alcohol verwijdt de bloedvaten onder de huid en dat geeft afkoeling. Daarom is het erg riskant als mensen onder i invloed zijn, aan lage temperaturen worden blootgesteld. Dus niet onder invloed zonder voldoende bescherming de vrieskou in. · Hersenen: alcohol heeft een verdovende werking op de hersenen. Toch lijkt alcohol mensen soms te activeren: het praten gaat de drinker beter of, de gedachten worden wat ‘vrijer’ en de handen soms wat ‘losser’. Sommige mensen ervaren die veranderingen positief. Door het gebruik van alcohol wordt men minder gehinderd dor bepaalde remmingen of spanningen om contacten aan te gaan. Ook deze ontremmingen hebben met de verdovende invloed van alcohol maken. De reden daarvan is dat alcohol de mechanismen die een zekere invloed hebben op de remmingen van de mens, verdooft. De reactie op alcohol zijn echter niet voor iedereen gelijk. Sommige mensen worden agressief, anderen gaan stilletjes in een hoek zitten kniezen. Op korte termijn veel drinken is ook erg riskant. Als men wil kan men zich dood drinken, door dat de ademhalingsorganen worden verdoofd en buiten werking raken bij grote hoeveelheden alcohol. De invloed van alcohol op de hersenen wordt vooral duidelijk als men na zich een flink stuk in de kraag te hebben gedronken, achter het stuur gaat zitten. Men is de beheersing over het stuur kwijt, terwijl men denkt dat men beter kan rijden. Vanuit de hersenen worden namelijk ook de bewegingen, de reactie en gezichtsvermogen geregeld. 6. Alcohol als medicijn Alcoholgebruik kan ook voordelen hebben. Alcohol vermindert de angst en neemt de remmingen weg. Het geeft moed. Het verhoogt in beperkte makte de creativiteit, het geeft inspiratie. Veel mensen gaan dan ook alcohol gebruiken met een bepaald doel. Een acteur die vlak voor een optreden een grote slok whisky neemt, omdat zijn plankenkoorts dan verdwijnt. De drank neemt de spanningen weg
Ook verdriet kan draaglijker worden. Het verlies van een geliefde wordt minder pijnlijk als men een paar glazen drinkt en in die stemming probeert te denken aan de goede momenten die er geweest zijn. De sociale omgang verbeteren, zijn minderwaardigheidsgevoelens vergeten, zich moed indrinken, het zijn allemaal redenen om alcohol ‘als medicijn’ te gaan gebruiken. Maar alcohol is een gevaarlijk medicijn. Het risico voor verslaving is altijd aanwezig. Het gaat immers zo gemakkelijk, een paar flinke slokken en men voelt zich onmiddellijk los in de omgang, men krijgt moed en vertrouwen. Maar het duurt niet lang. De roes verdwijnt. De kater blijft. Velen gaan dan opnieuw drinken, nog meer drinken. 7. Alcohol kan ook gezond zijn 1. Het slaapmutsje
Het is zeker waar dat een zwaar bier of een glas sterke drank geen slecht ‘inslaapmiddel’ is. Vele mensen drinken regelmatig, kort voor zij naar bed gaan, ‘een goed glas’ en slapen daardoor wat gemakkelijker in. Maar het is ook waar dat alcohol, vooral als het om meer glazen gaat, een slecht ‘doorslaapmiddel’ is. Na een uur of vier, word je weer wakker. De alcohol werkt dan eerder opwekkend: je krijgt soms hartkloppingen, een droge mond. Als je te veel drinkt is de kwaliteit van je slaap niet goed. Het stoort je dromen. Bij veel drinken kun je in een diepe slaap vallen. Laat hem maar liggen, laat hem met rust, hij slapt zijn roes uit. Maar wat men niet weet is dat deze roes eigenlijk een soort comatoestand is. Het is geen echte ‘diepe’ slaap, die iedereen wel een kent, maar een toestand die gelijkt op coma. 2. Alcohol voorkomt hartziekten
Ook dat is voor een stuk waar. Vooral rode wijn, 2 tot 3 glazen per dag, is werkzaam tegen hartziekten. Het bewijs daarvan werd vooral in Frankrijk geleverd. Daar drinken de mensen veel rode wijn, bijna dagelijks, en zij hebben veel minder hartziekten dan alle andere Europeanen. 3. Alcohol bevordert de goede cholesterol

Zoals de mensen het soms uitdrukken: drinken gaat het klonteren van het bloed tegen. Het kan aderverkalking tegengaan. 4. Alcohol is goed tegen infecties
Ook dat is waar en de meeste mensen weten dit al lang: een kleine hoeveelheid alcohol is goed tegen griep, tegen zware verkoudheid,… Iedereen kent de warme ‘grog’ die men drinkt voor men gaat slapen (met veel citroen en suiker, en dan in bed goed uitzweten …). 8. Wat is een alcoholist? Een definitie van de alcoholist is niet te geven. Er zijn zoveel verschillende mensen die afhankelijk zijn van alcohol en zij drinken op zoveel verschillende manieren, dat het niet mogelijk is om een zinvolle omschrijving van de alcoholist te geven. Toch zijn er wel algemene kenmerken van mensen met een ernstige alcoholproblemen. Deze kenmerken worden opvallender en duidelijker naarmate men langer drinkt. Je zou het ook kunnen zeggen: de alcoholisten gaan in de koop van hun drankcarrière steeds meer op elkaar lijken in drinkgedrag, in hun spel met hun omgeving en ook met betrekking tot de lichamelijke en psychische gevolgen. De beperking van een omschrijving van deze kenmerken is, dat deze weinig zeggen over de drinkers die deze kenmerken niet of nog niet vertonen. 9. Ben ik een alcoholist? Een vraag die veel mensen zich wel eens stellen. Ze hebben af en toe een ‘probleem’. Ze drinken te veel. Ze moeten soms vluchten voor de verwijten van hun partner, het gezeur van hun moeder. Op het werk wordt er wel eens met hen gelachen. Soms worden ze wakker en kijken angstig in hun portefeuille: hoeveel geld ben ik nu weer kwijt? Dan worden ze ongerust. Ze beginnen zich vragen te stellen over hun gedrag, over hun drankgebruik. Maar erover praten met iemand is moeilijk. 10. Wanneer is iemand verslaafd? Er is voor niemand een duidelijke grens tussen wel en niet verslaafd zijn. Het is opvallend dat er dikwijls pas bezorgdheid of actie ontstaat wanneer men heel zeker denkt te weten met een verslaafde of alcoholist te doen te hebben. Een veel belangrijker vraag is: hoe gaat iemand met drank om, of welke rol speelt de drank in iemands leven? Waar drankproblemen zijn, zijn meestal ook andere problemen. Door de drinker zelf en door de omgeving worden deze andere problemen vaal belangrijker geacht dan het drankprobleem. Aan de andere problemen wordt dan flink gesleuteld, terwijl het drankprobleem wordt veronachtzaamd of gerelativeerd. Maar die man is toch geen alcoholist? Nee, dat niet direct, maar het drinken van die man of vrouw is wel een sta in de weg om andere problemen tot een goede oplossing te brengen. 11. Wat zijn nu die kenmerken? Alcoholverslaving ontstaat in de meeste gevallen zeer geleidelijk. In het begin heeft alcohol een bepaalde betekenis of functie voor de betrokkene: alcohol verlicht spanningen, het geeft een plezierig en enigszins bevrijdend gevoel. De hoeveelheid die men drinkt neemt geleidelijk toe. Het drinken zelf gaat sneller en het is opvallend dat men ook bepaalde gelegenheden gaat opzoeken waar gedronken wordt. Dit kan zo jaren doorgaan, totdat andere dingen beginnen op te vallen: afspraken die onder invloed gemaakt zijn of gebeurtenissen die men heeft meegemaakt, worden plotseling vergeten. De persoon in kwestie schrikt daar zelf van, hij was immers bij het volle bewust zijn toen die afspraak gemaakt werd. Ook ontstaan er moeilijkheden in de werksituatie, financiële verplichtingen worden niet nagekomen, lichamelijke klachten worden heviger, het humeur wordt slechter en ruzies zijn meer regel dan uitzondering. Op de lange duur wordt het gezinsleven ernstig verstoord, relaties breken af,… Deze kenmerken ontstaan soms in een dergelijk lange periode dat de veranderingen dikwijls niet worden opgemerkt. Ook niet door de naaste omgeving of door de huisarts. Een grote belemmering hierbij vormt de drinker zelf. Hardnekkig ontkennen en het schuiven van de schuld op anderen zijn de 2 grootste troeven, die steeds vaker tevoorschijn komen naarmate de situatie ernstiger wordt. Zelf voor ervaren hulpverleners is het soms onvoorstelbaar hoe lang en heftig men zijn eigen drankproblemen blijft ontkennen. Zonder een volledige erkenning van de onmacht om met drank om te gaan, is elke hulp vrij nutteloos.
12. Om welke mensen gaat het? De alcoholist die door de straten zwerft, uit vuilnisbakken eet en ’s nachts op een verwarmingsrooster op het trottoir slaapt, is zeldzaam geworden en heeft er vele vrienden en vriendinnen bijgekregen van allerlei rangen en standen. De melkman, de leraar, de professor, de schooljuffrouw, de directeur, de huismoeder: allemaal mensen met drankproblemen anno 1980. 13. Verschillende soorten alcoholisten Het is gemakkelijk om van een alcoholist een karikatuur te maken. Je ziet hem als een zwerver, iemand die buiten de maatschappij leeft. De werkelijkheid is echter totaal anders. In alle lagen van de bevolking zijn er alcoholisten. De dokwerker en de professor, zij kunnen hetzelfde probleem hebben, met dezelfde moeilijkheden kampen. Voor alle alcoholisten gelden dezelfde regels: · Ze drinken meer dan goed is voor hun gezondheid. · Ze brengen zichzelf en hun lichaam schade toe, en meestal schaden ze ook nog anderen. · Hun drankgebruik neemt geleidelijk toe en de aangerichte schade wordt groter. · Belangrijk: er is voor hen allemaal een oplossing: ze kunnen ‘kiezen’ om verandering te brengen in hun gewoonten, in de omstandigheden die hen ‘doen’ drinken. · Er bestaan middelen en methodes om die keuze te vergemakkelijken. Het probleem is voor ieder van hen hetzelfde, maar toch verschillen alcoholisten van elkaar. Er zijn vele soorten, ziehier enkele voorbeelden: 13.1 De brave alcoholist. Hij doet niemand kwaad. Maar hij drinkt dagelijks te veel. Toch si hij nooit agressief, hij werkt voldoende en zijn bazen zijn niet echt tevreden maar ook niet ontevreden over hem, zijn gezin lijdt er niet bijzonder door. Hij veroorzaakt geen moeilijkheden. Maar hij drinkt. Zijn lever, zijn nieren, zijn zenuwstelsel worden aangetast. Hij doet zichzelf kwaad. Hij veroorzaakt schade aan zichzelf en gaat lichamelijk ten onder. Hij is waarschijnlijk van oordeel dat hij eigenlijk geen probleem heeft. Hij doet toch niemand kwaad? Toch is hij een alcoholist. Dit type van drinker vinden we veel in zuiderse landen met een warm klimaat. Het is de Fransman uit de Provence die dagelijks 2 flessen wijn verbruikt. Het is de Parijzenaar die elke dag zijn glaasje pastis drinkt. Ze zijn ‘normaal’ maar ze brengen hun eigen lichaam zware schade toe. 13.2 De agressieve alcoholist. Dit is de man ‘met de kwade dronk’. Na drie of vier glazen wordt hij kwaadaardig. Hij is een agressieve drinker. Aan de toog voert hij op luide toon gesprekken over de politiek en het voetbal. Hij weet alles beter, duldt geen tegenspraak. Men vermijdt hem. Soms staat hij eenzaam tegen zichzelf te mopperen. Thuis kan hij gewelddadig zijn. Zijn vuist bonkt regelmatig op de tafel. Er zijn die agressief worden van een bepaald soort alcohol. Bier verdragen ze goed, maar jenever bijvoorbeeld maakt hen woest. Anderen worden weer kwaad als ze echt heel veel gedronken hebben, als ze een bepaalde grens hebben overschreden. Hun stemming slaat plots om. De vriendelijke man wordt ineens, na het zoveelste glas, een agressieve en gevaarlijke koppigaard. Deze mensen krijgen altijd grote problemen. Ze zetten hun geluk op het spel. Hun werk en hun gezin worden bedreigd. De vele ruzies, de vele scheldpartijen maken hun relaties kapot. Meestal weten ze het zelf maar al te goed. Ze weten dat ze slecht gezind zullen zijn, als ze meer dan 3 glazen drinken. Ook hier maken deze mensen een ‘keuze’. Ook in een dergelijk situatie kunnen mensen dus ‘veranderen’, voor iets anders kiezen. 13.3 De weekenddrinker. Als hij werkt, drinkt hij nooit. Tijdens de week gaat hij niet op café. Alleen de weekends, zegt zijn vrouw. Hij gaat dan naar het voetbal, of naar de schuttersvereniging. Dan drinkt hij. Hij blijft het langst van allemaal in de kantine, en als die sluit, doet hij ‘zijn ronde’. Dan gaat hij de stad in. Elk weekend is hij dronken, is hij ziek. Op maandagochtend voelt hij zich nog wat slapjes, maar dan gaat het weer beter. Geen problemen op zijn werk, alles onder controle. Maar elke zaterdag en zondag, elke feestdag, is het weer zover. Zonder uitzondering. Zijn vrouw weet dat. Ook al heeft hij professioneel geen echte problemen, toch heeft hij een drankprobleem.
13.4 De zwerver. Hij drinkt bij momenten. Weken, soms maanden, drinkt hij niet of zeer weinig. Hij kan gecontroleerd drinken, maar dan ineens, na een ruzie, na een tegenkanting op het werk, of zomaar, zonder duidelijke reden, begint hij eraan. Dan kan het dagen, zelfs weken duren. Meestal trekt hij dan weg, naar een andere wijk, een andere stad, soms zelfs naar een ander land. Hij drinkt dan zee grote hoeveelheden, belandt in kroegen waar hij nooit is geweest, in hotels waar hij lege flessen achterlaat. Hij is de landbouwer die maandenlang met grote ijver en volharding zijn stiel uitoefent en dan ineens in zijn grote Amerikaanse auto stapt, zijn zakken volgeld, en dagenlang al zijn centen uitgeeft aan champagne en sterke drank. Hij is de gewaardeerde professor die midden in het academisch jaar voor een week verdwijnt en dan weer opduikt. Hij heeft dagen aan een stuk gedronken. Deze drinkers ‘herpakken’ zich snel. Ze doen weer normaal. Hun partner begrijpt het niet. Ze zoeken de roes, maar wellicht ook nog iets anders. Ze vluchten voor iets. 13.5 De cafépilaar. Als zijn stamcafé in zijn buurt opengaat en de dranklucht van de dag voordien nog goed te ruiken is, komt hij al binnen. Hij zit elke dag aan hetzelfde tafeltje en drinkt traag maar zeker zijn pilsjes, tot hij er genoeg binnenheeft. Dan gaat hij naar huis. Zit hij daar voor de gezelligheid? Misschien, maar zelden spreekt hij met de andere gasten. Als hij knikt, brengt de bazin hem een nieuwe pint. Ze kent hem. Soms geeft ze hem een komsoep. Omdat hij toch moet eten. Omdat hij niemand heeft die voor hem zorgt. Hij geeft geen andere bezigheden geen andere hobby’s. 13.6 De beroepsdrinker. Hij drinkt omdat hij moet. Omdat het pst bij zijn werk. Omdat hij niet anders kan. Hij is de postbode en brengt elke maand de pensioenen rond. Die oude mensen zijn blij als hij komst. Hoe kan hij dan het glaasje weigeren? Hij is veehandelaar en sluit iedere verkoop af met een paar glazen, dat is traditie. De boeren zouden het niet begrijpen, als hij niet zou drinken. Hij is zakenmand en moet met zijn klanten gaan dineren. Dat kan toch niet zonder wijn, en zonder en goeie ‘pousse-café’? Maar allemaal drinken ze te veel. Hun werk gaat er stilaan onder lijden. Hun klanten schenken hen nog wel iets in en drinken nog met hen mee, maar achter hun rug wordt er over hun drankgebruik gepraat. 13.7 De heimelijke drinker. Hij verstopt zijn drank, hij doet al wat mogelijk is opdat de mensen niet zouden merken dat hij drinkt. Hij eet muntjes of maalt koffiebonen tussen zijn tanden, om de geur te verbergen. Hij verbergt zijn flessen tussen zijn papieren in een kast die hij kansluiten, of achter dikke boeken. Hij vervangt de terpentijn in de flessen van zijn werkkamer door jenever. Zij versport een fles in de trommel van de wasautomaat, in de keukenkast, ze begraaft haar wijnflessen in de tuin, tussen de rozenstruiken. Ze slagen er lange tijd in om hun alcoholisme voor hun omgeving te verbergen. In gezelschap drinken ze matig, hoeveel inspanning hun dat ook moge kosten. Dikwijls hebben deze mensen eigenlijk een hekel aal alcohol. Als ze toch betrapt worden, verklaren ze dat ze eigenlijk ‘niet graag drinken’, dat ze geen alcohol lusten. Toch drinken ze door, en vaal om het even wat. Ze zijn er altijd mee bezig, ze zijn altijd ongerust en onrustig. 13.8 De plezanterik. Hij is de ster van de avond, het middelpunt van zijn vriendenkring. Men vertelt vee verhalen over hem: weet je nog, die keer dat Frans op de toog ging staan en koning Albert nadeed? Wat hebben we toen gelachen. Hij was natuurlijk al goed zat, maar toch hij deed hem goed na…. En die andere keer dan….. Hij zingt graag, hij bestelt een rondje voor de hele zaak. Bij de bloemenverkoopster die op zaterdagavond het café binnenstapt, koopt hij rozen voor elke vrouw. Iedereen kent hem, zegt hij. Hij is de secretaris van de spaarvereniging, de ondervoorzitter van de kaartclub. Op een avond blijft hij weg. Ineens komt hij niet meer naar de vergadering. Waar is Frans? Frans ligt in het ziekenhuis, hij is ziek. De vrienden schudden vol begrip het hoofd. De lever zeker? Thuis is hij vaak niet zo plezant. Thuis voelt hij maar al te goed de schade aan zijn lichaam, maar hij denkt dat hij zich op café en bij de vrienden verder moet gedragen als de plezantste. Tegen beter weten in.
