Taal: Perzisch
Hoofdstad: Teheran
regeringsvorm: Islamitische republiek
Inwoners: 80 miljoen
Buurlanden: Irak, Afghanistan, Turkmenistan, Pakistan, Turkijke, Armenië, Azerbeidzjan
Continent: West-Azië meer bepaald midden-oosten
Religie: Islam (89% Sjiisme; 9% Soennisme)
Iran officieel de Islamitische Republiek Iran is een land in west-Azië. De hoofdstad is Teheran, dat met meer dan 10 miljoen inwoners tevens de grootste stad van het land is. In totaal wonen er in Iran 80.840.713 (2014) mensen. Het Perzisch, een Indo-Europese taal, is de officiële taal van Iran.
Het land ligt in het Midden-Oosten en grenst aan Irak, Turkije, Armenië, Azerbeidzjan, Turkmenistan, Afghanistan en Pakistan.
Iran is een heel religieus land, 89% zijn sjiieten en 9% zijn soeniten. Dit zorgt al heel de geschiedenis lang voor tegenstrijdigheden, dat komt later nog uitgebreid aan bod.
Dat godsdienst in Iran heel belangrijk is wordt onderstreept door de staatsinrichting. Het is een Islamitische republiek. Iran combineert elementen van een parlementaire democratie met een religieuze theocratie geleid door geestelijken.
Veel politieke beslissingen worden door de president of het parlement genomen, maar de geestelijken hebben de autoriteit alles wat tegen de sharia is te verwerpen, omdat zij over deze beslissingen een veto hebben. Sinds 1989 is Ali Khamenei de religieus leider (en eigenlijke machthebber) van Iran en sinds 3 augustus 2013 is Hassan Rohani de president van Iran. Het land kent ook een bijzonder snelle bevolkingsgroei.
Vlag: Basisontwerp: driekleur: Groen,wit,rood. Dat staat voor islam, vrede en moed.
Door de geschiedenis heen -> veel verschillende emblemen. Na IR, zwaard met 4 halve manen. Symbolisering van AllaH, overgang wit andere kleuren allah akbar.
Pahlavi-dynastie:
De Pahlavi is een Iraanse dynastie die 2 sjahs voortbracht. Reza en Mohammed Pahlavi van 1925 tot 1979.
Iran onder Reza Pahlavi:
De nieuwe sjah wilde van het voormalige Perzië een moderne, geseculariseerde staat maken en voerde in plaats van de sharia de burgerlijke wetgeving in. Het dragen van een sluier en pelgrimstochten naar Mekka werden verboden. Dat kreeg veel protest dat hardhandig werd onderdrukt. Uiteindelijk gaf hij Perzië de naam Iran.
Iran in de tweede oorlog:
Tijdens de jaren dertig en WO II had Pahlavi goede contacten met Nazi-Duitsland. Om die bepaalde reden vielen de geallieerden Iran binnen. Het noorden voor Rusland en het zuiden voor Engeland.
Uiteindelijk werd Pahlavi verbannen naar Afrika en stierf hij in 1944.
Zijn oudste zoon Mohammed Pahlavi volgde hem op. In 1946 verlieten de Engelsen Iran, in tegenstellig tot de Russen die tevergeefs twee noordelijke provincies probeerden af te scheuren.
Democratische ontwikkeling gesmoord:
In 1951 werd de democraat Mossadeq verkozen tot minister-president. Hij wilde de macht van de sjah inperken en de olie, die in Engelse handen was, nationaliseren. Hij zocht daarvoor steun bij de VS maar ze weigerden. Ze wilden de sjah niet tegenwerken want om geopolitieke redenen steunde het westen de Pahlavi’s. Door angst van het communisme in de koude oorlog en om toegang te verkrijgen tot de rijke Iraanse olievoorraden. In 1953 werd Mossadeq afgezet middels een staatsgreep door de sjah, veroorzaakt door een Brits-Amerikaanse geheime operatie om de olie-industrie weer in Britse handen te krijgen. Na de staatsgreep werd de sjah in toenemende mate autocratisch.
Witte Revolutie:
De Israelische en de Amerikaanse CIA richten de geheime dienst de “Savak” op. Omdat het regime van de Sjah een sociaal programma ontbrak, werd de binnenlandse onrust groter. De amerikanen vreesden voor een revolutie en drongen er bij de sjah op aan er iets aan te doen. Mohammad Pahlavi doopte zijn moderniseringsprogramma “de witte revolutie”. Dat hield in: landhervormingen, alfabetiseringscampagnes, betere gezondheidszorg en veranderingen in het kiesrecht.
Het was een gedeeltelijk succes, de welvaart nam toe maar de democratisering bleef achter. Iran kreeg een tweepartijenstelsel en sloot door protest van de geestelijke partij, religieuze scholen. Later onderdrukte de sjah zelfs de geestelijke leiders.
Er ontstonden grote tegenstellingen tussen het volk in de stad en op het platteland. Op het platteland was veel armoede en inkomsten van uit de olie werden verkeerd gebruikt. De sjah hield het groeiende protest voorlopig af door groeiende inkomsten.
Uiteindelijk maakte de sjah, van Iran een éénpartijenstelsel, hij werd daarin gesteund door de Savak. Alle tegenstanders werden onderdrukt, volgens Amnesty International vond tussen 1972 en 1976 meer dan 300 executies plaats.
Protest en revolutie:
één van de eerste die protest uitte was Ayatollah Khomeini. Hij maakte in 1962 bezwaar tegen het kiesrecht voor vrouwen en de onislamitische verkiezingskandidaten. In 1963 kwamen talloze demonstraties georganiseerd door de geestelijken. Khomeini werd gearresteerd en verbannen naar Irak waar hij tot 1975 woonde.
De sjah probeerde met nieuwe hervormingen tegemoet te komen aan de protesten. De savak mocht niet meer martelen, er kwam meer persvrijheid en politieke partijen konden zich weer voorzichtig organiseren. Maar toen in 1978 Khomeini in een krantenartikel werd aangevallen kwam opnieuw heel wat protest van de voorstanders van Khomeini. De demonstraties tegen de sjah werden steeds massaler. De hele Iraanse bevolking raakte betrokken.
Iraanse revolutie:
Onder invloed van het aanslepende protest vluchtte de Sjah in 1979 naar Egypte.
Een maand later werd Khomeini in Teheran onthaald door 3 miljoen mensen. Het grootste deel van het Iraanse volk heeft hem gesteund als grootste tegenstander van de sjah. Maar de geestelijken trokken al snel alle macht naar zich toe. Enkele linkse partijen en meer gematigde Islamieten die aan de revolutie hebben meegewerkt kregen geen kans om mee te regeren.
De geestelijken, die tijdens de witte revolutie van voormalige sjah Mohammed Pahlavi veel kritiek hadden op het feit dat vrouwen meer rechten kregen, maakte er meteen werk van om iedereen’s rechten in te perken. Vooral van vrouwen, onder andere het dragen van een sluier werd weer verplicht. Maar de Iraanse samenleving werd nog vrouwonvriendelijker. Meisjes mochten vanaf 1979 al van hun 13de worden uitgehuwelijkt en ze mochten niet meer naar school. Vrouwen kregen zweepslagen en mochten niet meer buitenshuis werken zonder toestemming van de man. Bovendien kregen de mannen het recht om meerdere huwelijken te hebben en kregen ze automatisch voogdijschap over de kinderen bij een scheiding. De voorgaande sjah-dictatuur werd vervangen door een even repressieve religieuze dictatuur gebaseerd op de islamitische wet, de sharia. Het Westen, de Verenigde Staten voorop, veroordeelden de Iraanse Revolutie. Omdat zij in der tijd de Pahlavi-dynastie hebben gesteund, had de revolutie een anti-Amerikaans karakter. Dit leidde tot de Iraanse gijzelingscrisis, een aantal medewerkers van de Amerikaanse ambassade in Teheran werd 444 dagen gegijzeld.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
R.
R.
te moeilijke woorden :(
6 jaar geleden
AntwoordenV.
V.
Het minimum dat in Vlaanderen wordt verwacht...
5 jaar geleden