Samenvatting Hoofdstuk 2 Aardrijkskunde
§ 1
Veel hoogteverschillen
u Spanje ligt op het Iberisch Schiereiland.
· Spanje: veel hoogteverschillen. Grootste deel ligt hoger
Dan 500 meter.
n Binnenland is Spaanse Hoogvlakte of
Meseta. Gemiddeld tussen
600 en 800 meter hoogte.
n Ten noorden en ten zuiden van de Meseta liggen
twee hooggebergten
n Langs de oost- en zuidkust: diverse
middelgebergten.
Overgangsgebied: van koel naar heet
u Richting zuiden hogere temperaturen. Twee oorzaken:
· breedteligging
· invloed hogedrukgebied
Gevolg: droge, hete zomers.
Doordat de lucht daalt, lossen wolken op.
n In de winter: lagedrukgebieden met
regenachtig weer, vooral in het noorden.
Overgangsgebied: van nat naar droog
u Langere droge periode en meer verdamping richting
het zuidoosten.
· Neerslag ontstaat bij opstijgende
lucht bij gebergten: stuwings
·regens, bij grote hitte: stijgings
-regens en bij botsing van warme en koude Iucht
(frontale regens).
· Berggebieden: wind omhooggestuwd aan
loefzijde. Aan lijzijde
daalt lucht, wordt warmer, dus weinig neerslag.
Gebied achter berg regenschaduw.
n Door ligging van gebergten in kustgebieden in
binnenland weinig invloed van de zee.
Aanlandige wind: meer invloed in noorden dan zuiden.
§2
De klimaten van Spanje
u Spanje heeft veel klimaten.
·Noorden: gematigd zeeklimaat,
neerslag in alle jaargetijden.
n Minder invloed Azorenhogedrukgebied:
aanlandige wind daardoor veel
bewolking / regen.
· De oost- en zuidkust mediterraan
Klimaat: warme zomer en
zachte winters met
droge zomerperiode.
· Binnenland: landklimaat.
Invloed van de zee is gering. Zomers
heet, winters koud.
· Gebieden met weinig neerslag: steppeklimaat.
· Berggebieden: hooggebergteklimaat.
n Canarische Eilanden in winter gemiddeld
warmer en in zomer
minder heet dan het vasteland.
Waterprobleem Spanje: te veel of te weinig
u Spaanse zomers droog, vooral neerslag in herfst en
winter.
· Neerslag valt ongelijk over het jaar.
· Neerslagverdeling: verdeling van de neerslag
over het land.
· Hoeveelheid neerslag per uur of per dag:
neerslagintensiteit. Gevolg van
piekafvoer is overstromingen.
· De neerslag is wisselvallig.
Problematisch voor landbouw.
Problemen en oplossingen
u Verdamping en ongelijke neerslagverdeling
veroorzaken watertekorten.
· nuttige neerslag = neerslag min verdamping.
· Watervoorraad door aanleg stuwmeren.
· Aanvoer water via kanalen en pijpleidingen.
§3
Invloed klimaat op plantengroei
u Klimaat en bodem bepalen welke vegetatie er groeit.
· Loofbos in het noorden (zeeklimaat).
· Altijd groene mediterrane
-vegetatie langs oost- en zuidoostkust.
Kenmerk planten:
kleine bladeren, lange wortels.
· Steppevegetatie in binnenland.
Soms woestijn.
· Hooggebergtevegetatie: elke 100 meter
hoger 0,6 ºC kouder.
Droogteproblemen
u Oorspronkelijke vegetatie: gemengd
loofbos en steppevegetatie
verdwenen door ontbossing.
· Gevolg ontbossing: verwoestijning.
· verzilting is toename zoutgehalte
bodem. Vaak veroorzaakt door onzorgvuldige
irrigatiemethoden.
n Verzilting voorkomen door:
– zuiniger met water omgaan;
– irrigatiewater ondergronds afvoeren.
· In droogste tijd: meeste water
nodig. Door oppompen grondwater waardoor er
verdroging plaatsvindt.
· Meer ontziltingsinstallaties ingezet
om zeewater te ontzilten.
§4
Tweedeling landbouw
u Groot deel Spanje ongeschikt voor landbouw.
Redenen:
– te droog
– te bergachtig
– onvruchtbare bodem
· Door droogte tweedeling in landbouw.
Landbouw zonder irrigatie
u In deze gebieden akkerbouw en
extensieve veeteelt.
Op Meseta: droge akkerbouw.
in herfst: zaaien graan,
in winter: winterregens,
in voorjaar: oogsten graan,
in zomer: bodem ligt braak
bodem kan herstellen.
n Nadelen: kans op erosie en
seizoenswerkloosheid.
· Op de hellingen allerlei soorten
olijfbomen en notenbomen.
· In vochtige noordwesten: veevoer (gras).
en akkerbouwgewassen.
n Drogere gebieden: extensieve veeteelt.
Landbouw met irrigatie
u Kenmerken irrigatielandbouw: zeer
arbeids- en kapitaalintensief.
· Voordeel irrigatie: meer gewassen
verbouwen en grotere oogsten.
n Bijnaam kuststrook València: Mare Plastico.
Voordelen druppelirrigatie:
1 geen waterverspilling;
2 tegengaan verzilting
§5
u Gevolgen klimaatverandering voor:
· Natuurlijke vegetatie: verschuiving
vegetatiezones, uitsterven soorten,
bosbranden en verwoesting.
· Landbouw: mislukken oogsten door verdroging
en minder opbrengsten.
· Ziekten en plagen: meer kans op overlijden en
huidkanker. Verspreiding tropische ziekten.
· Waterhuishouding: vaker last van
verdroging door lagere
grondwaterspiegel en watertekorten.
· Mogelijke maatregelen om de gevolgen van klimaat-
verandering tegen te gaan zijn:
waterbeheer (irrigatie)
herbebossing.
REACTIES
1 seconde geleden