Zit je in de bovenbouw van havo of vwo?

Vul dan deze vragenlijst in over jouw studiekeuze en maak kans op een van de cadeaubonnen van 20 euro.

Meedoen

Hoofdstuk 1 en 2

Beoordeling 4.7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 311 woorden
  • 12 oktober 2007
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 4.7
3 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
ADVERTENTIE
Vacature! Wij zoeken een redacteur voor 4-8 uur per week

Ben je op zoek naar een leuke bijbaan, maar is vakkenvullen of een krantenwijk niet echt wat voor jou? Kom dan werken bij Scholieren.com in Utrecht! Als je nieuwsgierig bent, goed met taal en niet bang om mensen aan te spreken, moet je zeker even verder lezen.

Meer weten
Hoofdstuk 1: Arbeidsmarkt

Beroepsgeschikte bevolking: Potentiële beroepsbevolking

Beroepsbevolking:
Mensen die al werken of willen werken:

Werknemers die al een baan hebben
Mensen met een eigen bedrijf (zelfstandige)
Officieel staan ingeschreven bij het CWI
( Centrum van Werk en Inkomen )

Niet-beroepsbevolking: Mensen die niet willen werken.

Deelnemingspercentage:
Beroepsbevolking/ beroeps geschikte bevolking x 100%

Deelnemingspercentage: Participatiegraad =
Hoeveel procent van de beroepsbevolking werk heeft

Het aanbod van werk:
- De officiële werkloze
- Werknemers
- Zelfstandigen

Factoren die de groei van het aanbod naar arbeid bepalen:
- Demografische factor ( Hoeveel mensen, hoe oud… )
- Maatschappelijke factoren
- Stand van de economie
- Organisatie van arbeidproces ( Kinderopvang )
- Werknemers, Vacatures, Zelfstandige

Factoren die de groei van arbeid bepalen:
- Stand van de economie
- Stand van de technische ontwikkelingen

Concrete markt: Markt waar werknemers en werkgevers elkaar ontmoeten
Abstracte markt: Markt waar werknemers en werkgevers elkaar niet daadwerkelijk ontmoeten

Arbeidsjaar: een volledige baan

Krappe arbeidsmarkt: De vraag naar arbeid is groter dan het aanbod
Ruime arbeidsmarkt: De vraag naar arbeid is kleiner dan het aanbod

Hoofdstuk 2: Loondienst of Zelfstandig

4 ondernemingsvormen:

Eenmanszaak:
Een bedrijf die je in je eentje opstart, je bent zelf helemaal aansprakelijk voor de schulden.
Voordelen:
Winst voor jezelf
Goed contact met elkaar

Vennootschap onder firma (VOF)
meerdere eigenaren
eenmanszaak ( de eigenaren zijn aansprakelijk )
Voordelen: meer mogelijkheden om winst te maken

Besloten vennootschap ( BV )
Nationale bedrijven,
1 of meer eigenaren
Niet privé aansprakelijk
maakt gebruik van aandelen, degene met de meeste aandelen maakt de meeste winst.
Als het bedrijf failliet gaat, zijn de aandeelhouders hun inleg kwijt
Het bedrijf is een rechtspersoon
( Aandelen staan op naam )

Naamloze vennootschap ( NV )
Internationale bedrijven
1 of meer eigenaren
Niet privé aansprakelijk
( aandelen staan niet op naam en zijn dus vrij verhandelbaar )
Het bedrijf is een rechtspersoon
De eigenaren zijn de aandeelhouders, ze leiden het bedrijf zelf niet, ze hebben er alleen geld in gestoken.
Raad van bestuur zij de directeurs

CAO: Collectieve Arbeidovereenkomst
Hierin staan zaken als: Vakanties, Loon, werktijden, Pensioen, Overuren

vakbonden kunnen onderhandelen met de CAO.
Iedere bedrijfstak heeft zijn eigen CAO.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.