Hoofdstuk 4, Stedelijke gebieden

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas vwo | 722 woorden
  • 19 augustus 2010
  • 56 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
56 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie


Aardrijkskunde Hoofdstuk 4; Stedelijke gebieden

4.2 De Randstad en de rest

Randstad
- Deltametropool; wereldstad aan de monding van grote rivieren
- Middenmoter qua economie, gemiddelde BRP en lage arbeidsproductiviteit.
- Belangrijkste steden hebben elke een aantal grootstedelijke functies (bedrijvigheid, openbaar bestuur. Kennis en cultuur).
- Politieke, culturele en economische hart van Nederland
- Nog geen stedelijk netwerk (steden zijn met elkaar verbonden door infrastructuur en functionele relaties).
- Bestaat uit 3 delen:
o Noordvleugel (Amsterdam en Utrecht), economisch het sterkst
o Zuidvleugel (Leiden, Den Haag), minder goed dan in de Noordvleugel
o Groene Hart, woon- en recreatiegebied

Nederland is een urban field. We hebben een stedelijk gebied (randstad) waar we werken, winkelen en uitgaan en het platteland waar we wonen en recreëren. Vanuit de randstad vindt een uitschuifproces plaats. Mensen vertrekken naar de halfwegzone.


4.3 De Randstad en de ruimte

- Ruimtelijke ordening: De overheid stelt wetten en regels op waardoor duidelijk wordt op welke manier de (geringe) ruimte gebruikt mag worden.
o Sectoraal beleid: Beleid dat over een onderwerp of sector van de samenleving geldt.
Economische zaken
Landbouw, Natuur en Visserij
Verkeer en Waterstaat
Volkshuisvesting, Ruimtelijke ordening en Milieubeheer
o Regionaal beleid: Al het beleid dat een regio aangaat.

- Ontwikkeling in ruimtelijke ordening
o Jaren 60 & 70 groeikernen
o Vinex-wijken

- Suburbanisatie (wegtrekken uit de stad om te wonen, maar wel werken in de stad) zorgt voor veel verkeer. Dit is weer slecht voor het milieu.



4.5 Nederlandse steden: ruimte en bestuur

Knelpunten in de stad:
- Stedelijke distributie
o Snel afleveren is moeilijk
o Winkeliers willen vaak bevoorraad worden
o Winkelpubliek wil dichtbij parkeren
o Buurtbewoners willen rust

- Concurrentie om ruimte
o Hoge huren & grondprijzen

Veel drukte in de stad zorgt voor het ontstaan van nieuwe centra bijvoorbeeld bij een verkeersknooppunt. Hier wordt vaak gebruikt gemaakt van publiek-private samenwerking,

Stedelijke functies hebben een reikwijdte. De afstand die mensen af willen leggen om er gebruik van te maken. Hoe groter de reikwijdte is hoe groter het verzorgingsgebied is.

Er is veel regionale samenwerking in Nederland (Rijk, provincie en gemeente)
o Netwerksteden. Steden die met verschillende gemeenten samen beslissingen maken over ruimtelijke ordening
o Bestuurlijke netwerken. Vrijwillige samenwerkingsverbanden.



4.6 Nederlandse steden: verandering en vernieuwing

De stad heeft agglomeratie voordelen
- Lagere productiekosten
- Profiteren van investeringen van anderen
- Broedplaatseffect

1975-1990 Het ging slecht met de economie, stad was niet zo’n goede plek.
1990 Steeds meer een kenniseconomie (innovatie), stad aantrekkelijker.
Er ontstond zakelijke dienstverlening en de stad wordt creatiever.

Creatieve stad ontstaat door
- Luxe kantoorlocaties te ontwikkelen met moderne digitale en infrastructurele verbindingen
- Experimentele bedrijfsruimtes toestaan.

Duale arbeidsmarkt leidt tot ruimtelijke polarisatie
- Hoogopgeleiden, krijgen makkelijk een baan, woont in een mooie buurt
- Laagopgeleiden, krijgen moeilijk een baan, woont in een slechte buurt.

Deze tegenstelling leidt tot sociale polarisatie.

Stadbesturen proberen hier wat aan te doen door bijvoorbeeld hard op te treden of zich in te zetten voor een multiculturele samenleving / stad. Er wordt ook veel aan stadvernieuwing gedaan, zodat ook in de achterstandswijken bewoonbare woningen staan. Tegenwoordig wordt er echter meer gebruik gemaakt van herstructurering. Slechte woningen worden gesloopt en er worden duurdere woningen voor terug gezet. Dit leidt tot gentrificatie (arbeiderswijken worden bewoond door de middenklasse , er komt meer koopkracht in de wijk en dus verbeterd de wijk).



4.9 Buurtprofiel

- Buurprofielen worden gemaakt om te kijken op welke punten een buurt (een onderdeel van een woonwijk) verbeterd kan worden. Ook wel een wijk.

o Kenmerken van de woningen
Ouderdom (bouwjaar)
Eigendom (koop, huur particulier, corporatie)
Woningtype (vrijstaand, rijtjeshuis, flat)
Staat van onderhoud (goed, slecht)

o Kenmerken van de bewoners
Groote huishouden
Etniciteit (allochtoon, autochtoon)
Inkomen (salaris, uitkering)
Gezinsfase (alleenstaand, kinderen)

Kwaliteit woningen

19de eeuw Woning gebouwd voor werknemers. Slechte leefomstandigheden
1901 Woningwet om kwaliteit van wonen te verbeteren. Er ontstonden woningbouwverenigingen die goedkoop huizen gingen bouwen (ze hadden geen winstoogmerk).
Na de 2de wereldoorlog Veel woningnood. Er werden snel degelijke woningen gebouwd.
jaren 70 Behoefte aan privacy dus wijken werden ruimer opgezet.
na 1980 Veel stadvernieuwing, oude woningen worden opgeknapt.
1985 Herstructurering leidt tot dure huizen
1995 Ontstaan Vinex-wijken.

4.10 De woonomgeving

- Sociale onveiligheid: bedreiging van de veiligheid die uit de samenleving komt.
o Objectieve sociale veiligheid
Criminele feiten
o Subjectieve sociale veiligheid
Gevoel

- Wijken worden aangepakt door
o Stadsvernieuwing
o Herstructurering
o Sociaal vlak
Politie
Sociale cohesie; bereidheid van burgers om een actieve rol te spelen in de buurt.
Sociale netwerken (door buurt- of wijkvoorzieningen)

o Fysiek vlak (Hoe om te gaan met openbare ruimtes die van niemand zijn)
Toegankelijkheid verbeteren door:

• Goed onderhoud
• Overzichtelijkheid
• Toezicht

REACTIES

S.

S.

echt handig

8 jaar geleden

B.

B.

Top joh

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.