Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

H4

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas vwo | 1354 woorden
  • 3 maart 2013
  • 13 keer beoordeeld
Cijfer 7
13 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Aardrijkskunde H4 §2

Verwering : het verbrokken van gesteente onder invloed van het weer en de werking van planten. Erosie: de uitscheurende werking van stromend water, wind of ijs.  

sedimentatie: proces waarbij korrels blijven liggen.

 

De schakel tussen het zeewater, waterdamp en het water op het land wordt gevormd door de kringloop. Je hebt de korte (verdampt en regent boven zee) en de lange (verdampt en regent boven land)  het zoete water maakt niet alleen leven

mogelijk het vormt ook het landschap.

 

het meeste water valt boven gebieden waar geen mensen wonen, zoals tropische regenwouden, of op momenten wanneer gewassen het water niet nodig hebben zoals in de winter. De waterbalans laat

zien hoeveel water er in een gebied komt en er ook weer uitgaat.

 

een gebied komt op 2 manieren aan water.

 

  • Door

neerslag.

de nuttige neerslag is het verschil tussen neerslag en verdamping. Het water wat neerkomt verdwijnt voor een deel in de grond, soms blijft het hangen in de bovenste laag, bodemwater.  Maar het meeste water zakt dieper weg, grondwater.

 

  • Door

aanvoer van water uit andere gebieden.

in landen zoals Egypte valt weinig regen, maar door de Nijl krijgen ze per jaar toch een behoorlijke hoeveelheid water.

 

In sommige landen hebben ze onder het land nog diep in poreus gesteente (gesteente met gaatjes)een aquifer (waterhoudende laag)  in droge tijden kunnen ze hier

water vandaan pompen.

dit zijn nietvernieuwbare voorraden

(water voorraar die niet of heel langzaam wordt aangevuld)

neerslag en water dat uit andere gebieden komt is de vernieuwbare voorraad(het wordt steeds aangevuld). Als je alleen je vernieuwbare voorraad gebruikt is er sprake van duurzaam waterbeheer.

 

§3 

In een rivier heb je 2 soorten erosie, horizontale

erosie die slijpt brede bochten uit.

 En verticale erosie die diept de rivier uit. In traag stromende wateren neemt de sedimentatie sterk toe, de rivier vult zijn eigen bedding, het gevolg is dat een onbedijkte rivier bij een overstroming kiest voor een nieuwe stroomgeul en daarbij de scherpe meanderbochten afsnijdt. Hierdoor wordt na een tijd een delta opgebouwd. De delta’s zijn vaak vruchtbaar. 70 % van de bevolking woont langs een rivier of aan zee.

 

Soms treedt een rivier buiten zijn oevers dat hangt af van:

  1. Natuurlijke factoren, de waterafvoer kan in de loop van het jaar sterk verschillen dit heet regiem.
  • Bij de overgang van gebergte naar laagland, het kleine stroomgebeid kan het water aanbod niet aan. Bij rotsondergrond neemt de grond niet snel genoeg het water op.
  • In laagland kan er plotseling een vloedgolf afzakken, smeltwater samen met regen. De rivier kan de piekafvoer niet verwerken en overstroomt.
  • In woestijn- en steppegebieden, de rivier staat een groot deel van het jaar droog, zo’n rivier heet een wadi. Na een flinke regenbui neemt de grond/planten niet snel genoeg het water op waardoor het opzwelt tot een woeste stroom.
  1. Menselijke factoren, mensen kappen bomen en verstenen het oppervlak en trekken rivieren recht. Het water kan niet meer infiltreren en wordt snel afgevoerd, rivieren krijgen daardoor vaker door piekafvoeren te maken waardoor ze vaker overstromen.

Mensen bouwen nu dijken om het water tegen te houden, daardoor wordt het water opgesloten. Als dán 1 van de dijken doorbreekt overstroomt het water met een verwoestende kracht het lager gelegen land in. Ook het vruchtbare slib wordt niet meer gedumpt in de overstromingsvlakte. Boeren in mali en Niger wachten het hele jaar tot de rivier overstroomt en nadat het vruchtbare slib op het land licht kunnen ze beginnen met poten van plantjes.

§4

Je

hebt veel verschillende soorten kusten.

Riakust: kustvorm met langgerekte en soms vertakte inhammen, ontstaan doordat vroegere rivier-dalen door de

stijgende zeespiegel onder water zijn komen te staan.

duinkust: de grens tussen land en

zee wordt gevormd door een of meerdere duinrijen.

klifkust: steile kust ontstaan door

afbrokkeling van de rotsen door de branding

fjordenkust: kust met diepe inhammen, ontstaan doordat gletsjerdalen door de stijgende zeespiegel onder water zijn komen te staan.

 

Vorming

van een fjord.

Fjorden komen voor in noordelijke gebieden met vergletsjerd kustgebergte. Tijdens de ijstijd schuurt de gletsjer tot ver voor de kust een diep,

trogvormig dal uit.

na de ijstijd smelt het ijs en loopt het diepe dal vol. Zo ontstaan fjorden en

ria’s

Omdat de gletsjer kleiner wordt laat hij puin achter waar het vroeger was, dat zorgt ervoor dat het water rustiger is dan de open zee. Een ander gevolg is dat de oppervlakte water zoet is door het smelt en regenwater en op diepere diepte

het zout is.

 

De vorm van de Atlantische kust in west Europa is ontstaan door:

 

  1. De stijging en daling van de zeespiegel in het verleden.
  2. Het verschil in materiaal waaruit de kust is opgebouwd (los, vast, hard, zacht)

In warme periode verschuift de kustlijn landwaarts. In ijstijden schuift de

kustlijn zeewaarts.

 

in kustgebieden waar veel mensen wonen is de dreiging van overstroming. Die kan uit verschillende hoeken komen.

 

  • Springtij, sprintij ontstaat als zon, maan en aarde op één lijn staan, het is een gevaarlijke combinatie met een op de kust gerichte storm.  De vloedstand loopt dan maximaal op
  • Kustvorm. Gebieden waar de vorm van de kust het opstuwen van de zee bevordert. Zoals een baai.
  • Ondiepe randzee. In ondiepe kustzeeën kan het opgestuwde water door de verhoogde weerstand op de zeebodem moeilijker terug stromen naar de open zee.
  • Estuarium. (trechtervormige monding vaneen rivier, ontstaan door de getijden eb en vloed) het water kan door hoog opgestuwd worden.
  • Tropische wervelstormen. In een tropische storm zakt de luchtdruk naar 100 millibar. Daardoor wordt de zeespiegel met 10 cm opgetild. Tegelijkertijd maakt de storm golven van 10 meter. Hoosbuien waarbij soms wel 70 cm neerslag valt verhogen de wateroverlast nog eens extra tijdens de storm. Bij de storm nargis vielen na schatting zo’n 140.000 slachtoffers, de overheid liet de hulpdiensten pas na 3 weken helpen.

De samenvatting gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

 

  • Springtij, sprintij ontstaat als zon, maan en aarde op één lijn staan, het is een gevaarlijke combinatie met een op de kust gerichte storm.  De vloedstand loopt dan maximaal op
  • Kustvorm. Gebieden waar de vorm van de kust het opstuwen van de zee bevordert. Zoals een baai.
  • Ondiepe randzee. In ondiepe kustzeeën kan het opgestuwde water door de verhoogde weerstand op de zeebodem moeilijker terug stromen naar de open zee.
  • Estuarium. (trechtervormige monding vaneen rivier, ontstaan door de getijden eb en vloed) het water kan door hoog opgestuwd worden.
  • Tropische wervelstormen. In een tropische storm zakt de luchtdruk naar 100 millibar. Daardoor wordt de zeespiegel met 10 cm opgetild. Tegelijkertijd maakt de storm golven van 10 meter. Hoosbuien waarbij soms wel 70 cm neerslag valt verhogen de wateroverlast nog eens extra tijdens de storm. Bij de storm nargis vielen na schatting zo’n 140.000 slachtoffers, de overheid liet de hulpdiensten pas na 3 weken helpen.

§5

Een persoon

heeft ongeveer 1700 m³ water nodig om te kunnen leven.

het nadeel is dat het water ongelijk verdeeld wordt over het aardoppervlak. De nuttige neerslag is in dichtbevolkte gebieden vaak laag, de natuur corrigeert de oneerlijke verdeling de rivieren brengen naar de droge gebieden extra water.

 

een 2e probleem is dat de neerslag die valt in het ongunstige

neerslagregiem binnen een land.

in het ene deel van het jaar staat het land onderwater en het andere deel van het jaar heerst er droogte. In het middellandse zeegebied regent het vooral ’s

winters terwijl ’s zomers de gewassen groeien.

omdat de bevolking in de wereld blijft groeien maar het water aanbod het zelfde blijft, is daardoor op veel plaatsten het tekort aan water (waterstress) zal toenemen. De 3 belangrijkste problemen zijn:

 

  1. Tekort aan schoondrinkwater. De waterschaarste treft de armste mensen als eerste. In die gebieden nemen de problemen alleen maar meer toe.
  • De bevolking daar groeit snel, de beschikbaarheid van water per persoon zal sterk dalen
  • De welvaart stijgt. Bij een stijgende welvaart stijgt ook het waterverbruik per persoon onwijs.
  • Het urbanisatie (mensen vertrekken van platteland naar de stad) dat tempo ligt hoog. In een stad wordt meer water gebruikt en vervuild dan op het platteland
  • Drooglegging om bijv. landbouwgrond te maken
  • De aaneg van garnalenkwekerijen (Zuidoost-Azië)
  • Vervuiling door de toeleverde rivieren.
  1. Tekort aan irrigatiewater (kunstmatig bewateren). 70% van het beschikbare water wordt daarvoor gebruikt.  Het industriële gebruik zal vooral in de semiperiferie(landen die sterk aan het ontwikkelen zijn) stijgen.
  2. Verdwijnen van wetlands. Dat zijn natte ecosystemen zoals moerassen, getijdenlandschappen en mangrovebossen langs de tropische kusten. Wetlands werken als een spons. In de natte tijd zuigen ze water op, in de drogen tijd geven ze water af. Ze filteren het vervuilde water. De wetlands worden aangetast door

Wanneer de schaarste aan zoet water toeneemt zullen in gebieden met waterstress de conflicten ook toenemen. Als die conflicten niet worden opgelost kan er een wateroorlog (een gewapend conflict tussen staten om water) ontstaan. De enige oplossing is samenwerking ze moeten afspreken hoeveel water iedereen krijgt en hoe de vervuiling kan worden tegen gegaan, zo’n aanpak heet integraal waterbeheer.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.