Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

DSB

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
  • Profielwerkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 5317 woorden
  • 16 januari 2010
  • 25 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
25 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Inhoud
Voorpagina………………………………………………………………………….... 1
Inhoud…………………………………………………………………………………. 2
Inleiding ……………………………………………………………………………….. 3
Hoofdstuk 1. Dirk Scheringa ……………………………………………………….. 4-5
Hoofdstuk 2. De opkomst van DSB ……………………………………………….. 6-7

Hoofdstuk 2.1 Beurs ………………………………………………………………….. 8
Hoofdstuk 2.2 Eigen vermogen …………………………………………………… 9
Hoofdstuk 3. Hypotheken ……………………………………………………........ 10-13
Hoofdstuk 3.1Gedupeerden ……………………………………………………… 13- 14
Hoofdstuk 4. Het verloop van de ondergang van de DSB bank ……………15-16
Conclusie ……………………………………………………………………………… 17
Bronnen ………………………………………………………………………………... 18

Inleiding

Mijn profielwerkstuk gaat over de DSB, omdat het nu een erg actueel onderwerp is in heel Nederland.
De hoofdvraag is :
Hoe is de DSB bank failliet gegaan?
Ik ga in mijn werkstuk de volgende deelvragen gebruiken:
• Wie is Dirk Scheringa?
• Hoe is de DSB bank begonnen?
• Wat doet de DSB bank?
• Hoe zit het met de koopsompolissen?
• De gedupeerden van de DSB.
• Hoe is verliep de ondergang van de DSB?

In hoofdstuk 1 behandel ik de deelvraag Dirk Scheringa, daar vertel ik over zijn jeugd en hoe hij zover is gekomen. In hoofdstuk 2 komt hoe is DSB bank begonnen? aan bod. Daar kunt u lezen hoe de Scheringa is begonnen met Frisia en opgeklommen tot een Bank. De deelvraag Koopsompolissen behandel ik in hoofdstuk 3 maar ook de deelvraag over de gedupeerden. Ook geef ik daar voorbeelden van gedupeerden van de DSB. En de laatste deelvraag hoe verliep de ondergang van de DSB beantwoord ik in het laatste hoofdstuk, namelijk hoofdstuk 5.

Doormiddel van deze deelvragen en informatie van internet kranten, en boeken ga ik de hoofdvraag beantwoorden dat kunt u lezen in de conclusie.

1. Dirk Scheringa
Dirk Scheringa is geboren in het Groningse Grijpskerk, zo´n twintig kilometer van de stad Groningen af, waar hij op 21 september 1950 is geboren. Het is een klein dorp met een kerk een café, twee molens en een fierljepbaan. Nog geen half jaar na de geboorte van Scheringa verlaat de familie het dorp. Vader Willem Scheringa en moeder Antje Bruining, die een jaar eerder zijn getrouwd, verhuizen naar het dorp Feanwalden (Veenwouden). In het Friese plaatsje, waar op dat moment nog een 1500 mensen wonen, kan vader Scheringa tweede kaasmaker worden bij een zuivelbedrijf. Het is een kans hoger op de carrièreladder te komen die Scheringa met beide handen aanpakt. In de tijd dat Dirk nog thuis woont, verhuist de familie Scheringa na Veenwouden nog naar de Wilp, Wolvega en Oudwoude. Het is een jeugd in een doorsnee arbeidersgezin. Behalve Dirk krijgen Willem Scheringa en Antje Bruining nog twee dochters: Gepke en Ineke. Ze moesten voor hun zelf zorgen. Scheringa noemt zijn vader later een harde werker die vooruit probeerde te komen. Via een aantal tussen stappen schopt Willem Scheringa het uiteindelijk tot chef-kaasmaker in de zuivel fabriek Huisternoord in Oudwoude. Hij kreeg steeds meer bewondering krijgt voor de manier waarop zijn vader de zaken aanpakte. Alleen vond hij niet dat hij zoveel had moeten verhuizen, het is niet bevorderlijk voor je sociale contacten. Daardoor heeft hij besloten dat hij met zijn eigen vrouw en kinderen in hetzelfde dorp blijven wonen, Spanbroek. En niet aldoor verhuizen zoals in zijn jeugd. Tussen alle ontrust door is er een zeer constante factor in de jeugd van Dirk: de kerk. Hij groeit op in een gereformeerd nest. Waar de familie ook woont, de kerk wordt elke zondag trouw bezocht. Later zal hij zijn geloof noemen als een van de redenen om voetbalclub AZ van de ondergang te redden. In 1963, op zijn dertiende, begint Scheringa aan de mulo in Wolvega. Hij is nog niet zo lang bezig als hij naast school een lucratief bijbaantje vindt: het verkopen van tijdschriften aan de deur. In de buurt brengt hij kranten rond en probeert ook bladen als margriet en Donald Duck te slijten. De inkomsten zijn zeer welkom, want tot zijn vijftiende moet Scheringa het redden zonder zakgeld. Soms wilden mensen de blaadjes niet kopen en vonden de prijs van 1.25 gulden te hoog. Vaak haalde hij ze dan toch te kopen voor bijvoorbeeld 1.10 gulden. Dan haalde hij toch nog een leuke winst op een inkoopprijs van 1 gulden. Blijkbaar had hij het toen al in de vingers want dat leverde hem in die periode al de titel van beste verkoper van Friesland op. Voor de zaterdagen regelt hij nog een bijbaantje voor zichzelf. In Oldeholtpade gaat hij voor de bakker met de broodkar rond. Op school gaat het ondertussen niet zo best. Voor rekenen haalt hij 9’ens maar met de andere vakken gaat het een stuk minder goed. Wanneer hij bij de firma Boll en Scharp in Wolvega nog een baantje heeft geregeld waarbij hij stoelen in de was en beits moet zetten, worden de prestaties op school steeds minder. Na 2 jaar moet hij van de Mulo af. Omdat het rekenen hem zo goed afgaat, raadt een leraar hem aan naar de detailhandelsschool in Leeuwarden te gaan. Dirk zelf ziet dat wel zitten , maar voor zijn ouders zijn de reiskosten een probleem. Het enige wat er voor Dirk op zit is werken. In Kollum vindt hij aan de Voorstraat een baan als leerling-handzetter bij drukkerij Banda, die ander meer de Kollummer courant drukt. Een dag per week gaat hij naar de grafische school in Groningen. Het werk achter de bok bij Banda op de overige dagen is zwaar en de verdiensten zijn niet om blij van te worden. Het duurt niet lang voordat hij beseft dat hij bij Banda niet snel hogerop zal komen. Wanneer hij een carrière wilt opbouwen dan moet hij niet alleen gaan werken, maar ook gaan studeren. Met passie en het doorzettingsvermogen stort hij zich in de avonduren op een middenstandsdiploma en een diploma boekhouden. Op zijn zeventiende is hij nog steeds druk bezig met zijn avondstudies en werkt hij nog steeds als leerling-handzetter in de drukkerij. Toen ontmoette hij Baukje de Vries. Hij komt haar tegen in Damwoude in de straat waar het café van het dorp is gevestigd. Baukje die een jaar jonger is dan Dirk, is op dat moment leerling ziekenverzorgster. De jaren die volgen zijn drukke tijden voor Scheringa. Hij vindt een nieuwe baan als boekhouder op accountantskantoor Germs, waar hij belastingspapieren invult. Johan Adema leert hem er het vak. Naast zijn werk brengt hij veel tijd door met Baukje, die inmiddels bejaarden verzorgt, in de avonduren is er tijd voor allerhande cursussen. Hij is lid geworden van de jongerenvereniging van het CNV, actief lid van de ARP en secretaris van de vakvereniging Friesland. Het is een periode waarvan hij veel opsteekt. Dat hij in die periode veel heeft geleerd merkt Scheringa eigenlijk pas echt goed als hij in 1970 in militaire dienst gaat. Hij komt terecht in een peloton met artsen, sociologen, juristen en jongens van technische hogescholen. Wanneer hij het leger verlaat, gaat hij voor een korte tijd terug naar accountantsbureau Germs, maar al snel besluit hij dat hij bij de politie wil. Daar verdient hij meer dan op kantoor, en hij meldt zich aan bij de gemeentepolitie in Amsterdam. Hij word aangenomen, maar als hij kenbaar maakt dat hij terug naar Friesland wilt mag hij zijn spullen pakken. Voor Scheringa is het een teleurstelling en gaat solliciteren bij de rijkspolitie. Voordat hij de straat op mag, moet hij eerst naar de politieschool in Apeldoorn. En slaagt me vlag en wimpel voor de politieschool. Hij zit bij de 10 besten van de 259 jongens die aan de opleiding zijn begonnen. Op 16 november trouwt Scheringa met Baukje. Ze zijn dan al bijna 6 jaar samen, hij is 23 en zij 22. De trouwerij vindt plaats op het Friese landgoed Rinsma State in Driesum. Later werd hij lid van de junior kamer in Friesland. Daar leerde hij interviews doen, samenwerken en body language. In 1974 gaat hij in Opmeer met Baukje wonen.
in 1983 krijgen Dirk en Baukje hun eerste zoon, Willem Dirk Scheringa. En 5 jaar later hun tweede zoon Harry Rienk Scheringa. Toeval of niet: maar de Britse kroonprins Charles en Lady Di geven hun zonen deze voornamen.




