16e eeuw
Steeds meer kunstenaars kozen voor Griekse mythen als thema voor hun kunstwerken
16e eeuw
Duitsland vormde het Duitse Rijk
1500
De Renaissance verspreidt zich naar het noorden van Europa
Vanaf 1500
Men was ervan overtuigd dat Columbus niet een nieuwe zeeroute naar Azië had gevonden, maar een nieuw continent
1517 okt
Luther publiceerde 95 stellingen in zijn woonplaats Wittenberg, die de kerk flink bekritiseerde
1519
Ferdinand Magelhaes vertrok en kwam veilig terug in Europa. 18 van de 265 bemanningsleden overleefden de tocht
1519
Aan het hoofd van het Duitse Rijk stond keizer Karel de Vijfde, als keizer was hij beschermheer van de kerk
1520 okt
De paus verstootte Luther uit de kerk
1521
Karel de Vijfde kwam naar Luther. Als hij zijn woorden terug zou nemen, zou hij weer welkom zijn in de kerk. Luther weigerde. Karel schrok, want wanneer mensen het geloof zomaar zelf gingen interpreteren en de eeuwenoude tradities en macht van de paus ontkenden, zou dat de hele maatschappij ondermijnen. Karel vreesde chaos in het rijk.
1522
Luthers Duitse vertaling van de Bijbel was uitgekomen
1540
Karel de Vijfde organiseerde een militaire campagne tegen de vorsten die voor het protestantisme haaden gekozen. Maar zonder succes.
1543
Het idee dat de zon centraal staat (heliocentrisme) werd gepubliceerd na dat de Poolse wetenschapper Copernicus stierf op zijn sterfbed
1555
De Vrede van Augsburg werd getekend. Er werd afgesproken dat elke vorst in het Duitse Rijk zijn eigen godsdienst mocht kiezen en dat alle onderdanen in zijn staat dezelfde religie moesten aanhangen (cuius regio, eiusreligio)
1532
De woede van een aantal edelen over de centralisatie en vervolgingen liepen zo hoog op dat zij in actie kwamen. Ze sloten het verbond der edelen en stuurden een afgezant naar het hof in Madrid. Zonder resultaat.
1565
Drie stadhouders, waaronder Willem van Oranje, namen hun ontslag omdat ze het niet eens waren met de keizer
1566
Oorlogen in Scandinavie , zoals tussen Zweden en Denemarken, leidden direct tot een groot graantekort in de Nederlanden, en dus tot armoede.
1566
200 edelen trokken te voet naar het hof, waar zij Margaretha van Parma het smeekschrift der edelen aanboden. Ze verzochten de kettervervolgingen te stoppen.
1566 aug
Het liep in Steenvoorde uit de hand, na afloop van een hagenpreek. Dit was het begin van de beeldenstorm
1568 jun
De hoge adellijke heren Egmont en Horne werden beschuldigd van hoogverraad en in Brussel onthoofd
1568
Het leger van de Geuzen wonnen van het Spaanse leger bij Heiligerlee, dit is het begin van de Tachtigjarige oorlog
1576
De opstandige gewesten Holland en Zeeland sloten met de Staten- Generaal de pacificatie van gen. Ze erkende in deze overeenkomst hun landsheer Filips de Tweede, maar besloten de gevechten voort te zetten tot hij zijn dolsadten uit de Nederlanden had verwijderd
1579
Unie van Atrecht
1581
Acte van Verlating
1581
Samen met de Acte van Verlating werd de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden geboren, de eerste Europese land zonder koning of keizer
1584
Willem van Oranje wordt vermoord door Balthasar Gerards in Delft
1592
Willem van Oranje organiseerde en volgende aanval. Den Briel werd zonder moeite veroverd door de geuzen op zee, watergeuzen.
1609
Twaalf jaar durende wapenstilstand bereikt
1648
Vrede van Munster
Bekende mensen:
Magelhaes
Ontdekkingsreiziger, die in Spaanse dienst de eerste zeilreis rond de wereld leidde
Christoffel Columbus
Ontdekkingsreizer die Amerika “ontdekte”, hij dacht dat het India was
Desiderius Erasmus
Nederlandse humanist
Leonardo Da Vinci
Homo universalistijdens de italiaanse renaissance
Maarten Luther
Protestantse reformator, hij kwam met de 95 stellingen
Johannes Calvijn
Een belangrijke Frans- Zwitserse christelijke reformator, naar wie een protestants- christelijke stroming, het calvinisme, is genoemd.
Karel 5
Rooms- Duitse keizer
Filips 2
Hij was heerser van het grootste koloniale rijk in de 16e eeuw. Hij ging in strijd met de Ottomanen
Willem van Oranje
Stadhouder van Nederland
Alva
Derde hertog van Alba, een Spaanse generaal en landboogd van de Nederlanden aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog. Zijn bewind leidde tot een verheviging van de opstand in de Habsburgse Nederlanden en uiteindelijk tot ontstaan van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Vasco Da Gama
Portugese ontdekkingsreiziger en de leider van de eerste expeditie van Portugal naar India
De Europese expansie, redenen:
Politiek
Veroveren om zelf een groter rijk te worden
Economie
Handel om rijk te worden:
. Specerijen
. Zijde
. Goud en zilver
Over zee door blokkades in het land
Voorbeeld Columbus: Hij verovert een nieuw gebied
Voorbeeld Columbus: Hij krijgt specerijen, zijde, goud en zilver aangeboden wat hij kan verhandelen
Sociaal
Europa, Noord- Afrika en de Arabische wereld waren alleen bekend à overzeese expansie, vooral door Spanje en Portugal, omdat ze aan zee liggen en in de uithoek van Europa
Cultuur
Verspreiding van het christendom
Nieuwsgierigheid en zucht naar avontuur
Voorbeeld Columbus: Columbus komt terecht in Amerika, al wilde hij naar India
Voorbeeld Columbus: Hij verspreidt het christelijke cultuur en de Spanjaarden waren gewoon nieuwsgierig naar de indianen
Spaanse conquistadores: Het koloniseren van de rijken van de Azteken en de Inca’s
Gevolgen:
. Indianen sterven door Europese ziektes
. Indianen worden gekerstend, christelijk gemaakt
. Indianen gedwongen tot arbeid
Protest tegen slechte behandeling indianen, gevolg vanaf 1542, de indianen moeten gelijk staan aan de kolonisten dus er moeten andere mensen op de plantages gaan werken àtrans-Atlantische slavenhandel: Handel over de Atlantische zee à de import van Afrikaanse slaven vormt het begin van de driehoek handel = slaven uit Afrika naar Amerika, daar werken ze op de plantages en de producten worden vervolgens weer gestuurd naar Europa
Italië, begin van de Renaissance
Politiek
Noord- Italiaanse stadstaten maakten zich los van de Duitse keizer en de paus
Economie
Groeiende handel met Midden- Oosten en rijke Vlaamse handelssteden
Sociaal
Humanisme = Gedachte dat je een goed leven kunt leiden zonder een beroep te doen op God, ervan uitgaande dat ieder mens vrij, waardevol en gelijkwaardig is en dat iedereen zelf verantwoordelijk is voor zijn leven
Humanist:
. Kritische denkhouding à op zoek naar fouten
. Leven als een universele mens
Nieuwe wetenschappelijke belangstelling
Proberen de wereld te verklaren op een rationele manier
Humanisme:
Cicero (106- 43 v.C.)
àHumanitas: Gevoeligheid voor mensen die er minder aan toe zijn
LeonardiDaVinci (1453 – 1519)
- Italiaanse humanist
- Homo Universalis
- Renaissance
Erasmus (1466 – 1536)
à Bekendste humanist + wetenschapper
à Leefde rond dezelfde tijd als Luther
à Lof der Zotheid (= eerbetoon aan de gekte) 1509
Humanisten en hervormers waren het niet altijd met elkaar eens!
Cultuur
Van memento mori naar carpediem
Nieuwe belangstelling voor klassieke erfgoed
Renaissance = Wedergeboorte
Architectuur en kunst op basis van de klassieke vormentaal
Reformatie
Politiek
Babylonische ballingschap (1309 – 1377)
- Tussen de Franse koning en Roomse paus
Westerse schisma (1378 – 1417)
- Frankrijk en aanhangers
- Engeland en aanhangers
- Duitsland, politiek flexibel, die kozen wat hen op dat moment het beste uitkwam
Gevolg = Godsdienstoorlogen in het Duitse rijk
Act of Supremacy (1534)
à Vanaf dit moment is de koning(in) in Engeland het hoofd van de kerk in Engeland
Economie
-
Sociaal
Geestelijkheid groeit en toenemende kritiek:
. De paus wilde alle wereldlijke macht
. Luxe leven, corruptie en rijkdom van de hoge geestelijkheid
. Slechte opleiding van de parochiepriesters
Mensen die afweken van de katholieke leer werden vervolgd door de inquisitie = Kerkelijke rechtbank die niet- katholieken (ketters) opspoort en veroordeelt
Vanaf de 15de eeuw: Kritiek op de geestelijkheid kon snel verspreid worden via de nieuwe uitgevonden drukpers
Begin van de kerkhervorming of reformatie = Protestbeweging tegen misstanden en manieren van geloven in de katholieke kerk
Humanisten en hervormers waren het niet altijd met elkaar eens!
Cultuur
Reformatie à Splitsing van de kerk in katholieken en protestanten
Contrareformatie à Bestrijding van het protestantisme en verbetering van de misstanden in de katholieke kerk
Kerkhervormers:
John Wiclyff, Engels, 1330 – 1384
- Commentaar op de kerk
Anti- christelijke
Johannes Hus, 1370 – 1415
Maarten Luther, Duits, 1483 – 1546
- Hij was niet de eerste die commentaar had op de kerk
- 95 stellingen
Johannes Calvijn, Frans, 1509 – 1564
Bourgondische en Habsburgse Rijk ontstaan
Politiek & Economie
Filips de goede
Karel de Stoute
. Opvolger van zijn vader Filips de Goede
. 1433- 1477
. Stout van stoutmoedig = dapper
. Voert oorlog met Lotharingen en Frankrijk
. Roept de Staten- Generaal (= de afgevaardigden van de gewesten) bijeen voor geld
. Sterft op het slagveld
9 januari 1464, Brugge, Doelen:
. Geld inzamelen voor o.a. kruistocht naar Constantinopel
. Regentschap regelen bij afwezigheid à de drie collaterale raden (geheim raad (binnenlandse zaken en justitie), raad van state (buitenlandse zaken en oorlog) en raad van financiën)
Maria van Bourgondië
. Opvolger van Karel de Stoute
. 1457 – 1482
. Verleent Groot Privilege aan de staten in ruil voor steun
. Centralisatie van Karel ongedaan
. Zelfstandigheid
. Trouwt met een Oostenrijkse à Nederland wordt onderdeel van Habsburgse Rijk
Maximilaan van Habsburg
. Drie kinderen met Maria
Philips de Schone
. Handelsverdragen met Engeland
. Handelsverdragen met Frankrijk
Karel de Vijfde
. 1500 (geboren in gent) – 1558
. Habsburgse keizer in vooral Spanje
. Transactie van Augsburg (1548)
. Pragmatieke sanctie (1549)
Sociaal & Cultuur
Christelijk
Bourgondische levensstijl = mooie kleding, goed eten, rijkdom uitstralen
Jan van Eyck
. 1390 – 1441
. “Uitvinder” van olieverfkunst
. Grondlegger van de Renaissance
. Spion van Filips de Goede
De opstand
Politiek
De Nederlanden
. Binnen de 17 gewesten hebben ze eigen regels en wetten
. Stadhouders aan het hoofd van een gewest
. Ook adel en steden hebben priviliges
Karel de Vijfde gaat de Nederlanden centraliseren en ze voeren de inquisitie in à Karel de Vijfde en zijn opvolger (en zoon) Filips de Tweede zijn beide zwaar katholiek
Sociaal
15e eeuw: Nederlanden behoren tot Bourgondieà Bourgondische hertogen proberen Nederlanden te centraliseren à veel verzet van steden tegen uniformering omdat zij hun privileges kwijt raken à toch voeren ze de centralisatie door
Vanaf 1515: De Nederlanden behoren tot het Spaans- Habsburgse rijk
1555: Karel de Vijfde geeft land aan zijn zoon Filips de Tweede
1566: Beeldenstorm à Karel de Vijfde stuurt Hertog van Alva à Hertog van Alva stelt: de raad van beroerten (bloed bank) op en de tiende penning (belasting)
Willem van Oranje wil Hertog van Alva uit het land hebben à In 1568 wordt Willem van Oranje de leider van de Nederlandse Opstand à in 1568 is de slag bij Heiligerlee, het begin van de Tachtigjarige oorlog à de Nederlandse opstandelingen waren niet zo groot tot ze in 1972 Den Briel in namen à de opstandelingen groep groeit à in 1976 gaan de Spaanse soldaten uit de Nederlanden en gaan naar Vlaardingen. Ze gaan daar plunderen omdat ze geen geld meer kregen à alle Nederlanden die niet meededen met de Opstand, gingen nu wel meedoen, 1576: Pacificatie van Gent (de 17 gewesten komen weer samen) à Unie van Atrecht, de 3 katholieken gewesten stappen uit de groep à 1579: Unie van Utrecht, de andere gewesten maken samen een afspraak à 1581: Acte van Verlating, de opstandige gewesten zetten Filips de Tweede af à ze moeten zonder vorst door en in 1588: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, de zeven gewesten die de Unie van Utrecht trouw zijn gebleven à 1609 – 1621: Twaalfjaar wapenstilstand à 1648: Vrede van Munster, de Spaanse koning erkent nu de Nederlanden pas als een republiek, Nederland is officieel onafhankelijk
Cultuur
In de Nederlanden: Toenemende invloed van Calvinisme
Nieuw mensbeeld voor bovenlaag van de rijke handelaren
Middeleeuwen
Renaissance
Memento mori
Carpediem
Gedenk te sterven
Pluk de dag
Het belangrijkste leven is het leven na de dood
Het leven op aarde is ook belangrijk
Zelf nadenken
Teksten uit de Bijbel gebruiken
Detail
Schematisch
Natuurgetrouw door empirisch onderzoek
