Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Samenvatting H1

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas havo | 831 woorden
  • 31 januari 2019
  • 25 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
25 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

 

Paragraaf 2. Kantelt het economisch wereldbeeld?
Het aandeel van de BRICS-landen (Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika) steeg van 10 naar 25 procent. Het waren de westerse multinationale ondernemingen die deze verschuiving aanjagen. Dat doen ze om 2 redenen:

  1. Als sinds 1980 verplaatsen westerse mno’s hun maakindustrie naar de lagelonenlanden. 1 gevolg daarvan dat in de VS de industriële werkgelegenheid daalde. Een ander gevolg is dat China de VS passeerde als grootste producent van industriële goederen.
  2. De opkomende landen vormen een interessante afzetmarkt. De koopkracht neemt immers toe.

De wereldhandel is vanaf 1975 enorm toegenomen, dat komt:

  • Door de opdeling van de productieketen, de weg die een product aflegt van grondstof tot eindproduct. Dat leidt tot handel en transport.
  • Doordat transport van goederen veel sneller en veel goedkoper is geworden, vooral door het gebruik van containers.
  • Doordat handelsgrenzen steeds meer verdwijnen. In 2013 vergadert op Bali de Wereldhandelsorganisatie (WTO). De WTO wil de wereldhandel bevorderen. 160 landen zijn lid van de organisatie. Op Bali werd afgesproken het internationale grensverkeer te versoepelen. Het gevolg van deze ontwikkelingen is dat gebieden op aarde steeds meer met elkaar verwerven raken. Dit heet globalisering.

De verschuiving van de aarde op economisch kerngebied noem je global shift. Deze bron hieronder laat zien dat we wellicht op weg zijn naar een multipolaire wereldeconomie, een economie waarbij op meerdere plaatsen in de wereld belangrijke economische kerngebieden liggen.

Paragraaf 3. ontwikkeling van handelsstromen
Gebieden die tot dan toe nauwelijks contact hadden met de buitenwereld, worden door handelsstromen verbonden met Europa. We onderscheiden daarin 2 periodes:

  1. 1500-1800: de fase van het handelskolonialisme. Vanuit de koloniën worden grondstoffen zoals katoen uit India naar Europa vervoerd. Er worden ook plantages aangelegd, bijvoorbeeld in Amerika, waar slaven, gehaald uit Afrika, het werk doen.
  2. 1800-1950: de fase van het industrieel kolonialisme. Door de opkomst van de industrie wordt het voor de Europese landen belangrijk om:
  • Verzekerd te zijn van de aanvoer van grondstoffen.
  • Een afzetmarkt te hebben voor hun industrieproducten.

Daarom worden de vroegere handelslanden nu onderdeel van het moederland. Door de industrialisatie neemt de wereldhandel enorm toe, maar de handelsstromen verlopen steeds meer binnen het koloniale rijk.

De afloop van de 2e wereldoorlog levert 2 belangrijke veranderingen op in de wereldorde.

  • De koloniën worden in snel tempo onafhankelijk (dekolonisatie).
  • De wereld wordt opnieuw ingedeeld, er ontstaan 3 blokken. Het westerse en het communistische blok, met name de VS en de Sovjet-Unie, staan lijnrecht tegenover elkaar. Elk blok probeert zijn invloed in de wereld te vergroten. Met name het 3e blok, de ontwikkelingslanden.

Na de ineenstorting van de Sovjet-Unie in 1989 wordt de wereld opnieuw opgeschud. De vrijetijdseconomie wordt het belangrijkste systeem op aarde. Een belangrijk kenmerk daarvan is dat de prijs van goederen en diensten tot stand komt door de wet van vraag en aanbod.                                                                                                  

Vrijhandel tussen landen heeft een aantal voordelen:

  • Een land kan zich specialiseren in de productie van die goederen of diensten die dat land het beste kan produceren.
  • Bedrijven hebben toegang tot buitenlandse afzetmarkten. Zo kunnen ze veel groter worden.

Aan vrijhandel zit ook een nadeel. Bedrijven krijgen te maken met buitenlandse concurrentie en zullen dan soms failliet gaan. Veel landen proberen hun markt af te schermen, dat noem je protectionisme.

Paragraaf 4. Ontwikkeling in verschillende snelheden
Je hebt interne en externe oorzaken waarom een land arm of rijk is:
Interne oorzaken.

  1. Natuurlijke oorzaken.
  • De natuur zit mee of tegen. Een land heeft een voorsprong als het vruchtbaar is, niet te bergachtig, er voldoende neerslag valt en het over veel natuurlijke hulpbronnen beschikt.
  • Ligging, een land heeft een zee ligging heeft een betere uitgangspositie dan een land dat opgesloten ligt tussen andere landen.
  1. Menselijke oorzaken.
  • Het politieke systeem, de wijze waarop het land wordt bestuurd. Arme landen hebben een slecht bestuur.
  • Bevolkingsgroei en leeftijdsopbouw. Het geboortecijfer daalt wereldwijd, maar in de arme landen groeit de bevolking nog snel. Het nadeel daarvan is, dat het bnp sterk moet groeien om de welvaart per persoon te laten stijgen.
  • Mate van ongelijkheid. Als een land zich economisch ontwikkelt, neemt de sociale ongelijkheid toe. Sociale ongelijkheid noem je ook wel Gini-coëfficiënt.

Externe oorzaken.

  • Koloniaal verleden. Veel arme landen van nu waren vroeger koloniën. Hun rol was exporteren van grondstoffen, landbouwproducten. Het nadeel dat je hiermee veel minder verdient dan met de productie van hoogwaardige industrieproducten.
  • Rol van een land in de wereldeconomie. De globalisering heeft voor mno’s de wereld geopend.

REACTIES

T.

T.

Een heel goede samenvatting! Echt bedankt.

Nog een klein dingetje... dit is hoofdstuk 1 en niet hoofdstuk 2

4 jaar geleden

N.

N.

waar is paragraaf 1.1?

3 jaar geleden

M.

M.

Volgens mij is paragraaf is de openingspagina, met die foto

3 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.