Le cinquième doigt door Richard de Boeck

De volgende dag moet Yannick in Sy zijn om om 11u zijn volgende orders te krijgen.

Hoofdstuk VI

Om 10u30 staat Yannick op en verlaat hij de bungalow, hij springt op zijn rode mountainbike en rijdt richting z’n ontmoetingsplaats. Hij hoopt dat men hem onderweg niet herkent. Wanneer hij voorbij “Big Moustache” rijdt, zwaait Michel uitbundig, maat Yannick doet of hij hem niet gezien heeft. Onderweg denkt Yannick aan het feit dat hij wil stoppen, maar hij herinnert zich dat zijn baas zei dat ze allen 1 hand zijn en als er een louche vinger tussen zit, dan wordt die eraf gesneden, het deed hem terugdenken aan die enen vrouw die hij gevonden had tussen de bosjes. Hij is de vinger die ze eraf willen snijden. Wanneer hij voorbij een struikje komt hoort hij 2 mannen praten en hem achtervolgen. Hij zet het op de vlucht, hij fietst zo snel hij kan, maar hij heeft de grote wortels van de bomen niet gezien, zijn fiets wankelt en Yannick wordt op de grond gegooid, een vreselijke pijn steekt Yannick in z’n rechter enkel. Hij probeert voort te lopen. Onderweg heeft hij een idee, hij doet z’n geruite Canadese hemd uit en hij hangt over het prikkeldraad van een wei, dan wordt ineens stevig vastgenomen en wordt er een doekje voor z’n mond gehouden, hij voelt dat hij in een donkere afgrond valt.

Hij schreeuwt het uit, maar niemand hoort hem, want er is een groepje kinderen van de scouts aan het spelen en die maken véél lawaai zodat de mensen denken dat dat hoog geschreeuw van die kinderen komt.

De ouders van Yannick vragen zich af, wanneer Yannick is vertrokken en zijn ongerust. Dan belt de mama van Marianne die ook al zwaar ongerust is, want Marianne is gisterenavond niet thuisgekomen. Marianne wordt wakker en ze heeft pijn aan haar hoofd, haar voeten zijn vastgebonden en haar handen zijn op haar rug vastgebonden. Ze herinnert zich niks vanaf wanneer ze werd meegenomen in de auto. Marianne hoort een man afkomen, ze heeft schrik dat die man haar pijn zal doen, maar het enige wat die man doet is de touwen rond haar polsen en benen losser maken.

Hoofdstuk VII

De hele familie van Yannick gaan eens kijken in z’n bungalow, ze zien dat Yannick zijn V.T.T. er niet meer staat, ze denken dat hij een ritje gaan maken is met de fiets. Ze besluiten Michel van “Big Moustache” te bellen, want die zal wel weten of Yannick voorbij is gekomen of niet, want hij kijkt altijd naar alle voorbijgangers. En inderdaad Michel heeft Yannick rond 10u30 zien voorbijrijden en Michel vond het heel bizar dat Yannick niet heeft gezwaaid. Aline besluit haar broer te gaan zoeken. Ze vraagt aan voorbijgangers of die toevallig geen jongen hebben gezien op een rode fiets met een geruit hemd aan, maar niemand heeft zo iemand gezien. Marianne komt de mensen tegen die geschreeuw hadden gehoord, maar ze dachten dat het de kinderen waren, maar nu zou het wel kunnen dat het haar broer was. Marianne fiets verder en dan ziet ze het geruite hemd van haar broer over prikkeldraad hangen, ze voelt haar hart in haar keel kloppen. Nu begint ze zich van alle vragen te stellen in haar hoofd. Een eindje verderop vindt ze de rode V.T.T. van haar broer, het stuur van de fiets is verwrongen. Nu hoort ze haar vrienden haar naam roepen, als ze uitlegt wat er aan de hand is, besluiten ze mee te helpen Yannick te zoeken. Marianne gaat naar huis om te vertellen wat ze gevonden heeft terwijl de anderen een zoektocht organiseren. Ondertussen is de mama van Marianne bij de familie thuis en ook de politie en de commissaris. De commissaris denkt dat dit allemaal te maken heeft met drugshandel. Ze komen mensen tegen die 3 à 4 stemmen van mannen hadden gehoord die naar elkaar aan het schreeuwen waren, wanneer de mensen op die open plek kwamen zagen ze ze nog net verdwijnen tussen de struiken. Die mensen hadden de indruk dat die mannen iets aan het achtervolgen waren.

Hoofdstuk VIII

Yannick wordt wakker, hij hoort geroekoe. Hij zit tussen de duiven. Hij zit op een bepaalde boerderij. Yannick denkt na over wat zijn hoofddealer had gezegd. Hij weet nu dat hij de gesneden vinger is die ze eraf willen. Yannick weet dat hij zich zo snel mogelijk uit de voeten moet maken. Het zoldervenster staat open en Yannick kruipt eruit. Een beetje verder is een kasteel. Yannick weet dat hij voort moet gaan, maar hij heeft pijn in z’n enkel, hij springt in het riviertje, zodat hij zich kan laten meeslepen door de stroming. Hij komt aan een brug en hij houdt daar schuil, want hij hoort de mannen achter hem die hem zoeken. De mannen lopen er gewoon voorbij. Yannick laat zich weer voortslepen door de stroming en hij komt aan een tweede brug, daar klimt hij eruit. Yannick weet waar hij is, hij is aan de school waar zijn moeder heeft gestudeerd, hij is hier regelmatig komen wandelen met zijn moeder. Hij besluit naar de openbare bibliotheek te gaan iets verder, daar kan hij iemand bellen.

De bibliothecaris vindt Yannick en belt zo spoedig mogelijk de ambulance op om hem naar het ziekenhuis te brengen. Michel verwittigd de ouders van Yannick dat Yannick in het ziekenhuis ligt, want ze hebben thuis geen telefoon. In het ziekenhuis wacht iedereen ongeduldig tot wanneer Yannick wakker wordt, zodat hij alles kan vertellen.

Hoofdstuk IX

Yannick wordt wakker en bij het herkennen van zijn zus aan de rand van het bed, lacht hij. Marianne verteld hem dat hij in het ziekenhuis ligt en dat hij geopereerd is aan z’n been en dat ze zijn been in de plaaster hebben gestoken en om z’n arm een windel hebben gedaan. Marianne verteld ook dat mama thuis is met een slaappilletje en dat papa met haar is meegegaan. Wanneer de commissaris Yannick vraagt om alles te vertellen, twijfelt Yannick, maar wanneer de commissaris zegt dat zijn verhaal misschien kan helpen om Marianne te vinden, kijkt Yannick geschrokken, hij wist niet dat Marianne verdwenen was. Nu vertelt hij alles aan de commissaris, van in het begin. De commissaris weet waar hij die mannen moet vinden. Een frituur die al maanden dicht is wordt al de hele tijd gebruikt door een drugsbende. En zo valt de commissaris samen met een groep politieagenten de oude frituur binnen. Er is niemand in huis, er is 1 kamer gesloten, wanneer ze die open krijgen, denken ze dat die leeg is, maar er is een matras tegen de muur gelegd, waar een meisje op ligt te slapen.

Yannick wordt wakker en bij het herkennen van zijn zus aan de rand van het bed, lacht hij. Marianne verteld hem dat hij in het ziekenhuis ligt en dat hij geopereerd is aan z’n been en dat ze zijn been in de plaaster hebben gestoken en om z’n arm een windel hebben gedaan. Marianne verteld ook dat mama thuis is met een slaappilletje en dat papa met haar is meegegaan. Wanneer de commissaris Yannick vraagt om alles te vertellen, twijfelt Yannick, maar wanneer de commissaris zegt dat zijn verhaal misschien kan helpen om Marianne te vinden, kijkt Yannick geschrokken, hij wist niet dat Marianne verdwenen was. Nu vertelt hij alles aan de commissaris, van in het begin. De commissaris weet waar hij die mannen moet vinden. Een frituur die al maanden dicht is wordt al de hele tijd gebruikt door een drugsbende. En zo valt de commissaris samen met een groep politieagenten de oude frituur binnen. Er is niemand in huis, er is 1 kamer gesloten, wanneer ze die open krijgen, denken ze dat die leeg is, maar er is een matras tegen de muur gelegd, waar een meisje op ligt te slapen.

Hoofdstuk X

Yannick en Marianne helpen Yannick zijn nonkel Jean-Pierre de boel op te kuisen aan de citadelle. Wanneer ze klaar zijn zegt Zijn nonkel dat ze juist op tijd klaar zijn, want er wordt op hen gewacht, ze mogen toch niet te laat komen op het feestje. Welk feestje vargen Marianne en Yannick zich af. Het feest van de pizza’s zegt Jean-Pierre. Wanneer ze binnenkomen in het restaurant (Ristorante-Grill San Marino) zien ze een grote massa mensen binnen staan, iedereen die ze kennen is daar. Ze worden aangekondigd door de commissaris als de twee grote helden, die geholpen hebben om een heel netwerk van drugdealers te pakken. Yannick is blij met het feest. Maar de commissaris is vooral blij dat ze beiden gezond zijn. De commissaris heeft ook gehoord dat Yannick een grote sportbeoefenaar is geworden, hij vraagt of Marianne ook meedoet. Marianne antwoord: “Natuurlijk”. De commissaris zegt tegen Yannick dat hij het goed begrijpt en geeft Yannick een knipoog.