Bijgeloof (zoals astrologie)
Godsdienst
Religie
Geloof in God of in de goden, met alles wat daarbij hoort
Geloofsleer
Katholieken
Protestanten
de paus is de leider van de kerk
Er is geen aparte leider van alle protestantse groeperingen te samen
Geestelijken mogen niet trouwen
Predikanten mogen trouwen
De kerk bepaalt de geloofsregels
Kerk is niet bezig met het geloof, maar met bijgeloof, rijkdom en macht
Geestelijkheid is nodig voor contact tussen God en gelovigen
Geestelijkheid is niet nodig
Alle ambten in de organisatie van de kerk worden vervuld door geestelijken
Alle taken in de kerk worden door leken vervuld, behalve het ambt van predikant
Geestelijken en heiligen zijn nodig als bemiddelaars tussen de gewone mens en God
Geestelijken en heiligen zijn niet nodig, iedereen kan zelf zijn weg naar God vinden, de Bijbel is de basis van het geloof
Luther
Calvijn
Geboorteland
Duitsland
Frankrijk
Kerkdiensten
Verering van relikwieën en heiligen is bijgeloof
Verering van relikwieën en heiligen, branden van kaarsen en orgelspel is bijgeloof
Weg naar de hemel
Alleen door oprecht te geloven komt men in de hemel
Predestinatie: God heeft al bepaald of jij naar de hemel gaat
Politiek
“Wiens gebied, diens gebed”: vorst mag het geloof voor zijn onderdanen bepalen
Gelovige mag zelf zijn geloof bepalen. Als een vorst dit niet toestaat, mag de gelovige in opstand komen
Wetenschappelijke belangstelling maakt Europese overzees expansie mogelijk door:
. Bepaalde uitvindingen zoals het kompas en de scheepsbouw
Europese expansie bevorderde wetenschappelijke belangstelling door:
. Het ontstaan van wereldkaarten/landkaarten
. Het tegenkomen van nieuwe diersoorten
. Het tegenkomen van nieuwe volkoren
Eind typerend beleid = Centralisatie door Karel V
Nieuwe manier van denken in de Renaissance = Veranderende mensbeeld & wereldbeeld
Nederlandse Opstand voorloper op de revoluties van de 18de eeuw doordat:
Zij gingen zich losmaken van de vorst en streden tegen het absolutisme
Bijzondere plek die de Republiek innam in staatskundig opzicht:
Geen vorst (= koning) of staatshoofd
Voor 1508: Arabieren hadden de landroutes in handen
Na 1508: Portugezen vonden een zeeroute naar Azië
Blokkade van Antwerpen (door de Spanjaarden) was gunstig voor de Republiek
Heroriëntatie:
- Wetenschap
- Kunst à beeldhouwkunst en beeldende kunst
- Politiek à literatuur en democratie
Tijdvak 6 = Tijd van Regenten en Vorsten (1600 – 1700)
Kenmerkende aspecten:
De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch opzicht van de Nederlandse Republiek
De Nederlandse Republiek nam een bijzondere plaats in op staatkundig opzicht omdat het geregeerd werd door regenten en niet door een vorst. In de 17de eeuw kwam er een flinke economische groei in de Nederlandse Republiek, ook wel de Gouden Eeuw. Amsterdam was het centrum van de handel in de Republiek. Amsterdam had een stapelmarkt, een plaats waar goederen worden opgeslagen tot de prijzen gestegen zijn. De Republiek was een welvarend land voor de kunst, wetenschap en techniek.
Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van de wereldeconomie
In 1602 werd de VOC (Verenigde Oost- Indische Compagnie) opgericht, voor de handel in Azië. De nieuwe compagnie kreeg het monopolie op handel met alle landen ten oosten van Kaap de Goede Hoop en ten westen van de Straat van Magelhean. De VOC mocht optreden als mogendheid en kon zelfstandig oorlog voeren. Over de Oost, zoals de Indonesische vestigingen genoemd werden, had de gouverneurs- generaal alle zeggenschap. Jan Pieterszoon Coen, stichtte Batavia, het bestuurscentrum in Indonesië. Dankzij de VOC participeerde de Republiek in de groeiende wereldhandel.
In 1621 werd voor de handel met Zuid- Amerika de West- Indische Compagnie (WIC) opgericht. Zo succesvol als de VOC was de WIC niet, haar grootste wapengeit was de verovering van de zilvervloot door Piet Hein in 1628. De WIC ging zich meer richten op de slavenhandel.
Het streven van vorsten naar absolute macht
In andere Europese landen regeerden machtige vorsten met pracht en praal. Ze regeerden volgens het absolutisme. De vorst had dan alle macht in handen, zowel op politiek, sociaaleconomisch als cultureel vlak. De bekendste absolute vorst was Lodewijk 16 van Frankrijk. In 1643 kwam Lodewijk 16 de troon als 5- jarige jongen, maar op zijn 13de betrad hij pas de troon. Eenmaal aan de macht ontwikkelde Lodewijk zich tot de machtigste vorst uit de Franse geschiedenis. Men dacht toen dat de zon het centrum was van het universum. Daarom werd hij, als centrum van Frankrijk, de Zonnekoning genoemd. Aan hem wordt de uitspraak ‘de staat, dat ben ik’ toegeschreven. Hij was een ‘absoluut vorst’, letterlijk een vorst die is ‘losgemaakt’ van de wetten, die als het ware boven alle wetten staat. De koning had dat recht gekregen van God, zo dacht men, en regeerde volgens het droitdivin: het goddelijke recht. Zijn wil was wet. Als koning had hij vier uitgangspunten om te regeren: regeer zelf, wantrouw de hoge adel, zorg voor gezonde financiën en handhaaf het recht.
De wetenschappelijke revolutie
De wetenschappelijke revolutie houdt in dat de Bijbel en de kerk niet de enige bron van kennis zijn, maar het zelfstandig denken, observeren en rederneren. Tijdens de Renaissance waren de denkers uit de Oudheid weer ‘ontdekt’. De Reformatie had discussie over de Bijbel gebracht, die iedere gelovige voortaan zelf mocht lezen. Er werd onderzoek gedaan door te observeren, rederneren en experimenteren. Zo kwam de stroming van het empirisme.
Voor wie er in politiek en maatschappij geïnteresseerd was, was het moeilijker om empirisch onderzoek te doen. Onderzoek werd door deze wetenschappers gedaan door het gebruiken van hun verstand, nadenken, het rationalisme.
Er ontstonden nieuwe uitvindingen en ontdekkingen.
