Hoofdstuk 4, Groei

Beoordeling 8.8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 1127 woorden
  • 2 september 2008
  • 1 keer beoordeeld
Cijfer 8.8
1 keer beoordeeld

Hoofdstuk 4 Groei
H4§1 Dooreten, daar word je oud van

Groei en ontwikkeling, maar ook verouderingsverschijnselen, hangen ten dele af van de samenstelling van het voedsel.

Ondanks jonge cellen toch ouder eruitzien?: Ontstaat door telomeer dat geeft de grens aan van het aantal delingen van de meeste lichaamscellen, want de cellen delen namelijk niet eindeloos. Het zit aan het eind van elke DNA-keten.
Alleen als de cel beschikt over een zym dat het telomeer langer maakt, kan hij vaker delen = telomerase.


Celdood: proces dat zelf in werking wordt gezet bij grote beschadigingen - leiden tot ouderdomsverschijnselen: rimpels / botontkalking.

Bij minder eten: beschadigen cellen minder, maar vertragen alle levensprocessen.
Weinig eten gevaarlijk, samenstelling voedsel kan ook veroudering remmen.

H4§2 Giraffen en Olifanten

Meisjes eerder in de puberteit - groeispurt.

Lentegroei - door groei van pijpbeenderen, eronder is een zone met kraakbeen: de groeischijf, de kraakbeencellen in deze groeischijf worden aangezet tot deling en verbening, waardoor het pijpbeen groeit - stopt als alle kraakbeencellen in botcellen zijn verandert. Wordt beïnvloedt door hormomen + groeifactoren.

- Kinderjaren : groeihormoon voor de groei - wordt gemaakt in je hypofyse. Het bereikt via het bloed je hele lichaam. Alleen cellen met receptoren voor het groeihormoon reageren. Zij maken groeifactoren (= kleine eiwitmoleculen die cellen stimuleren/hinderen).

Kraakbeencellen hebben receptoren voor jet groeihormoon, reageren d.m.v. het maken van groeifactor.

- Puberteit : geslachtshormonen voor de groei - zorgen ervoor dat kraakbeencellen in de groeischijven versneld omvormen tot botcellen.

Groeistoornissen zijn het gevolg van een tekort aan hormonen of groeifactoren. Lengtegroei is voornamelijk het gevolg van celdeling in de groeischijven van de pijpbeenderen.

Tijdens de groei: lengte, gewicht en volume nemen toe! :
Dikkere botten en sterkere spieren zijn nodig om het toenemende gewicht te dragen - veel gewichtsdruk: spataderen kunnen ontstaan.
Ook nek moet veel dragen: lange nek, klein hoofd - korte nek, groot hoofd.

Voordeel volume: Beter warm te houden - meer cellen in het inwendige:
Volwassenen houden beter warmte vast doordat ze een grotere oppervlakte hebben.

Bij proportionele groei van een lichaam met factor x wordt zijn oppervlak x2 maal zo groot en zijn volume en massa x3 maal zo groot. Verhoudingsgewijs verliest een groot lichaam minder warmte dan een klein lichaam.

H4.3 Jong blijven? Vernieuw je cellen!

Cellen ontstaan wanneer bepaalde stoffen cellen aanzetten tot deling:

Celcyclus= Cel ontstaat, groeit, is actief, deelt opnieuw -
4 fasen, 1ste 3= interfase (DNA-moleculen niet opgerold-afleesbaar)
- G1: Cel neemt in omvang toe.
- S: Synthese, een cel verdubbelt de DNA-moleculen, de twee identieke DNA-moleculen blijven op 1 punt verbonden: centromeer.
- G2: enzymen controleren beide DNA-moleculen op kopieerfouten + mitochondriën en andere organellen verdubbelen.
- M: Mitosefase - uit de kern ontstaan twee nieuwe kernen -
Verdubbelde DNA-moleculen rollen zich op - chromosomen, bestaan uit twee identieke helften = chromatiden, met elkaar verbonden in het centromeer, waar het DNA nog niet verdubbelt is.
Structuur in de cel door lange eiwitdraden die de chromosomen naar het midden van de cel (equatorvlak) verplaatsen. Draden lopen vanaf twee punten naar centromeren - spoelfiguur. In het midden splitsen de centromeren en trekken de eiwitdraden ze naar de polen. Elke groep eigen kernmembraan: 2 nieuwe kernen ontstaan.

Tijdens de voorbereiding van de cel op de deling, verdubbelt het DNA zich. Bij dit proces zijn veel enzymen betrokken die samen ervoor zorgen dat de twee gevormde HNA ketens identiek zijn.


