Ondernemers, Ethici en nationalisten
2.1 Nederland breidt zijn gezag uit
Rond 1870 begonnen veel particuliere kapitaalbezitters in Indie te beleggen. Met dit geld werden vooral landbouwondernemingen en fabrieken opgericht.
Dit was de opkomst van de vrije ondernemer.
Nederlands-Indie werd voor nederland belangrijk als afzet- en exploitatie gebied. Nederland wilde zijn gezag over Nederlands-Indie veiligstellen; de toenmalige internationale wedloop om het bezit van kolonien bracht nederland hiertoe. Het KNIL (een grote militaire machtsontplooing) werd opgericht.
In 1910 was Nederlands-Indie staatkundig geheel praktisch voltooid. Er ontwikkelde zich een grote tabakscultuur die uit heel Europa ondernemers aantrok. De KPM werd opgericht voor de verspreiding van westerse producten in de archipel en de afvoer van landbouwproducten.
De ondernemers haalde hun werknemers uit de dorpen. De bevolking werd op hun werk als vee behandeld.
De overheidspolitiek was liberaal; ze wilde het particuliere bedrijfsleven in de kolonie bevorderen.
2.2 De ethische periode
Tegen 1900 kreeg de liberale overheidspolitiek een steeds ethischer karakter. Steeds meer opgeleide Nederlanders vonden werk in Nederlands-Indie. Naar hun mening moest Nederland zijn schuld aan de Indonesiers aflossen; een schuld van eeuwen onderdrukking en uitbuiting. De Indonesiers moesten uit hun achterlijke positie bevrijd worden en onder zorgzame Nederlandse leiding tot ontwikkelde mensen worden opgevoed.
De overheid stond hier achter door de brede maatschappelijke steun die de opvattingen kregen door het moederland en door de kolonie. Veel dingen waren ook in het belang van de ondernemers: gezondheidszorg, wegaanleg, irrigatie enz. Voor de ethici was het westers onderwijs het middel om de traditionele Indonesische maatschappij toegankelijk te maken voor westerse ideeen en vernieuwingen.
De ethische periode werd gekenmerkt door enorme dadendrang en goede wil, maar de uitvoering was moeilijk. De etische plannen waren bevoorbeeld ongunstig voor landbouwondernemingen. Ze konden hierdoor niet meer goedkoop de Indonesische bevolking in dienst nemen. Ze hadden nu geen goedkoop werkvolk meer. De overheid werd heen en weer geslingerd tussen haar ethische uitgangspunten en haar gebondenheid aan het Nederlands belang.
2.3 Opkomst van het Indonesisch nationalisme
Na 1900 begon de Indonesische samenleving te reageren op de ethische maatregelen. Door het onderwijs, kwamen er steeds meer intellectuelen. Met de kennis en ontwikkeling nam de ontevredenheid toe over de Nederlands overheersende rol en hun tweederangspositie. Dit leidde tot nationalisme. Ook doordat Japan als winnaar uit de strijd met Rusland kwam. Ze beseften hierdoor dat de Aziaten de westerlingen konden verslaan.
Het indisch nationalisme was in het begin gematigd.
„« Boedi Oetomo (het schone streven) opgericht in 1908, streefde naar gelijkmatige ontwikkeling van de Javaanse bevolking door middel van een combinatie van westerse kennis en Javaanse cultuur.
„« Indische Partij opgericht in 1911, streefde naar een vrij Indie waar gelijkheid heerste voor alle bevolkingsgroepen. Ze wilde een gemenebest (aaneensluiting van onafhankelijke staten) met Nederland.
Een leider Soewardi Woerjaningrat richtte de Taman-siswascholen op. In deze scholen werden ook nationalistische idealen bijgebracht.
„« Sarekat Islam opgericht in 1911, een handelsvereniging. De doelstellingen waren eerst gematigd maar groeide uit tot een politieke massa-organisatie met sterk anti-kapitalistiche en radicale trekken.
„« ISDV opgericht in 1914 door de Nederlander Sneevliet, hij wilde de socialisten in de samenleving verenigen en propaganda maken binnen andere nationalischtische partijen. In 1920 werd deze partij omgedoopt in de:
„« PKI De eerste communistische partij in Azie.
Het nationalistisch gevoel werd versterkt door de overheid. De etische plannen wekte verwachtingen op, die dus niet werden uitgevoerd door tegenstand van Nederlandse ondernemers en conservatieve kringen.
Wereldcrisis
De wereldcrisis van de jaren ¡¦30 maakte een einde aan de welvaart en bewees hoe kwetsbaar de economische positie van Nederlands-Indie was. De ethische verwachtingen en ideeen over de toenemende welvaart verdwenen al heel snel.
De Jonge, een conservatie, die de ethische politiek dus verafschuwde en een onafhankelijk Indie afwees, kwam aan de macht. Hij was een kampioen in bezuinigen en controleerde de nationalistische bewegingen scherp.
