De aarde draait in 24 uur om haar as. De maan draait in 29.5 dag om de aarde en samen draaien ze in een jaar om de zon. De tijdrekening en de kalender zijn afgeleid van de bewegingen van de zon en maan aan de hemel. Technische ontwikkelingen hebben een grote rol gespeeld in de standaardisering van de tijd.
De seizoenen ontstaan doordat de aarde in 1 jaar om de zon draait, waarbij de aardas steeds in dezelfde richting blijft. Door de scheve stand van de aarde zijn bepaalde plekken meer en minder naar de zon gericht. Eb en vloed ontstaan door de zwaartekracht van de maan. Zonsverduistering ontstaat als de maan precies tussen de zon en de aarde staat. De maan wordt verduisterd als de aarde precies tussen de zon en de maan in staat.
Ons zonnestelsel bestaat uit negen planeten die om de zon heen draaien.
1. mercuruius
2. venus
3. aarde
4. mars
5. juputer
6. saturnus
7. uranus
8. neptunus
9. pluto
Om de meeste planeten draaien manen. Daarnaast zijn er nog talloze kometen (bestaat uit stof en ijs en bewegen in zeer langgerekte banen om de zon) en planetoïde ( een soort gordel van duizenden rotsblokken en bevindt zich tussen de planeten mars en juputer)
Veel vaker dan kometen zie je ‘vallende sterren’ofwel meteoren. Stofjes of steentjes uit de ruimte botsen met grote snelheid tegen de aarde. De luchtwrijving is dan zo groot dat je een lichtflits ziet. Overgebleven brokstukken worden meteorieten genoemd.
Het zonnestelsel is ontstaan uit een zich samentrekkende gaswolk. Daarom bestaat alles in het zonnestelsel uit de zelfde atoomsoorten. Sterren zijn grote zeer hete gasbollen die licht uitzenden. De zon is een ster van gemiddelde grote.
Telescopen vergroten en vangen veel meer licht op dan het oog. Zo worden vaak zwakke sterren zichtbaar. Foto’s leggen waarnemingen vast. Lange belichtingstijden maken meer zichtbaar. Uit het spectrum van sterren is samenstelling en temperatuur te bepalen. Met een CCD-chip kunnen waarnemingen nauwkeuriger en rechtsreeks met computers worden bewerkt.
REACTIES
1 seconde geleden