Paragraaf 2.1 : Het Spaanse en het Ottomaanse wereldrijk
Begrippen:
Grootmacht: machtig land
Wereldrijk: rijk in meerdere werelddelen
Wereldlijk: niet-godsdienstig
Samenvatting:
Slag bij Lepanto: Een zeeslag op de Middellandse Zee, op 7 oktober 1571. De paus wilde een eind maken aan de Turkse opmars. Er vielen veel doden en gewonden.
Ottomaanse wereldrijk: Osman stichtte in 1299 het Ottomaanse rijk. Het begon met een staatje aan de grens van het Byzantijnse rijk. Zijn opvolgers onderwierpen Klein-Azië en de Balkan. Later gingen ze nog veel meer landen, vooral in Afrika en het Midden-Oosten, veroveren. Rond 1520 strekte het rijk zich uit over 3 continenten.
Spaanse wereldrijk: De staat Spanje werd in 1479 gesticht door Isabella van Castilië en Ferdinand van Aragon. In 1492 werd de reconquista voltooid met de verovering van Granada. Toen Karel V in 1516 de troon erfde werd het rijk verder uitgebreid.
Christenen, Joden en Moslims: Op het iberisch schiereiland waren eerst alle drie de geloven toegestaan. Later alleen de christenen. De moslims en joden werden vermoord. De ottomanen stonden christenen en joden ook toe.
Strijd om Europa: De twee rijken streden tegen elkaar voor de macht over Europa. De strijd ging heel lang door, maar veel tochten werden afgeblazen door bijv. pestepidemiën.
Neergang van de Middellandse Zeehandel: Door de oorlogen op de Middellandse Zee was het er niet meer veilig voor de handel. Europeanen gingen dus andere handelsroutes zoeken.
2.2 De Europese expansie begint
Begrippen:
Europese expansie: uitbreiding van activiteiten van Europeanen buiten Europa vanaf omstreeks 1500
hindoeïsme: oosterse religie van de hindoes
Indië: Europese naam voor Zuidoost-Azië
ontdekkingsreis: zoektocht naar onbekend gebied
Oost (de): Oost-Azië
Samenvatting:
Oude handelsroutes: Vanaf de 13e eeuw kwam Europa steeds meer te weten over Oost-Azië en vanwege de producten wilden ze met ze handelen. Vanaf de 15e eeuw konden Europeanen minder goed handel drijven via de Middellandse Zee, dus gingen ze op zoek naar andere routes.
De eerste ontdekkingsreizen: De eerste persoon van de ontdekkingsreizen via de Atlantische Oceaan was Hendrik de Zeevaarder. Hij kwam niet in Azië aan, maar hij wilde de Moren bestrijden en goud zoeken in Afrika. Na de veroveringen in Afrika probeerde hij verder naar het zuiden te gaan. Europeanen waren bang voor zeemonsters en kwamen dus nog niet zo ver in het zuiden. In 1434 lukte het de Portugezen de kaap te passeren, dit was het begin van de Europese expansie.
Kaap de Goede Hoop: De kennis over de oceaan groeide. Johan II stelde in 1481 een nieuw doel: een zeeroute naar Oost-Azië vinden. In 1488 voer Bartolomeus Diaz om de zuidelijke punt van Afrika heen.
Columbus: De Italiaan Columbus ging op zoek naar een westelijke route. Daardoor ontdekte hij bij toeval Amerika. Na zijn terugkeer trokken de mensen een denkbeeldige lijn door de Atlantische Oceaan. Ten Oosten daarvan mochten de Portugezen hun gang gaan. Daardoor ging Spanje zich vooral op Amerika richtten.
Portugezen in Azië: In 1498 voer Vasco da Gama naar Azië. De mensen in de stad Calicut geloofden in het hindoeïsme. De portugezen voerden handel in Azië en trokken verder het continent in.
Route via het noorden: Nederlanders probeerden via het noorden naar Azië te varen. Door de extreme kou is dit steeds niet gelukt.
2.3 Amerika voor Columbus
Begrippen:
Autochtoon: Afkomstig uit het gebied zelf
Indiaan: oorspronkelijke inwoner van Amerika
Samenvatting:
Columbus ziet Indianen: In 1492 kwam Columbus in Amerika. Hij dacht dat hij in Indië was. Om die reden noemde hij de inwoners indianen, vriendelijke maar schuwe mensen.
Samenlevingen in Amerika: Er waren verschillende samenlevingen. Jager-verzamelaar in het uiterste noorden en zuiden. Landbouw in het gebied waar nu de VS ligt. Landbouwstedelijk in het midden en in het Andes gebied.
Indiaanse landbouw: Onafhankelijk van Europa en Azië vonden ze de landbouw uit in 8000 v.C. in Midden-Amerika en het Andes gebied. De indianen verbouwden gewassen als tabak, aardappelen, tomaat en mais. De enige grote zoogdieren die ze gebruikten voor de landbouw waren lama’s.
Incarijk: In de Andes ontstonden rond 700 veel grote rijken. In 1438 werd het Incarijk in Peru gesticht. Het werd bestuurd door de Inca, een keizer die zei dat hij afstamde van de zon. Hun hoofdstad lag in Machu Picchu in heel hoge bergen, dat pas in 1911 ontdekt is.
Maya’s: Van 200 tot 900 ontwikkelden de Maya’s een hoogontwikkelde cultuur in Midden-Amerika. Ze leefden in tientallen stadstaten die altijd oorlog met elkaar hadden. Ze wisten veel over wiskunde en sterrenkunde.
De Azteken: In het dal van Mexico lag het rijk met de hoofdstad Teotihuacán. De Azteken geloofden in de zon en dat die kracht nodig had om tegen de maan en de sterren te vechten. Dus gaven ze elke dag mensenoffers, dat waren vaak krijgsgevangenen.
REACTIES
1 seconde geleden
een scholier
een scholier
Best goeie Samenvatting alleen veel dingen kloppen niet zoals: dat Hendrik de zeevaarder als eerste een
ontdekkingsreis deed Via de Atlantische Oceaan maar dat klopt niet want dat was Columbus en zo zijn er mee dingen
1 jaar geleden
Antwoorden