Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 8

Beoordeling 5.1
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 665 woorden
  • 5 november 2006
  • 9 keer beoordeeld
Cijfer 5.1
9 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Hoofdstuk 8 §1 De aanloop tot de Eerste Wereldoorlog Nationalisme en modern impérialisme
In heel Europa heerste het nationalisme. Alle landen vonden dat zij het beste volk was. Je had nog meer macht als je ook koloniën had. Aan het eind van de 19e eeuw heerste dit nog meer (een kolonie willen hebben). Redenen voor koloniën hebben: - Gaf aanzien/macht - Grotere afzetmarkt, en nieuwe grondstoffen - Arbeiders in koloniën kostten bijna niets - Nationalistische ideeën
In Centraal-Afrika hadden Engeland en Frankrijk een conflict. Engeland probeerde vanaf Zuid-Afrika tot Egypte koloniën te vestigen. Frankrijk was over de breedte bezig om koloniën te “maken”. Zij botsten hierdoor in Foshoda. De Engelsen dreigden met oorlog, en Frankrijk besefte dat zij niet kon winnen en gaf het op

Bewapening
Aan het eind van 1800 en begin van 1900 werden er heel veel oorlogsschepen gebouwd. Door de technologie waren de regeringen in staat om hun legers nog beter met nieuwe, gevaarlijkere wapens uit te rusten -> grotere hoeveelheden vernietigingswapens, en grotere legers
Bondgenootschappen
Europese landen voelden zich onveilig en sloten bondgenootschappen met elkaar. Waaronder Triple Alliantie en Entente Cordiale. Pleiten voor vrede
Vooral vrouwen waren rond 1900 druk in vredesorganisaties. Zij wilden o.a. stemrecht en wilden in andere gebieden ook de samenleving verbeteren. Er waren ook vredesconferenties, hier werd o.a. gepraat over ontwapening en stichting van een internationaal gerechtshof. Ook werd er geprobeerd om het gebruik van de nieuwe wapens te verminderen en een eind te maken aan de bewapeningswedloop. Op 28 juni 1914 werd Frans Ferdinand (troonopvolger) vermoord, dit was de druppel die de emmer deed overlopen. De Eerste Wereldoorlog
Frans was vermoord door een Gavrilo Princip (een Bosniër). Hij streef voor onafhankelijkheid van Bosnië. Oostenrijk-Hongarije bestond uit het keizerrijk Oostenrijk en koninkrijk Hongarije. Er woonden Duitstalige Oostenrijkers, Hongaren, Tsjechen, Slowaken en Bosniërs. De Bosniërs wilden samen met de Serviërs en Slovenen één Slavische natie vormen. Zij verzette zich tegen de Oostenrijks-Hongaarse overheersing. Servië was vanaf 1882 onafhankelijk en steunden Bosnië met hun activiteiten. Door de moord op Ferdinand viel Oostenrijk, gesteund door Duitsland, Servië binnen. Rusland zag zich als leider en beschermer van de Slavische volkeren, daarom verklaarde de Duitse regering Rusland de oorlog. Van de Fransen werd geacht dat zij neutraal zouden blijven. Hierdoor zou Duitsland niet op twee fronten tegelijk oorlog moeten voeren. De Fransen weigerden dit en vocht met Rusland mee, Engeland deed dit ook. Pas in 1919 werd de vrede verklaard, dit werd getekend in Versailles. Om te voorkomen dat er ooit nog zo’n oorlog zou komen, werd er de Volkenbond opgericht. Aantekeningen: Oorzaken Eerste Wereldoorlog
Directe oorzaken: - Moord op Frans Ferdinand (kroonprins van Oost-Hongarije). Zou diplomatieke rel gebleven zijn, zonder de indirecte oorzaken
Indirecte oorzaken: A. Nationalisme: Sterke overtuiging dat het volk beter is dan alle andere volken en daar ook consequenties aan willen verbinden - Franse wraakgedachte na kansloos verloren oorlog tegen Duitsland (1870 – 1877) - Duits streven om zich in Europa te profileren/grote rol spelen (“wij willen ook een plekje onder de zon”) en dagen daarmee andere landen uit (militair, industrieel), met name Engeland - Slavisch nationalisme op de Balkan -> streven naar onafhankelijkheid
B. Imperialisme: Europese grootmachten streven naar een (koloniaal) rijk, want ten tijde van de Industriële Revolutie was er grote behoefte aan grondstoffen en afzetmarkten. Bovendien gaven koloniën aanzien en macht. Je telt mee! C. Militarisme: Neiging om het leger en alles wat daarmee samenhangt te verheerlijken. Bijvoorbeeld conflicten oplossen met geweld, discipline, gehoorzaamheid, opoffering (vooral in Duitsland). D. A + B + C -> toenemende spanning in Europa, toenemend gevoel van onveiligheid en wantrouwen. Resultaat: Bewapeningswedloop om de eigen belangen kracht bij te zetten. In 1914 is Europa één grote kazerne (16 miljoen soldaten) E. A + B + C + D -> Bondgenootschappen sluiten om de groeiende spanning het hoofd te bieden (Triple Alliantie -> Duitsland, Oostenrijk-Hongarije & Italië / Triple Entente -> Frankrijk, Rusland & Engeland). In feite vergroten de bondgenootschappen de kans op oorlog (land gedragen zich onvoorzichtiger; klein conflict wordt snel een groot conflict).

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.