I Op weg naar een moderne parlementaire democratie (1900-1940)
12 november 1918 Pieter Jelles Troelstra roept in Rotterdam de mensen op tot revolutie. De top van Troelstra’s partij, SDAP is het niet eens met een revolutie. Maar ook de Nederlandse bevolking was niet bereid hun parlementaire democratie op te geven
parlementaire democratie Door te stemmen op een partij kan iedere meerderjarige Nederlander aangeven door wie hij of zij zich wil laten vertegenwoordigen
de kwesties de schoolstrijd en het algemeen kiesrecht beide werden opgelost in 1917
Schoolstrijd De subsidiëring van het onderwijs door de overheid. Volgens de liberalen alleen de neutrale scholen (= scholen die vanuit een algemeen christelijk beginsel handelden) Maar de protestanten en katholieken vonden dat hun kinderen onderwezen werden op de manier van hun geloofsovertuiging, deze scholen werden ook wel bijzondere scholen genoemd. Deze bijzondere scholen werden niet gesubsidieerd. De ouders moesten dit zelf betalen, terwijl ze ook belasting betaalden voor de neutrale scholen. In 1917 mocht iedereen een eigen school oprichten en werd deze door de staat gefinancierd.
Algemeen kiesrecht Bepaalde mensen vonden dat alleen mensen van een bepaalde stand mochten stemmen, omdat zij genoeg tijd en kennis hadden. Anderen vonden dit oneerlijk omdat de stem van anderen zo nooit gehoord zou worden. In 1887 hoefden mannen niet een bepaalde belasting te betalen om te mogen stemmen maar nog wel voldoen aan de persoonlijke geschiktheid en status voorwaarden(= bepaald saldo op rekening, huur aantonen woning en een diploma hebben) 1917 Alle volwassen mannen van 24 jaar of ouder mogen stemmen in 1919 mochten ook allen vrouwen van 24 jaar en ouder stemmen. In 1921 probeerden Amsterdamse intellectuelen aan te tonen dat het simpele arbeidersvolk het kiesrecht niet waard was.
Hadjememaar De bijnaam van Cornelis de Gelder, werd gekozen tot partij leider van de rapaillepartij. (Rapaille = tuig) Cornelis was een zwerver en alcohol verslaafde. Hij stelde zich beschikbaar voor de gemeenteraadsverkiezingen met een eenvoudig kiesprogramma. Zijn doelstellingen:
- verlaging van de jeneverprijzen naar 5 cent
- verlaging van de broodprijzen naar 11 cent
- verwijderen urinoir op het Rembrandplein
- vrij vissen in het vondelpark
Op 27 april 1921 werd hij met 14.000 stemmen in de gemeenteraad gekozen. Maar voordat hij kon beginnen met zijn taak werd hij wegens openbaar dronkenschap opgepakt. Hij deed vrijwillig afstand van zijn zetel
ARP (protestants) Eerste politieke partij in Nederland. A(anti) R(revolutionaire) P(partij) in 1878 opgericht door de predikant Abraham Kuyper. Veel aanhang onder de protestanten uit de lagere middengroepen zoals de boeren, geschoolde arbeiders en kleine winkeliers. Het belangrijkste aandachtspunt was het eerlijk financieren van de scholen, maar omdat hij zetels nodig had pleitte hij voor het uitbreiden van het algemeen kiesrecht, zodat zijn aanhangers ook konden stemmen.
CHU (protestants) sommige leden van de ARP waren tegen de uitbreiding van het algemeen kiesrecht zij scheiden zich in 1908 van de ARP en richten de CHU op, Christelijk Historische Unie, onder leiding van A.F de Savornin Lohman.
RKSP (katholiek) Rooms Katholieke Staats Partij werd opgericht in 1926 onder leiding van Priester Nolens, de grote leider van de katholieken was Herman Schaepman maar hij kreeg geen politieke partij van de grond.
Liberale Unie Ze hadden niet echt een leider toen ze zich in 1885 verenigden de liberalen hadden veel verschillende meningen over sociale vraagstukken. Dit leidde tot oprichting van andere liberale partijen.
SDAP (socialisten) 1894 opgericht onder leiding van Pieter Jelles Troelstra
De vier zuilen Katholieken, Protestanten, Liberalen en Socialisten
Confessionele partijen uitgaande van het geloof handelen, alles baseren op geloofsovertuiging
Beide kamers
- Recht van interpellatie = kamerlid mag minister ondervragen en de minister is verplicht te antwoorden
- Recht van enquête = een onderzoek instellen naar een bepaalde kwestie
- Recht van begroting = begroting af keuren of goed keuren
- Tweede en eerste kamer (deze volgorde) mogen wetsvoorstellen goed/afkeuren
Tweede kamer
- recht van initiatie: wetsonderwerp naar voren brengen
- recht amendement: wijzigingen aanbrengen in ingediend wetsonderwerp
REACTIES
1 seconde geleden