Paragraaf 9 t/m 11

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 878 woorden
  • 15 juli 2008
  • 29 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
29 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
Aardrijkskunde lesboek § 9-11

§9)
Drie landschappen in Latijns-Amerika (door reliëf):
- Andesgebergte
- Plateau’s en hooglanden
- Rivierbekken; Orinocobekken, Amazonebekken & Paranabekken
Oorspronkelijke bewoners zijn de Indianen. Het was dunbevolkt, alleen waar belangrijke culturen ontstonden was er verstedelijking. In bergachtig gebied ontstonden inheemse belangrijke culturen. Door de kolonisten zijn miljoenen indianen omgekomen door Europese ziektes. Veel overgebleven Indianen zijn getrouwd met blanke immigranten, hun kinderen heten mestiezen.
Meteen na de kolonisatie van Latijns-Amerika werd het verdeeld in twee stukken, ten westen van 50 ºWL werd Spaans, de rest Portugees (verdrag van Tordesillas). De Spanjaarden haalden uit Midden-Amerika en de Andes veel goud, zilver en hadden veel arbeiders (de indianen). Spaanse immigranten werden opgevangen in stedelijke centra gebouwd volgens Spaans patroon, met middenin het ‘Plaza Mayor’. Daarvandaan bestuurden de Spanjaarden de kolonie en zonden missionarissen uit. Van de Spaanse koning kregen sommige mensen grote stukken land en er werd land ingepikt van de Indianen. Zo ontstonden er latifundia: enorme bedrijven. Dit grootgrondbezit bestaat nog steeds en wordt gebruikt voor extensieve veeteelt. De rest van de bevolking heeft minifundia of geen land.
De Portugezen hadden in hun gebied minder edele metalen en Indianen, daarom breidden ze hun gebied uit via de Amazone (Brazilië). Ze stichtten ook plantages aan de oostkant van Brazilië, sommige immigranten kregen ook grote stukken land van hun koning, daardoor ontstond daar ook grootgrondbezit.
De immigratie in de koloniale tijd was maar klein, in de 19e eeuw kwamen er veel meer immigranten uit Europa (vooral naar Argentië, Zuid-Brazilië en Uruguay). Tussen 1872-1936 waren het 11 miljoen mensen.
De Portugezen en Spanjaarden haalden veel slaven uit Afrika om het tekort aan arbeidskrachten aan te vullen. Kinderen van ouders waarvan er een blank en een zwart is, worden mulatten genoemd.

§10)
Oorzaken waardoor Chili’s onderontwikkeling is gekomen:
- De ligging is geïsoleerd.
- 4000 km lang: verbindingen moeilijk
- Eenzijdige economie: vooral landbouw en weinig industrie
Na 1890, de ontdekking van Nitraat, begon het buitenland interesse te krijgen in Chili, maar de mijnen zijn in 1960 gesloten. Daarna werden er grote voorraden koper ontdekt, Chili heet 40% v/d wereldvoorraad. Koper werd de basis van de Chileense economie.
Chili was erg afhankelijk van 1 exportproduct, nadat in 1981 de koperprijzen een dieptepunt bereikten, probeerde men de export te verbreden: diversificatie. De groei in de bouwsector heeft ervoor gezorgd dat de eenzijdigheid van de export is verminderd. Er is een grote groei in de bosbouw,fruitteelt, wijnbouw en toerisme (breedteligging) geweest.
Er zijn 2 manieren om de economie te laten groeien:
- Openstellen van het land voor multinationals. Chili is aantrekkelijk door de lage belastingen en de mogelijkheid om de winst uit het land te voeren.
- De export vergroten. Dat doet Chili door nieuwe afzetmarkten te zoeken en verdagen met andere landen te sluiten.
Chili heeft een verdrag met de EU en in de toekomst misschien met de NAFTA. Mercosur: gemeenschappelijke markt tussen Brazilië, Paraguay en Uruguay. Plan voor vrijhandelszone tussen de 34 Noord- en Latijns-Amerikaanse landen.
Het economische zwaartepunt verschuift: global shift. De ligging van Chili is toegangspoort tot Latijns-Amerika vanuit Azië. WTO wil het afschaffen van alle tariefmuren, maar de EU, NAFTA & Japen willen hun eigen economie beschermen. Ook anti-globalisten zijn tegen.

§11)

Een van de grootste steden is Mexico-Stad, die ligt midden in Mexico en is al eeuwen het nationale centrum van economie en politiek. Sinds 1960 zijn miljoenen mensen van het platteland naar de stad verhuisd. Daar zijn de bestaansmiddelen onvoldoende om de snelle bevolkingsgroei op te vangen en de werkgelegenheid in de landbouw neemt a door mechanisatie en irrigatie. Het lage voorzieningsniveau op het platteland is ook een pushfactor. Mensen trekken naar de stad omdat ze denken dat ze daar meer kans op werk en betere voorzieningen hebben. Dat zijn pull-factoren. De migratie van platteland naar stad heet ruraal-urbane migratie. Tegenwoordig draagt de natuurlijke bevolkingsgroei meer bij aan de groei van de steden dan de migratie.
Simpel stadsmodel van Latijns-Amerikaanse stad:
- In het midden de historische binnenstad en CBD.
- Daaromheen uitgebreid gebied met dichtbewoonde woningen die er niet al te best uit zien.
- Langs de belangrijke wegen heb je industriewijken met daarom arbeiderswijken.
- Aan de rand van de stad heb je illegale krottenwijken.
- Vanuit het centrum langgerekte stroken met beveiligde elitewijken en daaromheen woont de middenklasse.
Er is weinig werk in de industrie, die sector is in Latijns-Amerika slecht ontwikkeld. De enige manier om inde stad te overleven is om op allerlei manieren geld te verdien, zonder ‘formeel’ salaris: in de informele sector/ vluchtsector. Voor de steden is de informele sector van groot belang. In bijv. Peru is 60 % van de beroepsbevolking afhankelijk van de informele sector.
In bijna elk land in Zuid-Amerika is er één hele grote stad met daarnaast nog veel kleinere steden. Dat is kenmerkend voor veel ontwikkelingslanden. De grote stad is het centrum de politiek en economie. Een megastad die veel groter is dan de andere steden in een land noem je primate city. Die zijn er veel in Latijns-Amerika. Alleen Brazilië heeft er 2: Sao Paulo en Rio de Janeiro. Het verschil tussen het aantal inwoners van de grootste stad met de tweede stad noem je de primacy. De overheid probeert vaak dat verschil kleiner te maken. In Latijns-Amerika is de urbanisatie-graad 75% en hoogst van alle onderontwikkelde continenten. Het urbanisatietempo is hoog, de andere continenten zijn met een inhaalslag bezig

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.