Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

H2: Voedsel en vertering

Beoordeling 8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 950 woorden
  • 19 november 2016
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 8
2 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Biologie
Hoofdstuk 2 voeding en vertering
§1 Voedsel
Voor het goed functioneren van je lichaam heb je voedsel nodig. In Nederland en de meeste westerse landen hebben we genoeg voedsel voor iedereen. Er zijn ook gebieden bijvoorbeeld Azië en Afrika waar een tekort aan voedsel is. Verschillende voedingsmiddelen
Honger is een inwendige prikkel, om je honger te stillen ga je eten. Alle producten die je eet en drinkt zijn voedingsmiddelen. Er zijn 2 verschillende soorten voedingsmiddelen: Plantaardig en dierlijk. §2 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Voedingsmiddelen bevatten allerlei voedingsstoffen. Voedingsstoffen zijn de bruikbare bestandsdelen van voedingsmiddelen. Voedingsstoffen

Bouwstoffen zijn nodig voor groei en ontwikkeling van je lichaam en voor herstel bij verwondingen en beschadigingen. Door voedingsmiddelen krijg je energie. Reservestoffen heb je niet meteen nodig, deze worden opgeslagen in het lichaam. Er zijn 6 groepen voedingsstoffen: eiwitten, koolhydraten, vetten, water, mineralen en vitaminen. Mineralen en vitaminen zijn de beschermende stoffen.
Eiwitten
Eiwitten zijn vooral belangrijk als bouwstof in je lichaam. Eiwitten die niet als bouwstof worden gebruikt, worden als brandstoffen gebruikt. Koolhydraten
Tot de koolhydraten behoren onder andere glucose, suikers en zetmeel. Koolhydraten dienen vooral als brandstoffen, maar kunnen ook als bouwstoffen of reservestoffen worden gebruikt. Vetten
Vetten dienen vooral als brandstoffen, maar kunnen ook dienen als bouwstoffen of reservestoffen. Als vet een reservestof wordt, wordt het onder andere opgeslagen onder de huid. Water
Alle organismen bestaan voor het grootste deel uit water. De mens bestaat voor ongeveer 60 % uit water. Water is ook een belangrijke bouwstof van je lichaam. Mineralen (zouten)
Mineralen worden ook wel zouten genoemd. Mineralen worden in het lichaam gebruikt als bouwstoffen maar, zijn ook beschermende stoffen. Vitaminen
Vitaminen dienen als bouwstoffen of als beschermende stoffen. Belangrijke vitaminen zijn A, B, C, D en K. Voedingsstoffen aantonen
Om zetmeel aan te tonen gebruik je joodoplossing, joodoplossing is in dit geval de indicator.
§4 Gezonde voeding
Hulp voor gezonde voeding is schijf van vijf. Afb 20 De schijf van vijf
1.  Groente en fruit
2. Koolhydraten
3. Zuivel
4. Vetten
5. Vocht
Energie
Uit je voedsel wordt energie gehaald.
1 kcal = 4,2 KJ

Energiebehoefte is hoeveelheid energie een persoon per dag nodig heeft. Afb 23 Energiebehoefte verschillende activiteiten.
Slapen: 4,2 KJ per minuut
Lopen: 16.7 KJ per minuut
Joggen 29,3 KJ per minuut
Traplopen: 46,1 KJ per minuut
Roeien: 54,4 KJ per minuut
Met behulp van de BMI kan je kijken of je lichaamsgewicht in verhouding goed is.
In balans
Als mensen niet in balans zijn eten ze te veel vet en bewegen ze te weinig. Als je overgewicht hebt, heb je meer kans op hart- en vaatziekten en bepaalde vormen van suikerziekte. Overgewicht is ook slecht voor je gewrichten. §5 Nadenken over eten
Minimale hoeveelheid energie volwassene 7000 KJ. Gemiddeld 9400 KJ nodig om normaal te kunnen leven. Ongelijke verdeling
In ontwikkelingslanden hebben ze geen andere opties als de oogst mislukt. Vegetarisme
Vegetariërs eten geen voedsel waar dieren voor hun vlees gedood zijn. Veganisten eten, drinken en dragen helemaal geen dierlijke producten. Deze mensen eten vleesvervangers. Eetstoornissen

Mensen met eetstoornissen vinden zichzelf vaak te dik waardoor ze gaan afvallen een voorbeeld hiervan is anorexia nervosa. §6 Het gebit
Het gebit heeft invloed op de manier hoe je lichaam voedingsmiddelen opneemt. Door het kauwen van voedsel wordt het beter verteert, met een slecht gebit is dit moeilijk. Afb 37 Het gebit
Glazuur
     
Tandholte
                           Tandvlees                  
                         Cement
                              Wortelvlies
                                             Tandbeen
                                            Kaakbeen
                                         Zenuw
                                        Bloedvat
Afb 42 en 43 Gezond en ontstoken tandvlees

                                                                                                      
Bij ontstoken tandvlees zit er tegen het glazuur en op het tandvlees een laagje tandplak.
               

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.