Dekolonisatie en koude oorlog in Vietnam

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 2388 woorden
  • 5 mei 2012
  • 10 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
10 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
Geschiedenis Samenvatting dekolonisatie en Koude oorlog in Vietnam.
H1: Koude oorlog en dekolonisatie.
1.1 Internationale verhouding na 1945.

Na de WOII gingen de VS en de SU samen de wereldpolitiek beheersen, maar vertegenwoordigden tegengestelde ideologieën.
Westen Liberale Ideologie: Vrijheid individu, democratie, meerpartijensysteem, kapitalisme. etc.
SU-ideologie: veel staatsinvloed, arbeidersrevolutie, privebezit afgeschaft, planeconomie.

Wegvallen van Duitsland als machtsfactor betekende dat elk van beide grootmachten dit vacuüm in Europa wilde opvullen.
Stalin rekende gebieden in, binnen zijn invloedssfeer. Satellietstaten dansten naar pijpen van Moskou. Europa dus opgedeeld in een twee vijandige blokken -> Koude Oorlog (bondgenootschappen, wapenwedloop, spionage, propagandaoorlog)
Koude oorlog ontwikkelde zich tot een wereldwijde tegenstelling.
Door de wapenwedloop ontstaat afschrikkingsevenwicht, ofwel ‘Balance of Terror.’

Na dood Stalin (1953), vreedzame co-existentie onder Nikita Chroesjtsjov.

1.2 Vijandenbeelden.

Truman containmentpolitiek om het communisme in te dammen: Marshallplan (economische maatregel). Ook Roll-Back
Amerikaanse bemoeizucht in jaren '50 naar Afrika en Azie; pas gedekoloniseerde landen, communisme erg aantrekkelijk, omdat hier de macht bij boeren/arbeiders lag. --> Angst voor communistische wereldrevolutie.

1.3 Dekolonisatie in Zuidoost-Azië

Factoren die dekolonisatie in de hand werkten:
• inheemsen kregen Westers onderwijs
• racisme blanke overheersen, geen inspraak.
• opkomst nationalisme.
• door Japanse bezetting en de uitkomst WOII verlies respect en aanzien voor de blanken.

Na 1945 werden kolonies vaak door geweld onafhankelijk.
VS en SU: antikoloniaal: maar vóór nieuwe staten hoop of kapitalistisch óf communistisch.

Dekolonisatie Vietnam:
• vanaf 1887 Unie van Indochina onder Frans gezag.
Frankrijk wilde kolonie zo snel mogelijk winstgevend maken -> spoorwegnetwerk m.b.v. nieuw belastingstelsel.

• Bevolking uitgebuit.
Alles ingepikt -> rijst, steenkool, rubber, zijde, specerijen, mineralen. Slechte gezondheidszorg. Missiescholen zorgden ook voor zuid-vietnamese katholieken -> gezien als handlangers van blanken.

• Blanke katholieke bovenlaag, gezeteld in Zuid-Vietnam (geen inspraak voor de rest)
• Veel verzet, vooral door arme boeren.
• Al snel opkomst nationalisme (willen fransen weg!!!) . Vooral WOI en volksraad 1928 (door de fransen om verzet de wind uit zeilen te nemen) radicaliseerden nationalistische groeperingen -> niet serieus genomen -> aanhang boeren, plantage- en fabrieksarbeiders en ook stedelijke elite.

Ho Chi Minh :
1929: Indochinese Communistische Partij.
1930: 10 puntenplan
1941: Vietminh: militante communisten, nationalistische organisatie die zich verzet tegen Japan
met hulp VS. (VS wapens en medicijnen Vietminh, andersom verzorging neergeschoten piloten)
25 september 1945: Democratische Republiek Vietnam

Ho Chi Minh verwachtte dat Roosevelt macht aan hem zou geven na vertrek fransen, Charles de Gaulle wilde echter kolonie kwijt -> amerika kiest franse zijde voor sterke bondgenoot in Koude Oorlog.

Eerste Indochinese Oorlog 1946-1954 -> boerenmassa gemobiliseerd voor guerillastrijd.
Vietminh niet te verslaan, Bao Dai ingesteld om staat te leiden (nationalisten losweken Vietminh)
Dien Bien Phu 1953: Hoop om Vietminh in grote veldslag te verslaan, mislukt -> 7 mei capitulatie.

Geneefse Akkoorden in 1954: bied geen verenigd vietnam, maar voorkomt complete commu. staat.
Land bleef in twee delen verdeeld. Zeventiende breedtegraad als scheidingslijn. Noorden door Dem. Republiek Vietnam bestuurd, Zuiden Franse marionet Bao Dai.
Mochten geen van beide aansluiten bij militaire bondgenootschappen of militaire bases op grondgebied toelaten. Belofte: in 1956 verkiezingen , waarna het land zou worden verenigd.

Ho Chi Minh: ongunstig: moesten terreinwinst opgeven maar om de belofte verkiezingen ging Ho akkoord.
VS: Koste wat het kost communisme Vietnam tegenhouden -> Dominotheorie. Wilden ook geen gezichtsverlies.
Volksrepubliek China: VS niet verleiden tot troepeninzetting.
SU: Niet bereid voor Vietnam verhouding VS op het spel te zetten.

Hoofdstuk 3:

interne revolutie:
geleidelijke invoering communistische economie, privé bezit toegestaan (kapitaalvlucht voorkomen)
landhervormingsprogramma -> Frans bezit plantages onteigenen -> gegeven aan arme boeren -> gevolg: rijstproductie steeg, dus voldoende voedsel voor de bevolking.
(nationaliseren van franse bedrijven/plantages)
Daarna radicaliseerde bewind -> planeconomie en op het platteland collectieve boerderijen -> zorgt voor groeiende kapitaalvlucht en opstand boeren.
Ho chi minh bang voor complete leegloop dus gaf fouten toe -> rust keert terug in 1958.
Collectieve boerderijen gaan wel door, maar geen succes -> gevaar hongersnood als donkere wolk boven het hoofd van de bevolking.

externe revolutie:
verenigd vietnam onder leiding van communisten noord vietnam -> na de geannuleerde verkiezing van 1956 moest en zou het regime in saigon ten val gebracht worden en de Amerikaanse aanwezigheid in het Zuiden moest worden beëindigd.

Na de Geneefse conferentie werd er in Zuid-Vietnam een anticommunistische staat uit de grond gestampt. Door de fransen werd Ngo Dinh Diem naar voren geschoven om de nieuwe regering te leiden. Diem foute keuze, stond ver van het gewone volk.
Nation Building door amerikanen -> veel geld en idealisme om sterke staat (westers gezind maar eigen identiteit.
Amerikanen pompten geld in, maar dat kwam niet ten goede van bijv. landhervormingsprogramma’s omdat dat nadelig was voor Diems familieleden. Meeste dollars: corrupte ambtenaren en veiligheidsdienst van Diem -> amerika hield een dictatuur overeind.

Amerikanen bleven achter Diem staan uit angst voor de dominotheorie.
Het was echter absurd idee dat Vietnam zich zou uitleveren aan China (eeuwenlang vijanden) Ook Diem bij gebrek aan beter.

Vanaf 1959 infiltratie van Noord-Vietnameze troepen in het Zuiden, mochten nog niet in actie komen van Ho Chi Minh -> ongeduld leid tot aanslagen/terreur saigon-regime en gebouwen.
Geleidelijk slaagden guerillatroepen grote delen van Zuid-Vietnam in handen te krijgen.
1960 NLF (national liberation front), Vietcong genoemd opgericht! -> verschillend oppositiegroepen tegen Diem.
Vietcong was verzetsbeweging van zuid-vietnam. hulp van noord-vietnam.
Door toename guerillaactiviteit -> versterkte dorpen -> 4 miljoen boeren verhuizen naar kunstmatige dorpen waar ze tegen communistiche infiltratie beschermd werden -> boeren voelen zich ontworteld: moeten uren lopen naar rijstvelden en verwijderd van de graven van voorouders.

Verzet groeit, ook in steden: boeddhisten, intellectuelen en communisten protesteren tegen Diem en Amerikaanse invloeden! -> drong niet door tot amerikanen door: eisenhower max. 900 adviseurs.

In 1961 Kennedy (beloofd ferme politiek tegenover het communisme) en breid aantal adviseurs uit, maar vindt dat Vietnamezen zelf moeten vechten. Diem hield nog steeds zijn Amerikaanse beschermers voor de gek.
1963 loopt het uit de hand -> zelfmoorden monniken, Madame Nhu onverschillig. Diem ging ook nog over op invallen op tempels -> Amerika wil Diem weg.
Opstandige generaals plannen coup, bericht vanuit VS dat coup niet wordt tegengehouden. Diem wordt doodgeschoten.
3 weken later Kennedy dood -> Johnson.
Reeks van staatsgrepen totdat Nguyen Van Thieu aan de macht komt. (corrupt)

Amerika heeft dus miljarden dollars in een regime van onverantwoordelijke en corrupte bestuurders gestort.

Hoofdstuk 4:

Johnson richtte zicht op Great Society: oplossen armoede en rassenproblematiek. Kost veel geld, dus snel oplossing Vietnam. Wil Johnson steun voor Great Society van Republikeinen -> hard anticommunistisch beleid in Vietnam.

3 opties Johnson:
• terugtrekking -> niet realistisch, want laat zwakte van Amerika zien (nederlaag)
• Atoomwapens inzetten -> niet realistisch, want kan grote delen van de wereld verwoesten.
• Militair ingrijpen -> blijft over.
1. Zo weinig mogelijk Amerikaanse slachtoffers.
2. Conventionele wapens
3. Oorloggebied beperken tot Vietnam.
Dus beperkte oorlog; noordelijk deel noord vietnam niet gebombadeerd (China) en Amerikanen niet op Noord-Vietnamees grondgebied.

2 augustus 1964: Tonkinincident:
(mislukte) noord-vietnamese torpedoaanval op Maddox in Golf van Tonkin. -> johnson geeft bevel tot bombarderen = tonkinincident.
Tonkinresolutie -> geeft Johnson toestemming om met alle nodige maatregelen in actie te komen. (machten niet meer in belans, want geen toestemming meer bij het congres.

Noord-Vietnam draagt ook bij aan escalatie conflict -> constant wapens, troepen en munitie naar Zuiden.
1965 was er aanval op militaire basis. Johnson besluit tot Rolling Thunder = Langdurig bombardement op Noord-Vietnam. Had eigenlijk weinig effect, want geen industrie van betekenis. Verzet groeide.

1965: Zuid-Vietnamese leger stort bijna in dus sturen van Amerikaanse grondtroepen.
Zorgt ervoor dat Vietnamese samenleving wordt geamerikaniseerd. (bevolking voelt alsof ze eigen identiteit verliezen)

Zuid-Vietnamese leger verricht vooral ondersteunende taken. Thieu nauwelijks betrokken bij besluitvorming. Ondanks lage dunk van amerikanen toch vaak ingezet -> z-vietnamese verliezen 5x hoger dan Amerikanen.

Search and destroy omdat vijand guerillaoorlog voerde. Geen duidelijke frontlijnen.
SAD: eenheden gedropt en omgeving uitkammen -> tunnelcomplexen dus bijna ongrijpbaar.
Vietcong verschool zich onder gewone bevolking -> Amerikanen pakken iedereen op.
SAD leidt tot niets, amerikanen geven dat later toe. Leidt wel tot grote stroom vluchtelingen uit zuid-vietmamese platteland naar steden.

Ho Chi Minh route: netwerk van paadjes die liep vanuit Noord-Vietnam door de jungle van Laos en Cambodja, naar Zuid-Vietnam. In de loop van de oorlog werd de route versterkt -> werk- en opslagplaatsen, barakken en hospitalen.
Vietcong -> boobytraps en aanvallen Amerikaanse bases.

Dit leidt ertoe dat Amerikanen andere wapens gaan gebruiken, omdat ze met tanks niet goed kunnen aanvallen -> agent orange; gif/ontbladeringsmiddel
->Napalm; gelei-achtige brandstof die lijkt op brandende benzine -> wordt met brandbommen afgeworpen.

Hulp aan Noord-Vietnam:
bombardementen veroorzaakten voor grote schade aan irragatiesysteem in de delta van de rode rivier. Voedselproductie daalt.
China stuurt: technici en grote rijstzendingen (hongersnood verkomen)
SU: kwalitatief goed wapentuig. -> als amerikaans vliegtuig werd neergehaald konden ze goed techniek bestuderen.
Ook uit westerse wereld voedsel en medicijnen.
SU/China hulp zorgt ervoor dat er zoveel mogelijk N-Vietnamese mannen konden worden ingezet.

Keerpunt 1968:
Belegering Amerikaanse legerbasis in noorden van Zuid-Vietnam: Khe Sanh.
Hevige gevechten -> veel amerikanen uit de steden gehaald om mee te vechten bij khe sanh -> bleek afleidingsmanoevre te zijn.
Tijdens boeddhistische Nieuwjaar Tet viel Vietcong overal Amerikaanse legerbases en belangrijke steden aan. Pas naar felle strijd lukte het de vietcong te verslaan.

De publieke opinie in de VS sloeg om. Tetoffensief liet zien dat snelle overwinning niet mogelijk was.
Bloedbad van My Lai; groot in de media opgeblazen -> nog meer tegen leger gekant.

Tetoffensief begin eerloze Amerikaanse terugtrekking.
In 1968 werd Nixon gekozen.
Hij belooft law and order in eigen land (na zomers van protest en rellen) -> streefde naar terugtrekking door vietnamisering van de oorlog -> zonder gezichtsverlies vietnam verlaten. (eigen positie dan ook beter)

Terwijl hij grondtroepen terugtrok, zware bombardementen op Noord-Vietnam om te zorgen dat Hanoi claims op zuid-vietnam zou opgeven. Ook beschieting Ho Chi Minh route (dus ook Laos/Cambodja)

Nieuwe vredesbesprekingen:
VS: eisen troepenterugtrekking N-V uit Z-V.
N-V: Eiste dat alle buitenlandse troepen terugtrokken.
Nixon eiste vrije verkiezingen, N-V wilde interim-regering onder leiding Vietcong.
Na verkiezingen moest de nieuwe regering dan gesprekken beginnen met Noord-Vietnam over de hereniging van het land.
VS wilde Thieu in het zadel houden. Hanoi wilde pas onderhandelen als bombardementen zouden stoppen. Vredesbesprekingen lopen weer vast.

Verkiezingsjaar 1972 : Verbeterde relaties met China en Rusland konden onderhandelingen vlottrekken. Hanoi dan niet meer automatisch gesteund door bondgenoten.
Linkagestrategie: verbeterde relaties en oplossing vraagstuk vietnam.
Betrekkingen VS –China verbeterd met pingpongdiplomatie. Amerikaanse bedrijven vonden Chinese markt aantrekkelijk.

27 januari 1973: vredesverdrag. Parijse akkoorden komen bijna overeen met Geneefse Akkoorden.
Geen eervolle vrede, Amerikaanse deelname stopte maar oorlog ging door. Thieu staat alleen.
Eind 1974 forceert Hanoi doorbraak. In 1975 nemen heel vietnam in bezit. Saigon valt 30 april 1975.
Westerlingen worden via het dak van de Amerikaanse ambassade geevacueert.
Komt erop neer dat alle offers voor niets waren geweest. Vietnamoorlog eerste nederlaag in de Amerikaanse geschiedenis.
2 juli 1976: één verenigd vietnam, saigon wordt ho chi minh stad.

Hoofdstuk 5 Gevolgen van de oorlog.

Amerikanen brengen terreur met SAD op zuid-vietnamese platteland. Iedereen potentieel vietcong.
Naast SAD ook napalm/agent orange oorzaken van grote stromen vluchtelingen.

In Saigon drie miljoen mensen op een kluitje. In de steden ontstond een kunstmatig geschapen welvaart. Alleen een paar mensen profiteerden. Poosje wat verdienen als taxichauffeur, prostitutee, etc. -> na vertrek amerikanen viel deze werkgelegenheid weg.

