Kunstschrift
Julian van der Horst
Portrait – Roy Lichtenstein
- Klassieke Oudheid Grieken
Klassieke invloeden
Onder de klassieken verstaan we de Griekse en romeinse cultuur. De Griekse cultuur is overgenomen door de romeinen met als doel om de schoonheid en harmonie voort te zetten. Alleen hadden de romeinen ook een veroverzucht waardoor het klassieke cultuur over heel euro werd verspreid. Deze klassieke cultuur heeft veel andere kunstvormen geïnspireerd en teweeggebracht zoals de renaissance en het neoclassicisme.
De Grieken
De Griekse cultuur ontwikkelde zich vanuit verschillende volkeren op alle eilanden van Griekenland. De behandelde stijlen hieronder zijn van 700 v.Chr. tot het jaar 0.
Beeldhouwkunst
- Archaïsche kunst
- Stijf karakter.
- Verhoudingen kloppen niet.
- Anatomie klopt niet.
- Geen uitdrukkingen maar wel
De archaïsche glimlach.
- Schematische gestileerde voorstelling
van de werkelijkheid.
- Klassieke Stijl
- Geïdealiseerde figuren
- Natuurgetrouw
- Anatomie is goed maar
Nog niet perfect
- Contra-poste houding
- Goede verhoudingen
- Hellenistische stijl
- Smalle neus
- Meer beweging, dynamischer
- Drukke Plooival
- Geïdealiseerde figuren
- Natuurgetrouw
- Goede anatomie maar
Nog niet perfect
- Goede verhoudingen
Bouwkunst
Kapitalen
Dorisch ionisch Korintisch
- Klassieke Oudheid romeinen
De Romeinen
De romeinse tijd duurde van ongeveer 500 v.Chr. tot 500 n.Chr. De bloeitijd van de romeinen lag echter tussen 200 v.Chr. tot 200 n.Chr. De cultuur ontstond uit de oorspronkelijke bewoners van Italië, de Etrusken. De Etrusken hadden veel bewondering voor de Griekse cultuur en kopieerden er dus ook veel van.
Bouwkunst
- Er kwamen veel kenmerken
van de Grieken terug
- De Korintische stijl kwam vaak terug
- Meer praktische materialen
- De “lelijke” materialen werden
Bekleed met marmer
- Kruisgewelven
|
Beeldhouwkunst
Fresco’s
Een muurschildering. Het wordt gemaakt op een vochtige net gepolijste muur, daar word dan met waterverf op geschilderd wat dan in de muur trekt
Nadeel: de kleur blauw wordt gemaakt met lapis lazulli poeder, wat niet goed mengt met water, en bladert dus af.
Illusionisme werd vaak gebruikt in de fresco’s. Dit is de suggestie wekken van een realiteit die er in de werkelijk niet is. Bijvoorbeeld door een raam om een fresco te maken.
- Vroegchristelijke/Byzantijns
Vroegchristelijk
De eerste christenen konden niet openbaar christelijk omdat ze veel werden vervolgd. Dus kwamen ze in het geheim bij elkaar in catacombes hier werden ook hele amateuristische fresco’s gemaakt door amateur kunstenaars. In 313 werd het christendom “legaal” door het Edict van Milaan die keizer Constantijn had geregeld.
Byzantijns
Deze tijd ontstond wanneer de hoofdstad van het romeinse rijk verhuisde naar Byzantium (in Griekenland) door keizer Constantijn. Byzantium heette vanaf toen Constantinopel. Hier werd alles gecontroleerd door de keizer waaronder ook de kerk en de kunstvorming dus alle kunst die voor de kerk werd gemaakt was in opdracht van de keizer en was ook alleen christelijke kunst.
Schilderkunst
- De figuren zijn lang
- De figuren zijn statisch
- Veel mozaïeken
- Vaak een Aureool wat aangeeft
Dat die persoon heilig is
- Frontaal afgedrukt
- 2D, geen perspectief
Bouwkunst
- Vroegchristelijke kerk
- Versierd vanbinnen
somber van buiten
- Langwerpig
- Middenschip met zijbeuken en
een apsis (halve koepel aan het einde)
- Byzantijnse kerk
- Combinatie van een koepelkerk
En een langwerpige basiliek
- Centrum bestaat uit een vierkant
met daarop een koepel wat wordt
ondersteund door een halve koepel.
- Middeleeuwen
Romaans
De romaanse tijd is van ongeveer 500 n.chr tot 1000 n.chr en was de tijd van de volksverhuizingen. Hierdoor werd er dus niet zoveel grote kunst gemaakt. De naam Romaans is bedacht omdat veel kunstcritici heel veel romeinse elementen in de kunstwerken van deze tijd herkenden. Godsdienst stond centraal in deze tijd en dat zie je ook terug in de kunst, namelijk je ziet vooral annunciatie (de Maria-Boodschap) of taferelen uit de bijbel.
Gotiek
De Gotiek is van ongeveer 1000 n.chr tot 1500 n.chr en was het gevolg van de maatschappij dat meer een handel en geldeconomie werd dit kwam door de invoering van geld. De naam, de kunst van de goten, is eigenlijk een spottende naam bedacht door de Italianen ze vonden de kunst nooit wat.
Politiek Geloof Kunst | Politiek Geloof Kunst | ||||||||||
Adel/Koning/
Horige | God De mens | Hemel en hel en god | Adel/Koning/ Paus
Horige |
Humanisme
De mens | Lijden van christus en de heilige maagd Maria | ||||||
Romaanse tijd gotische tijd
Feodaal stelsel: De hiërarchie van die tijd met leenmannen en boeren.
Gegoede boerderij: wanneer je als horige doormiddel van handel een hogere rang krijgt.
Kerken
- Romaanse Kerk
- Dikke muren
- Kleine Ramen
- Hoofdvorm is zichtbaar
- Weinig versieringen
Wel bij het Ingang reliëf
- Tongewelf
- Kruisgewelf
- Gotische kerk
- Grootte glas in Lood
Ramen
- Steunbalken en Luchtbogen
en dus geen dikke muren
- Spitsbogen
- Veel versieringen aan de
Buitenkant
- Beelden kommen losser
Bij het ingang reliëf
Gewelven
Tongewelf spitsboog
Schilderkunst
- Romaanse kunst
- Schematisch
- Gestileerd/decoratief
- Weinig uitdrukking
- Verhoudingen kloppen niet
- Veel Fresco’s
- Ook wel glas in lood
- Versieringen in boeken
- Nog geen perspectief
- Gotische kunst
- Meer 3D en realistisch
- Anatomie klopt niet
- Verhoudingen kloppen niet
- Iets meer uitdrukking
- Minder decoratief
- De onderdelen lijken
op ingekleurde plaatjes
met dezelfde schaduw en
egale kleur waardoor de
contour heel duidelijk lijkt
- Vlaamse primitieven
(Soort Gotiek)
- Gemaakt met olieverf
- Goede ruimtewerking
- Stoffen worden goed
Weergegeven
- Kleurperspectief is wel
goed maar de details op
afstand niet
- Geen kloppende verhouding
Verven
- Tempraverf
Word gemaakt door eigeel en een kleur te mengen en werd vooral in de middeleeuwen gebruikt.
Nadeel: stinkt en is niet lang houdbaar
- Olieverf
Word vooral gebruikt door de Vlaamse primitieven rond 1400 en word gemaakt door pigment poeder met olie te mengen.
Voordeel: het droogt niet snel en is dus steeds aanpasbaar. Ook is het lang houdbaar en heel sterk van kleur.
- Renaissance
Renaissance
De renaissance/Renascita (=wedergeboorte), hier focusten ze zich niet meer op abstract denken maar de ervaring ervan. Ook was er veel interesse en belangstelling voor de klassieken omdat ze, in de renaissance, vonden dat toen de mens zijn volledige potentiaal had bereikt. Waarin ze vooral god als machtige en wijze zagen gingen mensen zichzelf dichter bij god zien, zij konden ook zelf creëren en scheppen en dus ook zelf nadenken. Door dit laatste ontstond er een grote wetenschappelijke bloei in de renaissance. In de schilderkunst van de renaissance zijn vooral 2 dingen belangrijk, anatomie en perspectief.
Ontstaan
Men neemt aan dat de renaissance ontstaan is in Florence aan het begin van de 15e eeuw. De renaissance is in te delen in twee delen de vroege en de late renaissance. In de vroege renaissance bloeide de stroming het meest met Florence als hoofdstad. In de late renaissance werden de basisregels het meest vrij geïnterpreteerd wat men de periode van het maniërisme noemt.
Schilderkunst
De christelijke kunst gaat door tot ongeveer 1900 maar in de renaissance had deze kunst zijn hoogtepunt.
Mona Lisa
- Tegenstelling in de uitdrukking
- Sfumato (Het vervagen van contourlijnen)
Kenmerken
- Natuurgetrouwer
- Idealistischer
- Meer een eenheid
- Veel invloed van de klassieken
- Lijnperspectief
- Overlapping
- Coulissen perspectief
(Decor vlakken achter elkaar)
- Kleurperspectief
(Licht veraf donker veraf)
Beeldhouwkunst
Voor het eerst werd de kunstenaar van het kunstwerk belangrijk in de renaissance.
Kenmerken
- Dynamische ontspannen houding
- Werkelijkheid ’s getrouw
(Zoals de verhoudingen en uitdrukkingen)
- Klassieke elementen
(Zoals Contra Poste enz.)
- Uitvindingen en kunst lopen in elkaar op
Michelangelo: had veel fixatie op Mannen --->
Architectuur
Neogotiek: nagemaakte renaissancestijl in de 19e eeuw
Kenmerken
- Klassieke kenmerken
- Rondbogen
- Ronde raampjes
- Timpanen
- Zuilen
- Voluutvorm
- Echte bouwtekeningen
- Perspectief naar het altaar
- Horizontaal perspectief
Zuilen
Voluutvorm
- Barok
Barok
De barokkunstenaar zijn in veel gebieden hetzelfde als de renaissance kunstenaars maar hebben een andere visie waar bij de renaissance de nadruk vooral lag op rust en evenwicht lag de nadruk in de barok vooral om uitbundigheid en beweging.
|
In noord Nederland In zuid Nederland
- Niet Spaans
- Protestant
- Sombere Kunst
- Veel kunsthandel
Godsdienst
In de barok zijn twee kenmerken erg belangrijk:
Reformatie: opkomst protestantisme
Contrareformatie: reactie op het protestantisme
De manier waarop de contrareformatie zich uitte was als een soort propaganda van de kerk met Grote paleizen van de paus, Grote indrukwekkende kunstwerken en plafondschilderingen.
Schilderkunst
Dynamiek
- Richtingen (Geen V of H)
- Afwisseling licht en donker
- Herhaling en ritme
- Plafondschilderingen
- Illusionisme (De illusie
wekken alsof je er vanonder
in kijkt)
- Ronde constructie lijnen
- Perspectieve verhouding
- Claire obscure
Alles is hier zwart behalve
delen die beschenen worden
door een duidelijke lichtbron.
- Genre stukken
Schilderij met alledaagse
Tafrelen, zodat je jezelf kan
identificeren met de mensen
- Vanitas
Alles kan sterven
(Doodskoppen, Zandlopers
en zeepbellen).
Architectuur
Kenmerken
- Nog steeds klassieke kenmerken
- Dynamisch op elkaar afgestemd
- Dubbele pilaren
- Meer versiering
- Ritme naar de ingang
- Ritme in gevel
Beeldhouwkunst
Kenmerken
- Veel dramatiek.
- Heel dynamisch.
- Afstemming als eenheid.
- Lichte karakter (terwijl het heel zwaar is).
- De rococo
De rococo
Het rococo is een smaak in de barok die extreem versierd is in Frankrijk werd deze stijl bekent door Lodewijk XV die beschuldigd was dat hij te veel geld verspilde, hier trok hij zich niks van aan en deed er zelfs een schepje bovenop. In Duitsland werd deze stijl bekent doordat de geestelijken deze stijl heel mooi vonden. De naam rococo komt van de onregelmatige gevormde schelp die die dezelfde naam draagt.
