Module 1

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 815 woorden
  • 24 december 2004
  • 40 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
40 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Informatica Module 1 · Informatica: De wetenschap die de verwerking van informatieprocessen bestudeert. · Gegevens: Feiten of gebeurtenissen die (vaak) op een afgesproken wijze zijn vastgelegd zodat er een verwerking mogelijk is. Zij vormen de grondstof van informatie. (Bijv. naam, adres, woonplaats, geboortedatum etc.) · Informatie: Wanneer gegevens gecombineerd worden en in een bepaalde context geplaatst worden, spreekt men van informatie. · ICT: Informatie- en communicatietechnologie; het geheel aan hardware, software en datacommunicatiefaciliteiten en de diverse toepassingen ervan. · Primaire processen: Deze processen hebben te maken met het product of de diensten die het bedrijf levert en ze zijn gezichtsbepalend voor het bedrijf, hieraan ontleent een bedrijf zijn bestaansrecht. Hieronder verstaan wij: inkoop, productie, verkoop, logistiek (opslag en distributie) en ook onderzoek en ontwikkeling. · Secundaire processen: De ondersteunende activiteiten; personeelszaken, salarisadministratie, kantine, postkamer etc. · Informatieverzorging: Het proces om informatie te leveren aan de organisatie om de primaire bedrijfsprocessen te ondersteunen. Het verzamelen en vastleggen van gegevens, het verwerken van de gegevens tot informatie, het verstrekken van informatie, het opslaan van (relevante) gegevens die voor langere tijd bewaard moeten worden. · Informatievoorziening: Het totaal van de middelen waarmee dit plaatsvindt. Dit wordt ook wel informatie-infrastructuur genoemd. Opslag Ý ß Invoer Þ Verwerking Þ Uitvoer · Informatie-infrastructuur: Hardware (computers, modems, printers en andere apparatuur), software (besturingssysteem, applicaties) en mensen. · Informatiesysteem: Een systeem dat gericht is op het leveren van informatie die nodig is om een bepaald doel te bereiken. (Kaartenbak, adresboekje, Gouden Gids etc.) Eisen waaraan een informatiesysteem moet voldoen: betrouwbaarheid, continuïteit, efficiëntie, effectiviteit. · Systeem: Een samenhangend, geordend geheel van onderdelen die een gemeenschappelijk doel dienen. · Systeemfuncties: Deze geeft aan wat een systeem kan; invoer, verwerking, uitvoer. Zodra deze functie wordt uitgevoerd spreken we van processen. · Besturing: De systeemfunctie die de informatie uit de terugkoppeling analyseert om te bepalen of het systeem in de richting van het beoogde doel koerst. · Sturingssignaal: Een boodschap (bijv. rood licht bij verkeerslichten) die aangeeft wat ‘je moet doen’. · Terugkoppeling / feedback: De informatie op de reactie door het sturingssignaal. · Informatiebehoefte: De informatie die iemand nodig heeft voor het zo goed mogelijk uitvoeren van een activiteit. · Systeemontwikkeling: Het ontwerpen en bouwen van een nieuw (geautomatiseerd) informatiesysteem. · · Productiefactor: Arbeid, grondstoffen, kapitaal en informatie. Acht eisen waaraan informatie moet voldoen: volledigheid, relevantie, actualiteit, juistheid, nauwkeurigheid, controleerbaarheid, overzichtelijkheid, tijdigheid. · Hardware: Heeft betrekking op de apparatuur en het materiaal. Gedacht moet worden aan computers, netwerkapparatuur, telefoon, fax, papier, formulieren etc. · Software: Alle programma’s die computers aansturen. · Gegevensbestanden: Ook software, maar niet in de vorm van programma’s. Bij gegevensbestanden moet je denken aan grote databanken met adressen en vele andere gegevens, waar het informatiesysteem als het ware op kan ‘terugvallen’ om de gewenste processen goed te laten verlopen. · Procedures: Deze hebben betrekking op de regels die nageleefd moeten worden om het systeem goed te laten functioneren. Het kunnen regels zijn die betrekking hebben op de correctie van fouten, voorschriften voor het gebruik van de apparatuur enz. · Mensen: Ook een hulpbron, alleen minder voor de hand liggend. Toch zijn bij het laten functioneren van informatiesystemen altijd mensen nodig, hetzij als eindgebruiker, hetzij als informaticus die betrokken is bij de ontwikkeling, bouw en het beheer van een systeem (zoals een programmeur, informatieanalist en/of projectleider). · Operationele taken: Ook wel uitvoerende taken genoemd. · Bedrijfsvoering: Kostenreductie, efficiëntere productiemethoden, aanpassingen aan bestaande producten enz. · Strategisch voordeel: Bijv. nieuwe producten en diensten, nieuwe werkwijze, samenwerking met partners enz. · Managementinformatiesystemen: - Informatierapportagesysteem: produceert rapporten en overzichten. - Beslissingsondersteunend systeem: analyseert
de gevolgen van bepaalde beslissingen (men kan er zogenoemde scenario’s mee maken). - Beleidsinformatiesysteem: biedt essentiële informatie om beleid voor met name de langere termijn te kunnen maken. Dit kan bijv. informatie zijn over de ontwikkelingen van het marktaandeel van het bedrijf en zijn concurrenten of informatie over marktsegmenten die nog ontwikkeld kunnen worden. · Operationele informatiesystemen: - Kantoorautomatiseringssysteem: een systeem

Voor tekstverwerking, e-mail, boekhoudprogramma’s enz. - Transactieverwerkingssysteem: verwerkt zakelijke transacties (bijv. het overschrijven van geld naar een bank). - Procesbesturingssysteem: bestuurt bijv. processen in een fabriek (zoals chemische processen bij de kunststoffabricage). · Aspecten die een rol spelen bij de grootschalige uitwisseling van informatie zijn: -Privacy: Moet iedereen klakkeloos alle gewenste gegevens over zichzelf beschikbaar stellen of die van een ander mogen inzien? Welke voorwaarden mag hij hieraan verbinden? -Juistheid: Wie is er verantwoordelijk voor de betrouwbaarheid van informatie? Dit probleem speelt met name op het internet: daar is geen instantie die controleert of de aangeboden informatie wel juist is. -Toegankelijkheid: Wie mag welke informatie ontsluiten? -Eigendom: Wie is de eigenaar van de informatie? Moet deze persoon onder alle omstandigheden betaald worden in verband met eigendomsrechten? · Sinds 1 september 2001 is de Wet Bescherming Persoonsgegevens van kracht. Hierin is de privacy van personen geregeld. Deze wet vervangt de Wet Persoonsregistraties uit 1989, waarin geen rekening met geautomatiseerde systemen werd gehouden. · Als voorbeelden van nieuwe functies die door de opkomst van ICT ontstaan zijn, kunnen we noemen: -Programmeur -Systeemanalist -Systeemontwikkelaar -Netwerkbeheerder -Webdesigner -Database-administrator -Applicatiebeheerder · Ergonomie: De wetenschap die zich bezighoudt met arbeidsomstandigheden en werkomgeving.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.