13.9 De sherryweduwe. Haar man is nooit thuis, hij werkt zoveel. De zaken gaan nu eenmaal voor. De kinderen studeren. De schoonmaakster komt 2 keer per week, dat is al wat ze heeft aan gezelschap. Mat haar vriendinnen naar het centrum van de stad gaan, doet ze niet meer. Het is altijd hetzelfde. Ze drinkt haar eerste glas al voor de middag. Sherry of Porto. Ze koopt de flessen bij de plaatselijke kruidenier en zorgt er goed voor dat het leeggoed snel weer verdwijnt. Ze ligt dikwijls op de divan en staart naar de zoldering. Soms drinkt ze zelfs aan de hals van de fles. Een paar uur voor haar man thuiskomt stopt ze met drinken, maakt snel wat klaar en rommelt wat in het huishouden. Soms mislukt dat en ligt ze in slaap als hij thuiskomst. Ze gebruikt veel make-up en eet pepermuntjes. Ze drinkt de eenzaamheid weg, maar wordt in feite steeds eenzamer. Ook alleenstaande mannen, echtgescheidenen, mensen zonder partner, drinken om die eenzaamheid te verdrijven. Meestal op café, maar ook thuis, op hun studio of hun appartement. Ze drinken omdat ze alleen zijn, maar worden daardoor nog eenzamer. 14. Hoe ontstaat alcoholisme? De oorzaken van alcoholisme en verslaving in het algemeen zijn niet precies bekend. Inzicht in de achtergronden van verslaving komt voort uit gegevens over mensen die al verslaafd zijn. Men vermoedt dat men daarom nooit tot een enigszins volledig beeld hiervan zal komen. We noemen kort enkele factoren die, meestal in combinatie, waarschijnlijk een rol spelen bij het ontstaan van alcoholisme. · Het consumptieniveau; hoe meer er in een land gedronken wordt, hoe meer mensen verslaafd raken. · Bepaalde beroepen geven een grotere kans op verslaving: zeeman, barkeeper, manager, vertegenwoordiger. · Mensen die vaak gespannen zijn en niet geleerd hebben deze spanningen goed af te reageren, raken relatief vaker afhankelijk van drank. · Het ontbreken van een goede opvoedingssituatie heeft bij veel mensen met alcoholproblemen een grote rol gespeeld. · Maatschappelijke factoren, bijvoorbeeld werkloosheid, slechte huisvesting, discriminatie. 15. De tegenstelling tussen ‘wat wil ik?’ en ‘wat kies ik?’ We moeten weten wat we willen in het leven. We hebben allemaal een doel en een plan in ons leven: we willen een goede vader zijn, een goede moeder voor onze kinderen, we willen op een bepaalde manier carrière maken, we willen iets achterlaten voor onze kinderen, we willen een eigen huis,… we proberen dan ook te leven volgens ons plan, en dat te verwezenlijken. Maar toch kiezen we af en toe voor iets anders. We weten wel dat we een dieet moeten volgen, maar toch kiezen we voor dat lekkere dessert. We weten dat we moeten sparen voor een nieuw huis, maar toch besluiten we om dat kleed, om die duren motorfiets te komen. We weten dat het beter is voor ons dat we geen alcohol drinken, maar toch kiezen we op een bepaald moment om een glas te drinken. Er volgen er meer. Niemand kan de hele tijd leven ‘volgens zijn plan’. Er is altijd een tegenstelling tussen wat we willen en wat we af e n toe doen. Soms kiezen we ervoor om iets te doen wat we eigenlijk niet zouden mogen. Maar dat s geen drama. Omdat keuze is vrij. Als we tijdig onze ‘lijst” gaan bekijken en als we dan denken aan het resultaat dat e willen bereiken, zullen we ons herpakken. 16. Mag ik dan nooit meer iets drinken? Dat is een van de kernvragen. De verslaafde die zijn problemen ziet en erkent, die voelt dat hij of zij er iets aan moet doen, stelt zich ineens die vraag. Is het dan voor altijd? Nooit een frisse pint meer, nooit een lekker glas voor het slapengaan, nooit wijn? Er is geen absoluut antwoord op deze vraag. Voor veel mensen is het na een tijd gemakkelijker o niet meer te drinken. Ze bezorgen zich op die manier minder problemen. Er zijn ook andere mensen die het in bepaalde omstandigheden goed aankunnen om enkele glazen te drinken. Het mag weer geen ‘gewoonte’ worden, waar men naar uitkijkt. Als men enkele glazen drinkt en daarvoor kiest, is het beter ervoor te zorgen dat het weer geen nieuwe strijd wordt, dat men de glazen niet kramachtig gaat tellen, dat men niet de hele tijd op zijn horloge zit te kijken: is het al zo laat? Kan ik nu iets drinken? Als dat het geval is, is men weer bezig met ‘vechten’ en dat loopt meestal verkeerd af. Men kan dus beter goed opletten. De mythe van ‘het eerste glas’ Men hoort dikwijls zeggen: het eerste glas is fataal. Het is van het eerste glas dat je dronken wordt. Dat betekent natuurlijk niet dat je direct dronken wordt, maar het wil zeggen dat je dan niet meer kunt stoppen. Na het eerste glas volgen er meer. Dan word je dronken. 17. Te veel is te veel Wat is dan ‘te veel drinken’? Er bestaat hier wetenschappelijk onderzoek over: er is zeker een ‘grens’ die men beter niet kan overschrijden. Iedereen kan een bepaalde hoeveelheid alcohol verdragen, de een al meer dan de andere. Zo kan de doorsnee man 3 tot 5 eenheden alcohol per dag drinken, zonder dat dit echt ‘te veel’ kan worden genoemd. Met eenheden bedoelen we ‘normale’ glazen die passen bij een bepaald soort drank. Een pint bier, of een glas wijn die gewoonlijk in cafés wordt geschonken. De wereldgezondheidsorganisatie heeft de volgende norm vastgelegd: · Mannen mogen niet meer dan 21 glazen alcohol per week drinken · Vrouwen mogen niet meer dan 14 glazen alcohol per week drinken