2. De opkomst van de DSB

Het begon met Dirk Scheringa in de jaren zeventig. Hij was al 5 jaar agent totdat hij getuige was van een zwaar auto-ongeluk in zijn woonplaats het West-Friese Spanbroek, waar een gezin met 2 kinderen bij betrokken is. De vader en moeder die overlijden bij dit tragische ongeluk. Het is de zoveelste dodelijke aanrijding waar Scheringa door zijn politiewerk bij betrokken is en dit was zijn wake-up call. Ook zijn vrouw Baukje Scheringa- de Vries, die als verpleegster werkte is aan het lijden, waar ze als verpleegster dagelijks mee geconfronteerd wordt, meer dan beu. Ze nemen beiden ontslagen, en richten in 1975 het Buro Frisia op en beginnen hun kantoortje in een verbouwde slaapkamer in hun huis.
Toen hij bij de politie werkte vulde hij zijn vrije tijd de aangiftes in voor collega’s buren en familie dat deed hij blijkbaar nogal goed. Daarna rekende hij 30 gulden per belastingaangifte. Zijn klanten hadden het er nog steeds graag voor over. Ze kregen vaak veel geld terug. Daarna gaat Scheringa ijverig te werk, en haalde het ene na het andere diploma zoals : handel kennis, assurantiën en makelaardij. Die had hij nodig voor zijn werkzaamheden. Frisia groeit als kool in 1980 doet Scheringa zijn eerste overname, hij koopt een plaatsgenoot die bemiddelt in persoonlijke leningen. En zo volgde er nog tientallen namen zoals Becam, Roona, Moonen, Nationale Geldservice, Postkrediet.
Een slimme zet van hem was om in 1991 de Frisia Voorschotbank op te richten, dat zijn geen echte banken zij mogen alleen geld uitlenen dat ze zelf binnenhalen, en niet zoals echte banken, geld uitlenen die ze niet hebben. Tegen het einde van de twintigste eeuw begon het al een goed lopende zaak te worden, net als andere, vaak aan een regio gebonden merken. Met scherpe tarieven en een nieuw bedrijfsmodel weet Frisia tienduizenden klanten leningen en verzekeringen te verkopen. De generatie die de spaarzame wederopbouw die alleen goederen kocht die contant konden worden betaald, maakt plaats voor de babyboomers die alles meteen willen hebben. De Nederlander vindt geld lenen steeds gewoner. ‘’ waarom 5 jaar wachten op een nieuwe auto als die morgen voor de deur kan staan’’. De grotere banken maken eerst een werkgroep, stellen een plan samen, vergaderen een jaar en voeren uiteindelijk het product in. Frisia doen daar iets korter over ze ontwikkelen in vier weken tijd een product en brengen het op de markt. Met een paar kantoren verspreid over het land en een advertentie bombardement kan hij overal leningen sluiten. Frisia en later andere bedrijfjes van Scheringa adverteren zich te pletter. De aanpak van Scheringa verschilt hemelsbreed van die van traditionele banken. Die adverteren zelden voor leningen. Ze zijn gewend dat de klant toch wel langs komt. Bovendien concurreren de banken nauwelijks met elkaar voor snel geld. Terwijl Scheringa een voordeel bied boven de andere banken uit. Lenen kan snel en discreet bij Frisia en de andere labels. Scheringa werkt anders dan de gemiddelde Rabobank of de verzekeringsagent op de hoek van de straat. Als Frisia het stadium van de verbouwde slaapkamer is ontgroeid, vestigt hij het kantoor in spanbroek naast het gemeentehuis. Hij blijft 10 jaar vanuit dit kantoor werken, totdat hij in maart 1990 als nieuw onderkomen het oude Sint Agnesklooster van de franciscanessen in het 5 km verderop gelegen dorp Wognum koopt. En 5 jaar later koopt hij ook het voormalige café Hendriks aan de overkant van de Kerkstraat in Wognum erbij. Dat wordt het nieuwe opleidingscentrum voor Frisia en later DSB. Scheringa houdt alles in eigen hand want hij heeft weinig vertrouwen in externe toeleveranciers. In de loop der jaren koopt hij niet alleen allerlei kredietbemiddelaars. Hij richt ook allemaal bedrijfjes op die deze kredietverkopers ondersteunen. Hij heeft een eigen drukkerij, een opleidingscentrum, een bouwbedrijf, een reclamebureau en een softwarebouwer. In 1993 stapt het echtpaar Scheringa welbewust in de schijnwerpers. Frisia Financieringen is door elf overnamen enorm gegroeid. De omzet is 1 miljard gulden en er werken al 230 mensen. Toen was hij al een rijk man, maar een op de tien leningen in Nederland wordt afgesloten bij Frisia of een van de andere merken van Scheringa. Frisia dat al shirtsponsor is van AZ, is toe aan een nieuwe stap het bedrijf en hij wordt hoofdsponsor van de Alkmaarse voetbalploeg. De boekhouding de marketing en de automatisering van AZ verhuizen van Alkmaar naar het klooster in Wognum. Scheringa bemoeit zich met alles: van de openingstijden van de AZ-winkel tot de benoeming van de trainer. Door deze stap te nemen gaat het gepaard met een hoop publiciteit. In 1997 doopt Scheringa Frisia om tot DSB (Dirk Scheringa Beheer)
2.1 Beurs

