Biologie ; Erfelijkheid
B1;
Mens - 2 geslachtscellen - Zygote (=versmelting van 2 geslachtscellen)- Zygote is diploïd (dubbel)
N- Aantal chromosomen in de celkern wordt hiermee aangegeven
Diploïd - Komen de chromosomen in de kern in paren voor
Haploid - Komen de chromosomen in geslachtscellen enkel voor
Bevruchting - eicel&zaadcel smelten samen (beide 23 chromosomen)
B2;
Fenotype- Uiterlijk -Afhankelijk van het fenotype
- Invloeden uit de milieu
Genotype-Erfelijke eigenschappen
Gen-Deel v/d chromosoom waarin de erfelijke informatie ligt opgeslagen
B3;
Dominant- A , komt tot uiting in het fenotype
Recessief- a , komt alleen tot uiting als er geen dominant allel aanwezig is
Homozygoot- 2 dezelfde allenen voor een eigenschap (AA of aa)
Heterozygoot- 2 verschillende allelen voor een eigenschap (Aa)
B4;
Makkiee!
B5;
XX - Vrouw
XY- Man
X-chromosomale overerving- Liggen alleen op de x-chromosoom dus niet op de y-chromo
- de genen v/d eigenschap liggen in de geslachtchromosomen
- Worden weergeven als AªAª
B6;
4 bloedgroepen - |ª|ª en |ªi - Bloedgroep A
-|^b|^b en |^bi - Bloedgroep B
-|ª|^b - Bloedgroep AB
- ii - Bloedgroep O
Letale factoren- Een allel dat geen levensvatbaar individu oplevert als een genenpaar bestaat uit twee van zulke allenen
- 2 geslachtscellen met dezelfde letale factor dan sterft Zygote
B7;
Dyhibride kruisingen- Kruising waarbij wordt gelet op de overerving van twee eigenschappen
- Worden 2 genenparen bij betrokken
- Onafhankelijke overerving (De genen paren liggen in verschillende chromosomenparen
Opstellen kruisingsschema dyhibride kruisingen:
- Geef de genotypen van de ouders weer in een kruising weer. Schrijf de 2 allellen naast elkaar op.
- Stel vast welke allelen de geslachtscellen van beide ouders kunnen bevatten
- Ga na welke mogelijkheden er bestaan voor de versmelting van een eicelkern en een zaadcelkern.
Bv. P AABB * aabb
Geslachtscellen : AB * ab
F1: AaBb
AaBb * AaBb
♀/ ♂ AB Ab aB ab
AB ABAB AaBb AaBB AaBb
Ab AABb AAbb AaBb Aabb
aB AaBB AaBb aaBB aaBb
ab AaBb Aabb aaBb aabb
DNA
B1;
- Erfelijke eigenschappen komen tot uiting in het fenotype door de aanwezigheid van bepaalde eiwitten (bv. Enzymen)
- Een eiwitmolecuul bestaat uit een groot aantal aan elkaar gekoppelde aminozuurmoleculen
- De synthese van eiwitmoleculen uit de ribosomen wordt bepaald door het DNA uit de celkern.
- Bouw van een DNA-Molecuul
- Bestaat uit 2 ketens
- Liggen in een dubbel spiraal om elkaar heen
- Elke keten bestaat uit duizenden aan elkaar gekoppelde nucleotiden
- Nucleotiden bestaat uit een fosfaatgroep, desoxyribose en 4 stikstofbasen
De 4 stikstofbasen:
- Adenine (A)
- Thymine (T)
- Cytosine (C)
- Guanine (G)
- Deze stikstofbasen vormen vaste paren:
A & T C&G
B2;
Mitose- Gewone celdeling
- Functie’s : - vervanging cellen
- Herstel
- Groei
- Lichaamscellen = 2n (diploïd)
- Plasmagroei deelt moedercellen in 2 dochtercellen
- Tijd tussen twee mitose’s is de Interfase
- Mitose & Interfase vormen samen de Celcyclus
DNA-Replicatie-van een DNA-molecuul wordt een nauwkeurige kopie gemaakt
- De verbinding tussen de basenparen van de 2 nucleotidenparen van een DNA-Molecuul worden verbroken
- Vrije Nucleotiden in het kernplasma verbinden zich aan de vrijkomende stikstofbasen. Er ontstaan 2 nieuwe nicleotidenketens, aan elke keten 1.
- Na de DNA-REPLICATIE bestaat een chromosoom uit 2 Chromotiden
B3;
Ongeslachtelijke voortplanting- een deel van een individu groeit uit tot een nieuw individu
- Eencellige organismen planten zich voort door deling
Vindt plaats door ; - Mitose & Celdeling - Nakomelingen zelfde genotype als ouders
- Ook wel Klonen
Ongeslachtelijke voortplanting bij:
- Zaadplanten natuurlijke wijze
- Knollen: Verdikte stengels met knoppen (Bij earepols)
- Bollen : Verdikte bladeren(rokken) met knoppen (Bij tulpen)
- Uitlopers : horizontaal groeiende stengels (bij aardbeiplanten)
- Zaadplanten kunstmatige wijze
- Stekken : Een stuk van een stengel of blad wordt afgesneden (kamerplanten)
- Enten : Een tak wordt vastgezet op een onderstam (fruitbomen)
- Weefselkweektechniek (= een stukje weefsel wordt uit een plant gesneden en onder steriele omstandigheden opgekweekt tot nieuwe planten)
- Uit het stukje weefsel ontwikkeld zich een ongedifferentieerd wondweefsel (callus)
- Door de toediening van plantenhormonen groeien uit het callus kleine plantjes (embryoden)
- Kloon (= alle individuen die door ongeslachtelijke voortplanting uit een ouder zijn ontstaan)
-Hetzelfde genotype
B4;
Meiose- Word uit diploïde moedercellen (2n per cel) geslachtscellen gevormd
- Altijd twee delingen ; Meiose 1 en meiose 2
Meiose 1- Reductiedeling (=het ontstaan van een diploïde cel uit 2 haploide cellen
- chromosomen worden zichtbaar omdat ze zich spiraliseren, elk chromosoom bestaat uit 2 chromotiden.
- liggen tegenover elkaar (de chromosomen) in het equatoriaalvak v/d cel
- van elk chomosomenpaar gaat een chromosoom in zijn geheel naar een pool v/d cel
- Er ontstaan 2 haploide cellen
Meiose 2 -in beide cellen komen de chromosomen in het equatoriaalvak v/d cel te liggen
- in beide cellen gaat elk van de chromosoom een chromatide naar iedere pool v/d cel
- er ontstaan 4 haploide cellen
Meiose bij man - In teelballen
Meiose bij vrouw - in eierstokken
B5;
Geslachtelijke voortplanting - verschilt genotype nakomeling met P
Recombinatie -Het ontstaan van nieuwe combinaties
Veredelen- door kruisingen het gewenste nakomeling te krijgen
Zuivere lijn - groep planten die door geslachtelijke voortplanting homozygoot zijn
Voor 1 of meerdere eigenschappen
Mutatie- Plotselinge verandering in het genotype
Meestal geen grote uitwerking omdat ;
- Een groot deel van een gemuteerde cel niet actief is
- De meeste gemuteerde allelen recessief zijn
- In een lichaamscel blijft het tot 1 cel
Wel uitwerkingen in:
- Geslachtscelmoedercel
- Geslachtscel
- Zygote
- cel v/d embryo
Kunnen veroorzaakt worden door
- Kortgolvige straling
- Virussen
- Chemische stoffen
B6;
Ontstaan kankercel - Cel heeft aantal mutaties in plaatsgevonden, waardoor cel ongevoelig
is voor stoffen die de celdeling remmen.
2 soorten tumoren - Primaire - geen uitzaaiing, kan worden verwijderd
- Kwaadaardig: de bouw v/d weefsels worden verstoord en delingssnelheid niet afgenomen
Secundaire - Uitzaaien (ook wel METASE)
B7;
Prenatale diagnostiek- in een embryonaal stadium worden mogelijke afwijkingen opgespoord
Dmv :
- Echoscopie - trillingen weergeven embryo op scherm
- Vlokkentest - er wordt vlokkenweefsel uit placenta gehaald
- Vruchtwaterpunctie- Vruchtwater uit de baarmoeder weggehaald
REACTIES
1 seconde geleden