§1: De draak wordt een Aziatische tijger.
Internationaal telt China economisch en ook politiek meer mee, het land wordt in snel tempo opgenomen in de globaliserende wereld en Shanghai is de koploper van dit nieuwe China.
In vijftien jaar tijd is in Shanghai een gigantisch zakencentrum uit de grond gestampt. Pudong is financieel centrum.
In de speciale economische zones zijn tal van internationale bedrijven neergestreken om te profiteren van: 1. De lage lonen. 2. Gunstige vestigingsvoorwaarden. 3. Snel groeiende afzetmarkt.
§2: Globalisering: one world?
Globalisering heeft met aardrijkskunde te maken, omdat het proces invloed heeft op de inrichting en de functie van gebieden.
Globalisering of mondialisering: proces waarbij de verwevenheid tussen gebieden en samenlevingen op aarde toeneemt. Economische globalisering of internationalisering en culturele globalisering zijn hier twee belangrijke aspecten van.
Multinationale ondernemingen (mno’s): grote bedrijven met vestigingen in meerdere landen.
Mondiaal netwerk: verbinding tussen gebieden en landen op economisch, politiek en sociaal-cultureel terrein. Het kan een netwerk zijn tussen twee landen (transnationaal netwerk) of een wereldwijd (mondiaal netwerk).
Mno’s omspannen met hun vestigingen de hele aardbol en vormen dus een soort mondiaal netwerk. De mno’s worden daarbij gesteund door:
- De enorme verbetering van de transport- en communicatietechnologie, waardoor vervoer sneller en goedkoper is. Gevolg: de relatieve afstand tussen gebieden neemt af. De wereld word steeds kleiner: global village.
- Overheden die veel handelsbelemmeringen zoals importheffingen hebben opgeruimd. Ook hierdoor is de wereldhandel toegenomen.
Tijd-ruimtecompressie: proces waarbij de relatieve afstand tussen plaatsen door de moderne transport- en informatietechnologie daalt.
Globalisering zorgt voor meer eenheid maar ook voor meer tegenstellingen in de wereld. Alleen landen en regio’s die voor internationale bedrijven interessant zijn, doen mee. In hun speurtocht naar de beste locaties voor hun bedrijven laten mno’s zich leiden door vier factoren:
- De arbeidsmarkt: loon- en kennisniveau
- De ligging: toegankelijkheid van een gebied
- De opkomst van nieuwe (afzet)markten.
- De politieke stabiliteit van een land. Investeren in politiek onrustige landen is voor veel ondernemingen riskant.
§3: Economische globalisering: productie.
Na instorten van het communisme in voormalige Sovjet-Unie (1991) is de vrijemarkteconomie het leidende economische systeem geworden.
Productieketen: de route die een product aflegt van idee of grondstof tot dienst of eindproduct.
De wereldhandel groeit sneller dan de productie van goederen.
Globalisering heeft geleid tot een verandering van de internationale arbeidsverdeling (= de verdeling van de beroepsbevolking in de verschillende delen van de wereld).
Ruilvoet: de verhouding tussen de gemiddelde prijzen van import- en exportartikelen van een land.
Door de groeiende wereldbevolking en stijgende welvaart neemt de vraag naar grondstoffen toe (vooral vanuit China). Gevolg: de prijzen stijgen, ook van agrarische grondstoffen.
Als eerste verdween de arbeidsintensieve textiel- en schoenenindustrie, vervolgens de staalindustrie en de scheepsbouw, daarna productie-eenheden van de elektronische en computerindustrie.
De industrialisatie: proces waarbij de industriële sector een steeds belangrijkere plaats in de samenleving inneemt.
Drie processen die globalisering bevorderen:
1.Liberalisering wereldhandel
- Lidstaten zetten zich in voor liberalisering van de wereldhandel: WTO (=World Trade
Organisation)
- Liberalisering: markt ontdoen van overheidsbemoeienis à subsidies en heffingen
- Vrijhandel: handel zonder handelsbelemmeringen
2.Nieuwe technologie
- Transport: containertransport: snel. Geen overslag
- Communicatie: internet; alleen tijdsverschil nog een probleem
3.Multinationals
- Grote ondernemingen met vestigingen in meerdere landen.
- Bedrijven groter dan landen.
- Internationale arbeidsverdeling
- Productieketens opknippen, elk stukje op de goedkoopste plek maken
- Productieketens
- Van grondstof tot eindproduct (verkoop)
Veranderingen 20e eeuw:
Lage lonen en hoge
productiviteit
de-industrialisatie:
- Veel productie is verplaatst naar lagelonenlanden
In de toekomst misschien ook de rest
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden