Eindexamens 2025

Wij helpen je er doorheen ›

Hoofdstuk 3: Risico en Informatie

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 579 woorden
  • 18 december 2013
  • 14 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
14 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
ADVERTENTIE
Inspiratie nodig voor je profielwerkstuk?

Ben jij op zoek naar een onderwerp voor je profielwerkstuk, maar weet je niet waar te beginnen? Bij de Universiteit Twente vind je volop inspiratie. Van organen op chips tot fast fashion tot het programmeren van een robot – er is altijd wel een onderwerp dat bij jouw interesses past.

Lees meer!

Transactie kosten: kosten die bovenop de prijs van een transactie komen, zoals geld en andere opgeofferde waarden (tijd)    

Contract: een overeenkomst. Die kan zwart op wit staan, waar exact welk eigendom er wordt vergedragen (verkoop huis), of mondeling. (ruiltransactie bij een brommer bijv.)

Volledig contract: als alle onvoorziene gebeurtenissen in een contract zijn opgenomen. Een volledig contract bestaat alleen in theorie.

Risicoaversie : risicomijdend. De aversie tegen risico’s brengt mensen er toe onzekerheden uit de weg te gaan.

Asymmetrische informatie: als de ene partij informatie heeft (over bijv. de kwalieteit) die de andere partij niet heeft, is de informatie asymmetrisch verdeeld. Dit kan tot problemen leiden.

Averechtse selectie: wanneer er sprake is van informatieassymetrie. Bijv. bij een verzekeraar; hij heeft van te voren geen idee of hij winst gaat maken;  er zijn klanten die voorzichtig zijn en klanten die veel schade maken. Dit kan hij van te voren niet weten dus gaat hij uit van het gemiddelde.

Premiedifferentiatie: verschil maken tussen de goede en slechte risico’s, hij stelt verschillende premies vast. Slechte risico’s betalen een hogere premie dan goede. Op deze manier blijft de verzekering ook aantrekkelijk voor goede risico’s; zij moeten een lagere premie betalen.

Eigen risico: als een deel van het risico bij de verzekerde blijft.

Solidariteit: wanneer er bij de verzekering en de heffing van de premie geen rekening wordt gehouden met het risico.

Verzorgingsstaat: een samenleving waarin de overheid verantwoordelijk is voor het welzijn van de burgers.

Bonus malus regeling: als de verzekerden weinig of geen schade maken korting (bonus) krijgen op de premie en dat verzekerden die veel schade maken een extra premie (malus) moeten betalen.

Collectieve dwang: mensen worden verplicht door de overheid om zich te laten verzekeren en verzekeraars zijn verplicht iedereen te accepteren.

Morele wangedrag: als een klant na het sluiten van de verzekering onzorgvuldiger wordt in zijn gedrag; hij is er toch voor verzekert dus kan veel schade maken; het wordt toch terug betaald.

Principaal: degene die de opdrachten geeft aan de agent (voert de opdrachten uit)

Agent: degene wie de opdrachten uitvoert van de principaal (opdrachtgever)

Actieven: werkzame personen van 15 jaar en ouder.

Inactieven: mensen in de AOW, WW, Anw, ZW, WIA, Wajong of de Bijstand (zie hieronder voor de afkortingen en betekenissen)

i/a ratio: inactieven : actieven x 100

AOW: algemene ouderdomswet. De uitkering is voor iedereen even hoog en krijg je vanaf je 67e.

AWBZ: Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten ; vergoedt de kosten van langdurige verpleging en psychiatrie. De AWBZ kent een eigen bijdrage die afhankelijk is van het inkomen en vermogen van de verzekerde.

Anw: Algeneme Nabestaandenwet. Geeft de partner of kinderen tot 18 jaar een minimum uitkering. Uitkering is inkomensafhankelijk.

AKW: Algemene Kinderbijslagwet. Geldt voor huishoudens met kinderen die nog geen 18 jaar zijn. Deze driemaandelijkse uitkering komt tegemoet in de kosten die kinderen met zich meebrengen.

WWB: Wet Werk en Bijstand. Iemand die onvoldoende inkomen of vermogen heeft om in zijn bestaan te voorzien, kan in zijn gemeente een bijstandsuitkering aanvragen.

WW: Werkloosheidwet. Hier komt een werknemer in als hij onvrijwillig werkloos wordt. 70 % van het laatst verdiende loon.

ZW: Ziektewet. Hier komt een werknemer in als hij onvrijwillig werkloos wordt. Als hij ziek wordt is de werkgever verplicht 2 jaar loon door te betalen.

WIA: Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Als een werknemer na 2 jaar nog ziek is en volledig Arbeidsongeschikt is, krijgt hij de WIA.

Wajong: variant op de WIA, krijgen jongeren met een handicap.

REACTIES

B.

B.

prima samenvatting maar niet origineel omdat je letterlijk de zinnen overneemt vanuit het boek. Ook zitten er veel spelfouten in, wat op vwo niveau niet nodig hoeft te zijn!

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.