Tijd van Steden en Staten (1000 – 1500)
Late Middeleeuwen
Kenmerkende aspecten:
De opkomst van handel en ambacht, die de basis legde voor het herleven van een agrarisch- urbane samenleving
De handel en ambacht neemt toe doordat:
- De veiligheid neemt toe
. Door: de bescherming
. Door: Godbeweging (= we zijn allemaal christelijk, dus laten we elkaar niet meer vermoorden en misbruiken)
- De rol van de Italiaanse steden, bedingen van handelsovereenkomsten
. In Italië was oud geld/oude handel & de paus zit daar (dus het centrum van het geloof) & geografisch gezien, heeft Italië een goede handelspositie - Groei van de bevolking
- Verbeterde landbouwtechnieken (waaronder het drieslagstelsel en het gebruik van paarden)
- Het ontstaan van verschillende gildes
- Handelsorganisaties, zoals de Hanze
De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
De stedelingen wilden in een gebied wetten die de samenleving van hun wijk regelden en die snel konden worden toegepast als er een conflict over de handel was, wetten voor vrije mensen. Stadslucht maakt vrij, werd er gezegd à vaak sloten stedelingen met elkaar een verbond onder ede om samen te gaan onderhandelen met de graaf of de bisschop à eerst kregen zij een paar rechten of privileges, zoals tolvrijheid of vrijstelling van de dienstplicht en later kwam er stadrecht à in ruil voor stadsrechten kreeg de landsheer militaire en financiele steun terug.
De landsheer stelde een groep mensen aan om de stad te besturen en om recht te spreken: de schepenen à de voorzitter van de schepenbank was de vertegenwoordiger van de landsheer en werd schout of baljuw genoemd à door vonnissen te vellen namen de schepenen besluiten over straf en eigendom, later als ze nieuwe vonnissen moesten uitspreken, baseerden ze zich op vroegere beslissingen en uiteindelijk stelden zij normen op à zo ontwikkelden zich nieuwe wetten of keuren
De inwoners die eerder een afspraak met de vorst gemaakt hadden, wilden echter ook een bestuur van zichzelf hebben à stadsraad of vroedschap, o.l.v. een of meerdere burgemeesters à deze hielpen de schepenen bij het bestuur en vaak ook bij de rechtspraak
De eigen wetten maakten wel onderscheid tussen de verschillende groepen stedelingen à geestelijkheid, adel, burgers met burgerrecht en boeren
Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben
De Duitse keizer benoemde systematisch bisschoppen als bestuurders over delen van zijn rijk. Hij koos daarvoor liever trouwe aanhangers dan vrome priesters, liever goede legeraanvoerders dan zwakke monniken. Meestal waren het goede bestuurders, maar niet allemaal. Het voordeel van een bisschop boven een graaf was dat het ambt niet erfelijk werd, want bisschoppen mochten in principe niet trouwen. Het geven van een kerkelijk ambt gebeurde door het overhandigen van een ring en een staf = investituur à er ontstond een Investituurstrijd = conflict tussen de keizer en de paus over de benoeming van de bisschoppen à in 1122, keizer Hendrik de 5de sloot een akkoord met de paus, het concordaat van worms = verdrag tussen de keizer en paus, waardoor er in 1122 een einde kwam aan de Investituurstrijd, de paus zou voortaan de bisschop zijn kerkelijke ambt geven en de keizer gaf hem zijn wereldlijke goederen
De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van kruistochten
De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, kwam door de Gregoriaanse beweging, die indirect vier gevolgen had;
- De kruistochten, een poging om het Heilige Land te veroveren op de moslims
- De bedelorden, binnen de kerk werden kloosterorden opgericht waarvan de leden hun bezit opgaven en bedelend in hun levensonderhoud voorzagen
- De ketters, de kerk vond dat sommige stromingen afweken van de geloofsleer. Deze werden uit de kerk gestoten en vervolgd
De inquisitie, voor het vervolgen van de ketters werden kerkelijke rechtbanken opgericht
Het begin van staatsvorming en centralisatie
In Frankrijk lukte het meest om een nationale staat te worden. Een belangrijke factor daarvoor was de centrale macht van de vorst. Koningen versterkten die macht door verschillende middelen;
- Een vorstelijke rechtbank waar de onderdanen in beroep konden gaan tegen de rechtbanken van edelen
- Een staand leger dat altijd in dienst was in plaats van een feodaal leger dat maar een beperkte tijd hoefde op te draven
- Ambtenaren die, anders dan leenmannen, konden worden ontslagen
Vaste belastingen, zodat de koning niet bij ieder probleem met zijn onderdanen over geld hoefde te onderhandelen
Jaar |
Uitleg |
9e eeuw (900-1000) |
Nederlanden: Vanaf deze eeuw wisten een paar graven kleine gouwen bij elkaar te voegen tot grotere gebieden: Vlaanderen, Brabant, Holland en Gelre. |
11e eeuw (1000- 1100) |
Er ontstond een beweging die de misstanden wilde aanpakken. Naar paus Gregorius de 7de (1073-1085) noemt men deze stroming wel de Gregoriaanse beweging |
1000 |
Er komt een snelle groei van de bevolking in Europa (door de toenemende veiligheid, daardoor toenemende handel en toenemende welvaart) |
1050 |
Engeland werd bewoond door de Angelsaksen, een verzameling van verschillende Germaanse volken à de zwakke koning Edward de Belijder heeft waarschijnlijk rond 1050 een vage belofte gedaan dat zijn neef, hertog Willem van Normandië, hem mocht opvolgen à toen de Engelse edelen na Edwards dood Harold van Wessex tot koning benoemden, kwam Willem zijn erfdeel opeisen |
1050- 1106 |
Hendrik de 4de Duitse koning |
1066 |
Willem van Normandië organiseerde een legertje van avonturiers uit Noord- Frankrijk à hij stak Het Kanaal over en versloeg Harold à Slag van Hastings à Willem de Veroveraar verovert Engeland en wordt keizer |
1073-1085 |
Paus Gregorius de 7de |
1076 |
Hendrik de 4de liet zich door de Duitse bisschoppen afzetten en vraagt om vergeving |
1095 |
In maart verschenen aan het pauselijke hof in Piacenza gezanten van de keizer van het Byzantijnse Rijk. Zij vroegen om hulp tegen de Turkse stammen die in een halve eeuw grote delen van de Arabische wereld veroverd hadden. Deze Turken, zo vertelden ze, bedreigden zowel het Byzantijnse Rijk als het christendom in het algemeen. |
1096 |
De eerste kruistocht begon |
1099 |
De kruisvaarders namen de stad Jeruzalem in |
12de eeuw (1100-1200) |
De kruistochten betekenden een tijdelijke gebiedsuitbreiding voor het christendom, maar in deze eeuw ging het gebied weer verloren & daarna raakte de paus steeds meer gezag kwijt door de Babylonische ballingschap en het westerse schisma |
1100 |
Nederlanden: De plaatselijke machthebbers in Kennemerland, die meestal Dirk of Floris heetten, begonnen zich graven van Holland te noemen à zij breidden hun macht uit naar het zuiden en bouwden bij Vlaardingen een vesting om tol te heffen op het scheepvaartverkeer |
1122 |
Keizer Hendrik de 5de sloot een akkoord met de paus, het Concordaat van worms (= verdrag tussen keizer en paus, waardoor er in 1122 een einde kwam aan de investituurstrijd) Investituurstrijd = Conflict tussen de keizer en de paus over de benoeming van bisschoppen |
13de eeuw (1200- 1300) |
Door de Gregoriaanse beweging, de kruistochten, de bedelorden en de inquisitie stonden de pausen op het toppunt van hun macht in de 13de eeuw |
circa 1250 |
De Duitse Hanze ontstond (= Verbond van handelssteden langs de Oostzee en Noordzee) |
1206 |
Franciscus van Assisi, de zoon van een rijke koopman uit Noord- Italië gaf al zijn bezittingen weg en begon te preken en te bedelen. Toen anderen zijn levenswijze volgden, ontstond er om hem heen een groep volgelingen en moest er een orderegel worden opgesteld. Al spoedig waren er duizenden broeders, die franciscanen of minderbroeders werden genoemd |
1209 |
Toen prediken en verbieden niet hielp riep paus Innocentius de 3de de gevolgen op tot een kruistocht tegen de katharen à een leger uit Noord- Frankrijk vermoordde in het zuiden vele duizenden mensen met een afwijkend geloof en plunderde hun bezittingen |
1227 |
Begin van de pauselijke inquisitie (= kerkelijke rechtbank die ketters berechtte) |
1273 |
Door de investituurstrijd waren de keizers hun machtsbasis kwijt. Voortaan waren in Duitsland de machtigste heren de zeven keurvorsten, de grote leenmannen die de keizer kozen à in dit jaar werd voor het eerst een keizer uit de familie Habsburg gekozen |
1291 |
De stad Akko ging verloren, de laatste stad van de kruisvaarders |
1296 |
Toen paus Bonifatius de 8ste opnieuw beweerde dat alle vorsten aan de paus moesten gehoorzamen én dat alle geestelijken geen belastingen aan koningen mochten betalen, liet de Franse koning hem arresteren à de volgende paus vestigde zich in Avignon en niet in Rome |
1309 – 1377 |
Doordat de nieuwe paus zich vestigde in Avignon, werd deze periode ook wel de “Babylonische ballingschap van de pausen” genoemd |
1328 |
De Franse koningen uit de familie Capet namen allerlei maatregelen om hun macht te versterken: vaste belastingen, een huurleger dat voortdurend paraat was, afzetbare ambtenaren in plaats van edelen in het bestuur van het land à in 1328 waren de Capets in mannelijke lijn uitgestorven à Filips de 3de van Valois werd koning |
1337 - 1453 |
Edward viel Frankrijk binnen om de troon op te eisen en tot 1453 zijn er met onderbrekingen oorlogen gevoerd (= honderdjarige oorlog) |
1378 |
De pauskeuze vond weer plaats in Rome, maar de meerderheid van de kardinalen kreeg spijt en koos alsnog een Fransman, die zich weer in Avignon vestigde à er waren nu twee pausen |
1396 |
Gildebepalingen ontstonden er steeds meer |
15e eeuw (1400-1500) |
Begin van de Renaissance |
15e eeuw |
Nederlanden: De gebieden Vlaanderen en Brabant kwamen in de handen van de hertogen van Bourgondië |
1417 |
Sinds 1378 lukte het nu pas om weer 1 paus te benoemen en niet 2 |
1429 |
Voor de Franse kroonprins of dauphin Karel de 7de stonden de zaken er erg slecht voor à de Engelse koning, een baby overigens, was tot koning van Frankrijk gekroond en zijn troepen beheersten het grootste deel van het land à tijd van Jeanne d’arc |
1430 |
Jeanne d’Arc werd door vijandige troepen gevangengenomen en aan de Engelsen uitgeleverd |
1431 |
Jeanne d’Arc wordt tot ketterij veroordeeld en belandt op de brandstapel |
Midden 15e eeuw (1450) |
Er werden alleen nog maar Habsburgers benoemd, maar die hadden niet veel macht meer. Alleen in de delen van Duitsland waar ze leenman waren en in Oostenrijk hadden ze veel te zeggen à Duitsland werd geen nationale staat |
1453 |
Einde van het Oost- Romeinse Rijk |
1464 |
Nederlanden: De staten van Holland riepen alle afgevaardigden bij elkaar om te praten over een regentschap à dit kan je beschouwen als de eerste bijeenkomst van de Staten Generaal van de Nederlanden |
16e eeuw (1500-1600) |
Kunstenaars zoals Michelangelo en Leonardo da Vinci werden geboren |
20e eeuw |
Jeanne d’Arc wordt heilig verklaard |
Bekende mensen:
Franciscus van Assisi |
Stichtte de kloosterorde van de Franciscanen en werd heilig verklaard door paus Gregorius 9 |
Paus Gregorius 7de |
Paus uit een patriciërsfamilie |
Paus Urbanus 2de |
Monnik die toe trad tot de Orde van Cluny, werd later bisschop van Ostia en was paus |
Hendrik 4 |
Rooms- Dutise keizer, een van de machtigste figuren van de 11de eeuw |
Jeanne d’Arc |
Negentien jarige heldin van Frankrijk, die een beslissende rol in de Honderdjarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk speelde. Ze werd gedood en later heilig verklaard. |
Hendrik 5 |
Jongste zoon van Hendrik 4, volgde zijn vader po als Duitse koning |
Karel 7 |
Zoon van Karel 6, koning van Frankrijk |
Willem de Veroveraar |
De eerste Normandische koning van Engeland |
Filips de Goede |
Hertog van Bourgondië en als landsheer van Vlaanderen, Brabant, namen en Limburg heeft hij een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van de Nederlanden |
Floris 5 |
Graaf van Holland en Zeeland |
Edward 3 |
Koning van Engeland en de oudste zoon van Eduard 2 en Isabella van Frankrijk |
Handel en nijverheid en stedelijke burgerij |
|
Economisch Tot 1000: West- Europa is een agrarische samenleving à Autarkie, hofstelstelsel en horigheid Vanaf 1000: West- Europa wordt weer een agrarisch- urbane samenleving . Landbouw . Handel Waarom is een agrarisch- urbane samenleving weer mogelijk?: . Toename veiligheid à bijvoorbeeld geen invallen meer van vreemde volkeren, zoals de Vikingen . Toename voedselproductie
Gevolgen: . Sterke bevolkingsgroei
. Toename handel (omdat er voedsel overblijft) = Ontstaan steden . Vlaamse handelssteden . Hanzesteden Economische stadsrechten: . Jaarmarkt . Tolheffing . Gilden oprichten |
Politiek Burgers = Mensen die in de stad wonen Steden werden steeds groter en rijker . De hoge adel wilde belasting van de steden, want ze lagen in hun gebieden . De steden betaalde belasting voor stadsrechten, dus de hoge adel heeft minder macht Politiek stadsrechten: . Eigen bestuur . Eigen rechtspraak . Eigen verdediging (eigen leger en stadsmuur) De heer bepaald het stadsbestuur Schout en schepenen . Vooral de patriciërs hadden de meeste macht (= rijke handelaars) . Later kregen gilden ook steeds meer invloed (= samenwerking van ambachtslieden) Steden konden meer vrijheid eisen door bij een conflict tussen een koning en zijn leenmannen voor de juiste partij te kiezen. |
Sociaal Steeds meer boeren gaan naar de stad, omdat: . Ze hoeven daar geen herendiensten te doen . Geen belastingen aan de heren betalen (tienden betalen) = Meer vrijheid |
Cultureel Christelijk |
De kerk in de Late Middeleeuwen |
|
Politiek en Economie Oost- Europa, 1054: Patriarch van Constantinopel weigert gezag van de paus te erkennen à Oosters Schisma = De afscheiding van de Grieks- Orthodoxe kerk en van de katholieke kerk van Rome Duitse Rijk, de keizer houdt heel goed in de gaten wie de politiek in gaat. De keizer heeft bij voorkeur bisschoppen, omdat die niet kunnen trouwen, waardoor er niet zomaar een volgeling is. Dit vindt de paus raar waardoor er een ruzie komt (= Investituurstrijd). In 1122: Concordaat van Worms, de paus benoemt bisschoppen, keizer kan ze daarna wereldlijke macht geven (dus aanwijzen als leenheer). De pausen en vorsten blijven zich met elkaar bemoeien . De geestelijke macht kan de wereldlijke macht verbannen uit de kerk . De wereldlijke macht kan een tegen paus aanwijzen, die strijd gaat voeren met de originele paus Vanaf 1000: West- Europese expansie (= uitbreiding) Expansie was mogelijk dankzij: . Veiligheid . Toename handel & Welvaart . West- Europa wordt steeds meer een eenheid door de paus Hanzesteden, kruistochten en handelsnetwerken = Europa is er weer klaar voor om zich met de wereld te bemoeien |
|
Sociaal Paus (geestelijke macht) tegenover de keizer (wereldlijke macht) Geestelijkheid = Mensen met een officiële functie in de kerk. Zij hebben de macht over de gelovigen Keizer = Hebben de macht over de burgers, het bestuur en de rechtspraak |
Cultureel Christendom steeds sterker in Europa, het wordt een volksgeloof Het aantal kloosterordes groeit Kruistochten (1095 – 1291), om het Heilige Land te veroveren 1291: Valt de laatste kruisvaardergebied à de christen verliezen van de Arabieren Motieven van de kruisvaarders: . Gelovigen: Om op pelgrimstocht te kunnen gaan of omdat ze geloofde dat het Heilige Land echt bevrijdt moest worden . Vorsten: Om aanzien te krijgen à omdat ze veel geld investeerde en ervoor kregen . Edellieden: Voor rijkdom en avontuur à plunderingen/leengoederen en hoge bestuurlijke functies Kruistochten: . Naar het Heilige Land . Slaven & Balten, in het Duitse Rijk . Reconquista, Spanje Kruistochten = Militaire tochten om het christelijke geloof uit te breiden |
Staatsvorming einde van de Late Middeleeuwen |
|
Politiek & Economisch Staatsvorming = Het streven van vorsten naar een aaneengesloten grondgebied met een stevige bestuursstructuur . Duidelijke grenzen, geen losse gebieden . Koning aan het hoofd van bestuur en rechtspraak Frankrijk: Staatsvorming door centralisatie = Het streven van vorsten om hun hele gebied vanuit een hoofdstad te regeren, Parijs à Hoe is dit mogelijk: Opkomst handel en nijverheid à hij had belasting nodig, waardoor hij een leger kon aansturen en hij kon zelf ambtenaren aansturen à minder afhankelijk van zijn leenheren à einde feodale stelsel à Uniformering = In het hele land dezelfde regels Bourgondië: Hertog van Bourgondië in eerst instantie leenman van de Franse Koning à in de honderdjarige oorlog gaan de Bourgondiers de kant van de Engelsen kiezen en dus heeft de Franse koning een probleem want hij heeft de hertogen nodig om te kunnen winnen à dus: de Franse koning zegt hun toe dat als ze hem meehelpen, zij een onafhankelijk staat mogen worden à Het Bourgondische Rijk, ze breiden steeds meer uit |
Sociaal & Cultureel Engeland, 1066: Willem de Veroveraar maakt een geheel van Engelse gebieden d.m.v. feodale stelsel en door oorlogen à het eerste gebied dat een staat wordt Frankrijk, honderdjarige oorlog (1337 – 1453): De koning van Engeland is een leenman van de koning van Frankrijk à Koning van Engeland heeft een klein deel in bezit, naast Bordeaux à de Franse koning sterft, waardoor de vraag is wie zijn opvolger wordt à Koning van Engeland en Fransen edellieden vinden dat ze allebei recht hebben op dat gebied à gevolg: honderdjarige oorlog à serie van oorlogen à Frankrijk wint Veel verzet van steden tegen uniformering, omdat zij hun privileges kwijt raakten à in conflict met de hertogen, maar de hertogen krijgen toch hun zin |
Religie (& macht) nog steeds heel belangrijk
Begin staatsvorming en centralisatie:
. Kruistochten
. Handelscontacten
. Reconquista à herovering
Het ontstaan van wereldkaarten:
. Economisch motief: Vastleggen van handelsroutes en handelscontacten
. Politiek motief: Om grenzen aan te geven
REACTIES
1 seconde geleden