Schilderkunst
Kenmerken
- Het ziet er exotisch uit
- Overdadig
- Sierlijkheid
- Verfijndheid
- S-curve
- C-Curve
Beeldhouwkunst
Kenmerken
- Speels karakter
- Vooral klein ceramiek
- Decoratieve kleuren
- Zoete kleuren
- Verfijnde versiering
Architectuur
Kenmerken
- Uitbundig
- Verfijnde versiering
- Harmonie
- Decoratieve motieven
- De 19e Eeuw
Neoclassicisme
In deze periode Werden de klassieken heel extreem nagebootst, anders dan in de barok waar men veel losser met de klassieken omging. Deze stroming werd sneller populair door o.a. het rationalisme wat in die tijd heel belangrijk was. Rationalisme betekende dat het verstand boven het gevoel gaat. De stijl werd een bevoorrechte stijl na de Franse revolutie, dit kwam omdat De schilder van napoleon in een neoclassicistische stijl schilderde om hem als groot leider uit te laten
Schilderkunst
Kenmerken
- Streven naar evenwicht
- Extreme tegenstellingen
- Sterk gevoel van dramatiek
- Dynamiek en iets meer
statisch
- Onnatuurlijke geconstrueerde
schilderij
- Alles in één kader
- Geen penseelstrepen
- Geïdealiseerd en natuurgetrouw
- Veel bezig met licht
Architectuur
Door de industrialisatie kwamen er veel gebouwen bij in de stad, de keizer gebruikte dit en zorgde ervoor dat er veel klassieke kenmerken inzaten. Dit straalde status uit.
Kenmerken
- Grootsheid
- Monumentaliteit
- Vaak in de opdracht
van de keizer
- Gebaseerd op de
klassieken
Crystal palace
Is een gebouw wat de industrialisatie invloed goed laat zien het werd namelijk gemaakt van gietijzer en glas en het was allemaal geprefabriceerd, dat betekent dat alles al in de fabriek was gemaakt en het dus alleen nog maar in elkaar gezet hoefde worden. Helaas is het afgebrand in 1936.
Romantiek
De romantiek was het antwoord op het neoclassicisme, de schilders waren klaar met al die strenge stijl. In de romantiek wouden ze meer gevoel en dus ook meer gevoel in de kunst. Dit is dus het tegenovergestelde van het rationalisme. Ook wouden ze vluchten uit de werkelijkheid omdat de industrialisatie de steden ellendig maakte. Ze vluchten o.a. naar de natuur, dromen, liefde en het nabije oosten.
Schilderkunst
Kenmerken
- Dramatiek
- Veel dynamischer dan
het neoclassicisme
- Meer penseelstreken
- Meer kleur
- Goede lichtval
- Diagonaal opgebouwd
- Harmonie en evenwicht
Architectuur
Ook in de gebouwen werd er verzet tegen de industrialisatie. Ze gingen bouwen in de stijl van de gotiek, de neogotiek. Er kwam weer bewondering voor de middeleeuwse mysterie.
Kenmerken
- Geen exacte kopie
van de gotiek maar
een interpretatie
- Decoratieve handwerken
- Ontsnappen naar exotische oorden
Realisme
Het neoclassicisme en de romantiek worden samen de academische stijl genoemd, volgens de elite was dit de juiste stijl. Ze maakten alles in de stijl van de klassieken, wat dus ook de “goede” voorbeelden zijn. Deze kunst stelden ze tentoon in de salon, hier kwamen de bourgeoisie (de eliten) samen. Het realisme en het impressionisme mochten hier net tentoongesteld worden dus maakten ze hun eigen salon, Salon de réfusé.
Schilderkunst
Kenmerken
- Vaak sociale betrokkenheid
bij de armen
- Meer penseelstreken
- Gewonere landschappen
Impressionisme
Kenmerken
- Licht en kleur waar echt
Wetenschappelijk onderzoek
naar was gedaan
- Snel geschilderd
- Alledaagse tafereeltjes
- Zonder politieke boodschap
- Buiten geschilderd, dat kon
Door de uitvinding van tubes
- Inspiratie door fotografie
(Compositie en aspect)
Beeldhouwkunst
De beeldhouwkunst was niet zo belangrijk bij het impressionisme, maar iemand die erg bekend was Rodin, die bekend was van de denker. Zijn kunstwerken passen in het impressionisme omdat het grof gemaakt was.
Postimpressionisme
Het impressionisme zorgde ervoor dat we eindelijk van die eeuwenoude tradities af waren. In het postimpressionisme ontwikkelde iedereen zijn eigen stijl, dit betekende ook dus de opkomst van het individualisme.
Gauguin
Gauguin wilde vooral de verbondenheid tussen de mens en de natuur en hoe vervreemd we nu zijn laten zien. Volgens hem kwam deze vervreemding door de industrialisatie.
Cezanne
Cezanne is de voorloper van het kubisme (alles in vlakjes), Hij zoekt in zijn werken vooral naar compositie. Dit doet hij doormiddel van richtingen, lichtinval en abstractie.
Ensor
Ensor is een Belg die veel mensenmassa’s schilderde. De mensen schilderde hij voor wat ze echt zijn, gekke dode niet individuelen.
Schilderstijlen
Bij het impressionisme heb je twee stijlen die echt opvallen. Namelijk aquarel en Pointillisme. Aquarel werd eigenlijk voor het eerst gebruik in het impressionisme, het idee was dat je kleuren heel erg verdunde en als je dan lichtere kleuren wilt gebruik je gewoon het wit van het doek. Bij Pointillisme is het schilderij helemaal gemaakt van kleine stipjes die op een afstand met elkaar mengen.
Symbolisme
In symbolisme worden abstracte begrippen verbeeld Zoals: dood, liefde enzovoort. Er zijn twee manieren waarop dit kan worden verbeeld: Voorstelling of vormgeving.
Voorstelling
Is een schilderij met symbolen erin zoals wij die kennen, zoals een zonnebloem die voor van Gogh staat.
Vormgeving
Vormgeving bestaat ook weer uit twee stijlen: namelijk Jugendstil en Vage kleuren/overgangen.
Jugendstil
- Vloeiende lijnen
- Organische vormen
- Decoratieve patronen
- Slaoliestijl (Toegepaste
Vormgevingsstijl)
Vage kleuren
Arts and crafts
Arts and crafts is een vormgevingsstijl in Engeland die ontstaan is in de romantiek. In deze stijl wouden ze oude ambachten weer laten herleven. De mensen die hoorden bij de Arts and crafts stijl zijn de prerafaelieten. Dit zijn mensen die terug willen grijpen naar de middeleeuwen, Pre Rafael (Voor de renaissance). Ze wouden teruggrijpen naar het middeleeuwen omdat je door de oude ambachten iets rustieks beleeft (Traditioneel en fijn).
- 20E eeuw
Ontstaan stromingen
In het begin van de 20e eeuw kwamen er grote politieke ontwikkelingen die heel erg van elkaar verschillen. Duitsland en Italië hadden het fascisme en Rusland had bijvoorbeeld het communisme. Deze nieuwe politieke ontwikkelingen wouden de huidige wereld veranderen, sommige kunstenaars wouden dit ook en gingen zich met hun kunst daarin uiten. Hierdoor ontstaan de vele stromingen die helemaal anders waren alles ervoor.
Expressionisme
- Het niet meer afbeelden van
een zichtbare werkelijkheid
(achtergrond)
- Meer expressie (gevoelensuiting)
- Lijnen vlakken en velle kleuren
Maken het wat het kunstwerk is
- Dik geschilderd (verfstroken)
Kubisme (Frankrijk)
Na de 19e eeuw worden schilderijen meer een raam om naar een andere realiteit te kijken. Er zijn twee soorten kubisme: Analytisch kubisme en Synthetisch kubisme. Allebei heten ze kubisme omdat ze dezelfde soort stijl hebben. 1. Alles is in vlakken. 2. Achtergrond en voorgrond zijn gelijkwaardig (Geen 3D).
Analytisch Kubisme
- Zelfde kleurtint (Vaak
groenig, blauwig)
- Veel licht en donker
Verschillen
Synthetisch kubisme
- Lijkt meer op een collage
van egale structuur vlakken
- Lijnen staan op zichzelf
Futurisme (Italië)
In deze tijd werden ook nieuwe technologieën uitgevonden, zoals het fototoestel. Hierdoor kwamen er ook nieuwe schilderstijlen. In het futurisme zie je vooral dynamiek, dit kan je weergeven door chronotografisch te schilderen. Dan schilder je dus meerdere momentopnamen in één beeld.
Futurisme
- Veel Dynamiek
- Vooruitgang (Symboliek voor
vooruitgang in de samenleving)
- Gaan vaak over vernieuwingen
(Nieuwe ontwikkelingen)
- chronofotografie
Dadaïsme (Zwitserland)
In het dadaïsme staat het afstaan tegen de bestaande normen en waarden van de kunstwereld centraal. Ze vinden alle andere stijlen belachelijk en willen zelf ook geen stijl worden genoemd. De naam dadaïsme komt ook van iets compleet willekeurigs, namelijk het geluid wat je hoort als je op een boek slaat: Da Da.
Nieuwe technieken
In het dadaïsme zijn heel veel nieuwe technieken ontwikkeld zoals de:
Readymade:
Kant en klare voorwerpen
Assemblage:
Collage van voorwerpen
Lautdicht:
Klankgedichten (Kurt schwitters)
L’ecriture automatique:
Het automatisch schrijven
zonder na te denken
Dadaïsme
- Geen kenmerken (Alleen over
de top kunst om de openbare
orde te verstoren)
- Ready made
- Ruimte van de tentoonstelling
Wordt ook aangekleed
(Environment)
Surrealisme
In het surrealisme zijn 2 verschillende stromingen: het surrealisme en het magisch realisme. Tromp L’oeil wordt veel gebruikt in surrealisme en betekend: bedrog van het oog, Hier worden vooral veel gekke perspectieven gebruikt. (Escher)
Surrealisme
- Boven de realiteit
- Gaat veel over dromen
- Veel vrije fantasie
- Absolute onwerkelijkheid
Magisch realisme
- Te mooi om waar te zijn
- Gaat veel over dromen
- Veel vrije fantasie
- Ziet er onwerkelijk uit
Constructivisme (Rusland)
In het Rusland was het communisme in opkomst en de constructivistische kunstenaars hadden dezelfde instelling. Deze kunstenaars maakten voor die tijd (en ook wel deze tijd) rare kunst, die de meeste mensen niet begrijpen. Ze zijn daarom ook uit het land gezet ondanks al de steun die ze het communisme hebben gegeven. De communisten wouden alleen hun eigen stijl: het Sociaalrealisme.
Constructivisme is vooral toegepaste kunst met abstracte rechte vlakken en fundamentele vormen.
Kasimir Malevitch
- Alleen het essentiële (Suprematisme)
- Bestaande simpele vormen
- Witte achtergrond
Sociaalrealisme
- Veel rood
- Werkers
- Vaderlandslievend
- Propaganda
De stijl (Nederland)
De stijl
- Rechthoekige egale vlakken
- Primaire kleuren (RGeelB)
- Horizontale en verticale lijnen
- Geen gevoel
- Harmonie en samenhang
Bauhaus (Duitsland)
Het Bauhaus is een kunstacademie in Weimar, Duitsland. Hier gaven veel bekende kunstenaars les. Het Bauhaus is veel toegepaste kunst (Design) zoals Tafels, stoelen, lepels maar ook architectuur.
Bauhaus
- Minimalistisch
- Open (Alles is zichtbaar)
- Massaproductie
- Basisvormen
- Geen extra decoratie
- Architectuur 1900-1940
De industrialisatie trok flink op in Europa deze tijd, de gezinnen werden kleiner en men trok massaal naar grote industriesteden. Er was dus ineens heel veel vraag naar kleine goedkope huizen. Hier heeft de architectuur zich aan aangepast.
Moderne architectuur
- Skeletbouw van gewapend
Beton (Dragend en draagt
dus het hele gewicht)
- Openheid (Geen massieve vorm)
- Eerlijkheid (Je kan alles zien)
- Natuurlijke sterke materialen
(Zoals Metaal enz.)
- Handig voor massa productie
- Minimalistisch
- Geen toegevoegde decoratie
Bauhaus
Bauhaus heeft een hele grote invloed gehad op de moderne architectuur, met name het ontwerp van Walter Grophius kan als manifest voor de moderne architectuur gezien worden. Bauhaus heeft als kenmerken: grote glazen ramen en platte daken.
Le Corbusier
Le Corbusier zette zich in de sociale woningbouw en stedenbouwkunde. Hij wilde steden efficiënt inrichten. Zijn ideeën waren o.a. het opstapelen van cellen (kleine woningen) in woontorens.
Amerika
De architectuur in Amerika werd sterk beïnvloed door het kapitalisme. De opdrachtgever bedenkt, de architect voert uit. Woningen werden in een Neostijl (refererend aan Europa) gebouwd en kantoren gingen de hoogte in (wolkenkrabber). Deze wolkenkrabber waren vaak met Jugendstil of Art-Deco stijl versierd.
Delftse school
Een uiting van religie en nationalisme in de architectuur. Ze bouwden vooral nationalistisch en religieus. Dit deden ze als reactie op alle vernieuwing die plaatsvond. Deze stijl is te vergelijken met de neostijlen uit de 19e eeuw.
Amsterdamse School
De Amsterdamse school was een vereniging van architecten die zich bezighielden met de sociale woningbouw in Amsterdam wat goedkoop en toegankelijk voor de burger moest zijn. Hun invloed kwam van de Jugendstil en van Berlage.
De stijl
Het beste voorbeeld voor de stijl in de architectuur is Gerrit rietveld, hij maakte de tekeningen van Mondriaan driedimensionaal. Er was vaak sprake van een speelse indeling geïnspireerd door Mondriaan
- Abstracte schilderkunst
In de abstracte schilderkunst kan je twee tendensen onderscheiden namelijk het abstract expressionisme en de formele schilderkunst. Het onderscheid is niet altijd duidelijk omdat ook veel kunstenaars door beide stromingen werden beïnvloed.
Abstract expressionisme
Deze stroming geeft vooral de emoties van de kunstenaar weer zonder zich zorgen te maken over de voorstelling. Ze denken er niet veel bij na en zetten hun gevoel op het doek. Hieruit ontstonden veel kleine varianten zoals: action painting, tachisme, lyrisch-abstractie en cobra.
Kenmerken
- Directe/spontane uiting van jezelf
- De Handeling staat centraal
- Het resultaat is niet zo belangrijk
- Inspiratie komt vaak van geestenzieken/ jonge kinderen (omdat zij zich niks van hun omgeving aantrekken)
- Ook veel inspiratie uit de volkskunst
Action painting
- Zonder na te denken
- Handeling staat weer centraal
- Grove verfstroken
- Explosief
Cobra beweging
CoBrA = Copenhagen Brussel Amsterdam
- Veel inspiratie uit kinderen en geestenzieken
- Felle, vrolijke kleuren
- Vrij uiten zonder opgelegde regels
- Simpele vormen
Formele abstracte schilderkunst
De formele abstracte schilderkunst is minder persoonlijk dan het abstract expressionisme. Het is meer een uiting van onderzoek naar beeldelementen, dus het is gaat dieper op de abstracte vormen waaruit iets bestaat in. Je ziet dus veel kleuren, lijnen en vlakken. In deze stroming zie je veel invloeden van het expressionisme (de uiting van emoties), surrealisme (de belangstelling voor het onderbewuste) en de abstracte schilderkunst (het schilderij draait niet per se om de voorstelling). De formeel abstracte schilderkunst is een verzamelnaam voor allemaal ontstaande tendensen in die tijd.
Op art
-
- Optische kunst
- Veel gezichtsbedrog
- Veel gebruik van wetenschappelijke kennis over het oog
- Beweging in het kunstwerk (moire effect)
- Kleurverandering
Kinetische kunst
- De beweging vind zelf in het kunstwerk plaats
- Het kunstwerk beweegt soms zelf door o.a. wind, water of door de toeschouwer
- Het bewegend effect word vaak versterkt door de environment
Shaped canvas
- De vorm van het doek bepaald het kunstwerk
- Geen normale doekvormen
Minimal art
- Ruimtelijke simpele vormen
- Vaak grote vormen om interactie te veroorzaken met het publiek
- Je kan er niet omheen
Zero art
- Alle emotie is uit het kunstwerk
- Veel gebruik van waardeloze materialen
- Weinig te zien
- Popart
Pop art is afgeleid van populair art. De pop art kunstwerken hebben ook veel invloeden van de populaire consumptiemaatschappij (de reclame). Ze maakten veel gebruik van druktechnieken zodat je de kunst toegankelijker en begrijpelijker kan maken (massaproductie).
Kenmerken
- De thema’s komen vooral uit de westerse consumptiemaatschappij
- Onpersoonlijke kunst (het gaat niet meer om de kunstenaar)
- Vaak “strip/krantstijl”
- Veel emotioneel geladen onderwerpen (bijv. oorlog, seks en geweld)
- Vaak herhaling (in het schilderij of door de vele uitvoeringen/producties)
Foto realisme
- Het isoleren van een fragment uit de werkelijkheid
- Meer dan levensecht weergeven van de werkelijkheid, omdat alles even scherp in beeld wordt gebracht
- Soms ook het heftiger maken door schaalvergroting
- Soms eerst gefotografeerd daarna nageschilderd
- Alles is van tevoren beslist, het gaat meer om het concept
- Tendensen I 1960-1980
In de jaren 60 ontwikkelen zich allemaal nieuwe stromingen waarbij het ruimtelijke vooral naar voren komt. Ze maken bijvoorbeeld gebruik van environment, dit betekend dat ze de hele museumzaal aanpassen naar het kunstwerk. Ze willen dat de kunst niet meer geïsoleerd is maar een op zich staand verschijnsel. Het gaat niet meer om het kunstwerk maar om het concept, de kunst mag dus gerust vergaan.
Land art
- Het gaat om de beleving van de ruimte
- Het is in de natuur gemaakt
- Brengt vaak een ingrijpende verandering aan de natuur toe
- Vaak op hele grote schaal
Concept art
- De uitvoering is niet belangrijk
- Het gaat om het concept
- Vaak is het wel fysiek maar het gaat om het idee
- Tendensen II 1960-1980
In de jaren 60 was er veel kritiek op de maatschappelijke orde dit kwam tot uiting in kleine acties. Deze acties worden happenings genoemd. De beweging wordt het neo-dadaisme of de Fluxus beweging genoemd en is dus een beetje een anti-kunst stroming.
Performance
- Het lichaam staat centraal
- Erg conceptueel
- Vaak absurd om de aanschouwer iets bij te brengen
- Na de uitvoering is de kunst ook weg, alleen de video is er nog
Bodyart
- Het lichaam staat centraal
- Ze willen de mens terugbrengen naar zijn origine
- Het lichaam is een materiaal
- De zintuigelijke ervaring is er belangrijk
- Erg absurd en verontrustend
- Nieuwe schilderkunst
In de jaren 80 komen de traditionele schilderijen weer terug, er was veel aandacht voor de expressionistische kunstwerken van vroeger. De schilderkunst is weer terug! Het schilderij gaat niet per se om een statement maar het gaat weer om het schilderen.
Kenmerken
- Veel kenmerken van het expressionisme
- Ruige schilderstijl
- Erg explosief
- Nieuwe schildermanieren (zoals graffiti)
- Architectuur na ‘45
Na de tweede wereldoorlog was er een gigantische vraag naar nieuwe gebouwen omdat veel oude gebouwen gebombardeerd waren en in stukken lagen. Maar nu mag alles weer, alle stijlen worden door elkaar gemengd.
Kenmerken
- Veel hoog en laag contrast
- Hele simpele vormen
- Simpele materialen
- Meer systeembouw
Forum
- Grote nadruk op variatie
- Veel artistieke vrijheid
- Veel laagbouw
- Heel dicht op elkaar
- Nieuwe ordening van losse elementen op een speelse manier (ontklontering)
- Simpele materialen
Pop architectuur
- Sociale herkenbaarheid staat centraal
- Veel symboliek
- Veel traditionele symbolen
- Hele “gewone gebouwen
REACTIES
1 seconde geleden