Democratie en rechtstaat
Hoofdstuk 1
Politiek neemt voortdurend besluiten waar ook jij elke dag de gevolgen merkt. Daarom is het belangrijk te weten wat de politiek doet. Zo weet je weke partij je belangen behartigt.
Samenleving Politici - land
- keuzes - provincie
- afspraken - gemeente
- regels
Invloed op politiek
- stemmen
- lid worden van een politieke partij
- contact leggen met politici
- verzoek indienen
- pers benaderen
- acties
Basisprincipes
Socialisme Liberalisme
Links Rechts
Gelijkwaardigheid Vrijheid
* eerlijke verdeling tussen * persoonlijke vrijheid
inkomen,kennis en macht * economische vrijheid
* bescherming van de zwakkeren * bescherming van
deze vrijheden,zowel
nationaal als internationaal
Benadrukt de belangen
van de samenleving als GEHEEL. Benadrukt de belangen
van het INDIVIDU en het
BEDRIJFSLEVEN
-----> ACTIEVE OVERHEID ------> PASSIEVE OVERHEID
MET
POLITIEK MIDDEN
Hoofdstuk 2 Staatsvormen
STAAT - territoir (grondgebied)
- bevolking
- gezag = als er een overheid is die het land bestuurt
Vormen * dictatuur = de macht is in handen van 1 persoon of een
kleine groep mensen
* democratie = een staat waarin het volk invloed heeft op
de politieke besluiten.
Begrippen: * Directe democratie = iedereen altijd zelf over alles
mee beslist
* indirecte democratie = het regeren overlaten aan politici die via
verkiezingen worden gekozen
Parlementaire democratie * de meeste stemmen gelden
* de meerderheid houdt rekening met de
belangen van de minderheid
Referendum: 1ste verzoek uit de bevolking
* minstens 40.000 mensen met kiesrecht
* verzoek gesteund door minstens 600.000 mensen
raadgevend correctief = de bevolking (meerderheid minstens 30 % van alle mogelijke kiezers) het advies kan geven om een bepaald besluit niet te nemen van wetten en verdragen die alleen voor Nederland geldt
P.S : NIET MOGELIJK 1. wetten over het koningschap en het
koninklijk huis
2. wetten over de begroting
3. internationale verdragen
Voordelen: * meer betrokkenheid
* voor bedrijven/scholen -> beter gebruik van de kennis
en ervaring van werknemers en leerlingen
Nadelen: * veel discussies/ vergaderingen
* geen overeenstemming ivm tegengestelde belangen
* tegenwerking van inspraakprocedures door machthebbers
Begrippen:
Grondwet = grondbeginselen van de staat
* schrijft voor hoe de overheid en burgers met elkaar om moeten
gaan.
* bevoegdheden van politie en leger moeten in de wetten staan.
grondrechten: rechten van burgers opgenomen in de grondwet.
* Klassieke grondrechten: 1. vrijheid van godsdienst
2. vrijheid van meningsuiting
3. persvrijheid
* Sociale grondrechten:
verplicht de overheid om de leefomstandigheden van burgers op het gebied van gezondheid,werk en onderwijs te bevorderen.
Mensenrechten - 1948 -> VERBOD OP: discriminatie, martelen
(Universele verklaring iemand zomaar gevangen zetten
van de rechten van de mens)
RECHT OP: eerlijk proces, vrijheid van meningsuiting, eerlijke vrije
verkiezingen
RECHTSBESCHERMING
Democratische staat heeft veel macht:
* 1. maakt wetten en regels
* 2. toezicht op naleving van de wetten en regels
* 3. nakoming van grondrechten en mensenrechten
Voorkoming van machtsmisbruik door scheiding van politieke macht
Trias politica * wetgevende macht -> parlement
(Montesquieu) (1ste+2de kamer)
+ regering
* uitvoerende macht -> ministers(wetgevende+uitvoerende macht)
achteraf gecontroleerd (goed/fout) -> 2de kamer
* rechterlijke macht -> oordeel in overtreding van de wetten of
onderlinge conflicten.
Bescherming van * wetgeving -> strafrecht
burgerrechten * rechtshandhaving -> strafbare feit
* rechtshulp -> advocaat/ rechts-/wetswinkel of bureau voor rechtshulp
Begrippen:
Strafbare feiten zijn alle gedragingen waarvoor een rechter een straf kan opleggen.
Proces strafbare feit:
* politie -> verzamelt bewijzen over het strafbare feit -> verhoort
de verdachte -> stelt een proces verbaal op.
* officier van justitie -> ontvangt het proces verbaal -> onderzoekt
de zaak verder -> verzamelt zijn informatie in een dossier.
* Rechter -> ontvangt het dossier -> stelt vast of de verdachte schuldig is of niet -> oordeelt of er voldoende bewijzen zijn aangevoerd -> zo ja, dan kan hij de verdachte een straf opleggen.
REGERING EN PARLEMENT
Regering * koningin ( staatshoofd) zich te houden aan de grondwet
* ministers..maatregelen/plannen ter goedkeuring aan
het parlement
Taak: voorbereiding en uitvoering van het overheidsbeleid te weten:
a. opstellen van wetsvoorstellen
b. uitvoeren van eenmaal aangenomen wetten
c. jaarlijks opstellen van de rijksbegroting + aanbieden aan het parlement.
Kabinet * ministerraad - portefeuille + eigen ministerie
* staatsecretaris - onderminister, die verantwoordelijk is voor een deel van het beleidsterrein van de minister -> niet in het ministerraad -> geen waarnemend minister buitenlandse zaken: staatsecretaris voor Europese zaken, Justitie : vreemdelingenbeleid
Twee ministers zonder eigen ministerie, valt onder:
Buitenlandse zaken : Minister voor ontwikkelingssamenwerking
Binnenlandse zaken en koninkrijksrelatie: Minister voor Grote steden - en integratiebeleid.
Koningin - Consutionele monarchie dwz: erfopvolging/grondwet
- onschendbaar
- bekrachtingen van de wet - handtekening van de koningin
- voorlezen van de troonrede op prinsjesdag
- benoemen van ministers en (in) formateurs
- regelmatig overleg voeren met de minister president over
het kabinetsbeleid.
Parlement :
* Senaat -> 1ste kamer .. goed/afkeuren van wetsvoorstellen-> gekozen door provinciale bestuur
* 2e kamer -> volksvertegenwoordiging - gekozen door het volk.
taken: a. (medewetgeving - recht van initiatief
- recht van amendement
b. controle van ministers door:
- vragen te stellen
- interpelleren
- recht om een motie in te dienen
Kabinet treedt af:
- (in) formateur benoemd door koningin voor vorming van een nieuw kabinet.
- vervroegde verkiezingen om een nieuwe 2e kamer te kiezen
- demissionair kabinet (aftredende kabinet)
a. blijft tot die verkiezingen
b. afhandelen van lopend bestuurszaken
c. recht om een parlementaire enquete aan te vragen
(gedetailleerd onderzoek naar een onderdeel van het referingsbeleid - speciale commissie van kamerleden.. verhoren van ambtenaren en andere betrokkenen.
d. budgetrecht - goed of af te keuren van de rijksbegroting
Overzicht:
Wetgevende +
uitvoerende macht -> REGERING ( koningin + ministers)
|> verantwoording schuldig aan
PARLEMENT -> WETGEVENDE MACHT
( 1ste en 2de kamer)
CONTROLEERT
MINISTERS
REACTIES
1 seconde geleden