Boek: Asta’s Ogen
Schrijfster: Eveline Stoel
INDONESISCHE AFKOMST
Het boek dat ik heb gelezen is ‘Asta’s Ogen’: een verhaal over een Indonesische familie die in Nederland ging wonen na de oorlog/kolonisatie.
Eveline Stoel (1971) heeft 8 jaar bij de familie Hoyer rondgelopen en heeft zoveel mogelijk informatie bij elkaar kunnen krijgen om een boek erover te schrijven, wat niet al te makkelijk was, omdat niet iedereen wilde meewerken en iets wilde loslaten over hun geschiedenis.
Het speelt zich vooral af in de tijd vóór en na de 2e Wereldoorlog.
Het boek speelt zich af in Indonesië en in Nederland, het gaat over Asta en haar familie. Ze komen in rijkdom te leven, maar ook armoede… De hogere klassenmaatschappij, maar ook in de lagere klassenmaatschappij. Ze verhuizen van Indonesië naar Nederland en moeten zich daar zo goed mogelijk inburgeren, wat niet al te makkelijk gaat. Ze moeten zien te vechten om hun familie levend te houden en brood op tafel te brengen, maar ondanks de vele ellendige situaties zijn er ook gelukkige momenten.
Het verhaal begint bij de afkomst van Asta, die wordt beschreven door de schrijfster, die alles zo goed mogelijk probeert op te schrijven. Het begint bij de afkomst van Asta en haar ouders, en gaat via een chronologische volgorde naar het einde.
Het is een zeer fascinerend verhaal over een typisch Indonesische familie die moet zien te overleven in deze periode. Het is een stereotype verhaal over hoe de Indonesische families van Indonesië in Nederland terecht kwamen. Het boek interesseert mij vooral omdat ik zelf half Indonesisch ben en wel wat meer wilde weten over de Indo-geschiedenis. Dit verhaal geeft mij een idee over hoe mijn eigen opa en oma zouden moeten hebben leven in deze tijden. Mijn vader vertelde me ooit dat mijn opa nooit over vroeger wilde praten en nu snap ik ook waarom, de oorlog geschiedenis wilden ze achter zich laten en vergeten en dat was maar beter ook. Ik zie in het verhaal velen dingen terug die ik ook aan mijn opa herken: het zwijgen over de jappenkampen en oorlog geschiedenis. Maar sommige verhalen over mijn opa waren gelijk aan die van het verhaal van Asta en haar familie als bijvoorbeeld: jagen op panters, grote familie reünies, respect voor de ouderen, de liefde voor het Indische eten en vooral de vriendelijkheid van de Indo’s was altijd al een typisch Indonesisch kenmerk.
Ieder personage in het boek heeft eigen kenmerken en dat laat dit boek ook duidelijk zien. De een is bruiner dan de ander, en dit levert ook problemen op. De een is als het ware een ‘moederfiguur’ voor de familie en zo heeft het verhaal verschillende variaties.
De gebeurtenissen zijn daardoor ook heel voorstelbaar over en ik snap sommige situaties goed en ik kan goed meeleven met de personages.
Er zijn natuurlijk ook nadelen! De schrijfster gebruikt meerdere malen Indonesische woorden die je achter in het boek in een woordenlijst kan vinden. Maar daar kwam ik ook pas later achter en ik had velen woorden niet begrepen. Er werd soms zomaar uit het niets een Indonesisch woordje in geplaatst waar ik niets uit kon halen, dat was wel een beetje verwarrend.
Een ander nadeel was dat het verhaal soms te ver afweek van de familie van Asta. Als bijvoorbeeld een familielid van de Hoyers een man/vrouw etc. kreeg, dan ging opeens alle aandacht naar de details van diegene, wat verder weinig met de Hoyer-familie te maken had. Vooral Asta sprak mij aan, ze was een bazig figuur en een echte familie leidster. Ze runde een heel gezin en heeft in totaal 8 kinderen die ze allemaal moest steunen. De manier waarop zij de
moeilijke situaties behandeld is fascinerend en dit sprak me het meest aan.
Verder is het boek zeer meeslepend en ik heb het boek in een kort tijdsbestek uitgelezen.
Het is een mooi verhaal en ik vond het fijn om me te verdiepen in de cultuur waar ik zelf ook deels uitkom.
Het is een echte aanrader als je van het thema: ‘Wereldoorlog II’ houd. Ook als je van Indonesische afkomst bent zal dit je wel aanspreken, het vertelt je meer over je afkomst en waarom je nu in Nederland woont, hoe de oudere generatie Indo’s het hebben overleeft en wat zij hebben moeten doorstaan.
REACTIES
1 seconde geleden
R.
R.
Het boek Asta"s ogen is een buitengewoon goed geschreven boek en de familie Hoyer is in mijn familie ook bekend. Ik ben nu zelf 76 en woon in California.
Mijn reactie heeft echter niet met het boek te maken, maar met jullie kwalificeren van de mensen als Indonesiërs.
Indonesiërs zijn mensen die geboren zijn uit mensen van de plaatselijke bevolking en hebben een Indonesisch paspoort.
Wij die uit het voormalig Indië komen zijn of hebben gemend bloed en om precies te zeggen Euro-Aziaten of zoals in het engels Eurazions. Een ander woord is Indische Nederlanders, maar zegt alsjeblief niet Indonesiërs.
12 jaar geleden
AntwoordenW.
W.
Je hebt niet begrepen dat Indisch en Indonesisch geen synoniemen zijn. Waar het hele boek over gaat. Misschien moet je het boek nog een keer lezen en dan met de Wikipediapagina over Indische Nederlanders ernaast.
7 jaar geleden
Antwoorden