Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Deel 1, Hoofdstuk 1

Beoordeling 8.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas vwo | 1411 woorden
  • 30 september 2001
  • 42 keer beoordeeld
Cijfer 8.2
42 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Paragraaf 1.1 Recherchewerk Bij een ongeval verzamelt de recherche eerst: - verklaringen van getuigen - sporen die ze op de plaats van het ongeluk hebben aangetroffen, zoals wapens en vingerafdrukken
Bij getuigenverklaringen moet rekening gehouden worden: - of de getuige onder invloed van drugs spreekt - hoeveel tijd er is verstreken sinds het misdrijf - wie de ondervraagde is (i.v.m. vrienden/familie) - angst of mentale schok van de getuige
Andere handelingen die de recherche verricht zijn: - relatie- en buurtonderzoek - bewijs verzamelen - plaats delict wordt gefotografeerd en mogelijk bewijsmateriaal wordt onderzocht

Voorbeelden van bewijzen zijn: - signalement door het slachtoffer verstrekt - DNA - bloed, haren, vezels, vingerafdrukken (zogenaamde stille getuigen) - het aantreffen van bijvoorbeeld drank, drugs of medicijnen
Sporen die alleen de verdenking bevestigen zijn: - haren - vezels - vingerafdrukken
Sporen die een verdachte kunnen aanwijzen als dader zijn: - bloed - schoenafdrukken
De betrouwbaarheid van vingerafdrukken: - bij iedereen een uniek patroon - levenslang hetzelfde lijnenpatroon
Typica zijn doodlopende of vertakkende huidlijnen. Aan de hand van deze typica kan men bewijzen dat iemand schuldig is. In Nederland eist men dat er per vingerafdruk minimaal 12 punten van overeenkomst zijn. De kans of foutieve identificatie is dan nul. Zelfs in grote verzamelingen vingerafdrukken zijn geen twee gelijke gevonden. Wetenschappers noemen zoiets een empirisch bewijs van betrouwbaarheid; een bewijs dat uit ervaring verkregen is. Vingerafdrukken kun je zichtbaar maken door: - te poederen met een zilverkleurig poeder - ze onder een laserlicht zichtbaar maken - gebruik maken van gouddamp, de afdruk zie je dan met doorvallend licht - vingerafdruk laten reageren met de damp van secondenlijm
Een vingerafdruk bestaat voor 99% uit water. DNA is een stof die voorkomt in kernen van cellen. Hoe maak je een DNA-print? DNA wordt gezuiverd. Met enzymen knip je de kenmerkende en andere stukjes eruit. De stukjes, die elektrisch geladen zijn, breng je op een gelei tussen twee geladen platen. De elektrische kracht drijft de kleinere stukjes sneller vooruit dan de grotere. Het gevormde patroon van bandjes kun je daarna zichtbaar maken. Deskundigen schatten dat bij vier onderzochte DNA-stukjes de kans op het voorkomen van hetzelfde profiel bij een ander tussen de 100.000 en 1.000.000 ligt. Verzekeringsmaatschappijen zijn geïnteresseerd in je DNA-profiel, omdat ze zo erfelijke ziektes bijvoorbeeld vast kunnen stellen. Paragraaf 1.2 De pil De armoede van te grote gezinnen gaf de aanzet tot de ontwikkeling van een echt betrouwbaar voorbehoedmiddel. Oude voorbehoedsmiddelen: - Zo lang als mogelijk is de borst geven. Een vrouw wordt dan niet zo snel opnieuw zwanger. - Condooms gemaakt van blinde darmen van geiten en schapen, later uit latex, oorspronkelijk tegen geslachtsziekten. Ook kon men daarbij zaaddodende middelen gebruiken. - Het pessarium voorkwam dat zaad de baarmoeder bereikte. Margaret Sanger kwam op het idee de vruchtbaarheidsremmende werking van vrouwelijke hormonen te gaan onderzoeken. Hormonen sturen processen als groei en vruchtbaarheid.
Het ontstaan van de pil: 1. Men maakte vanaf 1910 oplossingen van vrouwelijke organen uit slachtafval en spoten dit in bij levende dieren. Er werd ontdekt dat sommige oplossingen de eirijping stimuleerden, andere zorgden ervoor dat deze verdween
2. Injecties met urine van merries bleken hetzelfde resultaat te hebben. Vanaf 1929 werd er door fabrikanten grof betaald voor urine van zwangere merries. 3. Bij toeval werden stoffen ontdekt die dezelfde werking hadden: oestrogenen en progestagenen. 4. Vanaf 1938 werden oestrogenen en progestagenen voorgeschreven als medicijn. 5. Margaret Sanger gaf de impuls tot onderzoek naar de vruchtbaarheidsremmende werking van oestrogenen en progestagenen. 6. In 1960 werd de pil getest in een arme, overbevolkte wijk in Puerto Rico. Geen van hen werd zwanger en er was minder bloedverlies bij de menstruatie. Enkele jaren later werd de pil het meest gebruikte voorbehoedsmiddel. Hoe werkt de pil? Elke pil werkt in op de hypofyse. Daardoor raakt de normale cyclus van de menstruatiecyclus buiten werking. 1. Oestrogeen misleidt de hypofyse, waardoor de eirijping in de eierstok wordt bemoeilijkt. 2. Als er toch een ovulatie (eisprong) plaatsvindt, is dat niet erg, omdat transport van de eicel door de eileider wordt vertraagd, sterft de bevruchte eicel vroegtijdig af. 3. Door hormoontekort ontwikkelt het slijmvlies in de baarmoeder onvoldoende, een eicel kan zich dus niet innestelen. 4. Progestageen maakt de slijmprop tussen vagina en baarmoeder taai. Bijna alle zaadcellen worden daardoor tegengehouden. Octrooirecht geeft farmaceutische bedrijven het recht om twintig jaar lang als enige een bepaald soort medicijn op de markt te brengen. Nieuwe geneesmiddelen: - verplicht eerst op dieren testen, giftigheid en bijwerkingen worden onderzocht - vraag beantwoorden hoe het geneesmiddel op een grootschalige schaal te produceren is - onderzoek op mensen: 50 gezonde mensen testen het medicijn - mensen krijgen het in verschillende doseringen - groot onderzoek met 1000 mensen; 50% krijgt het echte medicijn, 50% krijgt een nepmedicijn (placebo) - na 12 jaar en 300 miljoen gulden wordt er beslist of het geneesmiddel op de markt komt
In eerste instantie werden de bijwerkingen van de pil, zwaarder worden, verhoogde bloeddruk, en stemmingswisselingen voor lief genomen. Vanaf het begin van de jaren 70 werden de hoeveelheden oestrogeen verminderd, waardoor bijwerkingen verdwenen. Paragraaf 1.3 Navigatie Een kompas wijst niet naar de noordpool, maar naar de magnetische noordpool die op 77W.B. en 105W.L. ligt. Een kompas wijst de koers aan, maar je moet ook rekening houden met de wind en stroming van het water (als je op zee zit). Er is een systeem bedacht waarbij elke plaats op aarde met behulp van twee getallen (coördinaten) kan worden aangegeven. Hiermee kun je berekenen waar je je bevindt. In het verlengde van de aarde, boven de noordpool, staat een ster, de Poolster. Aan de hand van deze ster kun je berekenen op welke breedte je zelf zit. Hoe hoger de ster, hoe noordelijker je bent. Met behulp van de zon boven de horizon, de zonshoogte, kun je de geografische breedte bepalen. Uit het tijdstip waarop de zon zijn hoogste punt bereikt, wordt de geografische lengte afgeleid. Met tabellen en de maximale zonshoogte kun je heel precies de breedte uitrekenen. De geografische lengte was moeilijker te bepalen. Harrisson had een idee: De aarde draait in 24 uur om haar as. Dus dat is 15 graden per uur. Conclusie: als de zon een uur eerder opkomt ben je 15 graden naar het oosten verplaatst. Hij moest dus een speciale klok ontwikkelen die ook op zee werkte en dat is gelukt. Tegenwoordig zijn er radiobakens. Op de wereld zenden allerlei bakens signalen uit. Een antenne vangt de signalen op en een computer kan uitrekenen waar men zich bevindt. Satellieten doen precies hetzelfde. Satellieten hebben een vaste baan rond de aarde en zenden signalen uit. De computer kan aan de hand van die signalen de plaats op 10 meter nauwkeurig berekenen. Dit systeem heet het Global Positioning System (gps). Paragraaf 1.4 Ruimtevaart Sinds het begin van de 20e eeuw worden er al raketten getest. In de Tweede Wereldoorlog schoten de Duitsers raketten richting Londen. Tijdens de Koude Oorlog haalden de USA en USSR Duitse deskundigen naar hun land om raketten te ontwikkelen. Er was een strijd ontstaan om de beste wapens. De twee naties probeerden elkaar op het gebied van ruimtevaart elkaar steeds een stapje voor te blijven. Zo ontwikkelde de ruimtevaart zich snel. Een raket kan zich in de ruimte nergens tegen afzetten om te versnellen, te remmen of te sturen. Hij stuurt zichzelf doordat er aan de onderkant gassen worden uitgespoten, de raket beweegt zich vervolgens de andere kant op. Sinds de ontwikkeling van de ruimtevaart brengt de mens al satellieten rond de aarde. Een satelliet wordt aangetrokken door de zwaartekracht van de aarde. Maar omdat een satelliet een grote snelheid heeft dwars op de richting van de zwaartekracht, beweegt hij tijdens het vallen vooruit en draait zo rondjes om de aarde. Omdat er geen luchtwrijving is kan een satelliet niet worden afgeremd. Satellieten worden gebruikt om foto’s te maken, of om informatie te verzenden, verkregen van een station op aarde, naar een ander punt op aarde (telefonie, televisie). De elektriciteitsbehoefte wordt voorzien door: - batterijen (bij korte perioden in de ruimte) - zonne-energie

Halfgeleiders vangen zonne-energie op en wekken een klein stroompje op. Deze stroompjes herladen de batterij. Op bemande vluchten zijn er speciale apparaten die praktische problemen, doordat het daar boven gewichtsloos is, oplossen
Gevaren voor mensen die lange tijd in de ruimte verblijven zijn: - spieren verslappen door de gewichtsloosheid, hierdoor kunnen op de lange duur botten ontkalkt raken (veroorzaakt gauw botbreuken) - het evenwichtsorgaan raakt verward door de gewichtsloosheid, met als gevolg dat men de eerste dagen in de ruimte vaak ziek en duizelig is. Tegenwoordig is er fitnessapparatuur op bemande vluchten aanwezig om de spieren te trainen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.