Redeneren en argumenteren
Een uitspraak is waar, wanneer dat wat de uitspraak zegt, zich ook in de werkelijkheid voordoet. De inhoud van een uitspraak correspondeert dan met de werkelijkheid, met de feiten. Deze theorie heet daarom: de correspondentietheorie der waarheid.
Correspondentietheorie= Door te beredeneren of waarnemen de waarheid te achterhalen.
à ‘Daar staat een brandweerauto die meedoet aan een brandoefening ’, als ik naar buiten kijk zie ik dit en klopt deze bewering dus ook.
Coherentietheorie= Onderzoeken van de waarheid door het toetsen aan bestaande theorieën (onderzoeken) die gepubliceerd zijn.
à Als ik zeg dat mannen van vrouwen verschillen kan ik dit ‘toetsen’ door de theorie (in dit geval wetenschappelijk onderzoek) ernaast te leggen.
Pragmatische theorie= Iets is waar, ‘omdat het werkt’. Er is geen theoretische onderbouwing, soms niet eens een verklaring, maar het werkt.
à Als je tegen je oma zegt dat ze hip is en de beste, krijg je zo een briefje geld mee naar de kermis, want dat doet elke oma.
Er is geen theorie waaruit je je argument kan onderbouwen. Maar de praktijk is wel dat er veel kinderen zijn die wat extra’s krijgen van oma’s. Dus.. je argument zal geloofd/aangenomen worden.
Het probleem van Epicurus Twee vooronderstellingen:
- Als Gods goedheid volmaakt is, wil hij het kwaad voorkomen
- Als Gods almacht volmaakt is, kan hij heet kwaad voorkomen
Constatering: Het kwaad bestaat.
Conclusies:
- God wil het kwaad niet voorkomen
- God kan het kwaad niet voorkomen
- Betekent dat Gods goedheid niet volmaakt is
- Betekent dat Gods almacht niet volledig is.
Verifiëren= De waarheid vaststellen, je zoekt zoveel mogelijk bevestiging van de hypothese
Falsifiëren= Aantonen dat de theorie van iets onjuist is, je zoekt naar een weerlegging van de hypothese.
Empiristische twijfel= Twijfel over de werkelijkheid, of iets wel echt klopt.
Logica= Onderzoekt redeneringen op hun geldigheid.
Argumentatieleer= Onderzoekt en analyseert het verloop van discussies en debatten. Hoe verliep de discussie? Welke argumenten waren er? Waar ging de discussie eigenlijk over?
Drogreden= Een drogreden is een argument of redenering die in eerste instantie lijkt te kloppen, maar waar bij nader inzien helemaal niets van klopt. Veel mensen herkennen drogredenen niet, waardoor de persoon die de drogredenen gebruikt sterker staat in zijn argumentatie.
Beroep op gezag en autoriteit * bedoeld om je argument sterker te maken
Je kan proberen mensen te overtuigen door op een autoriteit te beroepen, of een gezagshebbende instantie ‘Johan Cruijf zei dat..’ ‘Ik zag op National Geographic dat…’
à Televisie is verraderlijk en een autoriteit heeft doorgaans slechts gezag op een klein gebiedje.
Beroep op vergelijkbare situaties
2 vergelijkbare situaties met elkaar vergelijken (Amsterdamse en Rotterdamse school hebben beide examens gestolen, dus dan krijgen ze dezelfde straf)
Je weet de belangrijke verschillen tussen de situaties niet, dus kan je ook niet goed oordelen.
Op de man spelen * bedoeld om je argument sterker te maken
Je tegenstander beschadigen door te kijken naar zijn individu (Hem er bijv. op wijzen dat hij slechte cijfers haalt op school, en daarom dus ongelijk moet hebben – of dat zijn vader is veroordeeld wegens rijden onder invloed)
à Dit alles heeft niks te maken met de inhoudelijke discussie van dat moment, misschien heeft je tegenspeler wel betere argumenten dan jij hebt.
Een negatieve associatie
Iemands standpunt door associatie verdacht te maken (Zo’n standpunt is echt iets voor een watje, zo redeneerden Russische communisten ook)
à Dit doe je zonder écht op het standpunt in te gaan.
Bepaald taalgebruik * bedoeld om je argument sterker te maken
Hierbij spelen de woorden waarin je iets beschrijft een grote rol (Het nieuws meldt dat relschoppers in verzekerde bewaring zijn gesteld, maar misschien zijn ze wel met geweld in elkaar geslagen en daarna opgesloten)
à Je weet niet hoe de situatie precies in elkaar zit.
REACTIES
1 seconde geleden