Quo Vadis (1951)

Quo vadis? 64 v Chr. Nero is keizer, de veldheer Marcus Vinicius keert terug uit Brittania. Marcus logeert tijdelijk bij Plautius, en ontmoet daar Lygia, op wie hij verliefd wordt. De christelijke Lygia moet naar het paleis voor een feest bij keizer Nero, want ze is eigendom van Marcus Vinicius geworden. Acte, de bazin van het vrouwenhuis, heeft door dat Lygia christen is en belooft haar te helpen. Na afloop van het feest moet Lygia naar het huis van Marcus’ broer, Petronius, maar ze ontsnapt onderweg door hulp van Ursus (betekent beer). Marcus Vinicius wil Lygia terug en gaat naar de helderziende Chilo om haar te vinden. Chilo weet wel wat van de christelijke bijeenkomsten en helpt Marcus. Samen met de gladiator Croton gaan Marcus en Chilo naar een bijeenkomst van de christenen, waar ze ook Lygia zien. Tijdens de bijeenkomst houdt Petrus een toespraak over hoe hij Jezus ontmoette bij de zee van Galilea. Hij vertelde daarna hoe hij Jezus volgde, samen met Jacobus en Johannes. Hierna vertelt hij ook nog het paasverhaal. Na de bijeenkomst volgt Marcus Lygia naar huis, maar Ursus merkt het. Er volgt een vechtpartij waarbij Croton gedood wordt door Ursus. Marcus raakt ook gewond, maar wordt meegenomen naar het huis van Lygia. Daar wordt hij verzorgd. Wanneer Marcus is bijgekomen, doet hij Lygia een aanzoek. Maar Lygia weigert, omdat Marcus haar god niet wil accepteren. Marcus ziet Christus als ‘nog een god erbij’, maar niet als de enige god. Ondertussen is in het paleis in Antium Nero bezig met het bedenken van iets groots. Hij heeft Rome namelijk helemaal opnieuw ontworpen in een maquette. Het nieuwe Rome wil hij Neropolis noemen. Voorzichtig laat hij doorschemeren het oude Rome zat te zijn. De plannen voor een reusachtige brand worden ook al een klein beetje duidelijk. Marcus is ook in Antium gekomen, en wordt vrijwel meteen ontboden bij Poppeia, de vrouw van Nero. Poppeia is wel op Marcus gesteld en is dan ook zeer jaloers omdat hij verliefd is op een christelijk meisje. Hierdoor begint de haat van Poppeia tegen christenen. Dan komt het bericht dat er een reusachtige brand woedt in Rome en Marcus haast zich erheen. In Rome heerst grote chaos; iedereen wil zo snel mogelijk uit de stad. Marcus helpt de mensen het riool in, zodat ze sneller weg kunnen, maar de pretoriaanse wachters houden de brug bezet, zodat niemand uit de stad kan. Marcus weet de versperring op te heffen en iedereen kan de stad uit. Onderweg komt Marcus Lygia en Ursus tegen. Nero moet een schuldige voor de brand vinden, omdat hij anders zelf als schuldige wordt aangewezen. Poppeia helpt hem en stelt voor de christenen te beschuldigen van brandstichting. Nero vindt dit een goed idee en zegt tevens voor altijd met ze af te rekenen. Enkele dagen later worden vele christenen opgepakt en in de gevangenis opgesloten. Ook Marcus wordt opgepakt, omdat hij met christenen omging. Petrus ontvluchtte Rome, maar onderweg kreeg hij een visioen waarin hij Jezus zag, die hem zei terug te gaan naar Rome. Dus dat deed hij. Petronius was erg boos om wat Nero had gedaan en besloot zelfmoord te plegen. Dit doet hij tijdens een diner met zijn belangrijkste vrienden, waaronder Seneca. Hij schrijft nog een afscheidsbrief aan Nero waarin hij zijn afschuw uit over Nero’s gedrag gedurende zijn gehele regeringsperiode. Al snel bereikt deze brief Nero, en hij is erg boos op Petronius, maar hij kan er niks meer aan doen. In het amfitheater worden de christenen in groepen verscheurd door leeuwen, in bijzijn van heel veel publiek en natuurlijk Nero. Petrus is teruggekomen en houdt een toespraak wanneer de christenen het theater binnenkomen; hij wordt opgepakt. In de gevangenis besluiten Lygia en Marcus dat ze willen trouwen voordat ze sterven; Petrus zorgt voor de huwelijksvoltrekking. De christenen zijn sterk en gaan zingen wanneer ze het theater binnenkomen; ze weten dat ze sterven voor het christendom. Dan worden de leeuwen losgelaten en velen worden verscheurd. Wanneer Nero ‘s avonds de overblijfselen bekijkt, ergert het hem, dat velen zijn gestorven met een glimlach. De volgende dag wordt Petrus ondersteboven gekruisigd, de anderen worden gewoon gekruisigd en in brand gestoken; weer zingen de christenen. Hierna zegt Plautius de waarheid over de brand; het volk wordt onrustig maar blijft aan Nero’s kant. Poppeia heeft voor de dood van Lygia en Ursus iets aparts bedacht; een stier. Lygia wordt vastgebonden aan een paal midden in het theater, Ursus moet de stier van haar weghouden. Marcus wordt gedwongen toe te kijken. Wanneer de stier binnenkomt, gaat die het gevecht aan met Ursus. Ursus slaagt erin de stier te vermoorden en het volk wil nu dat Lygia en Ursus blijven leven. Nero wil ze vermoorden. Het volk keert zich nu tegen Nero en Marcus zet hem van de troon. Hij kondigt tevens aan dat generaal Galba de nieuwe keizer wordt. Nero en Poppeia vluchten in het paleis. Nero beseft dat Poppeia het volk tegen hem heeft opgezet en vermoord haar. Maar dan bestormt het volk het paleis en Nero wordt bang. Acte adviseert Nero te sterven als een keizer; door eigen hand. Dan pleegt Nero zelfmoord. Ondertussen verlaten Lygia, Marcus en Nazarius (broertje van Lygia) Rome. Onderweg komen ze langs een plaats waar een begroeide wandelstok staat, en Nazarius vertelt over het visioen van Petrus, waarbij hijzelf ook aanwezig was. Dan gaan ze weer verder. Einde