Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 2: de tijd van de Grieken en Romeinen

Beoordeling 7.9
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 1084 woorden
  • 23 november 2014
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 7.9
2 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Hoofdstuk 2

3000 vc tot 500 nc wordt de oudheid en de tijd van de Grieken en Romeinen genoemd.

753 vc Stichting van Rome

tot 600 vc Mythologisch wereld-beeld

450 vc bloei van Athene

507 vc begin democratie in Athene

146 vc Carthago en Griekenland werden veroverd door de Romeinen

30 vc Egypte wordt Romeinse provincie

329 nc christendom wordt Romeinse staatsgodsdienst

395 nc splitsing van het romeinse rijk

 

Stadstaat; ommuurde stad met tempels, marktplein en landbouwgebied. Hoplieten heersten over die gebieden. Rijke boeren → kochten wapens → macht en invloed.

550 vc was er een voedseltekort. Daarom gingen ze kolonies stichten. Daardoor ontstond er bloeiende handel, economie en cultuur. Rijke kooplui kregen ook aanzien en eisten macht van de hoplieten. Dat veroorzaakte onrust. Ook doordat de import veel goedkoper was gingen sommige boeren failliet. Zij veroorzaakten ook sociale onrust. Sociale onrust → machtswisselingen → poleis kregen nieuwe bestuursvormen.

1. Monarchie (erfelijke heerser)

  1. Aristocratie (regering van de besten, elite)

  2. Oligarchie (regering van de besten van de besten, van de weinigen)

  3. Tirannie (alleenheerser)

  4. Democratie (regering van het volk)

 

2.1 De ontwikkeling van wetenschap en politiek in de Griekse stadstaat

tot 600 vc Mythologisch wereld-beeld. Daarna gingen filosofen rationeel denken en ontstond de wetenschap ect.

Socrates; weet niks Plato; ethiek. Aristoteles; kennis en wetenschap en logica

Poleis; stadstaten die eigen wetten, land en munt hadden. Begon al monarchie, later aristocratie (rijke bestuurders) Daarna nam een Aristocraat de macht en werd hij een tiran. Volksvergaderingen hadden geen tot weinig invloed.

507 vc ontstond de eerste (directe) democratie in Athene. Slaven, vrouwen en immigranten mochten niet stemmen. Alleen de rijke mannen konden meedoen, omdat de boeren er simpelweg de tijd niet voor hadden. De filosofen vonden democratie stom, omdat ze dachten dat de burgers te dom waren en zij vonden dat er een goede leider moest komen.

431 vc begon de 30 jarige oorlog tussen Athene en Sparta om de macht in Griekenland. 338 vc eindigde oorlog pas toen Griekenland werd overgenomen door Alexander de Grote.

470-399 vc Socrates ''ik weet dat ik niks weet''

 

2.2 het Romeinse imperium en de verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur

500 vc Rome veranderde van monarchie(750-500vc) in republiek(500-48vc). Macht kwam in hadden van het senaat(rijke mannen) 2 consuls(patriciërs) regeerden. 2 ipv 1 om tirannie te verkomen. Zij breiden Rome uit. Het leger stond hoog in aanzien. Sneeuwbaleffect.

264 vc begon de expansie buiten Italië. Rome viel eerst Carthago aan dat in 146 vc verwoest werd. In dat jaar werd ook Griekenland veroverd. Burgeroorlogen tussen populaire legeraanvoerders. Patriciërs werden rijken en Plebejers(normaal volk) werden armer.

Caesar onderwierp Gallië in 58 tot 50 vc. Werd in 48 vc alleenheerser (dictator) en werd in 44 vc vermoord jaar jaloerse senatoren. Zijn zoon Caesar Octavianus Augustus nam de macht over en maakte het het Romeinse keizerrijk. Het romeinse imperium bereikte in 106 nc zijn grootse omvang.

Het leger verdedigde goed. Organisatie was hun kracht. Volkeren werden of vermoord of mochten zich aansluiten. Door het invoeren van 1 munt, dezelfde wetten en een goede infrastructuur ontstond er voor een langere periode vrede en rust; pax romana.

Verval van het rijk door: -Hoge belastingen die niet betaald kunnen worden -Afhankelijk voor de verdediging van grensvolkeren, maar zij luisteren niet – corruptie en zelfverrijking – burgeroorlogen

Gevolg: Splitsing van het rijk (395) Oost; keizerrijk. Werd veroverd in 1453 door de Ottomanen. West; 476 grijpt Germaanse koning Odoalen de macht.

De Romeinen namen een voorbeeld aan de Griekse cultuur. Zo ontstond de Grieks-Romeinse cultuur en dat verspreidde zich door het hele rijk, omdat de Romeinen overal amfitheaters, tempels en steden bouwden. Ook verspreidden Romeinse soldaten de cultuur wanneer zij in overwonnen dorpen waren. Ook namen de Kelten het romeinse schrift over.

 

2.3 de vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur

Grieken namen de Egyptische beeldhouw kunst over. In vergelijking waren de Griekse beelden plat en emotieloos. Grieken maakten in de in de klassieke periode van de grieken (5e en 4e eeuw vc) levende beelden. Zij moesten goden en halfgoden voorstellen. Daarom waren de beelden perfect.

Grieken namen ook de bouwkunst van de Egyptenaren over. Vanaf de 7e eeuw vc bouwden ze tempels met zuilen. Dorische zuilen; strak, robuust en sober. Ionische zuilen; Ranker en mooie versieringen aan de onder en bovenkant van de zuilen. Korinthische zuilen; uitbundige versieringen.

de Romeinen namen de Griekse beeldhouw kunst over (vooral rond de periode van de verovering in 146 vc). Zij ontwikkelden hun eigen stijl en maakten de beelden zo realistisch mogelijk.

In de bouwkunst werkten de Romeinen met koepels, bogen en gewelven. Typisch romeins; tempels, fonteinen, thermen, basilica's(marktplaatsen), aquaducten en amfitheaters. 332 vc het eerste aquaduct.

Grieken gebruikten natuurlijke hellingen om theaters te maken. De Romeinen bouwden ze zelf. Toch bleven de Romeinen de Griekse vormentaal gebruiken.

 

2.4 Confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur

Volgens de Romeinen waren de Germanen barbaren. Vanaf 600vc verspreidden ze zich over noordwest Europa. Vergeleken met de Romeinen waren de Germanen slecht georganiseerd en zwak bewapend. In 9 nc vielen de Germanen de Romeinen aan. De Germanen wonnen omdat zij het gebied kenden. De werden vriendjes. Germanen namen het schrift over en ze handelden met de Romeinen. De Germanen vochten in het Romeinse leger.

 

​2.5 ontwikkeling van jodendom en christendom

Joden geloven in 1 god. Dat was in die tijd raar. In 587 vc werd hun stad, Jeruzalem verwoest. Joden werden afgevoerd naar het Babylonische rijk. Sindsdien leefden de joden in de diaspora (verspreiding).Toen de Perzen Babylon in 539vc veroverden mochten de joden terug komen, ook al bleven sommigen in dat gebied wonen.

In de eerste eeuw nc ontstond er een vertakking van het jodendom; het christendom. Nakomeling van David die het rijk zal herstellen : de Messias. Rond 30 nc verzetten bepaalde joodse groepen zich tegen de Romeinse overheersing. Jezus zou in die tijd predikend rond trokken hebben. Jezus werd gezien als messias. Aanhangers van Jezus maakten zich in 50 nc onder leiding van Paulus los van het jodendom en noemden zich christenen. Zij trokken door het Romeinse rijk en kregen steeds meer aanhangers. Petrus was een leider in de Christelijke gemeenschap in Rome. Paulus en Petrus stierven 64 nc als martelaren. Vanaf 250 werden veel christenen vervolgd, ondanks dat een kwart van het volk christenen was.

De samenvatting gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

In de eerste eeuw nc ontstond er een vertakking van het jodendom; het christendom. Nakomeling van David die het rijk zal herstellen : de Messias. Rond 30 nc verzetten bepaalde joodse groepen zich tegen de Romeinse overheersing. Jezus zou in die tijd predikend rond trokken hebben. Jezus werd gezien als messias. Aanhangers van Jezus maakten zich in 50 nc onder leiding van Paulus los van het jodendom en noemden zich christenen. Zij trokken door het Romeinse rijk en kregen steeds meer aanhangers. Petrus was een leider in de Christelijke gemeenschap in Rome. Paulus en Petrus stierven 64 nc als martelaren. Vanaf 250 werden veel christenen vervolgd, ondanks dat een kwart van het volk christenen was.

In 313 maakte keizer Constatijn een eind aan de vervolgingen. Hij accepteerde het Christendom en maakte het tot staatsgodsdienst eind 4e eeuw. Hij deed dat waarschijnlijk, om dat het een grote, machtige groep was en hij op die manier macht kreeg. Andere godsdiensten werden verboden. Hun tempels werden verwoest en omgebouwd tot kerken. Constatijn en zijn opvolgers lieten een orthodoxe sfeer vastleggen. Christus was zowel goddelijk als menselijk. Geloofde je dat niet, dan werd je vervolgd. 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.