In april 2000 trommelt Scheringa de financiële pers op. Scheringa heeft een zaaltje gehuurd in The Grand, het tot hotel omgebouwde stadshuis van Amsterdam. Scheringa is vooral bekend van de sportpagina’s maar op de financiële pagina’s van de kranten is zijn bedrijf nog zelden geportretteerd. De financiële journalisten schrijven alleen over DSB in rubrieken waar klachten van consumenten worden behandeld. Dat vind Scheringa zeer onterecht en nu zou hij als beursfonds echt meetellen. Daarnaast kan Scheringa zeer veel verdienen aan de beurs, hij wil dat gaan gebruiken om overnames nog sneller te laten uitbreiden. De andere helft van de winst wil hij besteden aan het Scheringa museum voor realistische kunst en aan ontwikkelingswerk in Ethiopië. Een bezoek aan Afrika eerder dat jaar heeft zijn ogen geopend.
Er komt voor ruim 800 miljoen gulden aan aandelen beschikbaar, waarvan een deel naar de Scheringa zelf vloeit. Van de aandelen houdt hij zelf als eigenaar 67 procent. Hij stelt 2 procent voor het personeel beschikbaar en geeft de overige 31 procent uit handen. Door deze constructie kan Scheringa niet door de raad van Commissarissen afgezet of bijgestuurd worden. Want hij heeft graag de touwtjes zelf in handen.
Vlak voor de geplande beursgang blaast Scheringa het hele spektakel plotseling af. Hij noemt het dan nog een uitstel, maar hij doet daarna nooit meer een poging een notering op het damrak te krijgen. De officiële reden van deze onverwachte nachtelijke wending is gebrek aan belangstelling van particuliere beleggers. De beursgang was twee keer overtekend, maar slechts 15 procent van de vraag kwam van particulieren. Scheringa streefde naar 40 procent. Scheringa heeft toegegeven dat er meer speelde maar de echte reden zegt hij niet. Het idee dat hij ondanks al zijn voorzorgen een stukje macht zou inleveren, heeft meegespeeld. Maar de mislukte beursgang stuit de opmars niet. Scheringa koopt later in 2000 een paar bankonderdelen van Achmea en commissionairsbedrijf Schut. Dit levert hem nog geen bankvergunning op, maar stelt DSB wel in staat spaar- en beleggingsproducten op de markt te brengen. Dit is een eerste stap om minder afhankelijk te worden van andere banken. Zelf geld aantrekken en uitlenen is lucratiever dan het eerst zelf bij een bank moeten lenen. Sinds 1997verkoopt DSB ook pakketten hypotheken door aan andere partijen. Hierdoor maakt het mogelijk meer uit te lenen in verhouding tot het eigen vermogen. De hypotheken verdwijnen immers van de balans. Hierdoor hoeft DSB minder eigenvermogen achter de hand te houden. Dit is helaas een van de oorzaken van de kredietcrisis.
2.2 Eigen vermogen
Scheringa vind een alternatieve manier om eigen vermogen aan te trekken. Hij introduceert in 2001 om deposito’s 7 procent rente te geven. Dat is twee keer zoveel als op gewone een spaarrekening. Het enige nadeel van deze producten is dat de bezitters in geval van een faillissement hun geld pas terugkrijgen als alle andere schuldeisers zijn tevredengesteld. In die tijd kan vrijwel niemand zich voorstellen dat een bank die onder toezicht van de DNB failliet kan gaan. Probleemloos haalt hij hiermee 200 miljoen euro binnen.
Het kantoor in het oude klooster in Wognum is te klein geworden voor DSB. In 2002 neemt hij het architectenbureau Alberts & Van Huut in de hand, dat een nieuw kantoor mag ontwerpen. Dit duo is onder meer bekend van het hoofdkantoor van de NMB bank ( later ING) in Amsterdam-Zuidoost uit 1987. Het nieuwe hoofdkantoor van DSB moet een vergelijkbaar gebouw worden met veel baksteen en antroposofische vormen. Rechte hoeken zijn taboe. Scheringa geeft de voorkeur aan een plek in zijn eigen gemeente Spanbroek. Maar daar is de grond te duur. En ook is spanbroek moeilijker bereikbaar. De gemeente Medemblik, waaronder Wognum valt, ontwikkelt een nieuw bedrijventerrein langs de A7. Hier verrijst een enorm complex voor meer dan duizend werknemers. In navolging van het klooster waar DSB zat, heet de linkervleugel Citadel, de rechtervleugel Basiliek en het middengebouw Kathedraal. Daar zetelt Dirk Scheringa zich.


Afbeelding 4

3. Hypotheken

Een hypotheek is een zekerheid die tegenover een lening staat. Een zogenaamde hypothecaire lening noem je dat. Je leent geld om een huis te kopen of een ander onroerend goed, dat noem je een hypotheek. Iemand die een huis koopt is een hypotheek gever, en de bank is de hypotheek nemer en ook de geld gever. De bank wil graag geld uitlenen want de bank krijgt er rente voor. Maar voordat je kunt lenen wilt de bank wel zien dat je bepaalde inkomsten hebt, en hoe meer inkomsten je hebt hoe meer je kan lenen. Dus je huis is je zekerheid voor wat je kunt betalen. Maar als je de hypotheek niet meer kan betalen heb je het huis als onderpand, en die moet je dan verkopen zo dat je de hypotheekkan afbetalen,ook als is dat niet het doel van de bank. Je leent geld en je betaald rente, dat je ook moet aflossen dat kan door dat je afspreekt hoeveel je aflost. Zo kan je op verschillende manieren aflossen.

Lineaire hypotheek:

Bij een lineaire hypotheek wordt de lening gelijkmatig afgelost, De verschuldigde rente wordt berekend over het nog openstaande saldo van het geleende bedrag, de totale lasten dus de rente en de aflossing zijn aan het begin van de looptijd nog hoog, dus wordt er veel rente betaald. Omdat de hoofdsom langzaamaan wordt afgelost,hoeft er steeds minder rente betaald worden. Een lineaire hypotheek is geschikt voor mensen die hun maandlasten willen zien nog openstaande saldo van het geleende bedrag, de totale lasten dus de rente en de aflossing zijn

aan het begin van de looptijd nog hoog. Want de hoofdsom is dan nog hoog, dus wordt er veel rente betaald. Omdat de hoofdsom langzaamaan wordt afgelost, hoeft er steeds minder rente betaald te worden. Een lineaire hypotheek is geschikt voor mensen die hun maandlasten willen zien afnemen.

