Thailand is een land dat ligt in Zuid- Oost Azië. Er heerst een Tropisch Regenwoud klimaat en de hoofdstad van Thailand is Bangkok. Het tropisch regenwoud klimaat houd in: Veel regen (bijna het gehele jaar), en hoge temperaturen. Door dit klimaat komen er veel Tropische Regenwouden voor in Zuidoost-Azië. Er leven veel wilde dieren zoals slangen olifanten en apen en er groeien veel exotische vruchten. Iets opvallends aan Thailand; Rijst overheerst er als gewas. Je kunt in Thailand eindeloze rijstenakkers vinden ( ook wel sawa genoemd).
Cultuur in Thailand
Cultuur is alles wat je hebt aangeleerd. Kenmerken van cultuur zijn godsdienst, taal, voedsel, tradities en kleding.
hailand heeft diverse bevolkingsgroepen (volk: een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont en dezelfde cultuur heeft). Het grootste deel van de bevolking is het volk van de Thai. De Chinezen kwamen als migranten en handelaren uit China. Deze Chinezen wonen voornamelijk in Bangkok en in het zuiden van Thailand. Zuidoost-Azië bestaat uit twee delen:
- Een schiereiland (een gebied dat aan drie kanten is omringd door de zee)
- Op de eilanden tussen de Grote Oceaan en de Indische Oceaan. Hier liggen Indonesië en de Filipijnen.
Zuidoost-Azië heeft meerdere cultuurgebieden (gebied met overeenkomsten in de cultuur). Het gebied is multicultureel (mensen uit verschillende culturen die met elkaar samenleven). Zij hebben verschillen in talen, godsdienst, kunst, muziek en gebouwen.
Invloeden van buitenaf
Een belangrijke oorzaak voor de cultuurverschillen is dat mensen zich eenvoudig via de zee kunnen verspreiden om zo hun ideeën, en cultuurkenmerken te verspreiden.
Al 2000 jaar wordt Zuidoost-Azië beïnvloed door grote aantallen Chinezen die veelal bij elkaar gaan wonen. Elke grote stad in Zuidoost-Azië heeft een Chinatown, waar Chinezen in hun eigen cultuur bij elkaar leven. Zij vormen een etnische groep (deel van een volk dat in een ander land bij elkaar woont). Chinezen spelen vaak een hoofdrol in de economie.
Vanuit India kwamen immigranten en handelaren. Zij brachten het hindoeïsme en het boeddhisme mee.
Handelaren uit de Arabische wereld brachten het islam mee.
Momenteel is er nog veel uitwisseling. Mensen nemen hun cultuur mee als zij gaan werken in landen waar er een tekort aan arbeiders is.
Indonesië heeft kunstmatige grenzen (de lijnen op de landkaart laten zien waar het land eindigt) én natuurlijke grenzen (grenzen gevormd door gebergten, rivieren, zeeën etc.).
Elf staten
Vanaf de 16de eeuw vormden Europeanen koloniën (gebied in een ander werelddeel dat in het bezit is van (meestal) een Europees land) in Zuidoost-Azië. De kolonisten zorgden dat versnipperde koninkrijkjes samengingen tot één land. Een voorbeeld is Nederlands Indië. De kolonie leverde grondstoffen voor de Europese industrie.
In de loop van 20ste eeuw zijn deze zelfstandige staten geworden. Zo werd Nederlands Indië een nieuw land: Indonesië.
De verschillende godsdiensten in de landen veroorzaken in een aantal staten conflicten.
Ondanks de culturele verschillen, kunnen de landen ook samenwerken. Een voorbeeld is de ASEAN, die zorgt voor economische samenwerking en ontwikkeling. 10 van de 11 staten van Zuidoost-Azië zijn lid van de ASEAN.
Paragraaf 3 Arm en rijk in Zuidoost-Azië
Rijkdom en armoede
Kenmerken rijkdom en armoede kun je zien aan bijvoorbeeld kleding, huizen, winkels, wegen, vervoersmiddelen.
Rijkdom en armoede kun je ook meten met getallen. Dan meet je verschillende ontwikkelingskenmerken (een kenmerk waarmee je de armoede of de rijkdom in een gebied kunt meten) door bijvoorbeeld de of er honger is in een land of genoeg gezondheidszorg.
Ontwikkelingspeil
Er zijn twee manieren om met getallen te meten:
- Koopkracht (het aantal goederen of diensten dat je van je geld kunt kopen)
- Basisbehoefte (iets wat iedereen echt nodig heeft om redelijk te kunnen leven (voedsel, huisvesting, onderwijs en gezondheidszorg).
Het inkomen per inwoner en de basisbehoeften zeggen iets over het ontwikkelingspeil (het niveau van de rijkdom of de armoede in een land) van een gebied.
Zuidoost-Azië: drie gezichten
- Rijke landen; twee landen springen er uit: Singapore en Brunai. Beide landen zijn klein. Singapore groeit snel, heeft een hoog ontwikkelingspeil, goede wegen en luxe winkelcentra.
Brunai is rijk dankzij de olie.
- Groeilanden; landen waar de laatste jaren de welvaart flink is toegenomen. Internationale bedrijven profiteren van de lage lonen. Deze snelgroeiende landen zoals Thailand, doen veel aan het verbeteren van de infrastructuur (alle voorzieningen die nodig zijn om personen, goederen of informatie te vervoeren)
- Achterblijvers; landen waar de armoede erg groot is zoals Myanmar. Veel inwoners krijgen niet genoeg voedsel, wonen in een krot en gaan niet naar school. Er is nauwelijks medische zorg.
Paragraaf 4 Bronnen: regio in beeld – Indonesië
Tropen warme luchtstreek bij de evenaar tussen 23,5 gr N.B. en 23,5 gr Z.B.
Evenaar de lijn die de aardbol in twee helften verdeelt: het noordelijk en het zuidelijk halfrond
Tropisch regenwoud dicht, ondoordringbaar bos in de warme en vochtige tropen
Bevolkingsdichtheid het gemiddeld aantal inwoners per vierkante kilometer (inw/km2)
Bevolkingsspreiding de verdeling van mensen over een land of gebied
Sawa’s rijstakker die onder water staat met behulp van irrigatie
Irrigatie het kunstmatig nathouden van landbouwgronden
Ontwikkelingspeil het niveau van de rijkdom of de armoede in een land
Basisbehoefte iets wat iedereen echt nodig heeft om redelijk te kunnen leven (voedsel, huisvesting, onderwijs en gezondheidszorg)
Cultuur alles wat je hebt aangeleerd
Kolonie gebied in een ander werelddeel dat in het bezit is van (meestal) een Europees land
BNP Bruto Nationaal Product, het geld dat alle inwoners van een land samen verdienen
BNP per inwoner het gemiddelde inkomen per inwoner, berekend door het bnp te delen door het aantal inwoners van een gebied
Natie een volk dat in één staat woont
Volk een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont en dezelfde cultuur heeft
Staat een gebied met twee kenmerken: het is duidelijk begrensd en het bestuur (de regering) is soeverein. Soeverein betekend dat er geen enkele baas boven staat.
REACTIES
1 seconde geleden