Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 2

Beoordeling 6.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 571 woorden
  • 14 november 2010
  • 29 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
29 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Het uitwisselen van informatie = communicatie. Een persoon of apparaat stuurt een stukje informatie naar een andere persoon of apparaat.

Zender= iemand die informatie stuurt

Ontvanger= iemand die de informatie (bericht) ontvangt --- communicatiepartners

Elk bericht bestaat uit 2 delen:

Vorm waarin het bericht in gegoten is ; rijen bits =tekens (ook letters,wegwijzers en symbolen)

De zender en de ontvanger moeten beide tekens gebruiken waar ze de betekenis van kennen.


Soorten informatie kun je digitaal maken rij bits

Zender moet manier vinden om de ontvanger duidelijk te maken wat de betekenis van die rij bits is. – (dan verloopt de communicatie pas goed)  protocol; afspraken om een communicatie goed te laten verlopen


Belangrijk van informatie is dat je de betekenis eenduidig vastlegt.

Computergebruikers werken met programma’s die uitgebreide mogelijkheden hebben – bediening van programma’s loopt via een interface

De vensters van Microsoft Windows zijn een voorbeeld van standaardisatie


Directe communicatie – weinig tijd of geen tijd tussen het zenden v/e bericht en ontvangen. Direct geantwoord worden; MSN , RADIO.

Indirecte communicatie - meer tijd tussen het zenden en ontvangen. De informatie wordt bewaard en pas later door de ontvanger bekeken; de krant, e-mail en sms.

Communicatie middel – medium, informatiedrager ;term hangt van de situatie af.


directe communicatie : computer verbinding maakt met een netwerk of met internet.

indirecte communicatie: Als je informatie op een cd-rom of USB-stick zet en die later in een andere computer leest


Sensor: Een apparaat dat iets in zijn omgeving waarneemt en signalen doorgeeft aan een systeem

Actuator: Een apparaat dat aangestuurd vanuit een systeem iets in de omgeving beïnvloedt.

De informatie die je uitwisselt om de communicatie goed te laten verlopen, heet stuurinformatie:

• contact leggen

• wisselen van rol (zender wordt ontvanger en omgekeerd)

• de ontvangst van berichten bevestigen

• aangeven dat een bericht niet goed is overgekomen

• het contact verbreken


IP = Internet Protocol en regelt het versturen van pakketjes data tussen twee computers.

TCP = Transfer Control Protocol dit zorgt ervoor dat data foutloos overgezonden worden.

FTP = File Transfer Protocol voor het uploaden en downloaden van bestanden op een server

SMTP = Simple Mail Transfer Protocol voor het versturen van e-mailberichten,

POP = Post Office Protocol voor het beheren van je mailbox bij een provider

HTTP = HyperText Transfer Protocol zorgt voor het verzenden van webpagina’s

talen ontworpen om computers te instrueren: programmeertalen.

Ook bij die talen is er een syntaxis en een semantiek. Een computer kan een fout in de syntaxis herkennen. Er komt dan een foutmelding.

HTML (HyperText Markup Language) is de taal waarin de meeste webpagina's geschreven zijn. Een HTML-document bestaat uit gewone tekst, waarin verwijzingen naar andere bestanden, pagina's of plekken binnen de pagina zijn opgenomen.

Een verwijzing naar een pagina: (hyper)link

tag: aanwijzing tussen symbolen die structuur van een pagina aangeeft

nieuwe alinea

Koppen (headers)

Line break, nieuwe regel

nadruk

• Alle tags en attributen schrijf je met kleine letters

backus naur form - veel compacter dan syntaxdiagrammen

 source geeft de bron aan, alt; muis over het plaatje

De Tag

markeert het begin van de tabel

De Tag 
 
markeert een rij in de tabel

Tussen de Tags
 ...
zet je de inhoud van een cel.

Cascading Style Sheet = CSS-bestand waarin de opmaak van html-elementen wordt beschreven.


begin en einde van een lijst – meestal met nummers


commentaar, wordt niet door de browser getoond


de belangrijkste regels voor nette html-code op een rij:


• Alle elementen moet je sluiten:


...

• Lege elementen mag je sluiten met de / achteraan:

• Elementen moet je nesten:

...

• Waarden van attributen moeten tussen aanhalingstekens:

begin en einde v/e lijst – met cijfers

REACTIES

P.

P.

Hartstikke mooi

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.