NaSk samenvatting H7: bewegen
7.1: bewegingen vastleggen en schrijven
Hoe kun je een beweging vastleggen?
- De beweging met korte tussenpozen fotograferen
- Een stroboscopische foto maken, deze wordt gemaakt in een duistere ruimte met als enige verlichting een stroboscooplamp (= een lamp die met regelmatige tussenpozen een korte lichtflits geeft)
- Door een afstand-tijdtabel te maken, deze kun je aan de hand van een stroboscopische foto maken.
De verkiezingen: wat doen de partijen voor jongeren?
Hiervoor moet je wel weten
- Welke tussenpozen er tussen de lichtflitsen zaten
- Hoe groot de afstanden op de foto in werkelijkheid zijn
Van deze tabel kun je een diagram maken, een afstand-tijddiagram (s,t)-diagram. S staat voor afstand en t voor tijd
7.2: gemiddelde snelheid
Hoe bereken je de gemiddelde snelheid?
Gemiddelde snelheid = afstand : tijd
vgem = s : t
om de snelheid te kunnen omrekenen moet je weten dat
1 kilometer = 1000 meter
1 uur = 3600 seconden
Dus om van km/h naar m/s te rekenen doe je de snelheid gedeeld door 3,6
Je kunt ook de tijd of de afstand berekenen:
Tijd = afstand : gemiddelde snelheid
Afstand = gemiddelde snelheid : tijd
7.3: versneld – vertraagd – eenparig
Eenparige beweging: steeds dezelfde snelheid
Versnelde beweging: snelheid neemt steeds toe
Vertraagde beweging: snelheid neemt steeds af
Bij een eenparige beweging geldt dus de formule:
Gemiddelde snelheid = afstand : tijd
7.4: remmen en botsen
Remweg = de afstand die een voertuig aflegt vanaf het moment dat het afremt tot het stilstaat
Hoe lang de remweg is hangt af van:
Heb je interesse in mens en maatschappij? Houden urgente vragen in de samenleving je bezig? In de bachelor Humanistiek combineer je kennis uit filosofie, psychologie, sociologie en geschiedenis.
Meer weten? Kom dan naar de Open Dag op 15 november!
- De beginsnelheid
- De (totale) massa van het voertuig
- De kracht die het voertuig laat afremmen
Beginsnelheid = de snelheid op het moment dat het voertuig begint te remmen
Als de snelheid n keer zo groot wordt, wordt de remweg n2 keer zo lang.
In het algemeen geldt: hoe groter de massa van een voorwerp, des te groter is de kracht die hem moet laten afremmen. Deze eigenschap van massa’s wordt traagheid genoemd.
Reactietijd = de tijd tussen het zien van het gevaar en het afremmen
Stopafstand = de totale afstand die een voertuig nodig heeft om te stoppen
Reactiefstand = de afstand die het voertuig tijdens de reactietijd aflegt
Kreukelzone = dat bij een botsing de hele voorkant van een auto in elkaar schuift
Veiligheidsgordels = zorgen ervoor dat de inzittenden tegelijk met de auto afremmen
Airbag = vangt schok op bij een botsing
REACTIES
1 seconde geleden