In dit document vind je de basiskennis die je voor het vak aardrijkskunde dient te beheersen voordat je in de bovenbouw start. Definities van begrippen zijn niet gegeven. Mocht het nodig zijn, dan kun je deze zelf opzoeken. Begrippen die hier staan, kunnen in iedere toets terugkomen, ook al worden ze niet specifiek opnieuw in een bovenbouwhoofdstuk behandeld.
Aardrijkskunde bestudeert verschijnselen in hun ruimtelijke context. Simpeler gezegd: Wat gebeurt waar en waarom juist daar?
Fysische geografie (natuur centraal) ↔ Sociale geografie (mens centraal)
Verschillende dimensies van waaruit je een verschijnsel kan bestuderen:
- Fysische dimensie (natuur)
- Sociaal-culturele dimensie (cultuur, vaak taal en godsdienst)
- Politieke dimensie (macht, grenzen)
- Economische dimensie (geld), sociaal-economische dimensie (inkomen, BNP per hoofd)
Verschillende schaalniveaus waarop je een verschijnsel kan bestuderen:
- Lokaal (plaats)
- Regionaal (groter gebied, maar kleiner dan een land)
- Nationaal (één land)
- Continentaal (meerdere landen)
- Mondiaal (wereld)
- Fluviaal (stroomgebied rivier)
Een kaart geeft een vereenvoudigd beeld van de werkelijkheid. Er zijn allerlei verschillende kaarttypen. Uitleg hierover en voorbeelden hiervan vind je in de atlas. Een kaart bevat:
- Titel
- Schaal
- Legenda
- Noordpijl (indien deze ontbreekt, is het noorden naar de bovenkant van de kaart gericht)
Soorten aardrijkskundige vragen:
- Beschrijvende vraag
- Verklarende vraag
- Voorspellende vraag
- Waarderende vraag
- Probleemoplossende vraag
Om vragen goed te kunnen beantwoorden, moet je vaak het geografisch beeld van een gebied onderzoeken. Je kijkt dan naar:
- Ligging
- Absolute en relatieve afstand
- Bereikbaarheid
- Landschappelijke kenmerken
- Natuurlijke omgeving (bodem, grondsoort, water, relief, klimaat zeestromen, delfstoffen)
- Ingericht landschap (cultuurlandschap, bodemgebruik, verkaveling, infrastructuur, verstedelijking)
- Bevolkingskenmerken
- Culturele kenmerken (taal, godsdienst, geschiedenis, normen en waarden patronen)
- Demografische kenmerken (bevolkingsaantallen, -dichtheid, - spreiding, - groei en leeftijdsopbouw)
- Economische kenmerken (bestaansmiddelen, werkeloosheid, bnp, import – export, regionale ongelijkheid, inkomensverdeling)
- Politieke aspecten (uitoefenen en spreiding van macht)
- Interne en externe relaties
- Interne dwarsverbanden binnen regio tussen bedrijven, instellingen, contacten tussen deelgebieden (centrum, periferie)
- Externe relaties van een gebied met andere regio’s of plaatsen
De basisbegrippen die je verondersteld wordt te beheersen:
Algemeen
O
Spreiding
O
Relatieve afstand
O
Absolute afstand
O
Relatieve ligging
O
Absolute ligging
O
Afstandsverval
O
Breedtecirkel/parallel
O
Lengtecirkel/meridiaan
O
Extensief ↔ intensief
O
Kleinschalig ↔ grootschalig
O
Legenda
O
Schaal
O
Schaalgetal
O
Luchtstreek
O
Natuurkundige overzichtskaart
O
Staatkundige overzichtskaart
O
Thematische kaart
Demografie
O
Bevolkingsdichtheid
O
Bevolkingsgroei
O
Geboortecijfer
O
Sterftecijfer
O
Geboorteoverschot
O
Migratie
Pushfactoren ↔ pullfactoren
O
Immigratie
O
Emigratie
O
Migratiesaldo
O
Demografische transitie
O
Leeftijdsgrafiek
O
Ontgroening
O
Vergrijzing
O
Demografische druk
Economie
O
BNP
O
BNP per hoofd
O
Beroepsbevolking
O
Productiesectoren
Primaire sector (landbouw)
Secundaire sector (industrie)
Tertiaire sector (diensten)
O
Type product
Fossiele brandstoffen
Grondstoffen
Landbouwproducten
Industrieproducten
O
Infrastructuur
O
Multinational
O
Locatiefactoren
O
Productiefactoren
Natuur, arbeid, kapitaalgoederen
O
Mechanisering
O
Schaalvergroting
O
Specialisatie
O
Verzorgingsgebied
O
Reikwijdte
O
Achterland
O
Globalisering
Ontwikkeling welvaart
O
Centrum ↔ periferie
O
Zelfvoorzienend ↔ commercieel
O
Analfabetisme
O
Sloppenwijk
O
Noodhulp
O
Duurzame hulp
O
Vluchtsector
O
Regionale ongelijkheid
Cultuur
O
Culturele diffusie
O
Ruimtelijke segregatie
O
Sociale segregatie
O
Integratie ↔ Assimilatie
O
Cultuurlandschap
O
Culturele diversiteit
O
Regionale identiteit
Politiek
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden