Maatschappijleer pluriforme samenleving
§1 Cultuur en identiteit
Mensen die veel en langdurig met elkaar optrekken ontwikkelen een gezamenlijke cultuur. De cultuur van de groep waar je bij hoort vormt een deel van je eigen identiteit. Mensen hebben door hun cultuur ook een gemeenschappelijk referentiekader met deels dezelfde waarden, normen en gewoontes. Cultuur geeft richting aan van het denken en doen van de mensen, gedragsregulerend.
Een mens vervuld in zijn leven verschillende rollen, bijvoorbeeld: werknemer, moeder, consument. De manier waarop we ons in onze rol tonen is de presentation of the self. Als het ware hebben mensen verschillende maskers die ze onbewust omwisselend, bijvoorbeeld de serieuze zakenman, lieve papa en fanatieke supporter. Behalve al deze maskers zijn er ook plekken waar mensen zichzelf mogen zijn, bijvoorbeeld de kleedkamer bij de voetbal of de kantine op school.
Alle groepen en organisaties hebben een eigen cultuur, maar om een hele samenleving goed te laten functioneren moet er een minimum aan gedragsregels zijn waar iedereen het over eens is, de dominante cultuur. Als een specifieke groep eigen waarden en normen ontwikkelt die afwijken van de dominante cultuur spreken we van een subcultuur, je kan tot meerdere subculturen behoren zou kun je feyenoordupporter en katholiek zijn. Immigranten die in Nederland komen wonen, behoren in ons land tot een etnische subcultuur terwijl het in hun land de dominante cultuur is. Een subcultuur hoeft niet in strijd de zijn met de dominante cultuur, dat is wel het geval bij een tegencultuur, deze groep mensen verzet zich tegen de dominante cultuur.
Als je in Nederland word geboren krijg je de cultuur met de paplepel ingegeven, deze vorm van socialisatie heet enculturatie. Als je op latere leeftijd tot een groep toetreed gaat socialisatie moeilijker. Dat geld bijvoorbeeld voor een immigrant, een nieuwe cultuur aan leren heet acculturatie. Als je dan van buitenaf komt zoals de immigrant, en je hebt de nieuwe cultuur al zo eigen gemaakt dat je automatisch hun cultuureigenschappen uitvoerdheet dat internalisatie.
§ nature – nurture debat
Nature: alle eigenschappen van het individu zijn bepaald door je aanleg.
Nurture: alle eigenschappen van het individu zijn bepaald door de opvoeding en de omgeving.
Het nature – nurture debat gaat over de discussie omtrent de oorsprong van de eigenschappen van een individu.
§2 culturele veranderingen
tot 1960 was een Nederland een behoorlijk gesloten met een sterke dominante cultuur. Er was weinig sociale mobiliteit, je kon dus moeilijk stijgen op de maatschappelijke ladder. Als je een zoon was van de smid, zou je nooit notaris kunnen worden. De samenleving was sterk gezinsgericht, was je alleenstaand dan werd je met argwaan aangekeken. Binnen het gezin was een strikte taakverdeling, zo erg dat vrouwen zelfs handelingsonbekwaam waren, zonder toestemming van hun man mogen ze geen overeenkomst zoals een hypotheek sluiten. Er was ook een strikte hiërarchische verhouding tussen de mensen, bazen kregen veel ontzag van hun werknemers. Er waren ook weinig sociale voorzieningen, werd je ontslagen? Dan moest je leven van giften, er was geen uitkering. Nederland was een verzuild land. Iedereen leefde, sportte en leerde in hun eigen “zuil”. Huwelijken tussen 2 mensen van een verschillende zuil werd dan ook afgekeurd.
De jaren 60 staan bekend als de jaren van de sociale en culturele revolutie. Er ontstonden nieuwe politieke bewegingen, er werd geblowd en openlijk over seks gepraat. Ook aan de make-up en kleding leken geen grenzen te bestaan. Binnen 10 jaar veranderde de Nederlandse cultuur grondig en voorgoed.
Vanaf de begin jaren 50 groeide de welvaart, woningnood nam af, lonen stegen en er kwam geld voor luxere producten zoals een tv of koelkast. Nederland werd een consumptiemaatschappij waarin het bedrijfsleven zich richt op luxe producten voor de consument. Door de toenemende welvaart konden kinderen van arbeiders ook door gaan leren.
Individuele ontplooiing kreeg meer kans, mensen wilden niet meer gezien worden als onderdeel van het gezin maar als een persoon op zich. Jongeren gingen sneller zelfstandig wonen, ook als ze nog niet getrouwd waren. Door de gestegen welvaart en opbouw van de verzorgingsstaat hoefden mensen als hun huwelijk stuk liep niet meer bij elkaar te blijven uit financiële noodzaak, ook als 1 niet werkzaam was, nu was er een uitkering.
Doordat vrouwen hoger opleidingsniveau kregen werden ze ook zelfbewuster en startten ze feministische actiegroepen. Vrouwen eisten gelijk loon voor gelijk werk en zelfbeschikkingsrecht over hun eigen lichaam. Abortus moest legaal worden en de pil vergoed. Behalve vrouwen eisten ook homoseksuelen gelijke rechten.
Door de tv kwam ook ontzuiling, op de tv zag je dat mensen van een anders zuil nog helemaal niet zo anders of slecht waren. Mensen groeiden naar elkaar toe en veel kranten en sportverenigingen maakten zich los van de kerk.
Door de toenemende welvaart hoefden jongeren hun geld niet meer af te staan en konden ze leuke dingen gaan doen, hierdoor ontstonden de eerste jongerenculturen.
§3 Nederland migratieland
Je bent een allochtoon wanneer je zelf, of tenminste 1 van je ouders in het buitenland is geboren.
Je bent een autochtoon als je in Nederland geboren bent en je (groot) ouders ook in Nederland geboren zijn
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden