Stichting en vereniging samenvatting

Hoofdstuk 1: stichting of vereniging

Organisatie: samenwerkingsverband tussen personen gericht op het bereiken van een doel

Stichting

• Geen leden;
• Kan door één persoon worden opgericht;
• Niet aansprakelijk voor schulden;
• Boekhouding is verplicht.

Vereniging

• Samenwerkingsvorm twee of meer personen;
• Wel leden;
• Leden nemen deel aan besluitvorming.

VVR

• Vereniging met Volledige Rechtsbevoegdheid;
• Statuten opgenomen in notariële akte.

VBR

• Vereniging met Beperkte Rechtsbevoegdheid;
• Bestuur is hoofdelijk aansprakelijk;
• Statuten hoeven niet opgenomen te worden in notariële akte.

Overeenkomsten stichting en vereniging

• Het doel is niet ‘winst maken’;
• Bestuursleden niet aansprakelijk schulden.

Taken en bevoegdheden van het bestuur

• Financieel beheer: boekhouding;
• Vertegenwoordiging naar buiten toe: contracten;
• Zorg voor het goed functioneren van een vereniging;
• Uitvoeren besluiten algemene ledenvergadering.

Financiering niet-commerciële organisaties

• Contributie leden;
• Giften sympathisanten;
• Bijdragen overheid (subsidies);
• Sponsors.

Subsidievormen

• Outputfinanciering: vergoeding op basis van prestaties;
  - Lumpsumfinanciering: een school krijgt geld op basis van het aantal leerlingen;
  - Budgetfinanciering: het bedrag en de prestaties die er tegenover staan zijn vooraf vastgesteld.
• Inputfinanciering.
  - Declaratiestelsel: alle lasten worden vergoed.

Onderneming: bedrijf met als doel ‘winst maken’

Leasen: huren van producten voor een bepaalde tijd (bijv. vervoersmiddelen, gebouwen, machines)

Operational lease

• Geleasde object eigendom verhuurder;
• Opzeggen korte termijn;
• Verhuurder zorgt voor onderhoud;
• Niet op balans.

Financial lease

• Object is economisch van huurder, maar juridisch van verhuurder;
• Tussentijds niet opzegbaar;
• Na afloop leaseperiode kan de verhuurder: het object verkopen, het contract voortzetten of het object terugkrijgen.