Hoofdstuk 4: Massacultuur

White light, Jackson Pollock. Verf op wit doek druppelen. Primitieve gevoelens, automatisme.

Bird’s Nest, Charlie Parker. Bebop, ingewikkelder en chaotische dat de swing. Hij improviseert.

Vragende kinderen, Karel Appel. Asselblage, cobra-stijl. ‘’Ik rotzooi maar een beetje an.’’

Singin’ in the rain, Gene Kelly. Eerste geluidsfilm. Muziek en dans. Melodrama.

West Side Story, Jerome Robbins, Leonard Bernstein.

Agon, George Balachine. Kenmerken Russische volksdans en jazz. Geen verhaal, abstract.

The imitation of Life, Douglas Sirk. Melodrama. Veel beeldsymboliek.

Psycho, Alfred Hitchcock. Al heel snel een moord. Suspense, het moment dat je b.v. schaduw ziet.

A bout de souffle, Jean Luc Godard. Nieuwe regisseurs (Nouvelle vague). Geldende filmwetten worden overtreden.

War of the Worlds, Orson Welles. Nieuwsuitzending, marsmannetjes vallen de aarde aan.

That’s All Right Mama, Elvis Presley. Sensuele heupbeweginen. Rock-‘n-roll (blanke variant rhithm & blues). 

The Twist, Chubby Checker. Beweging bekken -> ouders protest.

As the World Turns, Irna Philips. Goedkoop mogelijk. Cliffhanger. -> seriestamboom.

Just what is it that makes today’s homes so different, so appealing, Richard Hamilton. Pop art, dada, futurisme.

Giant Hamburger, Claes Oldenburg. Normale objecten vergroten.

Elvis I and II, Andy Warhol. Zeefdruk.

M-maybe, Roch Lichtenstein. Vergrotte strip.

Three Flags, Jasper Johns. Vlag/schilderij?

Wachten op Godot, Samuel Becket. Breekt theaterwetten. Je blijft alleen met vragen achter,

Cyclo Graveur, Jean Tinguely. Afvalmateriaal. Méta matics (volautomatisch).

Wrapped Reichstag, Christo, Jeanne-Claude. Dingen inpakken. 1995.

Sgt. Pepper’s Lonely Heart Club Band, Peter Blake, Cover Beatles.

Hair, James Rado, Gerome Ragni. Generatieconflict.

Easy Rider, Dennis Hopper. Roadmovie, moter rijde, drugs, criminaliteit.

Free concert Woodstock, Jimi Hendrix. Psychedelische rock.

Blauwbaard, Pina Baush. Niet dansen maar, springen vallen..

Camping, acteurs van het Werktheater. Doodgewoon.

’t Speelhuis, Piet Blom. Theatergebouw. Gekantelde kubussen. Toegankelijk voor het gewone volk.

Come See About me, The Supremes. Soul.I Feel Good, James Brown. Soul met opzwepend ritme. Groove.

Last Dance, Donna Summer. Disco. Saturday Night Fever.

Bohemian Rhapsody, Queen. A night at the Opera.

God Save the Queen, Sex Pistols. Diepe haat gevestigde orde.

Raggae/rasta, Bob Marley. Afkeer van Babylon (het systeem)