Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Arm en rijk: hoofdstuk 4

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 697 woorden
  • 27 oktober 2016
  • 28 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
28 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
4.1 een nieuwe tweedeling
De veranderende samenleving: in de achttiende en negentiende begon de verstedelijking en migratiestromen hierdoor kwamen veel culturen door elkaar.
De verspreiding van ideeën: diffusie is het verspreiden van zulke ideeën onder elkaar, dit komt vooral door contact onder elkaar en kan over bijvoorbeeld taal en regie gaan. In de 19e eeuw was het erg intensief 1. Veel koloniën 2. Zoektocht grondstoffen 3. Makkelijker vervoer en 4. Toename wereldhandel door 1/3.
Cultuurgebieden: contacten en conflicten: een cultuurgebied is een gebied met dezelfde cultuur met de 3 voorwoorden taal godsdienst en geschiedenis. De overgangsgebieden tussen deze gebieden hebben vaak veel spanningen wat wel is mis gaat.

Verlies van regionale identiteit door globalisering: door de globalisering raakt de culture oorsprong de identiteit kwijt. Bijvoorbeeld het platteland en modernisering.
Global cities in wereldwijde netwerken: de diffusie wordt steeds groter en steeds meer landen worden zoals het westen een wereldstad/metropool zijn de belangrijkste voorbeelden ze verbinden in mondiale netwerken. Bedrijven vestigen zich hier om 2 redens 1. Veel activiteiten wat leidt tot agglomeratievoordelen 2. Er gebeurt erg veel.
Tijd en ruimte krimpen: door verbetering in de transsporttechnologie gaat dit steeds sneller en groter zoals grotere laadschepen. Ook dankzij communicatietechnologie gaat het beter iedereen weet meer en sneller dingen. De tijdruimtecompressie neemt hierdoor sterk af.
De digitale samenleving: er is steeds meer technologie: informaticarevolutie dit heeft veel gevolgen 1. Arme gebieden worden nog armer 2. Het werk is anders verdeeld 3. Netwerken over bedrijven instellingen en migranten ontstaan 4. Mensen in een land houden beter contact over politieke ontwikkelingen.
4.2 handel en investeringen
Een driehoeksrelatie: sinds de 2de wereldoorlog is de welvaart nooit zo goed geweest. De goederenhandel is nog nooit zo groot geweest. De meeste handel is in de triade Noord-Amerika japen en West-Europa. De ruilvoet het wisellen van grondstoffen en technologie tussen de triade en zuidlanden is steeds kleiner wat positief voor de zuidlanden is. Maar de arme landen zijn wel steeds meer in opkomst waardoor ook de immigratie door toeneemt. Er veranderd dus veel in de triade mede dankzij de BRIC-landen.
De werkplaats ligt verderop: de internationale uitwisseling wordt de economische mondialisering/globalisering genoemd dit komt door de multinationale ondernemingen. Een multinationale onderneming (MNO) ook wel transnationale ondernemingen heeft in meestal in meerdere landen (minstens 1). Ze spelen een erg belangrijke rol in onze samenleving. Meestal zijn ze nog wel in de traditionele economische kerngebieden maar dit verandert.
De ketting in stukjes geknipt: productieketen zijn stappen die ieder product ondergaat 1. Onderzoek dus het ontwerpen 2. De fabricage het maken dus 3. Reclame dus de verkoop. Grote bedrijven doen de 2e stap vaak in lageloonlanden.
Het waarom van groei en verschuiving: bij de groei en uitbreiding van handel stromingen en investeringen zijn voorwaarden: vrijhandel, sterke groei welvaart, ontwikkeling transsporttechnologie en uiteenvallen van gesloten politiek-militaire blokken.
Culturele globalisering: ook is er een culturele globalisering ook wel de amerikanisering.

4.3 Groot-Brittannië en India in wereldperspectief
De Engelse Midlands: de industrialisatie begon in Engeland in de Midlands waar allemaal ouderwetse beroepen werden uitgevoerd totdat er veel fabrieken kwamen die nu verlaten zijn en je kan bezoeken.
Stedelijke concurrentie: door de de-industrialisatie stoppen fabrieken maar de dienst sector kan niet op de plek van de fabrieken komen, dit komt ook doordat de zakelijke dienstverlening liever naar Londen gaat. Alleen steden profiteren ervan.
Toenemende ongelijkheid: in de wereld komen de landen juist dichter naar elkaar maar in de landen kwamen er juist grote verschillen tussen de steden en andere delen.
India als wingewest: door een te kort aan grondstoffen kwamen er tussen 1900 en 1914 steeds meer koloniën zoals Brits-Indië wat is 1947 weer onafhankelijk werd.
De parel aan de kroon: door brits-Indië kwamen er meer grondstoffen en daarvoor werd de infrastructuur verbeterd, alleen voor hunzelf was dit er niet voor 2 redenen 1. Geen winst en 2. Bevolking groeide snel.
Wordt de kloof breder?: voor veel mensen was het een goed verhaal dat de kolonie bestaan heeft alleen zijn de verschillen in India tussen arm en rijk nu wel duidelijk groter.
Planeconomie of markteconomie?: na de kolonie kwam er in India een planeconomie dit pakte goed uit en al snel kwamen er special economische zones.
Investeringen, handel en migratie: de landen blijven verbonden: Engeland steekt nog geld in ze en helpt ze daarbij enorm.

REACTIES

J.

J.

de stof zelf was niet slecht, maar je moet wel goede zinnen maken. Het leest echt gewoon irritant!

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.