Hierna vindt de celdeling plaats. Celmembranen brengen een scheiding aan tussen de kernen en hun cytoplasma + celorganellen. Met twee dochterscellen, elk met kern identiek aan andere cel. Celcyclus begint opnieuw …

Kenmerkend voor een mitose is het uiteen trekken van de chromatiden. Bij
de celdeling worden de cytoplasma en celorganellen verdeeld.

§ 4.4 Beter een goede buur…

Celdifferentiatie= Deling van zygote (bevruchte eicel) na bevruchting waarna delende eicellen veranderen van grootte, functie en eiwitaanmaak.
Verschillen ontstaan: aanmaak van genen. Bij celdifferentiatie wordt in elk celtype een andere combinatie genen actief!

Celdeterminatie: Vaststellen wat de bestemming voor cellen is (bij embryo)

Op het DNA van de cellen zijn eiwitten die regelen welk stukje DNA wordt geactiveerd - regelen zo een heleboel activiteiten.
Mastergenen: stukken DNA met de informatie voor de regeleiwitten. Mutatie in mastergen leidt tot bizarre organismen!


Tijdens de ontwikkeling van weefsels treedt eerste celdeterminatie op, vervolgens celdifferentiatie. Mastergenen sturen dit proces.

Inductie: De invloed van de buurcellen op de ontwikkeling van een bepaalde cel - kan leiden tot de geprogrammeerde celdood (apoptose). (niet van ouderdom)
Ze sterven doordat, na een signaal van buitenaf, hun eigen DNA hen daartoe aanzet.

Cellen kunnen elkaar beïnbloeden door onderling contact. Deze beïnvloeding noemen we inductie.

H4.5 Wildgroei

Kanker
Wanneer een cel uit balans is en voortdurend blijft delen ontstaat een gezwel of tumor.
- Goedaardige tumor (wrat): tumor vindt plaats in een laagje bindweefsel.
- Kwaadaardige tumor: bepaalde cellen laten los van hun buurcellen - via bloed of lymfe naar andere lichaamsdelen - als nieuw gezwel ontwikkelen = uitzaaien / metastase - kanker (verzamelnaam soorten zieken in verschillend type lichaamsdelen)
Ontstaan van een tumor: pas na veranderingen in DNA - omzeiling controles op de deling van een cel.


Celcyclus staat o.i.v. verschillende stoffen.
Tijdens G1-fase krijgt cel signalen van buitenaf. Stoffen die celdeling stimuleren en remmen. Door regelgenen aan of uit te zetten komt er een deling / juist niet.
Verstoring in aanvoer / onjuist reagerende receptor = Ongeremde celdeling van een gezonde cel leiden.

Regelgenen die in de cel betrokken zijn:
1. porto-oncogenen = een groep genen die de celdeling stimuleert. Coderen
voor eiwitten die een uitwendig groeisignaal (“receptor aan”) overbrengen naar de celkern - DNA verdubbelt en cel gaat delen.
Mutatie in porto-oncogen : eiwitten veranderen : cel verandert in tumorcel : oncogen.
Cellen met onherstelbare DNA-beschadigingen sterven meestal door het aanschakelen van zelfmoordgen. Zo’n gen is in elke menselijke cel aanwezig!
2. tumor-suppressorgenen = een groep genen die de celdeling remt.


Mutaties spelen een belangrijke rol bij het ontstaan van tumoren.
Voordat de tumor er is hebben er al meerdere mutaties in het gen afgespeeld.
Stoffen zijn mutageen: veranderen het DNA
Kanker kan ontstaan door:
Tabak, dierlijke vetten, asbest en bepaalde oplosmiddelen zoals benzeen, straling sommige virussen.

Voor het ontstaan van kanker zijn meerdere oorzaken aan te geven: verstoring in het evenwicht van stimulerende en remmende stoffen; fouten in receptoren; mutaties in regelgenen. Carcinogene stoffen en straling veroorzaken mutaties.

Kankercellen verspreiden zich over het alle lichaam.

Normaal blijven cellen op een plek en als ze losraken van hun plek-dood.

Door een nieuwe mutatie in de genen van de eiwitten die de cel op z’n plaats houden kan een aantal cellen van de tumor loslaten.
Doe kruipen dan door de bloedvaten en lymfevat.
Soms ontstaan uitzaaiing in weefsel waarvan de cellen eiwitmoleculen hebben die lijken op die van een tumorcel.

Door opereren en bestraling kan je kanker proberen te bestrijden.

Wanneer een cel in een te hoog tempo doorgaat met delen ontstaat een gezwel. Metastasen ontstaan wanneer cellen losraken van het gezwel.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.