Havo 3 Praktische economie Hoofdstuk 6

Beoordeling 8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas havo | 262 woorden
  • 30 maart 2022
  • 11 keer beoordeeld
Cijfer 8
11 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Twijfel je nog over jouw studiekeuze?

Of heb je hulp nodig bij het inschrijven? Bezoek dan onze Extra Open Avond op 7 juni. Kom een kijkje nemen en voel hoe het is om te studeren bij Hogeschool Inholland. Wij staan voor je klaar! 

Meld je aan!
  • 1

*export 

  • verkoop van goederen en diensten aan het buitenland 


*import

  • inkoop van goederen en diensten in het buitenland 


* bruto binnenlands product (BBP) 

  • de waarde van alle geproduceerde goederen en diensten in het land in een jaar 


*open economie 

  • veel handel in het buitenland 


  • exportquote 
  • waarde export : BBP x 100%
  • importquote 
  • waarde import : BBP x 100% 


binnen de eu is er een vrij verkeer van arbeid en kapitaal 


*subsidie 

  • een geldbedrag waarmee de overheid goederen of diensten goedkoper maakt 

*welvaart 

  • de mate waarin mensen in staat zijn om hun behoeften aan schaarse goederen en diensten te bevredigen 


*negatief extern effect 

  • extern effect waarbij de welvaart daalt 


*positief extern effect 

  • extern effect waarbij de welvaart stijgt 


*collectieve sector 

  • overheid en de sociale fondsen
  • overheid bestaat uit: 
  • de rijksoverheid 
  • provincies, gemeenten en waterschappen 

collectieve goederen worden betaald door de belasting die mensen betalen over hun 

  • inkomen 
  • winst 
  • vermogen 


*accijns 

  • kostprijsverhogende belasting op sommige goederen 


*kostprijsverhogende belasting 

  • belasting op goederen en diensten die de kostprijs verhogen 


*collectieve goederen 

Dit wil je ook lezen:
  • goederen die niet in individueel leverbare eenheden verkocht kunnen worden 


*belasting op inkomen,winst en vermogen 

  • belasting op inkomen,winst en vermogen die de belastingplichtige zelf afdraagt 


hoe hoger het inkomen hoe meer belasting je moet betalen


*aanbod van arbeid 

  • iedere persoon die betaald werk doet of wilt doen 


*vraag naar arbeid 

  • de vraag van arbeidskrachten door bedrijven 

*collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) 

  • arbeidsovereenkomst voor alle werknemers van een groot bedrijf of van een hele bedrijfstak 


*minimumloon 

  • het minimale brutoloon dat de werkgever moet uitbetalen 


*rekenen met het belastingstelsel 

V.B 

huis: €300.00 

lening: 300.00 - 3% rente per jaar 

-> rente per jaar= €9.000 per jaar 


REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.