Er heerste nu bij elke bevolkingsgroep ontevredenheid door:
„« De crisis
„« De uiterst streng uitgevoerde bezuinigingspolitiek
„« Nederlandse onverschilligheid
2.4 De nieuwe nationalisten
Rond 1927 lieten nieuwe nationalisten van zich horen. Hun doel was om alle nationalistische bewegingen tot 1 te maken, iedere medewerking aan de koloniale overheid weigeren, en de onafhankelijkheid van Indonesie doorvoeren.
„« PNI De Indonesische nationale partij, o.l.v de econoom Mohammad Hatta en de ingenieur Soekarno. Soekarno kon het volk goed voor het nationalisme winnen. Door middel van Wayang. De PNI koos in het begin voor een non-cooperatieve opstelling. Ze richtte zich vooral op de propaganda.
Al snel werden Soekarno en andere leiders opgepakt. Toen hij terugkeerde had hij concurrentie gekregen. Sjahrir was nu de leider geworden van de nieuwe PNI.
Vanaf 1932 tot 1933 maakt De Jonge een einde aan de acties van de belangrijkste nationalisten. Sommige kwamen in een concentratiekamp terecht. Zij konden zich nu niet meer bemoeien met de politiek, maar het nationalisme verdween niet.
Petitie-Soetjardo Verzoekschrift uit 1936 van Volksraadlid Soetardjo aan de Nederlandse regering om binnen 10 jaar Indie een zelfstandige positie vinnen het Koninkrijk te geven.
De Voksraad nam de petitie aan, maar de termijn werd al gauw geschrapt. De nationalisten reageerden door de GAPI op te richten
„« GAPI opgericht in 1939, een eenheidsbeweging onder Indonesische politieke partijen, die tot een Indonesisch parlement wilde komen.
2.5 Japan
Sinds de tweede helft van de 19e eeuw ontwikkelde Japan zich tot een economisch en militair krachtige staat die voortdurend streefde zijn invloed in Azie te vergroten, de ene keer langs de economische weg,dan weer met militaire middelen. Nederlands-Indie kreeg ook te maken met die dreiging.
Nederland verklaarde Japan de oorlog, door o.a de japanse aanval op Pearl Harbor, Mallaka en Hongkong.
In 1942 beheersten Japanse strijdkrachten het grootste deel van het vasteland van Zuidoost-Azie. En ook Nederlands-Indie werd aangevallen¡K
Medio maart 1942 was geheel Nederlands-Indie, met uitzondering van het binnenland van Nieuw-Guinea in Japanse handen.
Nederlands-Indie wordt Indonesie
3.1 Nationalisme en de Japanse bezetting
Voor Japan was het Indonesisch natioalisme ondergeschikt aan hun eigen ideaal. Japan wilde namelijk de leiderschap over Azie. De Indonesische nationalisten mochten van de japanners wel politieke activiteiten ontplooien, op voorwaarde dat zij meewerkten aan de Japanse propaganda. Ze hoopten zo meer steun van de bevolking te krijgen. Veel nationalisten haalden landgenoten over tot slavenarbeid. Duizenden Romoesja¡¦s (Aziatische dwangarbeiders) kwamen om.
De Indonesiers merkten dat het leven onder Japanse leiding ook niet zo geweldig was.
De Nederlanders werden opgeloten in kampen. De Indonesiers kregen steeds meer zelfvertrouwen, omdat ze steeds meer zelf moesten opknappen.
De Japanse kampen
In 1942 bevonden zich ongeveer 40 000 Nederlandse krijgsgevangenen in Japanse kampen. Indonesische militairen kregen hun vrijheid terug, maar niet de Zuid-Molukkers en de Indo-Europese gevangenen. De omstandigheden in de kampen waren erg slecht, en veel mensen overleden.
3.2 De onafhankelijkheisverklaring
Premier Koiso van Japan, die in 1944 was aangetreden, had meer begrip voor de onafhankelijkheisdrang van de Indonesiers. Er werd een comite ter voorbereiding van de Indonesische onafhankelijkheid gevormd. Er werd een datum geprikt voor de onafhankelijkheid, maar daar kwam niks van terecht. Japan gaf zich over aan de Geallieerden. Japan moest nog wel orde en gezag in Indonesie houden.
Pemoeda¡¦s (opstandige, fel nationalistische jongeren)kwamen in opstand. Sommige Indonesiers gingen onderhandelen met de Japanners en kwamen uiteindelijk tot overeenstemming. Soekarno kondigde de Republiek Indonesia aan.
Bersiap-periode De pemoeda¡¦s doden veel Nederlanders, Zuid-Molukkers en Indo-Europeanen.
3.3 De strijd om de onafhankelijkheid van Indonesie
De Nederlandse autoriteiten waren verrast door de Japanse overgave en het uitroepen van de Indonesische onafhankelijkheid. De Nederlands wilden het gezag over Indonesie herstellen, maar ze waren afhankelijk van de geallieerden. Ze konden niet hard optreden want de Nederlandse troepen werden pas in maart 1946 door de Engelsen op Java toegelaten. De Engelsen stonden sypathiek tegenover de jonge Indonesische staat, toch waren zij voor het Nederlandse gezag, op voorwaarde dat zij gingen onderhandelen over de staatkundige toekomst van het land. De VS wilde ook geen herstel van de koloniale verhoudingen, want dat zou het communisme in Azie aanwakkeren. Nederland moest daar rekening mee houden, wilden ze nog steun krijgen om hun land weer op te kunnen bouwen na de oorlog.