Gevolgen:
Noord-Vietnam
• Evacuatie kinderen en bejaarden
• Bouw van (onderaardse) schuilplaatsen
• Militaire dienstplicht voor mannen
• Vrouwen werken mee in de industrie en in openbare diensten
• Minder voedsel, geen hongersnood
• Inventief gedrag vietnamezen om oorlogproblemen te lijf te gaan.
• Hevig verzet alle N-V burges tegen VS.
Zuid Vietnam:
• 50 % mannen ingeschakeld. (krijgen niet veel betaald, corruptie. soms handel vietcong)
• Gedwongen te wonen in versterkte wonen geeft gevoel van bezetting aan bevolking.
• Veel Zuid-Vietnamzen vluchten naar Vietcong gebied.
• Ontvolking platteland
• Gebrek aan woonruimte/werk in de steden -> groei misdaad/prostitutie
• Verwaarlozing van landbouw en industrie.
Gevolgen voor Amerikanen: (gemiddeld 19 jaar oud)
• Mentaal en materieel nauwelijks voorbereid op de jungle/guerrillatactieken/grote aantallen doden. (later oorlogstrauma’s)
• Moeizame verloop van oorlog en vijandige houding van veel zuid-vietnamezen.
• Twijfels waarom ze moeten vechten. hebben gevoelens van angst/verdriet/frustratie. Leid tot het gebruik van drugs -> goedkope heroïne en marihuana.
• Bezoek bordelen/kroegen saigon.
• Rassenhaat in leger.
• Oorlogsmisdaden (My Lai)

H6

Vietnamoorlog werd de eerste huiskameroorlog.
Tot 1967 redelijk gecensureerd. maar in de loop van 1967/68 steeds onafhankelijkere berichtgeving.
Verslaggevers stellen steeds meer ingrijpen van de VS ter discussie.
Bijval maar ook woedende reacties rechtse amerikanen -> polarisatie samenleving.

Studenten en jongeren protestgeneratie omdat:
Babyboomers die na WOII waren geboren werden protestgeneratie. wilden niet in onbekend land vechten voor een onduidelijk doel.
Gemiddelde Amerikaan voelde zich aangesproken tot Nixon -> Law and Order herstellen.
Na troepenterugtrekking zakt protest in, maar na inval cambodja leeft het weer op. nu niet alleen jongeren meer.

Rol politiek in de vietnamoorlog: tonkinresolutie niet goed nagedacht. (niet goede balans 3-machten)
Vietnambeleid uitgestippeld in het Pentagon.
Belangrijke verklaring voor terughoudendheid Congres: wilden niet ‘soft on communism’ zijn.
Duiven en haviken. Fulbright met hoorzittingen tegen Johnson -> laat zien dat niet alleen studenten, maar ook deskundigen tegen Vietnamoorlog waren.

H7.

Pentagon Papers: liet zijn dat het volk verkeerd voorgelicht waren en dat er doelbewust dingen werden gedaan of juist achtergehouden.

Watergateschandaal: Nixon stuurt medewerkers naar hoofdkwartier democratische partij om af te luisteren.. -> leidt 2 jaar later tot gedwongen aftreden van Nixon.
War Powers Act: beperkt bevoegdheden president.

Lage inkomensklassen vechten in vietnam, veel zwarten. Oproep tot dienstweigering.
De meeste zwarten gingen toch, overheid stelde studiebeurzen beschikbaar -> onttrekking problematiek van het getto.

Vietnamoorlog bleek een working class war. Rijkeluiszonen lieten zich indelen op makkelijkere posities (George W. Bush)

Nationaal trauma; rijkste land verliest oorlog van een onderontwikkeld land.
Vietnamsyndroom -> oorlog wordt doodgezwegen, veteranen voelen zich onbegrepen en niet in staat hun oude leven weer op te pakken. (Psychosociale en fysieke klachten) Door bijv. moord op kinderen en vrouwen, zelf of getuige ervan.

Verwerking komt in jaren ’80 op gang. Artsen ontwikkelen therapieën of schrijven medicijnen voor. Ook speelfilms en muziek helpen in verwerking.
Belangrijke blijk van erkenning kwam in 1982 met de onthulling van het Vietnammonument in Washington.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.