Op vakantie
1.1. Groei en aard van het toerisme.
- Vakantiegedrag van Nederlanders vanaf 1945.
Na 1945 waren de Nederlanders druk met herstel van de oorlogsschade.
Na een paar jaar steeg de welvaart; men had weer geld voor andere dingen.
Toerisme - activiteiten die mensen in hun vrije tijd ondernemen, waarbij ze ten minste
1 nacht en ten hoogste 1 jaar buitenshuis verblijven.
Vakantie - het verblijven in een andere omgeving dan de eigen woonomgeving met ten
minste 1 overnachting.
- De eerste jaren na de oorlog blijven de meeste mensen in Nederland als ze op vakantie gaan.
- Vanaf de jaren 60 verandert dat snel; steeds meer mensen gaan lang er ver weg en kijken daarbij niet op een paar centen.
Waarom is het vakantiegedrag veranderd?
- 1. Welvaartsstijging.
- Mobiliteitstoename. Steeds meer mensen kunnen een auto kopen en men neemt steeds vaker het vliegtuig.
- Schaalvergroting. De stroom toeristen wordt steeds groter en de voorzieningen worden aangepast (bijvoorbeeld grotere hotels en steeds meer vliegtuigen).
- Internationalisering. De Wereld lijkt steeds dichterbij te zijn; men reist steeds verder en steeds meer landen ontdekken dat er met toerisme veel geld te verdienen is.
Vormen van toerisme
- Kleinschalig toerisme. Toerisme waarbij (nog) niet zoveel mensen tegelijk naar dezelfde plek gaan (bijv. bergwandelen en safari).
- Massatoerisme. Toerisme waarbij het aantal mensen dat naar 1 plek trekt, zeer groot is. Massatoerisme hoort vaak de S-toerist: liefhebbers van SUN, SEA, SAND en SEX. Ook wintersport hoort bij het massatoerisme.
- Ecotoerisme of duurzaam toerisme. Toerisme waarbij je zorgt dat de natuur niet wordt beschadigd en waarbij je rekening houdt met de wensen van de plaatselijke bevolking.
- Cultuurtoerisme. Waarbij vaak steden worden bezocht; wordt steeds belangrijker.
1.2. Vakantiegebieden
Veel Nederlanders gaan naar het buitenland op Vakantie.
Belangrijkste vakantiegebieden van Nederlanders.
Top 5 van de buitenlandse bestemmingen.
- Frankrijk.
- Spanje.
- Duitsland.
- België.
- Oostenrijk.
Turkije is in opkomst, net als verre bestemmingen zoals de VS, Kenia, Brazilië en Thailand.
- De badplaatsen aan de Noordzee vormen voor de Nederlanders het belangrijkste vakantiegebied.
- Zon, Zee en Strand is een ideale combinatie, maar ook de bossen zijn zeer populair.
Toeristenstromen.
Waarom gaan steeds meer Nederlanders op vakantie naar landen als Brazilië en Kenia?
Dit komt omdat het ene gebied iets heeft wat het andere gebied niet heeft.
Regionale complementariteit - als een gebied aantrekkelijk is door klimaat,
Landschap en cultuur.
Toeristenbalans
Of een land aan toerisme geld verdient, kun je zien op de toeristenbalans. Nederlanders geven op vakantie meer uit in het buitenland dan dat ons land aan toeristen verdient. Daardoor is de toeristenbalans negatief.
Voor toerisme zijn de drie V’s nodig: Vervoer, Verblijf en Vermaak; wat ook wel Toeristische infrastructuur wordt genoemd. Dit is in orde als het transport, de voorzieningen en accommodaties voor toeristen goed geregeld zijn (bijv. zijn er pinautomaten, restaurants, een internationaal vliegveld etc.).
Ook is de absolute en relatieve ligging van een gebied belangrijk.
Absolute afstand - het aantal kilometers van bijv. Nederland naar de
vakantiebestemming).
Relatieve ligging - Uitgedrukt in tijd, geld en moeite.
1.3. Frankrijk en Marokko
Frankrijk
- Parijs is erg in trek (de eiffeltoren en Disney zijn trekpleisters)
- Franse wintersportgebieden
- Frankrijk wordt in verhouding steeds goedkoper en de skigebieden zijn uitgebreider.
- Toeristische verblijfplaatsen vind je in het hele land.
- Frankrijk wordt dus vooral bezocht door individuele en ongeorganiseerde reizigers.
Marokko
- Kilometerslange (droom)stranden, besneeuwde bergtoppen, uitgestrekte vruchtbare vlaktes en eindeloos lijkende woestijn
- Verspreid over het gehele land liggen mooie dorpjes en indrukwekkende oude koningssteden (dus cultuur).
- Overal terrassen, winkels en heerlijke restaurants.
- Afstanden relatief.
- Kortom een heel bijzonder vakantieland.
1.4. De gevolgen van het toerisme
Effecten van toerisme
Voordelen:
- Welvaart neemt toe. De plaatselijke bevolking verdient aan het toerisme.
- Werkgelegenheid. Werken in het toerisme.
- Infrastructuur verbetert. Voor de toeristen worden nieuwe wegen aangelegd, waar de bevolking ook van profiteert.
- Begrip. Toeristen en de oorspronkelijk inwoners krijgen meer begrip voor elkaar.
Nadelen:
- Milieuschade. Denk aan afval en verkeer. Op de kale skihellingen spoelt vruchtbare grond weg. Het landschap wordt ontsierd door allerlei toeristische voorzieningen. Zwembaden en golfbanen is veel water nodig.
- Seizoenwerkloosheid. Na het hoogseizoen is minder werk.
- Regionale ongelijkheid groeit. Het toeristische deel is vaak rijker dan andere delen van het land.
- Cultuurverschillen. Het gedrag van de toeristen kan botsen met de bestaande cultuur (bijv. meisjes die te bloot rond lopen en het beledigen voor mensen in een islamitisch land.
- Schaalvergroting. Door de bouw van grote hotels wordt het landschap verpest.
De recreatiedruk(de invloed van toeristen op een toeristengebied) neemt toe en de leefbaarheid neemt af.
Maatregelen.
Hoe kan men in een vakantiegebied zorgen dat het gebied aantrekkelijk blijft voor toeristen en bewoners?
- Vakantiespreiding.
- De opbrengsten van het toerisme gebruiken voor ontwikkeling van arme gebieden.
- Duurzaam toerisme bevorderen.
- Voorlichting en scholing over andere culturen bevorderen.
- Openbaar vervoer bevorderen (beter voor het milieu en files).
- De bouw van accommodaties beperken (te veel beton stoot toeristen af).
- De recreatiedruk verminderen door bijvoorbeeld het aantal parkeerplaatsen verminderen en door grote hotelcomplexen te vervangen door kleinere appartementen en huisjes.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden