§1
●Orgaanstelsel: organen die samenwerken aan dezelfde grote taak. Ieder orgaan heeft wel een eigen taak.
● Cellen in je spieren komen, net als andere cellen, aan hun energie door verbranding:
Glucose + zuurstof -> energie + water + koolstofdioxide
stelsel
taak
Wie doen dit
bloedvatenstelsel
Vervoert voedingsstoffen en zuurstof door je lichaam
Bloedvaten & hart
ademhalingstelsel
Neemt je lichaam zuurstof op uit de lucht en geeft weer koolstofdioxide af
Longen
verteringstelsel
Eerst voedsel fijnmaken dan voedingsstoffen uit het voedsel in het bloed worden opgenomen
De maag, 12-vingerige darm, dunne & dikke darm
uitscheidingsstelsel
Hierdoor raakt je lichaam afvalstoffen kwijt
Nieren & urinestelsel
§2
●Vertering: verteringsstelsel maakt voedingsstoffen zo klein, dat ze kunnen worden opgenomen in je bloed.
●Vertering:
1. mondholte (speeksel)
2. maag (maagsap)
3. 12-vingerige darm (alvleessap, met behulp van gal)
4. dunne darm (darmsap)
●In je dunne darm worden voedingstoffen opgenomen in je bloed.
● Poep ontstaat doordat de dikke darm het water uit de onverteerbare resten haalt. De resten komen in de endeldarm terecht en verlaten je lichaam als poep.
§3
● je haalt adem door je borstholte groter en kleiner te maken. Dat doe je met behulp van de spieren van de ribben (borstademhaling) en het middenrif (buikademhaling)
● de lucht komt via neusholte, keelholte, luchtpijp, bronchiën en luchtpijptakjes in de longblaasjes.
● zuurstof komt in je bloed door de wand van de longblaasjes heen. Die wand is heel dun. Koolstofdioxide gaat vanuit het bloed naar de longblaasjes.
● gaswisseling:De uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide in de longblaasjes
§4
● Je bloed vervoert de meeste stoffen(glucose) in het bloedplasma, zuurstof wordt vooral vervoerd door de rode bloedcellen(hemoglobine).
● Het bloed stroomt via de kleine bloedsomloop (hart-longen-hart)
En daarna via de grote bloedsomloop (hart-rest van je lichaam- hart) door je lichaam. Je bloedsomloop bestaat uit slagaders, haarvaten, aders.
● Een hartslag bestaat uit 3 delen:
1. de boezems trekken samen: bloed naar de kamers.
2. de kamers trekken samen: bloed naar de slagaders.
3. hartpauze: de hartspier is ontspannen.
§5
● Het bloed voert glucose & zuurstof aan via een haarvat. Glucose & zuurstof komen eerst in de weefselvloeistof terecht. Weefselvloeistof is het tussenstation tussen het bloed en de cellen. De cellen nemen de stoffen op uit de weefselvloeistof. De cellen geven er weer afstoffen aan af.
● Een deel van de weefselvloeistof stroomt direct terug in de haarvaten. De rest van de weefselvloeistof komt via de lymfevaten terug in het bloed.
● Door het lymfevatenstelsel stroomt lymfe terug naar het bloed en de lymfeknopen spelen een rol bij de bestrijding van ziektes.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden