Aardrijkskunde: de atmosfeer
Wat kenmerkt de aardse atmosfeer? Hoe is onze atmosfeer opgebouwd? Atmosfeer = dampkring = een gaslaag rond de aarde, aangetrokken door de zwaartekracht
* De indeling van de dampkring is gebaseerd op: het verloop van de temperatuur
Sfeer = gaslaag waar de temperatuur ofwel stijgt ofwel daalt.
Pauze = overgangszone tussen 2 sferen waar de temperaturen omschakelen.
* Waar situeer je in onze atmosfeer alle weersverschijnselen?
Troposfeer
Luchtdruk = gewicht van een kolom op aarde
* Het verloop van de luchtdruk met de hoogte: De druk wordt lager met de hoogte omdat de dikte van de atmosfeer kleiner wordt en de lucht ijler wordt.
* Hoeveel daalt de luchtdruk als we alleen al de troposfeer doorlopen van onder naar boven? 1000 hPa => 200 hPa
* Vergelijk de dikte van de troposfeer met de andere sferen. Wat stel je vast? 80% zit in een zeer dunne schil
* Op 80km hoogte ligt de overgangszone tussen de zeer ijle atmosfeer waar satellieten rondwentelen en de dichtere aardse atmosfeer.
* Hoe komt het dat de Space Shuttle begint te gloeien vanaf het binnenkomen in de mesosfeer en niet reeds vroeger in de thermosfeer? Vanaf de mesosfeer begint de dichtere atmosfeer d.w.z. vanaf dier is er wrijving
met de lucht * noteer de 2 belangrijkste gassen van onze atmosfeer stikstof en zuurstof
* Hoe verandert de samenstelling van de atmosfeer met de hoogte? Met toenemende hoogte worden de gassen lichter vb: He: helium
Onze atmosfeer bestaat uit verschillende lagen = sferen met tussenin de pauzes.
SFEER HOOGTE EVOLUTIE TEMP.
grens atmosfeer 1000 km
thermosfeer stijgt van -80° naar 10°
mesopauze 80 km
mesosfeer daalt van 10° naar -80°
stratopauze 50 km
stratosfeer stijgt van -50° naar 10°
tropopauze 13 km
troposfeer daalt van 10° naar -50°
aardoppervlak 0 km
Waarom is de atmosfeer levensbelangrijk? * Welke 2 sferen bevatten ozon en in welke van die 2 sferen komt ozon het meest voor? In de stratosfeer en de troposfeer (vooral in de stratosfeer) * Hoe belangrijk is die hoeveelheid ozon in vergelijking met de andere gassen in de stratosfeer? De hoeveelheid is zeer klein
* Waar bevindt zich het ozongat?`
boven de zuidpool
Het ozongat is geen ‘gat’ in de stratosfeer! Het is de plaats in de stratosfeer waar de concentratie aan ozon klein is ten opzichte van de gemiddelde ozonconcentratie in de stratosfeer. Troposferische ozon Stratosferische ozon Bedreigende of beschermende ozon? Bedreigende Beschermende Waarom bedreigend of beschermend? Door een combinatie van zonlicht met luchtvervuiling ontstaat: Ozonsmog
(= zeer schadelijk voor de gezondheid.) De ozonlaag houdt de UV-stralen van de zon tegen. Maar door toedoen door de mens wordt deze laag aangetast.
Besluit: ozon is zowel een zegen als een vloek voor de mens Ozon * Beschermt tegen schadelijke UV-stralen => een zegen voor de mens * - Teveel ozon in de troposfeer: ozonsmog een vloek voor de mens - Te weinig ozon in de stratosfeer: ozongat
Wat gebeurt er met de inkomende zonne-energie?
* De zon zendt energie uit onder de vorm van straling: lichtstralen, UV-stralen, röntgen,.. * Welke stralen spelen een grote rol voor de opwarming van de aarde? De lichtstralen * Wat gebeurt er met het zonlicht als het door de atmosfeer reist? De helft van het zonlicht wordt gereflecteerd, geabsorbeerd of verstrooid in de Atmosfeer door wolken, stof en gas. De andere helft word geabsorbeerd door de
aarde.
* Wat gebeurt er met het zonlicht dat door de aardoppervlakte wordt geabsorbeerd (= instraling)? Lichtstralen omgezet door aarde in: warmtestralen, Infraroodstraling
* Zonlicht wordt warmte Instraling of insolatie : = de lichtstralen die door het aardoppervlak worden geabsorbeerd. Uitstraling of radiatie: = de warmtestralen of infraroodstraling IR die door de aarde worden uitgezonden. Het zijn deze warmtestralen die zorgen voor de opwarming van de troposfeer.
* Van al de uitgestraalde warmte: • verdwijnt het grootste deel uiteindelijk in de ruimte. • Blijft een klein deel vastgehouden in de atmosfeer door broeikasgassen: o.a. door CO2 en waterdamp
* Het natuurlijk broeikaseffect is voor ons van levensbelang
Overdag warmen zonnestralen het aardoppervlak op, terwijl de aarde dag en nacht infraroodstralen = warmtestralen uitzendt. Zonder broeikasgassen is de inkomende energie van de zon gelijk van de zon gelijk aan de uitgaande energie van het aardoppervlak. Broeikasgassen absorberen echter warmtestralen en sturen ze terug naar de aarde. Hierdoor ontvangt het aardoppervlak extra energie en bereikt het een gemiddelde van 15°C. Dank zij deze broeikasgassen wordt onze planeet van nature warm genoeg gehouden om leven mogelijk te maken. Zonder deze broeikasgassen zou de gemiddelde temperatuur op aarde veel kouder zijn: -18°C. Dat is 33° kouder dan nu!
* Waarom spreekt men van broeikasgassen? Vergelijk ze met het glas van een serre of broeikas Broeikasgassen laten zonlicht door maar houden warmtestralen tegen!
* Verklaar hoe het komt dat de temperatuur in de troposfeer daalt met de hoogte?
1. Hoe hoger hoe verder van de warmtebron (aarde dus)
2. Hoe hoger, hoe ijler, de lucht warmt trager op.
* Hoe intenser de lichtintensiteit op het aardoppervlak, des te intenser de warmteomzetting.
* Waarom is het culminatietijdstip niet het warmste moment van de dag? Omzetten van licht in warmte vraagt tijd.
* Welk effect heeft een stijging van broeikasgassen in de atmosfeer op de stralingsbalans? Opwarming van de aarde
Bij vergelijking van de hoeveelheid instraling in de atmosfeer en de uitstraling naar de ruimte komen we tot de volgende cijfers: Instraling: 100% Uitstraling naar de ruimte: - 30% reflectie van zonlicht - 70% uitstraling van warmte in de ruimte
Besluit: stralingsbalans in evenwicht
Kan de mens de stralingsbalans verstoren?
- de gemiddelde jaartemperatuur is sinds het begin van de 20ste eeuw met 0,5° toegenomen
- de zeespiegel is gedurende de laatste 100 jaar met 10 tot 25 cm gestegen
Wie of wat is hiervoor verantwoordelijk?
- natuurlijke factoren - menselijke activiteiten
Wat is de menselijke invloed op de stralingsbalans?
Menselijke invloed op stralingsbalans
Samenstelling van de Aardoppervlakte / atmosfeer
atmosfeer wijzigen.
Gevolg: veranderende reflectie en
absorptie van energie
Invloed van de mens op de stralingsbalans
Vliegverkeer: - broeikasgassen: opwarming - condensatieslierten van ijskristallen: meer reflectie van zonlicht: afkoeling
Ontbossing: - minder CO2-opname door bomen: meer CO2 in de lucht => opwarming - leidt soms tot woestijnvorming: reflectie van zonlicht: afkoeling
Stijgend wagenpark: - meer verkeer, meer broeikasgassen: opwarming - meer wegen (asfalt, beton): opwarming
Moderne veeteelt; - enorme toename veeteelt: methaan ontstaat: opwarming
* Ook natuurrampen kunnen verantwoordelijk zijn voor het plots veranderen van de stralingsbalans. Vb: vulkanen => stoten soms veel as uit => stoten broeikasgassen uit
Wat vertellen satellietfoto en weerkaart ons? Bewakers in de ruimte? ★ Weersatellieten: * Geostationaire: bevinden zich boven de evenaar, bewegen mee met de aardrotatie (draaien 360° in 24uur). Voor Europa: Meteosat-satelliet * Polaire: bewegen rond de aarde over de polen, bevinden zich veel dichter bij de aarde en maken meerdere omlopen rond de aarde in 24uur. Amerikaanse: NOAA-satelliet, Europa: Metop
★ Een ‘visuele foto’ toont de reflectie ven het zonlicht op de aarde * Wit = reflectie van zonlicht, hoe witter het gebied hoe meer zonlicht er wordt gereflecteerd, hoe minder geabsorbeerd. Vb: wolken, woestijn. * Verklaar: ‘De oceanen zijn de belangrijkste energiereservoirs voor de atmosfeer’ ze nemen 70% in van onze planeet en absorberen bijna al het zonlicht.
★ Een infrarood foto geeft de temperaturen van het aardoppervlak en de bewolking * Hoe witter hoe kouder het is, zwart = hoge temperatuur.
Elementen van een weerkaart.
Weergegevens verzamelen
Weer = de toestand van de troposfeer op een bepaald moment voor een bepaalde plaats
Klimaat = de gemiddelde toestand van de troposfeer berekend over 30jaar geldig voor een lange tijd en een groot gebied.
* Welk waarnemingsplatform geeft plaatselijke, zeer gedetailleerde informatie over het weer? Weerstation
* Welk waarnemingsplatform geeft een overzicht zonder detail? Weersatelliet
Enkele begrippen
Luchtdruk = het gewicht van een kolom kucht op de aarde.
Normale luchtdruk: 1013 hPa
Luchtdruk
> 1013 hPa <1013 hPa
hoge luchtdruk
lage luchtdruk
- een hogedrukgebied noemt men ook:
- een lagedrukgebied noemt
anticycloon men ook: cycloon, storing
- hoe noemt men de plaats met de depressie
hoogste druk? Het maximum
- hoe noemt men de plaats met = kern van hoge druk de laagste druk? Het minimum
Op de weerkaart voorgesteld door de = de kern van lage druk
letter H. Op de weerkaart voorgesteld door de letter L.
* Isobaren: lijnen die de plaatsen met eenzelfde druk met elkaar verbinen hoe dichter de isobaren op elkaar volgen, hoe sterker de wind zal waaien, omdat het
drukverschil of het luchtdrukverval er groter wordt.
Weerkaarten
* Elke weerkaart is een geplotte kaart, omdat het tekenen van zo een kaart gebeurt door computergestuurde tekenmachines (plotters)
* Plotjes: de symbolen die men gebruikt om de weerselementen weer te geven.
* Hoe worden wolkenbanden voorgesteld op een weerkaart? Blauwe en rode lijnen
* Hoe noemt men dus en weerkunde een langgerekte wolkenband? Front ★ Fronten of storingen
* Een warmtefront: meestal een rode lijn met aan één kant halve cirkels. Warme lucht beweegt hier in de richting van de halve cirkels.
* Een koufront: meestal een blauwe lijn met aan één kant driehoekjes. Koude lucht beweegt hier in de richting van de driehoekjes
* Een occlusiefront: afwisselend driehoeken en halve cirkels langs dezelfde kant van de lijn. Dit front ontstaat als een koufront en warmtefront samenvallen.
Wat beïnvloedt de luchttemperatuur in Europa?
Hoe is de temperatuur verdeeld over Europa?
Zonlicht wordt warmte
* Instraling: de lichtstralen die door het aardoppervlak worden geabsorbeerd
* Uitstraling: de warmtestralen die door de aarde worden uitgezonden * Wat is een isotherm? Een lijn die plaatsen met dezelfde temperaturen met elkaar verbind
* Hoe evolueren de temperaturen van Zuid-Europa naar Noord-Europa? Ze wordt kouder naar het noorden
* Welk verband is er tussen de zonshoogte en de instraling per oppervlakte-eenheid? Hoe hoger de zon hoe kleiner het beschenen oppervlakte dus meer licht per
vierkante meter => warmte!
Omzetting in warmte door de aarde hangt af van de ontvangen lichtintensiteit
Wordt bepaald door de zonshoogte
Varieert in ruimte en tijd
Van plaats tot plaats
seizoenen
= breedteligging
* Hoe verder van de evenaar, hoe lager de zon staat.
★ Invloed breedteligging
* Geef twee redenen waarom de instraling op de evenaar groter is dan naar de polen toe. - De zon staat aan de evenaar veel hoger. Daardoor is de weg dat het licht aflegt in
de atmosfeer aan de evenaar kleiner dan aan de polen. Er gaat hierdoor minder licht
verloren.
- Door de hogere zonshoogte is het beschenen oppervlak aan de evenaar kleiner dan aan de polen, hierdoor valt er meer licht per vierkante meter => dus is het warmer!
★ Zonshoogte en reflectie van zonlicht * Hoe lager de zon staat, hoe meer het zonlicht gereflecteerd wordt!
Heeft de Noordzee invloed op de temperatuur? * Maritieme ligging = een plaats die dichtbij de zee ligt * Continentale ligging = een plaats die ver van zee ligt * Hoe verandert de januaritemperatuur op eenzelfde breedte? Het wordt kouder land in-waards * Hoe verandert de julitemperatuur op eenzelfde breedte? Het wordt warmer land in-waards * Hoe veranderd de jaarschommeling op eenzelfde breedte? Groot is het binnenland en klein aan de kust * Hoe bereken je de jaarschommeling? De warmste temp – koudste temp
* Water warmt trager op dan land en koelt ook trager af dan land!
* In de zomer is het op dezelfde breedte warmer boven land dan boven zee
* In de winter is het op dezelfde breedte warmer boven zee dan boven land
* Welk effect heeft de zee op de zomer- en wintertemperaturen aan de kust? Een matigend effect, temperament effect zorgt ervoor dat het niet extreem warm of
koud is.
★ Invloed van de hoogte * Hoe evolueert de temperatuur met de hoogte in het gebergte? Hoe hoger, hoe kouder
Verklaring: - hoe verder, hoe verder van de warmte bron - hoe hoger, hoe ijler de lucht: ijlere lucht warmt moeilijker op
★ Invloed van de bewolking * Zal het overdag warmer of kouder zijn als er wolken zijn en waarom? Het zal minder warm zijn omdat de wolken het zonlicht tegenhouden? OVERDAG ’S NACHTS
* Zal het ’s nachts warmer of kouder zijn als er wolken zijn en waarom? Het zal warmer zijn omdat de wolken de warmtestralen van de aarde tegenhouden. * Op een wolkenloze dag is het koudste moment van de dag vlak voor zonsopgang. Hoe komt dat? Omdat de aarde heel de nacht door de warmte heeft kunnen uitstralen Bewolking leidt tot minder warme dagen en minder koude nachten.
★ Invloed van de windrichting
* Hoe verschilt de temperatuur bij zuidenwind en noordenwind
zuidenwind: warm noordenwind: koud
* Als het bij ons zomer is, zal de oostenwind dan warm of koud aanvoelen en waarom? Warmer omdat het boven land warmer is
ZOMER
* Als het bij ons winder is, zal de oostenwind dan warm of koud aanvoelen en waarom? Kouder, het land koelt sneller af
WINTER
Luchtsoorten in België kunnen bereiken
* Luchtsoorten = luchtmassa’s met een welbepaalde temperatuur en vochtigheid => ontlenen hun eigenschappen aan hun BRONGEBIED
* De vochtigheid: - continent: c : droog - oceaan: m : vochtig
* De temperatuur: - TL: tropische lucht (warm) - PL: polaire lucht (Oost-Westen wind) - AL: arctische lucht (koud)
temperatuur en vochtigheid samen kenmerken de luchtsoort volledig
mTL Vochtig, tropische lucht
cTL Droog, tropische lucht
mAL Vochtig, koud
mPL in de zomer Vochtig, koud
mPL in de winter Vochtig, warm
cPL in de zomer Droog, warm
cPL in de winter Droog, koud
* Welke luchtsoort is dominant voor ons weer? mTL
Van waar komt onze regen?
Neerslag: slechts een kleine schakel in een lange ketting?
Aggregatietoestanden van water.
Zie schema pg 27
Hydrologische cyclus = waterkringloop
* Door de inwerking van de zon verdampt er water uit rivieren, meren, oceanen, de vochtige bodem en vegetatie. In de atmosfeer zal de waterdamp op grotere hoogte door afkoeling condenseren: er worden wolken gevormd. Uit deze wolken zal op dezelfde of op een andere plaats (wolken worden door de wind meegevoerd) neerslag vallen. De neerslag komt op het aardoppervlak terecht en vloeit via rivieren, heet grondwater... terug naar de zee.
* Wolkenvorming is een vorm van condensatie. Condensatie ontstaat door afkoeling van lucht.
Wanneer gaat het regenen? Lucht bevat vochtigheid. * Absolute vochtigheid: A.V. = aantal gram waterdamp per m3 kucht bij een bepaalde temperatuur en druk * Maximale vochtigheid: M.V. = het maximum aantal gram waterdamp per m3 lucht bij een bepaalde temperatuur en druk * Welk verband is er tussen de luchttemperatuur en de hoeveelheid waterdamp die de lucht kan bevatten? Hoe warmer, hoe meer waterdamp * Relatieve vochtigheid: R.V. = de verhouding tussen de aanwezige waterdamp en de maximale hoeveelheid waterdamp die de lucht kan bevatten bij de heersende temperatuur en luchtdruk. De R.V. wordt in % uitgedrukt. Formule: Absolute vochtigheid x 100 = AV x 100 Maximale vochtigheid MV Vanaf 80% spreekt men van vochtige lucht < 50% is droge lucht Als de relatieve vochtigheid 100% bereikt, spreken we van verzadigde lucht: er kan geen waterdamp meer worden opgenomen. Als dan de temperatuur daalt, zal de waterdamp overgaan tot condensatie. * Als er dus een pakketje lucht verticaal opstijgt in de troposfeer zal de lucht afkoelen, want hoe hoger hoe kouder. De relatieve vochtigheid neemt daardoor geleidelijk aan toe. Bij een relatieve vochtigheid van 100% kan de lucht overgaan tot condensatie en wolkenvorming.
Voorwaarden voor wolkenvorming
* In welke sfeer van de dampkring komen wolken voor? Troposfeer
Zie schema pg 29
* wolken: zijn een verzameling van waterdruppeltjes en ijskristalletjes, ontstaan door condensatie van waterdamp rond stofdeeltjes.
Kenmerken van het weer bij lage druk.
De verplaatsing van de lucht in de troposfeer
★ Wind ontstaat door drukverschillen * Hoe beweegt de lucht in een maximum? Ze daalt
* Hoe beweegt de lucht in een minimum? Ze stijgt * wind: de horizontale verplaatsing van lucht langs het aardoppervlak van hoog naar laag.
Wind ontstaat door drukverschillen. Het teveel aan lucht in het hogedrukgebied wordt als het ware aangezogen door een lagedrukgebied waar er te weinig lucht is.
★ De luchtbeweging rond de drukkern
* Beschrijf de verplaatsing van lucht in het noordelijk halfrond t.o.v. de luchtdrukkern. De lucht vertrekt in wijzerszin vanuit het H-gebied en komt in tegenwijzerszin toe
in het L-gebied
Hoe vind je een depressie?
* Waaraan herken je de depressie op: Een satellietfoto? Als bewolking De weerkaart? Als fronten
Wat gebeurt er als luchtsoorten botsen?
* Fronten: zijn plaatsen waar luchtsoorten botsen!
Zie tekening op pg 32
* Welk verschil is er tussen de temperatuur van de lucht die aangevoerd wordt ten noorden en deze die aangevoerd wordt ten zuiden van de fronten? Ten noorden: koude lucht, ten zuiden: warme lucht
* Welke luchtsoorten zijn dit? De warme lucht is MTL de koude lucht kan MPL of MAL
Als koude lucht uit het noorden en warme lucht uit het zuiden elkaar ontmoeten, treedt er geen vermenging van lucht op.
* Hoe verklaar je dat botsende luchtsoorten een lagedrukgebied veroorzaken? Bij botsende luchtsoorten gaat de warme lichte lucht stijgen boven de koude
zwaardere lucht. Het opstijgen van de warme lucht doet de lucht dalen.
* Waarom gaat de warme lucht bij een front over tot wolkenvorming en neerslag? Opstijgende warme lucht koelt af, en condenseert tot wolken en neerslag.
* Wat gebeurt er bij een koufront? Zie pg 33 Koude lucht duwt da warme lucht weg door eronder te kruipen
* Wat gebeurt er bij een warmtefront? Zie pg 33 Warme lucht verdringt de koude lucht door erboven te schuiven
* Wat gebeurt er bij een occlusiefront? Zie pg 33 Een koufront botst met een warmtefront`
Kenmerken van een frontale depressie of storing
- ontstaat boven zee; depressies kunnen 1000 km per dag afleggen
- verplaatst zich oostwaarts
- leeft ongeveer 5 dagen; sterft ergens uit boven Centraal-Europa
samenvatting luchtdruk: laag: warme stijgende lucht
windrichting: tegenwijzerszin windkracht: groot
bewolking en neerslagkansen: veel bewolking met neerslag
Kenmerken van het weer bij hoge druk
* Waarom is er bij hogere luchtdruk minder kans op bewolking? De lucht daalt en warmt op: geen condensatie mogelijk
* Verklaar aan de hand van de weerkaart de beperkte windsnelheid in België De afstand tussen de isobaren is groot, dit betekend weinig drukverschil dus weinig
wind.
* Welke invloed zou dit hogedrukgebied boven België gehad hebben op de temperatuur voor een dag in januari en een dag in juli? Verklaar dit! - in de winter: de zon staat laag en de dag is korter dan nacht => bij wolkenloze
hemel is de uitstraling ’s nachts groter dan de instraling overdag => dus zal het
kouder zijn (H-druk).
- in de zomer: de zon staat hoog en de dag is langer dan nacht => bij wolkenloze hemel is de instraling overdag groter dan de instraling ’s nachts => dus is het warmer weer.
Hoge druk zorgt naast het mooie weer ook soms voor minder aangename toestanden Mistvorming als spelbreker: een winterse hoge luchtdruk kan aanleiding geven tot
mistvorming.
Verklaring: bij hoge druk daalt de lucht en lost de bewolking op. Door dalende lucht is er ook een grote concentratie van stofdeeltjes net boven het aardoppervlak. In de winter koelt het aardoppervlak sterk af tijdens de nacht. Doordat de ondersta luchtlagen daardoor ook sterk afkoelen condenseert de waterdamp in deze luchtlagen op de stofdeeltjes: mist. Overdag is de zwakke zon(lage zonnestand laag/korte bestralingsduur) niet in staat door de wolken heen te dringen en het aardoppervlak te verwarmen. Hierdoor wordt de mist overdag niet opgeruimd. In de zomer gebeurd dat wel; dan lost de mist op en volgt er een zonnige dag.
Het weer bij hoge druk
mooi weer (zonnig) en rustig weer (weinig wind). Het weer bij lage druk bewolkt en regenachtig weer met veel wind.
Verticale luchtbeweging Dalend stijgend
windrichting In wijzerzin rond de kern In tegenwijzerzin rond de kern
Afstand tussen de isobaren
Windsnelheid Groot, dus het drukverval is klein
Weinig wind Klein,dus het drukverval is groot
Veel wind
Bewolking/neerslag
Verklaring? Vrijwel wolkeloos, dus geen neerslag
Dalende lucht warmt op, dus geen condensatie mogelijk Dichtbewolkt met kans op neerslag
Lucht stijgt op, koelt af en condenseert
Stabiliteit van het weer Stabiel Onstabiel, wisselvallig weer
Ecologische voetafdruk Draagkracht = de mate waarin de aarde, een toenemend bevolkingsaantal én een hogere consumptie en vervuiling aankan, zonder dat daardoor het evenwicht van onze planeet wordt verstoord.
Ecologische voetafdruk: maat voor de draagkracht van de aarde = de oppervlakte aarde die nodig is om te voorzien in de levensstijl van een
persoon, stad of land
EVA wordt altijd in hectare uitgedrukt
* de EVA werd ‘uitgevonden’ door 2 Canadezen.Wat wilden de Canadezen meten? Ze zochten een originele manier om sociale rechtvaardigheid en respect voor het
milieu te meten.
* De briocapaciteit van de aarde: zie pg 2
Er is maar één aarde
Oppervlakte van de aarde: zie pg 2
* Eerlijke aarde-aandeel, EAA = de eerlijke verdeling ven de bio-productieve oppervlakte over alle mensen op aarde
* Wanneer kan de aarde het volhouden?
Als iedereen een afdruk van 1,8 ha zou hebben
* Hoeveel bedraagt de werkelijke gebruikte oppervlakte of EVA per wereldburger? 2,2 ha/pers
* Hoe evolueerde de ecologische voetafdruk van de wereldbevolking tussen 1961 en 2003? Stijgend, verdrievoudigend
* Welke component is de hoofdverantwoordelijk voor de snelgroeiende EVA van de wereld? Fosiele grondstoffen
* In welk jaar consumeerden we evenveel als onze planeet opbracht? 1987
* Hoeveel aardes heeft de mensheid nu (2003) nodig? 1 aardbol + ¼
Momenteel (2007) overschrijden we de capaciteit van de aarde met 30%
* Verwoord met eigen woorden de betekenis van ‘World Overshoot Day’ per jaar de dag dat we over de bio-capaciteit van de aarde gaan dat er over de grens.
* Hoe komt het dat de ‘World Overshoot Day’ steeds vroeger valt in het jaar? 1. de bevolking groeit nog 2. groei van de welvaart
globale ongelijkheden inzake ecologische voetafdruk
* Welk werelddeel heeft de grootste voetafdruk? Noord-Amerika
* Welk werelddeel heeft de kleinste voetafdruk? Afrika
* Op welke plaats staat West-Europa? 2e * Vergelijk de EVA van West-Europa met deze van Noord-Amerika. Conclusie? Bijna de helft
* Als iedereen zoveel verbruikt als wij, hoeveel aarde-planeten hebben we dan nodig? 3
* We zijn de aarde aan het vernietigen. We halen ze leeg. Er ontstaat zelfs een enorme ecologische schuld. Wat bedoelen ze daarmee? De nooit betaalde kosten voor achterlaten van afval, vervuiling voor de
grondstoffen die we van daar zijn gaan halen.
Duurzame ontwikkeling = een ontwikkeling die tegemoet komt aan de huidige noden zonder de behoeften
van toekomstige generaties te schaden.
* Manieren om je voetafdruk te verkleinen: - verwarming - vervoer per auto - vlees- en zuivelproducten - vliegen - verlichting - verschillende apparatuur - veel papier (kranten, tijdschriften)
One Planet Living * Wat moet zeker gebeuren. Door de industrielanden: energie verbruik daalt Door de ontwikkelingslanden: welvaart ontwikkeling op een duurzame manier
REACTIES
1 seconde geleden