Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Lesbrief welvaart

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 560 woorden
  • 11 maart 2002
  • 51 keer beoordeeld
Cijfer 6
51 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Economie
Lesbrief Welvaart
Hoofstuk 1
Goederen <----> Diensten
Materieel <----> Immaterieel
Stoffelijk <----> Onstoffelijk
Micro: Keuze’s in gezin en bedrijf
Meso: Keuze’s in bedrijfstak
Marco: Keuze’s in land of landen
Relatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) – Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis)) Hoofdstuk 2
Balans
Debit per 31/12/2002 Credit (bezittingen) (schulden) ------------------------------------------------------------------ Vaste Activa |Eigenvermogen - Gebouw | Vlottende activa |Vreemd vermogen lang - Voorraad |- Lening bank
Liqiude Activa |Vreemd vermogen kort - Bank |- Lening oom - Kas | | Totaal | Totaal

Directe ruil = Goederen tegen Goederen
Indirecte ruil = Goederen tegen Geld tegen Goederen (arbeidsverdeling/specialisatie) Productiefactoren beloning
Bedrijf: Arbeid Loon
Kapitaal Winst + Huur + Rente
Natuur Pacht
Ondern. Act. Winst
Anders: Arbeid Loon
Kapitaal Rente + Huur/Pacht + Winst
Inkoop grond/hulpstoffen diensten van derden -> productieproces (toegevoegde waarde= omzet – inkoopwaarde= Loon+Rente+Pacht+Huur+Winst ((factor) inkomen) -> verkoop of omzet
Resultaatrekening
Kosten 2000 Opbrengsten --------------------------------------------------------------------- Inkoopkosten | Omzet
Loon | Rente | Pacht/Huur | Winst (saldo) | Verlies (Saldo) Hoofdstuk 3
Welvaart in enge zin is materiële welvaart. Maatstaf (econ. groei) = (verschil) reëel nat inkomen per hoofd van de bevolking

Niet meegeteld: Officieuze circuit (zwarte circuit), niet geld economie (ruil in natura of niet betaalde arbeid) Welvaart in ruime zin is materiele behoeften – de immateriele behoeften (gezond leefmilieu, vrijheid en veiligheid). Natuur: De oude visie: Hulpbronnen gebruik afvalstoffenlozing
De nieuwe visie: Economi is een onderdeel van milieugebruiksruimte. De nadruk ligt op duurzame ontwikkeling. In Nederland (NMP) Doelstellingen
Beleidsinstrumenten: gebods/verbodwetgeving, convenanten, marktconformeaanpak, groen nationaal product, Systeem van verhandeling emissierechten. Problemen daarbij: - Externe effecten moeilijk vast te stellen - Internationale karakter van externe effecten - Onduidelijkheden over externe effecten voor toekomstige generaties
Hoofdstuk 4
Collectieve sector - overheid - rijk - lagere overheden (provincies, gemeenten, waterschap) - sociale zekerheidsinstellingen
Collectieve voorzieningen - Zuiver collectieve goederen - Quasi collectieve goederen - Individuele goederen
Uitgave Collectieve sector - overheidsuitgaven
Overheidsbestedingen: - overheidsconsumptie (materieel en personeel) - Overheidsinvesteringen
Sociale zekerheid - Sociale voorzieningen - Sociale zekerheid - volksverzekering (inkomensderving en hoge kosten) - werknemersverzekering (inkomensderving en hoge kosten) - Overige
Sociale zekerheid
Omslagstelsel: premie actieven en nu een uitkering
Kapitaaldekkingstelsel: Premie actieven nu en een uitkering later
Belastingdruk - gemiddeld (belasting/inkomen x 100%) progressief (nivellerend), proportioneel, degressief (denivellerend) - inflatiecorrectie: lengte belastingschijven + p% (belastingdruk gelijk) - Belastingmoraal: ontwijken (legaal), ontduiken (illegaal) en afwentelen (legaal) Inkomsten collectieve sector. Belastingen: - Direct: Inkomstenbelasting (uit arbeid en uit vermogen) Successierechten (afh. van relatie met overledene) Kansspelbelasting (25% boven € 454 /f 1000) Vennootschapbelasting (30% t/m f 50000 winst vanaf f 50000 winst 35%) - Indirect Btw (19%, 6% en 0%) Accijns

Milieuheffing
Invoerrechten
Niet belasting ontvangsten - Inkomsten uit overheidsbezit - Retributies - Motorrijtuigenbelasting
Sociale premies werknemersverzekeringen
Collectieve lastendruk= Collectieve lasten/Bruto binnenlands product x 100% Belastingen+Niet belastingmiddelen+Sociale premies/Bruto binnenlands product x 100% Bruto arbeidsinkomen - aftrekposten
belastbaar inkomen ---------> mbv schijven heffingsbedrag (loonbelasting - v volksverzekeringpremie) - heffingskorting loonheffing
Bruto arbeidsinkomen - loonheffing - premie werknemers verzekering
Netto arbeidsinkomen
Arbeidskosten (werkgever) - nettoloon - loonheffing - premie werknemersverzekering (wn-deel) - premie werknemersverzekering (wg-deel) WIG = arbeidskosten – nettoloon
Inkomensverschillen - tussen beroepen - binnen beroepen - leeftijd - ervaring
rechtvaardige inkomensverdeling???? Primaire inkomen (= Loon+Pacht+Huur+Rente+Winst) - Subjectgebonden betalingen (directe belastingen + sociale premies) + Subjectgebonden ontvangsten (sociale uitkeringen) Secundaire inkomen (= besteedbaar inkomen) - Objectgebonden betalingen (indirecte belastingen) + Objectgebonden ontvangsten (subsidies) Tertaire inkomen
Lorenze-curve: personele inkomensverdeling (personele vermogensverdeling) - hoe schever hoe ongelijkere verdeling van ......... Inkomensbeleid: doel nivellerend - Minimumjeugdloon - Progressieve ink. belasting effect Sociale uitkering nivellering - Huursubsidie (ink afhankelijk)

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.