Hoofdstuk 9 t/m 13

M&O hoofdstuk 9: De balans van een handelsonderneming

Een balans is een overzicht van bezittingen (inclusief de vorderingen), de schulden en het eigen vermogen van een onderneming op een bepaald moment.
Kapitaalgoederen of Activa zijn de bezittingen + vorderingen van een onderneming, deze worden in de balans debet geplaatst.
Het eigen vermogen en het vreemd vermogen word credit geplaatst, dit worden ook wel de passiva genoemd.
De liquide middelen of betalingsmiddelen zijn het saldo bij de bank + de kas.
De inventaris zijn hulpmiddelen in een onderneming bijv. meubilair.
Afnemers die goederen niet direct betalen noemen we debiteuren, die afnemers maken dan gebruik van het leverancierskrediet.
K x P x T
Interest formule = I -----------
C
Crediteuren zijn leveranciers die nog betaald moeten worden, voor de al geleverde goederen.
Een lening bij de bang noem je een rekeningcourantkrediet.
Een balans moet altijd in evenwicht zijn.
Bij mutaties in balansposten altijd een T-vorm opschrijven.
Ook heb je nog de resultatenrekening, hierop worden alle kosten en opbrengsten op een overzichtelijke manier afzonderlijk weergegeven.
Er zijn twee vormen resultatenrekeningen: 1. Paginavorm
2. Scrontovorm

M&O hoofdstuk 10 Transitorische Posten

Transitorische posten zijn voorbetaalde of vooruitontvangen bedragen.
Veelvoudig een balans opstellen noemen we permanentie.
Uitstelposten zijn kosten die vooruit worden betaald.
Anticipatieposten zijn de kosten die achteraf betaald worden.

M&O hoofdstuk 11 Voorraadwaardering en afschrijving

Een handelingsonderneming koopt goederen en verkoopt ze dan ook weer door.
Een aantal voorraadrisico’s zijn: 1. diefstal of brand
2. bederf
3. prijsdaling
4. het uit de mode raken van een artikel
Een onderneming loopt prijsrisico over de technische voorraad en over de economische voorraad.
Fifo betekend dat de goederen worden verkochten tegen de prijs van de langst aanwezige partij.
Lifo hierbij word de inkoopwaarde bepaald door de inkoopprijs van de goederen die het laatst zijn ingekocht.
De vaste verrekenprijs is een schatting van de inkoopprijs voor een komende periode.
Afschrijven is het in de boekhouding tot uitdrukking brengen van de waarvermindering van duurzame productiemiddelen.
Kadaster bij het kadaster word bijgehouden wie de eigenaren zijn van grond en de gebouw in de desbetreffende gemeente.
Restwaarde is de geschatte verwachte opbrengst van het duurzame productiemiddel, bij verkoop aan het eind van de levensduur.

M&O hoofdstuk 12 De verkoopprijs

Omzetbelasting is hetzelfde als BTW (belasting op de toegevoegde waarde)

Schema Brutowinstopslag:

Inkoopprijs A
Brutowinsttoeslag % van A B
Verkoopprijs excl. Omzetbelasting C
Omzetbelasting % van C D
Verkoopprijs incl. Omzetbelasting E

De inkoopprijs (vaste verrekenprijs) verhoogt met de overheadkosten is de kostprijs.

Schema Nettowinstopslag:

Geschatte inkoopprijs A
Opslag van inkoopkosten B
Vaste Verrekenprijs C
Opslag voor overheadkosten % van C D
Kostprijs E
Nettowinstopslag % van E F
Verkoopprijs excl. Omzetbelasting G
Omzetbelasting % van G H
Verkoopprijs incl. Omzetbelasting I

M&O hoofdstuk 13 Voor- en Nacalculatie, De break-even analyse

Schema:

Omzet = Afzet x Verkoopprijs
Inkoopwaarde= Afzet x Inkoopprijs +
-------------------------
Brutowinst

Break-evenafzet is de afzet waarbij winst noch verlies wordt gemaakt. Break-evenomzet is de omzet waarbij winst noch verlies wordt gemaakt.
Het verschil tussen de verkoopprijs en de variabele grootheden noemen de dekkingsbijdrage.