Van Mook gebruikte een plan uit de jaren ¡¦30 als onderhandeling met de republikeinen (aanhangers van de republiek Indonesie). Plan: een federatie van Indonesische deelstaten vormen: de VSI. De VSI zou samen met Nederland deelgenoot worden in het Koninkrijk.
Er kwamen onderhandelingen tussen Nederland en de Indonesische Republiek, maar die mislukte. De hervatte onderhandelingen leverde het Akkoord van Linggadjati op. Belangrijke overeenkomst die in 1946 werd gesloten tussen Nederland en de Republiek Indonesie, waarbij Nederland o.a. het gezag van die Republiek over Java en Sumatra erkende. Nederland en de VSI zouden samen een unie gaan vormen met aan het hoofd de Nederlandse Koningin.
Politionele acties
Het overleg van Nederland duurde lang, het wantrouwen van de Indonesiers groeide, maar de Republikeinen gingen in 1947 toch akkoord met de uitvoering van ¡¥Linggadjati¡¦.
Republikeinse troepen schondden steeds vaker de wapenstilstand en de Republikeinse regering verwierp haar ondergeschikte positie tijdens de overgansperiode. De economie liep slecht en Nederland ging over tot politionele acties.
„« De eerste politionele actie (1947) Ze veroverden belangrijke industrie- en plantagegebieden. Zo hoopten ze de export weer op gang te krijgen en de Nederlandse schatkist weer aan te vullen. Het was militair een succes, maar de oplossing was verder dan ooit.
De VN stelde een Commissie van goede diensen in die moest bemiddelen. De VS kreeg steeds meer macht in de Verenigde Naties. Hierdoor kwam het weer tot een nieuwe overeenkomst tussen Nederland en de Republiek. Nederland mocht weer nieuwe deelstaten vormen. Mook stelde een voorlopige federale regering op waarin de Republiek niet werd opgenomen.
„« De tweede politionele actie (1948) Nederlandse troepen veroverden het grootste deel van het Republikeinse gebied. Soekarno, Hatta en Sjahrir werden gevangengenomen. Nederland had alle militaire doelen bereikt, maar hun internationale positie was verzwakt. Van de VS moest Nederland het vuur staken en de leiders vrijlaten.
Er ontstond een patstelling tussen Nederlandse en Indonesische troepen. Het Indonesische leger slaagde er niet in de Nederlandse troepen te verdrijven en die konden de Indonesische guerrilla te verdrijven.
3.4 Rondetafelconferentie
Door de internationale druk moest Nederland wel onderhandelen en de leiders vrijlaten. Er werd een rondetafelconferentie gehouden in Den Haag, daar werd de onvoorwaardelijke soevereiniteit aan de VSI overgedragen. Ze kregen ook externe zelfbeschikking, voor bijv. de Zuid-Molukken en de Minhasa. Wie niet bij de VSI wilde toebehoren, was er een speciale verhouding mogelijk met de VSI of het Nederlands Koninkrijk.
De Indonesische delegaties wilden geen externe zelfbeschikkingsrecht toestaan. Het lukte Nederland alleen om Nieuw-Guinea voorlopig buiten de overdracht te houden, doordat de CHU (CDA) en de VVD dit wilde. Onder druk van de VS stond Nederland in 1962 ook Nieuw-Guinea af.
3.5 De koloniale erfenis
De souvereiniteitsoverdracht bracht in Indonesie bepaalde bevolkingsgroepen, zoals de Zuid-Molukkers in de problemen. De Verenigde Staten van Indonesie werden een eenheidsstaat. De Zuid-Molukkers voelden zich door Nederland in de steek gelaten, ze waren nu overgelaten aan de VSI. En ze hadden altijd achter Nederland gestaan. De Zuid-Molukkers riepen de onafhankelijke Repoeblik Maloekoe Selatan uit. Dit was de uiterste poging het zelfbeschikkingsrecht voor de Zuid-Molukken zelf af te dwingen.
Maar de Indonesische troepen veroverde het land.
In 1950 spanden de Zuid-Molukse militairen een kort geding aan tegen de Nederlandse staat om te verhinderen dat zij onvrijwillig zouden worden gedemobiliseerd binnen Indonesie. En dat wonnen ze. Veel molukkers kwamen per schip over naar Nederland.
Ook de Indo-Europeanen kwamen na de soevereiniteitsoverdracht tussen wal en schip. Ook velen daarvan kwamen naar Nederland. De redenen van hun komst waren
„« De ellendige ervaringen tijdens de bersiap-periode
„« Slechte maatschappelijke vooruitzichten in het nieuwe Indonesie.
REACTIES
1 seconde geleden
M.
M.
Vlak voor 2.3 staat er 'bevoorbeeld' maar je spelt het bijvoorbeeld xo'
11 jaar geleden
Antwoorden