Paragraaf 2: De opbouw van de aarde
De oceaanbodem bestaat uit basalt. De continenten bestaan uit graniet.
De opbouw van de aarde wordt onderzocht met behulp van aardbeving rillingen. De snelheid en richting van deze aardbevingstrillingen worden beïnvloed door de eigenschappen van gesteente.
Paragraaf 3: Platentektoniek
Convergente beweging: platen botsen tegen elkaar (subductie -> diepzeetroggen)
Divergente beweging: platen bewegen uit elkaar. Het gat dat ontstaat wordt gevuld met lava. Dit stolt -> nieuwe oceaanbodem.
Transforme beweging: Platen bewegen langs elkaar
Als oceaanbodem verdwijnt onder het continent dan is het ook gewoon poef weg en daarom is de oceaanbodem maar 200 miljoen jaar oud. De continentale korst wordt groter als het basalt van de oceaanbodem samen met water omsmelt tot een nieuw en lichter gesteente. Dit stijgt dan op en dan wow!!!! nieuw stuk continent!!!1!
Convectiestromen zitten in de aardmantel en daardoor bewegen aardplaten. Maar eigenlijk weten ze niet waarom aardplaten bewegen dus ja dat is kut en aan deze informatie heb je niks want dit is maar een teringtheorie.
Tering lang geleden was er één groot continent, Pangea, ongeveer 200 miljoen jaar geleden. Dats best ver terug. De continenten lagen daarvoor wel uit elkaar.
Paragraaf 4: Vulkanisme
Er zijn tering veel soorten vulkanen. De manier waarop een vulkaan uitbarst bepaald de soort vulkaan. De manier waarop het uitbarst wordt weer bepaald door waar zo’n kutberg ligt ten opzichte van de grenzen van de platen.
Effusieve erupties: Dit is bij de midoceanische rug. Omdat de platen daar elkaar niet mogen en uit elkaar bewegen komt er continu lava naar boven. Dit stolt dan en WoW nIeUwE oCeAaNbOdeM. Dit soort uitbarstingen zijn nog slomer dan je engels docent die de toets nakijkt. Deze uitbarstingen zijn alleen onderwater en niet gevaarlijk.
Explosieve erupties: Dit zijn echt van die vulkanen die BIEM doen en die zijn dus wel gevaarlijk ja. Deze explosies komen veel voor in subductiezone’s. Het magma bij dit soort uitbarstingen bestaat uit omgesmolten oceaanbodem, sediment dat is meegesleurd van de oceaanbodem en oceaanwater. Dit kekke mengsel dat hoopt zich op in een magmakamer op 100 tot 150 km diepte. Het is licht en stroperig, niet heel erg vloeibaar dus. Het magma dat is dus claustrofobisch en wilt eigenlijk naar boven maar omdat t soort van stroop is gaat dat niet zo soepel. Het stolt dan als een soort van prop en dan wordt de uitgang geblokkeerd voor het andere magma. De druk neemt dan heel erg toe en dan ineens KACHOW vliegt het gestolde gesteente door de lucht en dan komt de magma uit de grond en wow lava rennen pik. Denk maar aan dat kleine kutdorpje in Italië, Pompeii, die helemaal opgefuckt werd door zo’n eruptie.
Pyroclastisch materiaal: Het materiaal dat door de lucht vliegt als een vulkaan uitbarst.
Stratovulkanen: Dat zijn vulkanen die ontstaan als er tering veel uitbarstingen zijn geweest en de lava en as zich rond de krater ophopen. Dan krijg je dus een kekke gelaagde kegel structuur ding (kijk maar even de eerste foto bijlage xxx). Soms doet een vulkaan wat harder uitbarsten en dan vliegt de top van de vulkaan door de lucht en dat is echt intens dude. Dan krijg je een caldera (kiek maar bijlage 2 ja als je niet snapt hoe dat dr uit ziet want heb je dan wel echt opgelet tijdens de lessen he joh slechtekutleerling die je bent nee grapje geef deze samenvatting een 10 xxx). Na zo’n intense uitbarsting dan duurt het heel lang maar dan is er uiteindelijk weer een normale top want lava stolt en vult de caldera lekker op.
In subductiezones bereikt de magma niet altijd het aardoppervlakte. Het koelt dan af een paar kilometer onder de aardkorst. Dit zijn intrusies. Doordat dit tering lang duurt dan ontstaan er mineralen.
Hotspots zijn plekken waar veel vulkanen voor komen terwijl er eigenlijk geen goede verklaring is omdat ze niet weten waarom magma daar omhoog komt. (ja I know ik dacht echt dat een hotspot een plek was waar ik stond maar ja). Dit is bijvoorbeeld op Hawaii. Op Hawaii zijn ook veel schildvulkanen (jaja bijlage 3). Deze ontstaan omdat vloeibare basaltische lava langzaam uit de krater komt en zich dan verspreid over een uitgestrekt gebied. Ijsland is ook een hotspot, net zoals Yellowstone.
Paragraaf 5: Aardbevingen
Bij convergente en transforme plaatbewegingen onstaan hele zware aardbevingen. Deze duren niet heel lang maar zijn wel dus echt heftig like you’ll literally be shook. Als twee gesteentelagen klem zitten tegen elkaar dan vervormt of verbuigt het gesteente langzaam. De spanning stijgt dan erg en dan breekt het gesteente na een lange tijd. De gesteentelagen verschuiven dan en dan heb je dus een aardbeving. Het epicentrum is de plek op het aardoppervlakte direct boven waar de beving plaatsvond. Je hebt dus ook een ding genaamd een tsunami (ben ik de enige die direct dat ene kutlied in mn kop krijgt nu?) en dat is dus een tering grote golf die ontstaat als er een beving onderwater plaats vind.
Als gesteentelagen tegen elkaar klem komen te zitten kunnen ze ook buigen. Dan krijg je dus plooiingen. Plooiingsgebergte ontstaat dus als er druk is in de aardkorst en het geplooide gesteente opgeheven wordt. Breukgebergte ontstaat als langs een breuk delen van de aardkorst omhoog bewegen. De delen die omhoog worden geduwd bij een breuk heten horst en de delen die wegzakken heten slenk. Op deze manier ontstaan dus bergen.
De schaal van Mercalli bepaalt de intensiteit van een aardbeving aan de hand van de hoeveelheid schade die er is aangericht. De schaal van Richter bepaalt de hoeveelheid energie die vrijkomt, dus de sterkte van de aardbeving.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
G.
G.
dit is echt raar waarom zou je iets van internet kopieren voor een opdracht
4 jaar geleden
Antwoorden