Samenvatting Hoofdstuk 4; Aan 't werk
Boek: 200% Economie 4 mavo/tl
Paragraaf 1; productie
Produceren
Het maken van goederen en het verrichten van diensten.
voorbeelden van productie zijn:
*Het bakken van een taart (= het maken van een product)
*Het schilderen van een huis (= een dienst verrichten)
*Je haren laten knippen door een kapper (= een dienst verrichten)
De overheid, bedrijven en consumenten kunnen goederen en diensten maken.
Productie in ruime zin
Productie in ruime zin zijn alle producten samen.
Productie in enge zin
Betaalde productie die geregistreerd wordt en daarom bekend is bij de overheid. (Als economen het over produceren hebben, bedoelen ze meestal productie in enge zin.
Je kunt productie indelen in formele productie en informele productie.
Formele productie
Productie die plaatsvindt bij bedrijven en de overheid.
Informele productie
Is de niet officieel geregistreerde productie.
*Vrijwilligerswerk
*huishoudelijk werk
*Werk waarbij je in natura betaald wordt; Betaald worden in goederen of diensten in plaats van geld.
*Zwart werk; Als je geen belasting betaalt over je inkomsten.
Als je als bedrijf wilt produceren, maak je gebruik van productiefactoren.
Natuur, arbeid, kapitaal en ondernemerschap.
Het gebruiken van productiefactoren is niet gratis, er hoort een beloning bij;
*Natuur = pacht
*Arbeid = loon
*Kapitaal = rente
*ondernemerschap = winst
Kapitaalintensief
Productie met naar verhouding veel machines en weinig arbeiders.
Kapitaalextensief
Productie waarbij in verhouding weinig kapitaalgoederen worden gebruikt.
Arbeidsintensief
Als een bedrijf juist veel arbeid voor de productie gebruikt.
Kapitaalgoederen
Goederen waarmee je andere goederen kunt produceren, zoals machines.
Investeren
Het kopen van nieuwe kapitaalgoederen door bedrijven.
Omdat arbeid veel geld kost in Nederland, zie je dat veel arbeidsintensieve bedrijven naar landen gaan waar de lonen lager zijn.
Bedrijfskolom
De bedrijven die na elkaar meewerken bij de productie van grondstof tot eindproduct.
- Bedrijf levert grondstof
- Ander bedrijf vervoert de grondstof naar een ander bedrijf
- Dat bedrijf maakt er een product van
Elk bedrijf in een bedrijfskolom voegt wat waarde toe. Het product wordt dus steeds duurder. Bedrijven zijn vaak gespecialiseerd in een klein onderdeel van het productieproces.
Bedrijfstak
De bedrijven die het zelfde soort productie hebben.
Voorbeeld: landbouw. Tot deze bedrijfstak behoren alle boerderijen.
Binnenlands product
De waarde van alle productie door bedrijven en overheid in een land.
*Deze waarde is gelijk aan het nationaal inkomen.
Wanneer spreken we van economische groei?
Als bedrijven meer gaan produceren, waardoor het binnenlands product toe neemt.
Meeste bedrijven willen groeien. Dit kan verschillende betekenissen hebben;
*Meer omzet maken
*Meer winst maken
*Meer vestigingen openen
Waarom willen bedrijven groeien?
Om de concurrentie met andere bedrijven aan te kunnen. Managers proberen de arbeidsproductiviteit in hun bedrijf daarom zo hoog mogelijk te krijgen.
Arbeidsproductiviteit
De productie die een werknemer in een bepaalde tijd kan verrichten. De arbeidsproductiviteit kun je berekenen als Aantal producten per uur, maar ook als de waarde van de productie per uur.
Hoge arbeidsproductiviteit; Werknemers maken veel producten per tijdseenheid. De loonkosten per product zijn dan laag. Hoe hoger de arbeidsproductiviteit is van een bedrijf, hoe hoger de concurrentiekracht.
(= de mate waarin een bedrijf weet te concurreren met andere bedrijven)
Lage arbeidsproductiviteit; Werknemers maken weinig producten per tijdseenheid. De loonkosten per product zijn dan hoger.
Om de concurrentiekracht op peil te houden, moeten bedrijven innoveren.
Innoveren
Het ontwikkelen van nieuwe ideeën, werkmethodes of producten.
Bij nieuwe werkmethodes wordt werk vaak gemechaniseerd of geautomatiseerd.
Mechanisering
Alles dat eerst door mensenhanden werd gedaan, wordt overgenomen door machines.
Automatisering
Denkwerk wordt vervangen door computers.
Technische arbeidsverdeling
De arbeidsverdeling binnen een bedrijf.
Werknemers hebben zich gespecialiseerd in een deel van het werk.
*Voordeel:
1) Hierdoor gaat het tempo van het werk omhoog, waardoor de arbeidsproductiviteit stijgt.
2) Producten worden vaak goedkoper en beter.
*nadeel:
1) Het werk kan saai en eentonig worden.
2) Als bedrijf ben je afhankelijk van andere bedrijven.
Werk kan ook worden verdeeld naar geslacht en cultuur. Zo zijn er typische banen voor mannen en typische banen voor vrouwen.
Maatschappelijke arbeidsverdeling
Het werk wordt verdeeld tussen de bedrijven, de overheid en andere organisaties.
voorbeeld: de overheid zorgt voor de aanleg van wegen, maar de uitvoering hiervan gebeurd door verschillende bedrijven.
Regionale arbeidsverdeling
De arbeidsverdeling tussen regio’s, gebieden.
Internationale arbeidsverdeling
De arbeidsverdeling tussen landen. De arbeiders in een land gaan zich specialiseren in de productie van goederen die ze goed en goedkoop kunnen maken.
Waar een bedrijf zich vestigt is afhankelijk van verschillende factoren:
*de kosten; Bij een arbeidsintensief bedrijf is de hoogte van de loon belangrijk. Als de lonen in een buitenlands land lager zijn, vestigt een bedrijf zich daar liever. Ze nemen daar mensen aan die goedkoper zijn.
*Een bedrijf kiest een vestigingsplek op basis van de aanwezigheid van grondstoffen, kwaliteit, van de infrastructuur, politieke zekerheid, klimaat en grondsoort.
Paragraaf 3; We Gaan Ondernemen
Ondernemer
Iemand die een bedrijf heeft.
Afzet
Aantal verkochte producten.
*Voorbeeld: Als een oliebollenkraam op 1 dag 100 oliebollen verkoopt, is de afzet 100 oliebollen.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
D.
D.
hoofdstuk 3*
7 jaar geleden
Antwoorden