Welvaart H 4

Beoordeling 8.7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 481 woorden
  • 5 augustus 2008
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 8.7
3 keer beoordeeld

H4 economie.

Collectieve sector -- Instellingen voor de sociale zekerheid + Alle overheidsorganen (die hebben publiekrechtelijke bevoegdheid = recht om regels op te legen – publiekrechtelijke organen.)

* Collectieve uitgaven – totale uitgaven van de collectieve sector
* Collectieve ontvangsten – totale inkomen van de collectieve sector
* Collectieve goederen: - Het gebruik van het goed is niet - uitsluitbaar.
-Het goed is niet-rivaliserend.
- door de overheid gemaakt.
- wij betalen het door de belasting.

Quasi- collectieve goederen: De individuele goederen waar de overheid de levering op zich neemt omdat:
* Moet toegankelijk zijn voor iedereen.
* Voor het algemeen welzijn.
* Té hoge inningskosten – niet interessant voor particulieren bedrijven.

Nachtwakerstaat: Een samenleving waarin de overheid zich beperkt tot het leveren van collectieve goederen tot veiligheid, rechtspraak en openbaar bestuur.

Uitgave collectieve sector:
* Overheidsgeld ->overheidsconsumptie: vb. salarissen van ambtenaren+ Goederen verbruik (pen+papier)
-> overheidsinvesteringen: vb. infrastructuur.
* Overdrachten.
--> overheid verwacht geen tegen prestatie.

Nationaliseren = De overheid neemt de eigendom en zeggenschap van particuliere bedrijven opzich.
Privatiseren = De overheid stoot taken af naar de particuliere sector.

Sociale zekerheid --> uit solidariteitsbeginsel.
· kostenvergoedende uitkering
· inkomensvervangende uitkering.

* Waardevast – Als de koopkracht van de uitkering gelijk blijft.
--> stijgt mee met het gem. prijsniveau.- consumentenprijsindex.
* Welvaartvast – Gaat mee in de stijging van de welvaart
--> Gemiddelde loonstijging.

Sociale uitkeringen: * Voorzieningen--> Van Belasting, voor mensen die niet op een andere manier aan levensmiddelen kunnen komen.
* Verzekeringen-->Van Premies.
Volksverzekeringen.
Werknemersverzekeringen.

Retributies : paspoorten of vergunningen.
Een dienst van de overheid waar je geld voor moet betalen.

Heffing op inkomen:
Box 1: verdiende inkomen door arbeid.
- over het loon voor werknemers
- over de winst voor zelfstandigen.
Box 2: 5% van de aandelen van een bedrijf.
Box 3: Verdiende inkomen door vermogen.
- door rente, huur, pacht en winst.

* Loonheffing = Premies volksverzekering + loonbelasting
* De wig = Het gat dat tussen het bedrag dat de werkgever betaalt en wat de werknemer daadwerkelijk ontvangt.
* Aftrekposten = Hypotheek(rente), hoge lasten met ziekte, studie of kinderen.

Box 1:
Voor werknemers: brutoloon
- premies werknemersverzekering
- Loonheffing
= Nettoloon.

Door werkgevers: Brutoloon
+ Premies
= arbeidskosten – loonkosten.

Belastbaar arbeidsinkomen =
Bruto arbeidsinkomen – aftrekposten.

Box 3: vermogen rendementheffing.
Gemiddelde vermogen(zonder schulden)
- Heffingsvrij bedrag ( heffingsvrije vermogen)
= Belastbaar vermogen x 1,2%

Totale heffingsbedrag
- heffingskortingen
= verschuldigde inkomensheffing

Premie – voor de werkgevers.
- basispremie
- premieopbrengst of rekenpremie.

Heffingsbeginselen. -->Waar de belastingheffing op gebaseerd is.
voor de kosten voor de collectieve voorzieningen.

* Het draagkrachtbeginsel.
nivellering = de verhouding tussen hoge en lage inkomens verandert ten gunste van de lage inkomens.
= Progressief belastingstelsel -> de gemiddelde belastingdruk stijgt naar mate het inkomen toe neemt.
Proportioneel belastingstelsel = iedereen betaalt hetzelfde bedrag.

Degressief -> de rijkste betalen het minst.
--> gedenivelleerd.
Aftrekposten werken denivellerend.

* Gemiddelde belastingdruk = het heffingsbedrag als percentage van het bruto-inkomen.
* Marginale belastingdruk = Het percentage dat iemand betaald heeft over zijn laatst verdiende euro.

* Het doelmatigheidsbeginsel.
De inningskosten moeten opwegen tegen het ontvangen belastingbedrag.

* Profijtbeginsel.
Degene die een voorziening het meest gebruiken ook het meest betalen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.