Meer is ongezond. Wat is een eenheid alcohol? Één eenheid van een alcoholhoudende drank is gelijk aan 12 milliliter of cc, dit is 10 gram (alcohol is lichter dan water, daardoor gaan er meer milliliter in een gram). Dit is een lijst van alcoholische dranken met hun alcoholgehalte: Drank Inhoud % Alcohol CC Alcohol Aaltal eenheden
Pils 25 cl 5% 12,5 1
Pils 33 cl 5% 16,5 1,33
Rodenbach 25 cl 5% 12,5 1
Witbier 25 cl 5% 12,5 1
Trappist (licht) 33 cl 6,5% 21,5 1,75
Tripel, duvel 33 cl 8,5% 28 2,33
Trappist (zwaar) 33 cl 12% 40 3,33
Wijn (glas) 10 cl 12% 12 1
Wijn (fles) 75 cl 12% 12 7,5
Vermouth 10 cl 17% 17 1,4
Proto, sherry 10 cl 20% 20 1,66
Jenever 4 cl 38% 15,2 1,25
Whisky, cognac 5 cl 40% 20 1,66 Inhoudsopgave: Hulpverlening alcoholisten: A A Vlaanderen 1. Wat? 2. Alcoholisme
2.1 Oplossing
3. Anonimiteit
3.1 Traditie van de Anonimiteit
4. Twaalf Stappen
4.1 Eerste Stap
4.2 Tweede Stap
4.3 Derde Stap
4.4 Vierde Stap

4.5 Vijfde Stap
4.6 Zesde Stap
4.7 Zevende Stap
4.8 Achtste Stap
4.9 Negende Stap
4.10 Tiende Stap
4.11 Elfde Stap
4.12 Twaalfde Stap
5. Geschiedenis Hulpverlening alcoholisten: A A Vlaanderen 1. Wat? "Anonieme Alcoholisten is een gemeenschap van mannen en vrouwen die hun ervaring, kracht en hoop met elkaar delen om hun gemeenschappelijk probleem op te lossen en anderen te helpen bij het herstel van hun alcoholisme." Het enige vereiste voor lidmaatschap is een verlangen op te houden met drinken. Er zijn geen geldelijke verplichtingen voor het AA-lidmaatschap. AA is niet gebonden aan enige sekte, genootschap, politieke partij, organisatie of instelling, wenst zich niet te mengen in enig geschil, steunt of bestrijdt geen enkel doel. Hun hoofddoel is nuchter blijven en andere alcoholisten helpen nuchterheid te bereiken. Voor alle informatie kunt u hen altijd telefonisch bereiken via het nummer
03 - 239 14 15 (24 u. op 24, 7 d. op 7). U kunt ook een e-mail sturen naar
aavlaanderen@pi.be 2. Alcoholisme Alcoholisten zijn patiënten die niet beseffen hoe ernstig ziek ze zijn. Men heeft hen wel gezegd, dat ze de alcohol moeten laten staan en zelf vinden zij echt ook wel dat het beter zou zijn om dit te doen, maar het lukt eenvoudig niet. Het kan ook niet zonder meer lukken, want de aard van de ziekte maakt dat de zucht naar drank onoverkomelijk wordt, zodra de eerste kleine hoeveelheid alcohol is geproefd of soms alleen maar geroken. van dat ogenblik af kunnen zij zich niet langer verzetten tegen het verlangen naar drank. zij moeten drinken. Het is geen gebrek aan wilskracht, het is ook geen zwakte die men als oorzaken zou kunnen aanmerken. Nee, het komt door de kwaal, door het alcoholisme. Alcoholisme tast wel niet iedereen aan die alcohol gebruikt, maar grijpt toch om zich heen zonder aanzien des persoons. De patiënt kan ongeschoold arbeider zijn, de moeder van een gezin dat maar met moeite kan rondkomen, doch het kan net zo goed iemand zijn met een lange academische opleiding, een arts, een professor of een zakenman of -vrouw. Maar het kan net zo goed een vertegenwoordiger van een klein bedrijf overkomen, of een verpleegster, of een kantoorbediende, of iemand die met handenarbeid de kost verdient. De ziekte grijpt langzaam doch onafwendbaar haar prooi. En het is heel erg, wanneer dat gebeurt, want dan begint de lijdensgeschiedenis, die een mensenleven verbittert. De getroffene zelf, zijn of haar gezin, werkkring en familie gaan eronder gebukt. Telkens weer mislukken alle pogingen om van de drank af te komen. Maar erger is het, als noch het slachtoffer, noch de naaste omgeving beseffen dat hier sprake is van een veel voorkomende, zij het zeer ernstige ziekte. Herstel is onmogelijk, zolang de patiënten zelf niet weten, dat zij ziek zijn en dus niet alles op alles kunnen zetten om te herstellen, zoals een suikerzieke, een nierpatiënt, een hartlijder weten dat zij ziek zijn en dus de leefregels volgen die hun dokter voorschrijft. 2.1 Oplossing
Alcoholisme blijkt meervoudige oorzaken te hebben. Allereerst is de patiënt, hoe vreemd dat ook klinkt, overgevoelig voor alcohol. Die overgevoeligheid kan ontstaan door organische gebreken maar ook door langdurig en intensief alcoholgebruik. Maar bovendien heeft alcoholisme vrijwel altijd ook een psychische oorzaak. Op de een of andere manier is het evenwicht tussen lichamelijk en geestelijk welzijn van een patiënt verstoord. Een psychische oorzaak brengt hem tot drinken en het lichaam reageert daarop door overgevoelig te worden. Zodra dit het geval is, doen zich symptomen voor, die men bij elke alcoholpatiënt onmiddellijk kan waarnemen. Wij noemen er enkele: . zij hebben hun drinken niet meer onder controle en blijven drinken, ook al valt er niets meer te "vieren" of nergens meer over te treuren; . zij drinken "schielijker" dan anderen in hun gezelschap; . vaak weten zij, als zij weer nuchter zijn, niet meer wat zij in dronken toestand hebben gedaan; . zij hebben 's morgens drank nodig om aan het werk te kunnen gaan; . zij "snakken" naar alcohol lang voor "de avond"; . zij worden stuurloos, verbitterd, eenzaam. Zulke patiënten biedt AA als herstelmethode de twaalf stappen. En die twaalf stappen zijn als spaken in een wiel. Gezamenlijk maken zij het wiel sterk en geven zij stabiliteit. Elk afzonderlijk hebben zij praktisch geen nut, men moet deze stappen dus zien als een geheel. 3. Anonimiteit "Steeds bewust van het belang van de persoonlijke anonimiteit, geloven wij dat zowel de enkeling als de gemeenschap de boodschap kunnen doorgeven uit eigen ervaring." In deze optiek kan en mag iedereen daarover vrij praten met allen die belangstelling hebben voor het alcoholprobleem. De leden van AA houden eraan de boodschap van hun eigen herstel door te geven aan andere alcoholisten van persoon tot persoon, maar maken nooit het lidmaatschap van een ander bekend. Zodoende kunnen ze dienen als voorbeeld van herstel en stimuleren ze andere alcoholisten om hulp te vragen. 3.1 Traditie van de Anonimiteit
