Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk: 15, 16, 19, 30 t/m 33 en 46

Beoordeling 10
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 1520 woorden
  • 20 juni 2015
  • 1 keer beoordeeld
Cijfer 10
1 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Hoofdstuk 15         - Medisch-diagnostische methoden en technieken

De Griekse geneesheer dacht vroeger dat er bij gezonde mensen sprake was van een evenwicht tussen de lichaamssappen (bloed, slijm, gele gal en zwarte gal). Ziekte was een verstoring van dat evenwicht. In de Middeleeuwen keken geneesheren nog steeds vooral naar bloed, slijm en urine van patiënten, vooral naar de kleur, geur en dichtheid. Bloed, slijm en urine worden nu biochemisch geanalyseerd. Biosensoren bestaan uit de combinatie van een biologisch molecuul (enzym of antilichaam) en een elektronische chip. Het enzym bindt zich aan het molecuul en geeft een signaal aan de chip, deze zet het om in een elektrisch signaal, de gemeten waarden zijn leesbaar van een scherm. Een ECG (Elektrocardiogram) maakt de impulsgeleiding van het hart zichtbaar en met een EEG(Elektro-encefalogram) kan de activiteit van de verschillende hersendelen in grafieken worden weergegeven. Percussie is het bekloppen van de borstkas (helderheid geluiden geeft info over slijm in de ruimte). Een stethoscoop versterkt de geluiden van ademhaling en hartslag.

Hoofdstuk 16         - Geneeswijzen

Vroegere verklaringen voor de oorzaken van ziekten zijn betovering, een straf van god of een verstoring van het evenwicht (verstoring van bloed, slijm, gele gal en zwarte gal).Oplossingen voor ziekten waren de betovering opheffen, liefdevolle verzorging en natuurgeneeskunde (aanvulling tekorten met als doel evenwicht maken).

Tegenwoordig worden tekorten nog steeds aangevuld en maden worden wel eens ingezet om wonden schoon te maken. Een placebo is een nepmedicijn dat door geloven in werking vooruitgang bereikt. Het dubbelblind uitvoeren van de placeboproef betekent dat de patiënten en de proefpersonen niet mogen weten of het medicijn echt is. Reductionistische benadering is dat er vooral gekeken wordt naar afzonderlijke weefsels of organen. Holistische benadering is als de mens wordt gezien als een geheel van maatschappelijke, geestelijke en lichamelijke factoren.

Alternatieve geneeswijzen zijn homeopathie(kleine hoeveelheden van geneesmiddelen, vraagt persoonlijke dingen, bepaald mee aan voorschrift: dezelfde klachten kunnen van andere ziekte zijn), kruidengeneeskunde(plantenextracten bevorderen bijv. de slaap bij slapeloosheid. gevaren: verschilt per plant) en acupunctuur(tegengestelde krachten houden elkaar in evenwicht, prikken in de juiste meridianen herstelt het evenwicht).

Hoofdstuk 19         - Het vervangen van weefsel en organen

Prothesen zijn bestuurbare kunststof armen en benen die mechanische functies vervangen. Een kunstnier is een kunststof buis die de taak van een nier overneemt. Nierpatiënten moeten 3 keer per week, vier uur gedialyseerd worden. Een hart-longmachine neemt de taak van het hart en de longen over tijdens een openhartoperatie. Transplantatie is dat je organen, huid of weefsel van een donor inzet bij een patiënt. Afstotingsgevaar is als het lichaam de getransplanteerde organen niet herkent als de eigen en ze dus vernietigd. Soms is dit andersom, dan doden de cellen van het orgaan de cellen van het lichaam. Donororganen en weefsel worden meestal uit overledenen gehaald. Het orgaan wordt dan kunstmatig in leven gehouden. Soms leeft de donor nog bij het verwijderen van ‘overbodige organen’ (nier of deel van een lever) of bij het afgeven van bloed. In Nederland wordt het donor worden niet betaald, in India wel. In Nederland moet je aangeven of je donor wil zijn. In bijv. België is het andersom. Xenotransplantatie is als dieren donor zijn voor mensen. Het is mogelijk dat de navelstreng opgeslagen wordt in een weefselbank als de persoon een bloedziekte krijgt, dan kunnen de stamcellen uit de navelstreng gebruikt worden voor beenmergtransplantatie (zonder afstotingsgevaar of afhankelijkheid van donor). Het is mogelijk organen te kweken, zoals oren op de rug van een muis. Het is moeilijk om een hart, een lever of longen te kweken. Jehova’s Getuigen zijn tegen bloedtransfusie, ze vinden dat de ziel in het bloed zit.

Hoofdstuk 30         - Alles stroomt

Water is verontreinigd met wasmiddelen, urine en fecaliën. Dan gaat het naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie. Rioolwater is samengesteld uit huishoudelijk water, industrieel water en regenwater.

Twee trappen:

  • Eerst gaat het water door roosters, die het meest grove vuil eruit zeven. Vervolgens laat men zand en andere zware deeltjes bezinken in zogenaamde zandvangers en bezinkingstanks. Verder zijn in de eerste trap olie- en vetvangers aanwezig om vette stoffen die op het water drijven, te verwijderen.
  • In de tweede trap wordt het water biologisch gezuiverd. Bacteriën breken de organische stoffen zo ver mogelijk af. Met medicijnresten hebben zij echter veel moeite. Door beluchting (in grote platte bakken) wordt zoveel mogelijk zuurstof aan het water toegevoegd. Men laat het zuiveringsslib bezinken en loost het nu redelijke schone water op rivier, plas of in de zee.

Drinkwater komt in Nederland sinds de jaren 70 uit spaarbekkens in de Brabantse Biesbosch. De microvezeldoek bestaat uit 70% polyester en 30% polyamide en kan 500 keer gewassen worden. Vuil hecht goed aan de fijne, dunne vezels.

Hoofdstuk 31         - De levende aarde (hoe lang nog)?

Toekomstvisies:

1.Didier de Chaussy schreef in 1883 Ignis, het gaat over een aarde die al haar energiebronnen heeft verbruikt. De mensen maken een gang naar de vuurbol in het middelpunt van de aarde, eromheen wordt een overkoepelde glazen stad gebouwd, alleen kunnen daar maar 25.000 mensen wonen.

2.Gaia-hypothese van James Lovelock. Zijn idee is invriezen, ontbinding voorkomen en reanimeren.

3.Grenzen aan de groei is een scenario door ‘Club van Rome’. De aarde raakt vervuild, grondstoffen worden uitgeput en de temperatuur stijgt snel door het versterkte broeikaseffect.

  • Optimistische visie: Wetenschap en techniek vinden een oplossing (landbouw, recycling, kernfusie).
  • Pessimistische visie: De natuur zal terugslaan.

4.Daisyworld is een bekend model van de opwarmende en afkoelende aarde. Organismen veranderen de temperatuur op aarde. Anaerobe organismen hebben geen zuurstof, maar vergisting van organische stoffen. 3,5 miljard jaar geleden is een organisme ontstaan dat de zon als energiebron kon gebruiken. Er wordt door fotosynthese zuurstof gevormd. Alles gaat dood en er ontstaan nieuwe cellen. Geologen vinden dat vanaf 2 miljard jaar geleden metaalertsen worden gevormd. Vanaf die tijd was er dus zuurstof. Zuurstof en leven. Het leven was ademend leven geworden.

De samenvatting gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

4.Daisyworld is een bekend model van de opwarmende en afkoelende aarde. Organismen veranderen de temperatuur op aarde. Anaerobe organismen hebben geen zuurstof, maar vergisting van organische stoffen. 3,5 miljard jaar geleden is een organisme ontstaan dat de zon als energiebron kon gebruiken. Er wordt door fotosynthese zuurstof gevormd. Alles gaat dood en er ontstaan nieuwe cellen. Geologen vinden dat vanaf 2 miljard jaar geleden metaalertsen worden gevormd. Vanaf die tijd was er dus zuurstof. Zuurstof en leven. Het leven was ademend leven geworden.

Hoofdstuk 32         - Doorlatende lichamen in een gesloten wereld

De voortdurende rondgang van water noemt men de ‘kringloop’ van het water. Waterdamp àcondenseert:regendruppelsàregenàzeeàverdampen: waterdamp. Als mensen doodgaan, gaat de samenhang tussen en binnen alle moleculen verloren. Maar het bouwmateriaal, de atomen, blijft beschikbaar voor andere organismen. De bekendste biochemische kringloop is de koolstofkringloop. In de onderste laag van de atmosfeer (troposfeer) bevindt zich een vrij kleine hoeveelheid CO2 (1 op de 3000 moleculen). Planten halen CO2 uit de lucht, met behulp van H2O maken ze C6H12O6 (glucose), hierbij ontstaat O2. De energie voor deze reactie halen de planten uit zonlicht. Dit proces heet fotosynthese. Als een dier van een plant eet, krijgt hij onder andere zetmeel binnen. Dit wordt verteerd door glucose, de glucose wordt verbrandt door de cellen en er ontstaat weer water en CO2. Het broeikaseffect verander de temperatuur op aarde. Het wordt in zijn geheel warmer of in elk gebied verandert het klimaat apart.

Hoofdstuk 33         - Donderslagen

Explosieven worden onder anderen gebruikt voor oorlog, zoektochten naar mineralen en onderzoek naar de samenstelling van de aardkorst. Ze bestaan uit kaliumnitraat, koolstof en zwavel. Zo kom je aan kaliumnitraat: nitraathoudende aarde, as, emmer, geweven stof, platte pan, water, mes/schroevendraaier, alcohol, een warmtebron en papier/plakband.

Kneedplastic bestaat uit olieachtige vloeistoffen (bepaalde nitroverbindingen) die zich kunnen omzetten in een plastic dat de rest van de springstoffen opsluit in een kneedbare massa. IMS (Ion Mobility Spectroscopy) is het onderzoeken van gasdeeltjes in een speciaal apparaat (afgezogen lucht en opgezogen stof uit bagage). Bij NQR (Nuclear Quadrupole Resonance) onderzoeken scanners met behulp van radiogolven van lage intensiteit de molecuulstructuren van bijvoorbeeld koffertjes en tassen plus inhoud. Alle signalen zijn uniek, ook die voor iedere soort explosief. Explosieven zijn niet zichtbaar bij röntgen. Er worden ook honden gebruikt bij het opsporen van Explosieven. verhoudingscijfers van de dodelijke kracht van wapens:

Hoofdstuk 46         - Oorlog en vrede

Grieks vuur is een mengsel van nafta, zwavel en salpeter dat niet meer te blussen is met water. In het Oosten was er buskruit. Het werd eerst gebruikt voor het afschrikkend geluid en pas later als bommen. 500 jaar later kwam buskruit naar het Westen.

Hier werd buskruit in vuurwapens gebruikt. Die uitvinding ging weer naar het Oosten (Japan). In de ‘Shogun-periode’ (stabiele periode in Japan) werd er alleen met Samurai zwaarden gevochten. In de 19e eeuw werd nitroglycerine gebruikt. Dat was een krachtig explosiemiddel dat bij de minste trilling ontplofte. Daarna kwamen de kernwapens en de kernwapenrace. Later kwamen de chemische wapens: wapens die gifstoffen verspreiden. Ze worden gemaakt van onschuldige stoffen en kunnen veel schade aanrichten (ze zijn verstikkend, blaartrekkend, bloedvergiftigend en worden gebruikt als traangas en zenuwgas etc.) Hierna kwamen ook onderwaterontploffingen (pas succesvol in de 20e eeuw) zoals onderwaterpedo’s en zeemijnen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.