Annuïteitenhypotheek:

Een annuïteitenhypotheek is een hypotheek waarbij je elke maand het zelfde bedrag aflost, dit bedrag blijft de gehele aflossing gelijk. Alleen in het begin betaal je veel rente en los je weinig af terwijl dat later omgekeerd is. En aan het einde van de looptijd is de hele hypotheeklening terugbetaald. Het voordeel van een annuïteit lening is dat je 30 jaar weet hoeveel je maandelijks moet betalen, en het voordeel van een lineaire aflossing is dat je elk jaar minder betaald, alleen begin je met een hoger bedrag maar later zijn je lasten lager. Uiteindelijk betaal je evenveel bij beide leningen.

Spaarhypotheek:

Een spaarhypotheek bestaat uit twee delen: een hypothecaire lening en een spaarverzekering. Iemand die een spaarhypotheek heeft, betaalt twee rekeningen: een voor de lening, deze rekening bestaat alleen uit rente. En een voor de spaarrekening, op die rekening wordt een kapitaal opgebouwd. Een spaarhypotheek is een aflossingsvrije hypotheek
(Daarbij betaal je alleen de hypotheekrente, het is een levenslange hypotheek tenzij je aflost door het verkopen van je woning) Met het geld op de spaarrekening wordt uiteindelijk de hypotheek in een keer afgelost. Dit is een gegarandeerd bedrag dat bij elkaar gespaard wordt. Hetzelfde bedrag is ook gegarandeerd bij overlijden, omdat een deel van de premie besteed wordt aan een risico verzekering.

Beleggingshypotheek:

Een alternatief is een beleggingshypotheek, dat gaat hetzelfde als bij een spaarhypotheek. Je betaalt maandelijks rente over het geleende bedrag, maar lost niets af. Je leent een bedrag dat je aan het eind van de looptijd aflost, doormiddel van de waarde uit de beleggingsverzekering. Deze hypotheek bestaat dus uit twee delen. Tijdens de looptijd wordt er een rente
betaald over de volledige lening. Daarnaast wordt er een premie betaald die wordt gebruikt voor de afdekking bij overlijden(risico verzekering} en de opbouw van het kapitaal. Met dit kapitaal betaal je aan het einde van de looptijd de hypotheek.


Variabel of vaste rente

De manieren om af te lossen kan met een variabelen of vaste rente, als vergoeding voor een lening betaal je rente. De rente is afhankelijk van de renteontwikkeling op de markt. Rentevast periodes variëren van 5jaar t/m ongeveer 20 jaar. Hoe langer je de rente vast laat zetten, hoe hoger de rente wordt. Als je rentevast aflossing neemt, heb je een vast bedrag wat je betaald aan rente voor een afgesproken periode. Met variabel rente weet je van te voren niet wat je per maand betaald, de rente kan lager, maar ook hoger worden dan de rente die je anders als vaste rente zou moeten betalen, je hebt geen zekerheid.


Verzekeringen:

Als je bij de DSB een hypotheek had moest je ook premies betalen voor een verzekering of polis. Een polis is het bewijs voor de verzekering. Je kon bijvoorbeeld een verzekering voor overlijdensrisico nemen. Deze verzekering betaald een bedrag uit waarmee de hypotheek kan worden afgelost als je overlijdt. Een arbeidsongeschiktheidsverzekering werd ook vaak bij de hypotheek verkocht. Deze verzekering zorgt voor dat de hypotheek wordt doorbetaald als je arbeidsongeschikt raakt (niet meer kunt werken).
Bij de DSB hadden ze woekerpolissen, woekeren betekend wildgroei, dat houdt in dat ze de polissen maar opstapelen. De premie die je betaald wordt in een keer vooruit betaald (koopsompolissen). Daarvoor neem je een lening, daar betaal je weer rente over, waar door je lasten toenemen. Zo kan je weer klem komen te zitten doordat je de lening niet kunt betalen. De bank gaf zichzelf zekerheid, doordat de bank de verzekeringen financierde met leningen (van dochterbedrijven). De bank verdiende vervolgens zowel aan de lening als aan de verzekering.


3.1 Gedupeerden
De DSB klanten komen in problemen wanneer de rente stijgt. De maandlasten worden onbetaalbaar want ze hebben een veelte hoge hypotheek gekregen door koopsommen en persoonlijke leningen.
Het feit dat DSB de gedupeerden verkeerd heeft voorgelicht en zo hun heeft besodemietert is schandalig, doordat een adviseur verteld dat je lage maandlasten krijgt als je die hypotheek neemt. Gaan de mensen daar geld lenen en uiteindelijk blijkt dat ze een gigantische schuld hebben. Hun huis moet in veel gevallen verkocht worden en dan blijven ze nog met een enorme restschuld zitten. Waar ze hun hele leven niet meer vanaf komen. En dat is absoluut niet hun eigen schuld omdat de adviseur hun verkeerd heeft voorgelicht.
85% van die koopsompolissen dat zijn geen kosten van de koopsom maar dat zijn vergoedingen van de DSB bank. De DSB bank verteld dat niet tegen zijn klanten, de DSB verteld alleen de eindprijs en dat is in dit geval 50.000 maar dat ze zelf daarvan 45.000 opstrijken dat weet niemand. De prijs van de koopsom had dus gewoon 5.000 moeten zijn en niet 50.000 dus er is ergens 45.000 blijven hangen. En dat is bij de DSB.
De DSB presenteert zich als een bank, maar op hun bancaire activiteiten maken ze eigenlijk geen winst. Ze verdienen hun geld met het afromen van al die koopsompolissen daar krijgen ze enorme provisies van, en met die provisies maken ze enorme winst.
Voorbeelden van gedupeerden:
Familie Brammer uit Schagen kunnen hun hypotheek niet meer betalen, de taxateur kwam op een verkoopwaarde van 210.000 en een executie waarde van 180.000 dat is het bedrag waarop de bank hun hypotheken op baseert. Terwijl de hypotheek van deze mensen € 331.000 is. De familie Brammer kwam bij de DSB bank doordat ze een advertentie op de televisie zagen dat je daar een hele lage rente had, van 1,9% en daar zijn deze mensen ingetuind. Want zo kwamen ze op een hypotheek van per maand € 800 euro en nu zitten ze zelfs op een bedrag van € 1300 per maand, zonder dat ze in de gaten hebben gehad wat er is gebeurd. In de hypotheek van de familie Brammer zit een enorm bedrag aan koopsompolissen, zoals arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, WA verzekeringen, overlijden en risico verzekeringen. En dat is in totaal iets van 43.000 euro en dat word in de hypotheek meegenomen, zo is de hypotheek op € 331.000 gekomen. En nu betaald deze familie de koopsompolissen in de hypotheek, en nog 30 jaar rente.
Eric Zijlstra sloot in 2004 zijn Postbank hypotheek af van € 186.000 over bij de DSB bank, vanwege lagere maandlasten. Hij financierde een persoonlijke lening mee en kon bij de DSB bank tot € 280.000 gaan. Inmiddels kan mr. Zijlstra zijn hoogopgelopen maandlasten niet meer betalen. Volgens de taxateur is de werkelijke waarde van zijn huis € 143.000 en een executie waarde van € 110.000 bij gedwongen verkoop blijft mr. Zijlstra dus achter met een restschuld van € 170.000.