In contacten met openbare media worden de AA-leden door de tradities aangespoord een strikte anonimiteit te bewaren en wel om drie redenen: 1. “uit onze eigen ervaring hebben we geleerd dat de nog drinkende alcoholist iedere hulpbron die zijn identiteit zou kunnen kenbaar maken zal mijden”; 2. “het verleden heeft ons geleerd dat alcoholisten die openbare erkenning als AA-lid nastreven terug aan het drinken kunnen gaan”; 3. “openbaar aanzien en publiciteit van te individueel optredende AA-leden zou persoonlijke ijverzucht aanmoedigen en in botsing komen met tegenovergestelde standpunten”. Sinds het bestaan van AA, beschermt de anonimiteit in de openbare media de eenheid van de leden en bewaart ze de aantrekkingskracht van het programma voor miljoenen die nog hulp nodig hebben. 4. Twaalf Stappen De Twaalf Stappen zijn een ideale handleiding voor een nuchter leven. Deze stappen vormen de leidraad voor de Anonieme Alcoholisten en vormen de basis van het herstelprogramma. Het relatieve succes van het AA-programma lijkt veroorzaakt te worden doordat alcoholisten, die niet meer drinken, een uitzonderlijke gave hebben om andere alcoholisten, die hun drinken nog niet onder controle hebben, te bereiken en te helpen. De kern van het gesuggereerde herstelprogramma is samengevat in Twaalf Stappen. Die beschrijven de ervaringen van de AA-leden van het eerste uur. De hedendaagse AA-gemeenschap tracht een herstelprogramma aan te bieden waarin iedereen zich kan terugvinden, ongeacht zijn of haar overtuiging, levensbeschouwing, ideologie ... 4.1 Eerste Stap "Wij hebben toegegeven dat wij machteloos stonden tegenover de alcohol - dat ons leven stuurloos was geworden." 4.2 Tweede Stap "Wij zijn gaan geloven dat een Macht groter dan wijzelf ons weer geestelijk gezond kon maken". 4.3 Derde Stap "Wij hebben het besluit genomen onze wil en ons leven toe te vertrouwen aan de hoede van God, zoals wij persoonlijk Hem opvatten". 4.4 Vierde Stap "We hebben een diepgaande en onbevreesde morele inventaris van onszelf opgemaakt". 4.5 Vijfde Stap "Wij hebben tegenover God, tegenover onszelf en tegenover een ander mens de juiste aard van onze misstappen toegegeven". 4.6 Zesde Stap "We waren volkomen bereid om God al deze karaktergebreken te laten wegnemen". 4.7 Zevende Stap "Wij hebben Hem nederig gevraagd onze tekortkomingen weg te nemen". 4.8 Achtste Stap "Wij hebben een lijst gemaakt van allen die wij hadden gekwetst en zijn bereidwillig geworden het bij allen weer goed te maken". 4.9 Negende Stap "Wij hebben waar mogelijk het rechtstreeks bij deze mensen weer goedgemaakt, tenzij dit hen of anderen zou krenken". 4.10 Tiende Stap "We zijn doorgegaan met het opmaken van onze persoonlijke inventaris en als wij fout waren hebben wij dat meteen toegegeven". 4.11 Elfde Stap "Wij hebben ernaar gestreefd door gebed en bezinning ons bewuste contact met God, zoals wij persoonlijk Hem opvatten, te verbeteren, biddend om Zijn wil jegens ons te kennen en om de kracht die uit te voeren". 4.12 Twaalfde Stap "Bij het geestelijk ontwaken als gevolg van deze stappen hebben wij getracht deze boodschap aan alcoholisten door te geven en deze principes bij al ons doen en laten toe te passen". 5. Geschiedenis AA (anonieme alcoholisten) is ontstaan op 10 juni 1935 in Amerika. De dag dat dr. Bob, een chirurg uit Ohio, zijn laatste glas dronk, geldt als geboortedatum van AA. Samen met een New Yorkse effectenmakelaar Bill heeft hij AA opgericht. Zij zijn gestart in een poging om anderen, die aan de ziekte van alcoholisme leden, te helpen en om zo zelf nuchter te blijven. AA groeide door het vormen van autonome groepen, eerst in de Verenigde Staten en later over de hele wereld. In België zien wij een gelijkaardige start. Jean, een alcoholist die totaal aan de grond zit, verblijft in het Brugman instituut te Brussel. Hij wordt door een verpleegkundige aangemoedigd zich met andere alcoholisten bezig te houden om op die manier weer zin te krijgen in het leven. Op NCA (nationaal comité tegen alcoholisme) vindt hij het boek "Alcholics Anonymous". 1954: Op 4 maart belegt Jean met drie vrienden de eerste infovergadering. De groepen verspreiden zich op korte tijd vanuit Brussel naar Antwerpen in 1956, Hasselt in 1957 en Gent in 1958. 1961: De Vlaamse groepen stichten een intergroep bestaande uit tien leden (twee afgevaardigden per provincie). Er wordt ook een Raad van Advies opgericht bestaande uit zes niet-alcoholisten en vijf AA-leden, allen op democratische wijze aangesteld. Er wordt een algemeen dienstenbureau in het leven geroepen. Er is één lange aanloopperiode en veel geld nodig om in 1985 een vast secretariaat met bediende uit te bouwen De telefoonpermanentie met 7d/7d en 24u/24u bereikbaarheid wordt geïnstalleerd. Er is regelmatige uitwisseling met andere landen in Europa en de wereld De structuur wordt vastgelegd in het "Handboek van de Vlaamse AA." De uitbouw van deze structuur was zeker nooit geworden wat ze nu is zonder de "niet-alcoholisten" van het eerste uur, die nog steeds actief zijn, Meester Beernaert en Meester Van Staen