Jaar
Uitleg
1579
Unie van Utrecht
1584
Willem van Oranje wordt vermoord
1585
Antwerpen werd door de Spanjaarden heroverd, veel Antwerpenaren vluchten naar Amsterdam
17e eeuw
De helft van de grond in Holland was in handen van de stedelingen
1602
Oprichting van de VOC (= Verenigde Oost- Indische Compagnie)
1609- 1621
Twaalfjarig bestand
1621
WIC (West- Indische Compagnie) opgericht door Zuid- Amerika
1628
De overwinning van de zilvervloot door Piet Hein. Dit was het grootste succes van de WIC
1637
WIC richt zich op slavenhandel
1643
Lodewijk de zestiende wordt op 5 jarige leeftijd koning
1648
Vrede van Münster, einde tachtigjarige oorlog
1649
Koning Charles 1 wordt ter dood gebracht op een schavot (onthoofd) en Cromwell aan de macht
1650
. Als dertien jarige jongen, bestijgt Lodewijk de Zestiende de troon
. Willem 2 stuurde een regiment op Amsterdam af, dat echter op de Hilversumse hei verdwaalde
. Willem 2 dood
1650-1672
Eerste stadhouderloze tijdperk
1653
Johan de Witt wordt raadspensionaris
1655
Johan de Witt en Wendela Bicker gaan trouwen, de belangrijkste en machtigste families van die tijd voegde zich samen
1672
. Het eerste stadhouderloze tijdperk wordt afgesloten
. Het rampjaar (neergang van de Gouden Eeuw), de Republiek werd aangevallen door Frankrijk, Engeland en de bisschoppen van Munster en Keulen à Johan de Witt kreeg hiervan de schuld en werd met zijn broer Cornelis vermoord
. Willem 3 stadhouder
1685
Lodewijk de zestiende herroept het Edict van Nantes, een verdrag dat ooit afgesloten was tussen koning en protestanten
1688
. Amsterdam krijgt als eerste stad ter wereld straatverlichting
. GloriousRevolution: op verzoek van het Engelse parlement wordt stadhouder Willem 3 getrouwd
Bekende mensen:
Bekende mensen:
Jan AdriaenszLeeghwater
Nederlandse molenmaker en waterbouwkundige. Hij was betrokken bij diverse droogmakerijen
Johan van Oldenbarnevelt
Raadspensionaris van de Staten- Generaal tijdens de Tachtigjarige Oorlog
Jan Pieterszoon Coen
Nederlands koopman, boekhoudergeneraal, directeurgeneraal en vierde gouveneur- generaal over alle bezittingen van de Verenigde Oostindische Compagnie buiten de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Johan de Witt
Raadpensionaris van het graafschap Holland in de Gouden Eeuw tijdens de Eerste stadhouderloze tijdperk van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Hij was een belangrijke politicus
Lodewijk 14de
De koning van Frankrijk, ook wel de zonnegod, streefde naar absolute macht
Isaac Newton
Engelse natuurkundige, wiskundige, astronoom, natuurfilosoof, alchemist. Hij ontdekte onder meer de differentiaalrekening en de integraalrekening en het Binomium van Newton.
Antoni van Leeuwenhoek
Nederlandse handelsman. Bekend door zijn zelf gefabriceerde microscoop en zijn pionierswerk voor de celbiologie en de microbiologie
Johannes Vermeer
Een van de beroemdste Nederlandse kunstschilders en leefde in de Gouden Eeuw.
Hugo de Groot
Een Nederlandse rechtsgeleerde en schrijver. Zijn belangrijkste werken liggen op historisch en juridisch gebied.
Maurits van Oranje
Prins van Oranje, graaf van Nassau en ws stadhouder en legeraanvoerder van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Rembrandt
Een van de grootste schilders in de Europese kunst
Handelskapitalisme
Politiek
Belangrijkste handel is de handel met het Oostzee gebied, ze halen daar vooral hout en graan vandaan
Hollandse handelaren gaan deelnemen aan de wereldeconomie (Spanje en Portugal deden al flink mee)
Wereldeconomie is dat goederen uit verschillende gebieden door de hele wereld worden doorverkocht
Economie
Handellaren investeren de winst in hun bedrijven, waardoor hun bedrijven groter worden
Nederlandse handelaren gaan steeds meer overzee handelen à 1585: Antwerpen valt in Spaanse handen à Amsterdam groeit uit tot de grootste stapelmarkt* (overgenomen van Gent en Brussel) à bv. Hout uit Scandinavie bijvoorbeeld
* Stapelmarkt is een plaats waar aangekochte producten waar nog geen koper voor is in pakhuizen worden opgeslagen tot zich een koper aanbiedt of de prijs zich gunstig heeft ontwikkeld zodat het weer doorverkocht kan worden
VOC – Verenigde Oost- Indische Compagnie, Nederlands bedrijf die vooral handelt met Indonesie
WIC – West Indische Compagnie, Amerikaans bedrijf die vooral handelt met West- Afrika
Opbloei van de handel zorgt voor opbloei van de gehele economie à Gouden Eeuw
Sociaal
Antwerpen wordt ingenomen door de Spanjaarden en veel Antwerpenaars vluchten naar Amsterdam
Andere landen zijn jaloers op het succes van de Nederlandse handel en proberen deze tegen te gaan door middel van mercantilismeà export van eigen producten te gemakkelijke maar import te vermoeilijken van handel uit Nederland
Cultureel
…
VOC
WIC
Jaar
1602
1621
Economie
Monopolie (= alleenrecht) op Nederlandse handel met Azie
Monopolie op Nederlandse handel met West- Afrika en Amerika
Belangrijke producten:
. Specerijen
. Zijde
. Porselein
Belangrijkste producten:
. Zilver
. Slaven
. Plantageproducten (bv. Suiker)
Kapitaal van de VOC door de aandelen à je koopt een stukje bedrijf en als er winst wordt gemaakt krijg je een stukje winst
Kapitaal via aandelen
Politiek
Bestuur over overzeese handelsposten en kolonien
Eigen leger
Afsluiten van verdragen
Kaapvaart tegen Spanje, Spanjaarden waren de concurrenten die ook in West- Afrika kwamen
Eigen leger
Bestuur over overzeese handelsposten
Afsluiten van verdragen
Gouden Eeuw, De Republiek
Politiek
Kenmerk bestuur van de Republiek: Decentraal bestuur à zie afbeelding hieronder
Geen centraal bestuur, maar particularisme (= de gewesten/steden streven hun eigen belang na).
De macht in handen van de regenten. Geen mensen van adel, maar mensen uit de steden.
Het bestuur in de Republiek had een burgerlijk karakter.
Economie
Opbloei economie
. Handel (zeevaart)
. Nijverheid
. Landbouw
Centrum = Amsterdam
De Republiek was het rijkste land van Europa in deze tijd
Sociaal
Door hoge welvaartpeil is er relatief weinig armoede:
. Lage werkloosheid
. Armenzorg
Cultureel
Culturele bloei
. Schilderkunst (Rembrandt van Rijn), er waren veel schilders, die heel veel opdrachten kregen, omdat men geld had voor schilderijen te kopen
. Literatuur (P.C. Hooft)
. Wetenschap, nieuwe uitvindingen gedaan
. Godsdienst, de Republiek was ontstaan door de strenge godsdienst vervolging van Filips 2 (de inquisitie), er was geen godsdienst vrijheid maar gewetensvrijheid (= je wordt niet vervolgd voor je geloof maar niet ieder geloof heeft dezelfde rechten), Calvinisten was de dominante stroming, je werd alleen maar een bestuurder in de Republiek als je Calvinist was, de katholieken werden niet vervolgd maar ze mochten ook geen mis houden en geen kerk hebben (alleen als ze veel geld betaalde) en tolerantie
Absolute macht, Frankrijk
Politiek
Minder afhankelijkheid van de adel
. Ambtenaren hielden toezicht en voerden het bestuur
. Het leger werd omgevormd tot een beroepsleger
. Adel werd verplicht om een gedeelte van het jaar in Versailles te verblijven
Economie
Minister Colbert, die zal het mercantilisme bedenken.
Mercantilisme = De staat stimuleert de eigen economie door importtarieven op buitenlandse producten en door het oprichten van eigen ondernemingen
Sociaal
Vanaf de Middeleeuwen streven Franse vorsten naar centralisatie.
Lodewijk 16de
1643: 5 jarige leeftijd koning van Frankrijk, zijn moeder met adviseurs helpt met regeren
Frankrijk was heel onrustig in Lodewijks jeugd
. Godsdiensttwisten
. Opstanden van de adel (Fronde 1648- 1653)
1661: Lodewijk bestijgt de troon en zegt “L’etat, c’estmoi” (= de staat, dat ben ik)
1701: Lodewijk stelt het absolutisme in (= Een staatsvorm waarbij de koning alle macht heeft en alleen aan god verantwoording hoeft af te leggen
Iedereen luisterde naar Lodewijk omdat hij het droitdivin had (= het goddelijke recht om als absoluut vorst te regeren)
Cultureel
Herroeping van het Edict van Nantes maakt een einde aan de godsdienstvrijheid. Alleen het katholieke geloof is nog toegestaan
Lodewijk investeert heel erg in de kunst en wetenschap. Hij richt verschillende Koninklijke academies op, waar de professionals elkaar kunnen ontmoeten.
Wetenschappelijke revolutie:
Wetenschap = Opdoen van kennis/theorie van experimenten, waarneming en het gebruik van het verstand.
Tot 17e eeuw veel belemmeringen voor de wetenschappen:
. Vertrouwen in auctoritas (de oude Grieken waren gezien als de waarheden)
. De kerk had een behoudende visie à grote kans dat je op de vervolgt was
Humanisme gaf de eerste aanzet voor de wetenschappelijke revolutie
Humanisten kenmerken
. Kritische houding
. Nieuwsgierigheid
+ Systematische beoefening (in de 17de eeuw)
Systematische beoefening
. Observatie à Zelf onderzoeken en zelf kijken, niet alleen maar in de boeken
. Empirieà zelf experimenteren
. Logica à goed nadenken
Wetenschappelijke revolutie werd gestimuleerd door:
. Instrumenten die het wetenschappelijke onderzoek bevorderen
. Tijdschriften hierin werden nieuwe onderzoeken beschreven en bekritiseerd
. Academies, waar wetenschappers bij elkaar kwamen en werden gesteund en gestimuleerd om nieuwe onderzoeken te doen
Burgerlijk
Adellijk
Gewone mens
Mensen met aanzicht
Geen rijkdom
Rijke mensen
Burgerlijk karakter = De burgers hebben de macht, niet de adel of geestelijkheid
De Republiek was veiliger dan de rest van Europa
Amsterdam:
- Handelsstad
- Stapelmarkt
- Welvarend
Absoluut vorst is onafhankelijk van de adel en geestelijkheid
Maatschappelijke veranderingen die het handelskapitalisme met zich meebrengt:
- De verschuiving van de macht van de adel naar de burgerij
- De 3e stand werd belangrijker, rijker en dus kon de koning ze gebruiken voor het bestuur
Edict van Nantes = Einde van de burgeroorlog tussen katholieken en protestanten
Een geloof bij het absolutisme àcentralisatie : als je geen eenheid in geloof kan hebben, dan gaan mensen je in twijfel achten
Continuïteit handel:
- Altijd negatieve handelsbalans à meer import dan export in de Republiek
- Europese handel is altijd groter dan de handel buiten Europa
Heroriëntatie op de kerk
17e eeuw:
- Economische bloei
- Culturele bloei à cultuur = kunst
- Ontstaan van wereldwijde handelscontacten
Tijd van Pruiken en Revoluties (1700-1800)
Kenmerkende aspecten:
Het rationeel optimisme en verlicht denken in godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen
Vele verlichte denkers dachten na over de samenleving en hoe dit beter kunt. Voorbeelden van verlichte denkers:
Cultureel = Voltaire, was voor tolerantie en godsdienstvrijheid. Hij twijfelde aan het belang van de geestelijkheid en was een deïst. Hij geloofde dat God de wereld had geschapen, maar er nu geen invloed meer op heeft.
Spinoza, een pantheïst. Hij geloofde dat God geen bovennatuurlijk wezen was, maar gelijk staat aan de natuur
Politiek = Voltaire, was voor een absoluut vorst, omdat hij vond dat het volk te dom was om zelf te regeren.
Rousseau was tegen de absoluut vorst en voor volkssoevereiniteit (dat alle macht bij het volk ligt). Ook was hij voor een sociaal contract. Dat zijn afspraken die gelden voor de hele bevolking.
Locke was ook voor het sociaal contract en vond dat de overheid de natuurlijke rechten van de burgers moest beschermen
Montesquieu kwam met de trias politica, een scheiding van de machten om machtsmisbruik te voorkomen.
Economie = Adam Smith was een verlichte denker die stond voor zoveel mogelijk vrijheid in de economie. Zoveel mogelijk vrijhandel en geen bemoeienis van de overheid.
Sociaal = Rousseau was tegen de standensamenleving van het ancien regime. Hij vond dat mensen van nature gelijkwaardig aan elkaar zijn
Immanuel Kant dacht na over het bestaan van de vrije wil van de mens.
Het voortbestaan van het ancien regime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
Naar de ideeën van Voltaire regeerde Frederik de Grote bijvoorbeeld. De vorst van de Pruisen, een deel van het Duitse Rijk. Hij ging verder op het verlicht absolutisme. Hij wilde het volk tevreden hebben, maar hij bepaalde zelf. Andere verlichte absolute vorsten waren Catharina de Grote (van Rusland) en Jozef 2 (van Oostenrijk).
De uitbouw van de Europese overheersing, plantagekoloniën en trans- Atlantische slavenhandel en de opkomst van het abolitionisme
Al in de 16e eeuw veroverde Spanje grote delen in Amerika. Doordat Engeland, Frankrijk en de Republiek in de 17e eeuw mee gingen doen aan de wereldeconomie, gingen zij ook delen van Amerika veroveren. Er kwam een driehoekshandel: Wapens, textiel en ijzers vanuit Europa naar Afrika à Afrikaanse slaven naar Amerika (over de Atlantische Oceaan dus de trans- Atlantische slavenhandel àPlantage producten die in Amerika gemaakt werden gingen naar Europa (waar de Afrikaanse slaven werkten was op plantage koloniën
Verlichte denkers als Voltaire en Montesquieu gingen stilstaan bij de slavernij. Deze twee verlichte denkers stonden voor gelijkheid van de mens, en vonden dat slaven ook mensen waren dus ook rechten hadden.
Door de ideeën van Voltaire en Montesquieu kwam het abolitionisme = het streven van slavernij en de slavenhandel. De verlichte en abolitionistische ideeën werden verspreid wat zorgde voor de afschaffing van slavernij in veel landen in de 19e eeuw.
De democratische revoluties in westerse landen, discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
De drie belangrijkste revoluties van deze tijd waren de Amerikaanse onafhankelijkheidsrevolutie (1775-1783), de Franse revolutie (1789-1799) en de Bataafse revolutie (1795-1806). Bij alle drie de revoluties gaat het erom dat de derde stand, de burgers, het oneens waren met hun vorst. Ze kwamen in opstand en eiste een grondwet. In de grondwet wilde ze gelijke rechten en plichten krijgen. In al deze grondwetten zijn de verlichte ideeen van Voltaire en Rousseau te herkennen.
Jaar
Uitleg
1564 - 1642
Galilei was er door goed kijken en na te denken achter gekomen dat de aarde om de zon draaide
1607
De eerste Engelse kolonisten kwamen aan in Noord- Amerika
1689 - 1755
Montesqieu
1694 - 1778
Fransman Voltaire had kritiek op de kerk en het geloof
1737
Thomas Paine werd geboren in Norfolk
1756
Oorlog tussen Frankrijk en Engeland over Amerikaans grondbezit
1763
De Zevenjarige Oorlog tussen Frankrijk en Engeland stopte. Ook in Europa wisten ze van de oorlog af. Er werd een vredesverdrag getekend en het bleek dat Engeland het meest gewonnen hadden
1773
. Act Stamp
. Boston teaparty
1774
. Thomas Paine ontmoet Amerikaan Benjamin Franklin en verhuist naar de Engelse kolonien in Noord- Amerika
. De afgevaardigden uit de Amerikaanse kolonien kwamen bij elkaar in Philadelphia (Continentaal Congres)
1775
Er werd een Amerikaans leger gevormd en werden onderhandelingen aangeknoopt met Frankrijk
1776
. Thomas Paine zijnboek Common Sense verschijnt
. Declaration of Independence door Thomas Jefferson
1776 – 1783
Amerikaanse Vrijheidsoorlog
1781
. De Engelse verloren de slag bij Yorktown
. In de Republiek: Aan het Volk van Nederland, de lezers werden opgeroepen om zich te verenigen tegen het wanbestuur van de Oranjes en de regenten uit de stedelijke besturen
. Van der Capellen eist vrijheid van meningsuiting en een vrije pers
1783
. Engeland erkend de Verenigde Staetn van Amerika, de nieuwst en tegelijkertijd meest democratische staat ter wereld
. Vrede van Parijs
1787
. In de Republiek kwam er een burgeroorlog tussen Patriotten en Oranjegezinden, patriotse machtsovername
. Pruisen helpt Willem V
1788
Franse hongersnood, doordat Lodewijk de 16de al zijn geld uitgaf aan oorlogen
1789
. Franse Revolutie breekt uit, op 14 juli raakt de koning de macht kwijt over zijn eigen hoofdstad en de Franse Revolutie is een feit
. Thomas Paine brengt zijn boek ‘Rights of Man’ uit
. Thomas Paine werd vastgezet door de Franse koning (in de gevangenis schrijft hij ‘Age of Reason’
. Bijeenroeping van de Staten- Generaal in Versailles, Frankrijk door Lodewijk de 16de
. Lodewijk de 16de ontslaat populaire hervormingsgezinde eerste minister Jacques Necker
1791
Grondwet voor Frankrijk: representatieve democratie en scheiding der machten (de koning heeft wel het recht om wetten uit te voeren, maar niet om wetten te maken, dat deed het parlement)
1792
. Koning Lodewijk de 16de wordt gevangen in de Temple
. Oostenrijk en Pruisen in oorlog met Frankrijk
1793
Lodewijk de 16de en Marie- Antoinette worden onthoofd in januari
1793 – 1794
Terreur onder leiding van Robespierre
1794
Thomas Paine wordt vrijgelaten door bemiddeling van de Amerikaanse regering en vertrekt naar Amerika
1795
. Bataafse Revolutie, het was afgelopen met de stadhouder en zijn bestuur in de Republiek
. Directoire regeert tot staatsgreep Napoleon
. Franse leger verovert Nederland, stadhouder Willem V vlucht naar Engeland en Patriotten nemen de macht over
1799
. Slag bij Castricum
. Napoleon kwam aan de macht
. Inval van Engelsen en Russen
1806 – 1810
Nederland koninkrijk onder Lodewijk Napoleon
. Napoleon benoemt zijn broer tot koning
1809
Thomas Paine sterft aan drank, eenzaamheid en ontkenning
1810 - 1813
Nederland onderdeel van Frankrijk
1813
Nadat Napoleon definitief verslagen was, kwam de zoon van de oude stadhouder terug uit Engeland, na korte tijd werd hij ingehuldigd als koning Willem 1 der Nederlanden, Nederland een koninkrijk
Bekende mensen:
Thomas Paine
Engels- Amerikaanse filosoof, vrijdenker en revolutionair. Een van de belangrijkste denkers van het liberalisme
Voltaire
Filosoof, voortrekker van de Franse Verlichting
Lodewijk 16de
Koning der Fransen. Hij werd geschorst en gearresteerd na de Bestorming van de Tuilerieën tijdens de Franse Revolutie (zijn vrouw, Marie Antionette van Habsburg- Lotharingen)
Montesquieu
Franse filosoof, grondlegger van de sociologie en als een van de belangrijkste filosofen van de Verlichting. Scheiding der machten
George Washington
Generaal, opperbevelhebber van de koloniën in de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog en de eerste president van de Verenigde Staten
Thomas Jefferson
Filosoof en de derde president van de Verenigde Staten
Joan Derk van der Cappelen tot Den Pol
Aanspoorder voor de patriottenbeweging, de democratische revoluties
Willem V
Stadhouder van de Verenigde Nederlanden, hij was de laatste Nederlandse stadhouder en de vader van de latere koning Willem 1
Robespierre
Een Frans advocaat en staatsman tijdens de Franse Revolutie. Hij trad op de voorgrond tijdens het Schrikbewind en was verantwoordelijk voor een groot aantal arrestaties en slachtoffers van de guillotine
Napoleon (1) Bonaparte
Een Frans generaal en dictator tijdens de laatste stadia van de Franse Revolutie, keizer der Fransen
Lodewijk Napoleon
De jongere broer van Napoleon 1 en koning van Holland en in dienst van de echte machthebber Napoleon 1
Verlichting
Continuïteit
Verandering
Rationalisme was belangrijk:
6e eeuw v.C.: Oude Grieken = Grieke filosofen proberen rationele verklaringen te vinden voor de wereld om hen heen
15e eeuw : Renaissance = Humanisten uit de Renaissance zorgen voor een nieuwe wetenschappelijke belangstelling
16e& 17e eeuw: Wetenschappelijke Revolutie à aanloop tot de Verlichting = Door het gebruik van het gezonde verstand en een systematische manier van onderzoek ontstaat de wetenschappelijke revolutie
. Verlichte denkers dachten dat alles met rationeel denken verklaard kon worden
. Wetenschappelijke Revolutie beperkte zich veelal tot het verklaren van natuurwetten
- Dat zou bijdragen aan de vooruitgang van de samenleving
Politiek
Voltaire:
. (verlichte) absolute vorst is nodig om het domme volk te regeren à voor de absolute vorst
Jean Jaqueline Rousseau (1712 – 1778):
. Volkssoevereiniteit: alle macht ligt bij het volk
. Sociaal contract: afspraken die gelden voor de hele bevolking à tegen absoluut vorst
Thomas Locke (1632 – 1704):
. Sociaal contract: afspraken die gelden voor de hele bevolking
. overheid moet de natuurlijke rechten van de burgers beschermen
Montesquieu (1689 – 1755)
. Trias politica: scheiding van de machten voorkomt machtsmisbruik
. Wetgevende macht, rechtende macht en uitvoerende macht
Thomas Hobbes (1588 – 1679)
. Zowel de burgers als vorst hebben rechten en plichten
(De republiek kwam hier al eerder mee. Als je je niet aan je plicht hield, mochten de burgers de vorst afzetten)
Economie
Adam Smith (1722 – 1790):
. Zoveel mogelijk vrijheid in de economie: vrijhandel en weinig bemoeienis van de overheid
. Wealth of Nations 1776 (boek)
- Einde feodaliteit
- Kritiek op mercantilisme*
- Voorstander vrijemarkteconomie
- Invisible Hand
*Beschermen van je eigen handel/producten, begonnen in Frankrijk
Sociaal
Wetenschappelijke revolutie
. Observatie
. Empirie
. Logica
Verlichting = Stroming van geleerden die meende dat alles met behulp van het verstand kon worden verklaard. Dat zou bijdragen aan de vooruitgang van de samenleving
. Groot vertrouwen in rationeel denken
. De wetenschappelijke manier van onderzoek kon gebruikt worden voor alle terreinen van de samenleving
. Door de verlichting was grote maatschappelijke vooruitgang mogelijk
Frankrijk 1751: De encyclopedie, alle verlichte ideeën werden hierin geschreven
Rousseau:
. Tegen standensamenleving van het ancien regime: mensen zijn van nature gelijkwaardig aan elkaar
. De mens wordt vrij geboren maar ligt overal in ketenen à vb. Je bent vrij om te kiezen, maar je moet wel werken om bv. Je hypotheek te kunnen betalen
John Lo>
Cultureel
Voltaire (1694 – 1778)
. Voor tolerantie en godsdienstvrijheid
. Twijfelde aan het belang van de geestelijkheid
. Deisme = God heeft de wereld gemaakt, maar hij heeft er geen invloed meer op (tegen de leer van het katholieken en protestanten)
Spinoza (1632 – 1677)
. Pantheist = God is geen bovennatuurlijk wezen, God is gelijk aan de natuur
Verlicht absolutisme
= Regeringsvorm waarbij de vorst probeert om met verlichte ideeën zijn bestuur te verbeteren, maar wel alle macht blijft houden
Politiek:
Frederik de Grote, vorst van de Pruisen, Oost- Duitse Rijk, zei: “Alles voor het volk, niets door het volk”
Andere verlicht absolutistische vorsten:
. Catharina de Grote (Rusland)
. Jozef 2de (Oostenrijk)
Economie:
Frederik de Grote: Droogleggen moerassen voor nieuwe landbouwgrond
Sociaal:
Frederik de Grote: Introductie van de aardappel als volksvoedsel
Standensamenleving bleef bestaan
Sociale mobiliteit is niet mogelijk
Ancien Regime = Oude orde voor de Franse Revolutie 1789
Cultureel
Frederik de Grote: Godsdienstige verdraagzaamheid (tolerantie)
Slavernij en abolitionisme
Politiek
16e eeuw: Spanje verovert grote koloniën in Amerika, landbouw (katoen, tabak, koffie) en mijnbouw (zilver, goud)
17e eeuw: Opkomende wereldeconomie, Engeland, Frankrijk en de Republiek doen hier aan mee en veroveren gebieden in Amerika
Spaanse mijnen raken uitgeput en andere landen gaan meedoen, zorgt voor plantagekoloniën = Overzeese Europese gebiedsdeel met grote landbouwbedrijven. Vaak werden hier slaven tewerk gesteld (eerst indianen en daarna steeds vaker Afrikanen) à Trans Atlantische slavenhandel = Handel van zwarte slaven van Afrika en Amerika
Economie
Driehoekshandel: Wapens, textiel en ijzers vanuit Europa naar Afrika à Afrikaanse slaven naar Amerika àPlantage producten die in Amerika gemaakt werden gingen naar Europa
Sociaal
18e eeuw: De verlichting dacht na over de slavenhandel à Voltaire en Montesquieu waren tegen de slavenhandel, ze waren voor gelijkheid à opkomst van abolitionisme = streven naar afschaffing van de slavernij en de slavenhandel
. Verlichte denkers en abolitionisten verspreidden deze ideeën
Afschaffing slavernij
1803: Denemarken
1833: Engeland
1848: Frankrijk
1863: Nederland
1865: Verenigde Staten
1869: Portugal
1886: Spanje
Cultureel
Democratische revoluties
Democratische revolutie = Verandering in het bestuur van een land, waardoor het volk meer macht krijgt ten koste van de macht van de koning. Deze verandering wordt vastgelegd in een grondwet.
Burgers in opstand à krijgen meer rechten àrechten worden opgenomen in de grondwet
Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog à leidt tot Bataafse revolutie en ondertussen is de Franse Revolutie ook bezig
Grondwet = Wet waarin staat hoe een land geregeerd wordt en wat de rechten en plichten van de burgers zijn à staatsburger: Iemand die burgerrechten in een staat heeft, grondrechten = Vrijheidsrechten die burgers beschermen tegen een oneerlijke behandeling door de overheid of door andere burgers à bv. je mag niet zomaar aan iemand zijn lichaam of spullen zitten
De democratische revoluties vonden plaats onder invloed van de verlichting
Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog
Franse revolutie
Bataafse revolutie
1775- 1783
1789 - 1799
1795- 1806
Dertien Engelse koloniën in Amerika à Er is veel vrijheid in het bestuur maar George de derde wil de absolute macht à
Hij stelt nieuwe belastingen in om oorlogen te kunnen betalen à hiermee is het volk niet blij, want dan willen de burgers ook inspraak
No taxation without representation
1773: Bostenteaparty, Amerikaanseopstandelingen
1775: Eerste veldslag
1776: Onafhankelijkheidsverklaring
. bescherming van de natuurlijke rechten
1781: strijd gestaakt
1783: vrede, onafhankelijk
1789: Invoering van de grondwet
. Trias Politica (president, congres en hooggerechtshof)
Derde stand was heel ontevreden:
. Oplopende staatsschuld
. De derde stand moest belasting betaalde
. Misoogst (1787 en 1788), hongersnood
. Lodewijk de 16de wilde de belasting verhogen
De gewesten hadden eigenlijk zelf de macht, maar de stadhouder trok steeds meer de macht naar zich toe à patriotten hadden hier kritiek op
Patriotten:
. Willem V ging zich steeds meer als vorst gedragen en daar waren zij het niet mee eens
. Het was een tijd waarin de welvaart in de Republiek afnam en gaven de stadhouders de schuld
1789: Staten Generaal komen bijeen
1789: Oprichting Nationale vergadering, onder leiding van de bevolking en ze eisen een grondwet voor meer rechten
. Afschaffen ancien regime
. Bescherming van de natuurlijke rechten
1791: Grondwet
. Censuskiesrecht
. Trias Politica
1793 – 1794: Terreur, periode waarin mensen onder de guillotine komen als ze niet radicaal genoeg zijn
1795: Grondwet
. Stabiliteit
. Censuskiesrecht werd aangetrokken
1799: Napeleon doet een staatsgreep en wordt een dictator
. De burgers vinden het prima dat hij een dictator is omdat hij voor rust zorgt
. Napoleon gebruikt wel veel van de verlichte ideeën
1815: Napoleon definitief verslagen à einde van periode van grote politieke veranderingen in Europa. Veel veranderingen worden teruggedraaid en de oude orde wordt hersteld door vorsten
1781: pamflet van de patriotten: Aan het volk van Nederland, hij roept het moderniseren van het bestuur op, naar de ideeën van de verlichting
1784 – 1787: Burgeroorlog tussen de patriotten en de prinsgezinde, de stadhouder wint en de patriotten vluchten naar Frankrijk
1795: De patriotten komen terug naar de Republiek om de stadhouder te verjagen, de stadhouder vlucht naar Engeland à De Bataafse Republiek, er moest een grondwet komen
1798: Grondwet, algemeen kiesrecht voor mannen en trias politica komen erin voor
1806: Bataafse Republiek wordt ingenomen door Napoleon, omdat de Fransen steeds meer invloed kregen à Napoleons broer wordt koning van het gebied en later wordt de Republiek bij Frankrijk gevoegd
Vrede van Parijs 1783, gevolgen voor de Republiek:
- Einde handel Oostzee
- Einde VOC monopoly op specerijen
Organisten
Patriotten
Regenten en lager volk
Gegoede burgerij
Absolutisme: De adel verplichten om te komen
à vroeger had de koning niet veel te zeggen over de adel
Deïsme = Het stelsel dat Gods bestaan erkent als van de wereld onderscheiden, maar ook geschei- den, in die zin dat God, na de wereld geschapen te hebben, op de gang van de dingen geen invloed meer uitoefent (als zodanig het tegenovergestelde van theïsme).
Verlichting = De Verlichting of Eeuw van de Rede was een cultureel-filosofische en intellectuelestroming in Europa die ruwweg samenviel met de 18e eeuw. Het was een reactie op het dogmatische autoriteitsgeloof. In deze periode ontstond een culturele stroming of beweging van intellectuelen met als doel het gebruik van de rede en het filosoferen te bevorderen. De rede gaat alleen maar af op feiten, hoe verborgen die ook zijn.[1] De Verlichting stond aldus voor bevordering van de wetenschap en intellectuele uitwisseling. De propagandisten ervan bestreden het bijgeloof, misbruik van recht in kerk en staat, intolerantie en kwamen op voor zekere grondrechten.
De Verlichting als stroming wordt gezien als een van de pijlers onder de westerse beschaving en zette grote wijzigingen in gang in het denken over religie, filosofie, kunst, wetenschap en politiek.[2] Tijdens de Verlichting zag men haar nog niet als een stroming of een afgebakend tijdperk, maar als een maatschappelijk proces waarvan de ontwikkeling kon worden nagestreefd en die nog voortduurt. De Verlichting gaf aanleiding tot vermodernisering van de samenleving door middel van individualisering, emancipatie, feminisme, secularisering en globalisering. Het gelijkheidsbeginsel, de mensenrechten en de burgerrechten vinden er hun wortels, net zoals het 'vrijdenken', het klassiek-liberalisme, het socialisme, het anarchisme.
De Verlichting kent een kritische en een constructieve zijde. De kritische of radicale verlichters nemen het (geïnstitutionaliseerde) geloof en onredelijkheid op de korrel. Zij komen op voor een scheiding tussen kerk en staat gebaseerd op rechtvaardigheid en democratie. De constructieve of gematigde verlichters, zoals Joseph Priestley zoeken kennis (wetenschap) en religie met elkaar te verbinden.
Niet alle 17e- en 18e-eeuwers beschouwden het tijdperk waarin zij leefden als verlicht, een periode waarin men het duistere verleden achter zich had gelaten. Tegenover de Verlichting stond het obscurantisme. Het was eerder een tijd van redelijkheid dan van rede; meer een houding, een doel of een streven dan een filosofisch stelsel.
(bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Verlichting_(stroming) )
Tijdvak 7
Verlichting = Niet het geloof, maar je verstand en wetenschappeijk redeneren brengt je op de waarheid
- Het rationaal optimisme en verlicht denken in godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen
Deïsme = God is geen persoon, maar is zichtbaar als de organisator van de natuur
Optimistisch rationalisme = Als je werkelijkheid in plaats van vanuit het geloof met je verstand benadert, lijkt alles wel mogelijk te zijn
Revoluties
- De democratische revoluties in westerse landen, discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
Democratische Revolutie = Revolutie om democratie te bewerkstelligen. Over wat voor democratie en hoe ver die moest gaan verschilden de meningen natuurlijk.
Grondrechten = Elementaire rechten die voor elke burger en elk mens gelden
Grondwet = Belangrijkste wet met de rechten en plichten van burgers en bestuur
Representatieve democratie = Het volk heeft wel invloed op het bestuur, maar via volksvertegenwoordigers. Zij vertegenwoordigen het volk
1793: Democratische revolutie
1793: Democratische revolutie
Amerika
- De uitbouw van de Europese overheersing, plantagekoloniën en trans- Atlantische slavenhandel en de opkomst van het abolitionisme
1773: Stamp Act & Boston Tea Party
1776: Thomas Jefferson schrijft Declaration of Independence
Abolitionisme = Beweging die streeft naar afschaffing van de slavernij
Boston Tea Party = Demonstratieve plundering van theeschepen in de haven van Boston uit verzet tegen de bevoorrechting van Engelse handelaars in thee
Declaration of Independence = Onafhankelijkheidsverklaring van de Engelse koloniën in Amerika. Hierin worden rechten en plichten genoemd die nog steeds de basis vormen van de democratie in Amerika
Plantagekolonie = Overzeese nederzetting waarbij plantages met slaven het belangrijkste middel van bestaan vormden
Engeland
1756 – 1763: Zevenjarige Oorlog à Engeland staat Louisiana af
1776: Thomas Paine publiceert Common Sense
1789: Thomas Paine publiceert The Rights Of Man
1809: Thomas Paine sterft
Frankrijk
- Het voortbestaan van het ancien regime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
1789: Uitbraak van de Franse Revolutie
1791: Grondwet voor Frankrijk: representatieve democratie en scheiding der machten (= Trias Politica)
1792: Oostenrijk en Pruisen in oorlog met Frankrijk
1793: Lodewijk de 16de en Marie- Antoinette terechtgesteld
1793 – 1794: Terreur onder leiding van Robespierre
1795 – 1799: Directoire regeert tot staatsgreep Napoleon
1795: Frans leger verovert Nederland, stadhouder Willem 5 vlucht naar Engeland en Patriotten nemen de macht over
Lodewijk de 16de
Guillotine
Ancien Regime= Bestuurssysteem van voor de Franse Revolutie waarbij de vorst veel macht eeft en er standen zijn met eigen voorrechten, zoals adel en geestelijkheid
Directoire = Bestuur van vijf directeuren tijdens de Franse Revolutie
Girondijnen = Gematigde beweging tijdens de Franse Revolutie, vertegenwoordigt vooral het belang van de rijkere burgerij
Jakobijnen = Radicale beweging tijdens de Franse Revolutie onder leiding van Robespierre
Religieuze tolerantie = Godsdiensten zijn gelijkwaardig aan elkaar, dat geldt ook voor het christendom in de 18e eeuw
Trias Politica = Er zijn drie machten: wetgevende macht, uitvoerende macht en rechterlijke macht. Je kunt die machten verdelen over verschillende staatsorganen of personen.
Verlicht absolutisme = De vorsten gebruiken het rationalisme om hun absolute macht te verdedigen
Nederland
1787: Patriotse machtsovername. Pruisen helpt Willem 5
1799: Slag bij Castricum (Noord- Holland), inval Engelsen en Russen tegen Franse leger
1806 – 1810: Nederland koninkrijk onder Lodewijk Napoleon
1810 – 1813: Nederland onderdeel van Frankrijk
1814: Nederland koninkrijk onder koning Willem 1
Bataafse Revolutie = Door de Franse inval veroorzaakte revolutie in Nederland in 1795, waardoor de Patriotten toch aan de macht komen
Oranjegezinden = Aanhangers van de stadhouder, streven naar een Nederland met een sterke macht voor de Oranjes
Patriotten = Beweging die Nederland een democratie en een bestuurlijke eenheid wil maken, maar zonder stadhouder. Zij komen op voor hun patria, hun vaderland
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden