OPBOUW VAN DE AARDE Korst Licht gesteente, drijft op de mantel. Oceanische korst = 7km dik Continentale korst = 40km dik Mantel Zwaarder gesteente dan de korst. De onderkant wordt verwarmd door de kern. Om deze warmte kwijt te raken, gaat het gesteente bewegen. Niet gesmolten à door te hoge druk. Asthenosfeer (wel gesmolten laag) en lithosfeer (vaste gesteente + aardkorst). Convectiestroming is de beweging van het vaste gesteente. Kern Bestaat vooral uit ijzer, de radioactieve elementen produceren de warmte. Binnenkern (= vast) + buitenkern (= vloeibaar) |
HOOFDSTUK 2 ENDOGENE EN EXOGENE PROCESSEN PARAGRAAF 1 T/M 5
PARAGRAAF 2 OPBOUW AARDE
Oceaanbodem – basalt ( zware steen )
Continenten – graniet ( lichtere steen )
Omdat de oceaanbodem zwaarder is, zakt deze verder weg dan de continenten.
De aardkorst drijft op de aardmantel.
Midoceanische rug =onderwatergebergte op de oceaanbodem, loopt over de hele wereld.
De aardkorst bestaat uit twee soorten korst. De lichtste aardkorst is het dikst.
De dunne oceanische korst weegt evenveel als de dikke continentale korst.
De lithosfeer drijft op de asthenosfeer.
PARAGRAAF 3 PLATENTEKTONIEK
Aardkorstplaten = bestaan uit continentale en oceanische bodem. Ze bewegen als geheel.
Drie soorten beweging van een plaat
-
Convergente beweging
Subductie: oceaan à continent, dan duikt de oceaan onder het continent. Op deze grens ontstaan diepzeetroggen.
-
Divergente beweging
Er ontstaat een gat à wordt gevuld met lava uit de mantel. Nieuwe oceaanbodem groeit zo aan.
-
Transforme beweging
Platen bewegen langs elkaar.
Continenten blijven bestaan en groeien alleen aan. Oceaanbodem verdwijnt en groeit aan. Continentaal gesteente is te licht en kan niet ‘zinken’. Door subductie groeit continent aan en verdwijnt er steeds meer oceaan.
Convectiestroming = de platen bewegen mee met de convectiestromen van de mantel. (Geen officieel aangetoonde theorie)
divergerende platen |
convergerende platen |
Overal |
midoceanische rug basaltische lava |
stratovulkaan caldera intrusie explosief vulkanisme andesitische lava subductiezone |
schildvulkaan hotspot effusief vulkanisme basaltische lava |
Naar beneden trekken: oude en koude oceaanbodem krimpt en wordt zwaar
Convectiestroming: verwarming aan de onderkant en afkoeling aan de oppervlakte
Uit elkaar duwen: opstijgend magma heeft ruimte nodig
Er kunnen in de toekomst nieuwe oceanen ontstaan, maar dat gaat heel langzaam.
De Atlantische oceaan wordt op dit moment steeds groter.
PARAGRAAF 4 VULKANISME
Effusieve erupties = een rustig verlopende uitbarsting van een vulkaan, bijvoorbeeld bij Midoceanische ruggen à er ontstaat een gat in de aardkorst à wordt meteen gevuld met magma à magma komt in contact met de oceaan en stolt.
De mantel bestaat uit vast gesteente, maar door het wegvallen van de druk gaat het smeltpunt omlaag. Daardoor komt magma dus altijd vloeibaar naar boven.
Explosieve erupties = veroorzaakt door andere samenstelling van de magma (bestaat hier uit omgesmolten oceaanboden + meegesleurd sediment van oceaanbodem en zeewater). Deze magma hoopt zich op en blokkeert hiermee het opstijgen. Wanneer na lange tijd de druk hoog genoeg is, gaat de uitbarsting gepaard met een grote explosie.
magma waaruit basalt ontstaat |
magma waaruit andesiet ontstaat |
magma waaruit graniet ontstaat |
|
vloeibare, stroperige of zeer stroperige magma |
vloeibaar |
stroperig |
zeer stroperig |
weinig of grote drukopbouw |
weinig drukopbouw |
grote drukopbouw |
- |
effusieve, explosieve of geen uitbarsting |
effusief |
explosief |
geen |
Andesiet = stollingsgesteente bij uitbarstingen in subductiezones
Basalt = stollingsgesteente bij vulkaanuitbarstingen
Graniet = stollingsgesteente bij ondergrondse intrusies
Pyroclastisch materiaal = wat de lucht in wordt geslingerd bij een uitbarsting.
Stratovulkaan = ontstaan doordat lava en as zich na elke uitbarsting in lagen ophopen rond de krater.
Caldera = een vulkaan die na een hele heftige explosie zijn top verliest.
Schildvulkanen = worden gevormd door dun vloeibare basaltische lava die rustig uit de krater stroomt en daarmee een groot gebied kan bedekken. Deze vulkanen liggen niet aan de rand van een plaat. De plaatsen waar ze voorkomen worden hotspots genoemd.
Hotspot = hier vindt in de mantel een continue stijging van magma plaats, die mantelpluimen worden genoemd.
Intrusies = stroperige magma die zich ophoopt koelt langzaam af à door deze afkoeling kunnen de elementen stabiele chemische verbindingen aangaan à mineralen worden gevormd. Hierdoor wordt graniet gevormd. Basaltische en andesitische lava stollen te snel en kunnen daardoor geen stabiele verbindingen aangaan.
soort vulkaan |
samenstelling magma kies uit: basaltisch – andesitisch – granitisch |
herkomst van het magma kies uit: mantel – weggedoken oceaanbodem |
midoceanische rug |
Basaltisch |
Mantel |
stratovulkanen |
andesitisch |
weggedoken oceaanbodem |
hotspot |
basaltisch |
Mantel |
intrusie |
granitisch |
weggedoken oceaanbodem |
caldera |
andesitisch |
weggedoken oceaanbodem |
Basalt is zwaar en stijgt daardoor niet op.
Bij de subductie neemt de oceaanbodem sediment en water mee de diepte in. Als dit omsmelt ontstaat er een gesmolten mengsel dat lichter is dan de omgeving.
Het type vulkaan dat ergens voorkomt wordt bepaald door:
PARAGRAAF 5 AARDBEVINGEN
Zware aardbevingen : convergerende / transforme bewegingen à daar is de druk het grootst.
Epicentrum = plaats aan het aardoppervlak die direct boven de haard van de aardbeving ligt. Hoe dieper de haard, hoe minder heftig de aardbeving.
Tsunami = door plotselinge beweging van de oceaanbodem.
Plooien = gesteente dat door de druk in de aardkorst verbogen wordt. Dit gebeurt onder hoge druk en temperatuur à het gesteente wordt plastisch.
Gesteente aan de rand dat uitgerekt of ingedrukt wordt zal breken.
Langs een breuk in een aardkorst zullen delen van de aardkorst omhooggeduwd worden (horst) en delen wegzakken (slenk)
Plooiingsgebergten = gebergte dat ontstaat door de druk in de aardkorst waarbij gesteente geplooid en opgeheven wordt.
Breukgebergten = gebergte dat ontstaat als langs een breuk delen van de aardkorst omhoog bewegen,
Breuk = gesteente dat onder invloed van rek of druk in de aardkorst breekt.
REACTIES
1 seconde geleden