1961: Eerst landdag van de Vlaamse AA te Brussel. 1969: Afgevaardigden van de Vlaamse AA naar de 1ste Werelddienstontmoeting. 1975: Eerste nationale COI (Comité Openbare Informatie) te Strombeek Bever
1976: Eerste algemene dienstenconferentie van de Vlaamse AA te Averbode. 1981: Afgevaardigden van de Vlaamse AA naar de 1ste Europese dienstenontmoeting
1985: 1 oktober oprichting AVDB te Antwerpen - later het ADB - algemeen dienstenbureau
1986: Waarnemer van de Vlaamse AA naar de ADC van Duitsland
1988: Viering van 35 jaar AA in België te Brussel
1993: Viering 40 jaar AA in België te Aalst
1999: De Vlaamse AA op Internet

REACTIES

J.

J.

Beste verslag schrijver

Je zou nog wat meer kunnen vertellen over de nawerking van alcohol gebruik .De wereld beroemde''KATER'' en wat dit psychisch voor een gevolgen kan hebben. Mensen kunnen zwaar depressief raken en in een psychose belanden. ook hartfalen kan zich pas The day after afspelen. Paniek aanvallen en angststoornissen.......horen allemaal bij het pakket. Voor de rest wel goed omschreven!

Jeroen (ex-verslaafde)

14 jaar geleden

R.

R.

wel knap dat je er nu vanaf bent, en je hebt wel gelijk.

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.