De familie Schneider in zaandam, is een jong gezin en aan het begin van hun carrière. Deze familie kunnen de hypotheek ook niet meer opbrengen. Hun huis staat nu al te koop. Hun huis zou verkocht kunnen worden voor € 250.000 en de executie verkoop is € 215.000 terwijl de hypotheek € 389.000 is. Als deze mensen het huis verkopen blijven ze zitten met een rest schuld van € 139.000 en dat kunnen ze dus nooit meer afbetalen. De koopsompolissen zijn belachelijk hoog en ze snappen er zelf ook niets van. Want door de koopsompolissen dat maakt het bedrag alles in een keer zo hoog. De hypotheek adviseur heeft er niet over gesproken, alleen dat je de koopsompolissen bij de hypotheek kreeg en voor de rest helemaal niks, dat was ook niet op papier gezet. Toen ze bij de notaris met een nieuwe hypotheek van de DSB bank zaten stond het nergens dat de hypotheek € 389.000 was. Ze konden nergens aan zien dat ze onwijs omhoog waren gegaan met hun hypotheek en kwamen er pas achter toen de polissen na 3 maanden binnen kwamen. Daarna hebben ze gebeld om te annuleren maar dat kon niet meer. Ze komen er niet meer uit en zijn er al bijna 4 jaar mee bezig, met bellen etc. en ze weten niet meer wat ze kunnen doen.

4. Het verloop van de ondergang van de DSB bank
In het begin van 2009 was Dirk Scheringa uitgenodigd voor diverse tv-programma’s zoals Radar en Nova. Hun besteedde veel aandacht aan de hoge hypotheeklasten van de klanten van DSB. Dat zorgt al een beetje voor oproer. Maar in mei 2009 treedt Frank de Grave af als financieel directeur. Volgens het persbericht van DSB was er sprake van een 'onvoldoende match' in de persoonlijke verhoudingen tussen de Grave en de rest van het bestuur. DSB wou geen verdere toelichting geven. Maar later wordt beweerd dat hij ontslagen is door Scheringa, omdat hij kritiek zou hebben op de manier waarop de DSB bank de andere bv's financierde. De Autoriteit Financiële Markten (AFM)zegt in dezelfde maand dat DSB onzorgvuldig is geweest bij de verstrekking van hypotheken, er volgt een boete van 120.000 euro.
Daardoor worden klanten al een beetje achterdochtig en vertrouwen het niet helemaal. Eind september in het tv-programma Nova komen oud werknemers aan bod die een boekje open doen over de verkooppraktijken bij DSB.
Ze vertellen dat hun doel was om zoveel mogelijk overbodige koopsompolissen te verkopen bij leningen. Dan op de ochtend van 1 oktober, doet Pieter Lakeman in het tv-programma Goedemorgen Nederland een oproep aan de spaarders van DSB om hun tegoeden weg te halen bij DSB, om zo de bank failliet te laten gaan wat volgens hem meer mogelijkheden voor gedupeerden gaat bieden om hun geld weer terug te krijgen. Klanten van DSB die op dat moment proberen geld weg te halen treffen een platgelegde website aan. Twee dagen later is de website is weer in de lucht, mensen kunnen weer bij hun geld. Wel heeft de site vertraging. Scheringa biedt zijn excuses aan de klanten van DSB. Op 5 oktober tijdens een live uitzending van tv-programma Radar zouden DSB Bank en Steunfonds Probleemhypotheken een akkoord tekenen om individuele gedupeerden tegemoet te komen. DSB kwam op het laatste moment toch niet opdagen. Maar op 8 oktober wordt het akkoord toch door partijen getekend. Op12 oktober heeft de DSB Bank uitstel van betaling gekregen. Toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) heeft daarom gevraagd omdat „een grote uitstroom van liquiditeiten , die het voortbestaan van DSB in gevaar bracht”. Eigenaar Dirk Scheringa zegt dat het ministerie van Financiën schuldig is aan de vanochtend vroeg ontstane run op de bank. Volgens Schering hebben ambtenaren informatie laten uitlekken aan de media dat een noodregeling nabij was. Maar volgens Wellink heeft de oproep van Pieter Lakeman, om DSB failliet te laten gaan de uitstroom van liquiditeiten uit de DSB-bank sterk versneld; dat heeft volgens Wellink de belangen van de bank meer getroffen dan het uitlekken van informatie van die nacht. Die ochtend stelde de rechtbank de zogeheten noodregeling in. De Amsterdamse advocaat Rutger Schimmelpenninck en oud ABN Amro-bestuurder Joost Kuiper zijn tot bewindvoerders benoemd. Volgens een woordvoerder van DSB had de Amsterdamse rechtbank een verzoek tot het instellen van een noodregeling afgelopen nacht nog afgewezen, omdat de bank had kunnen aantonen nog te beschikken over voldoende liquide middelen. De rechtbank stelde de noodregeling alsnog in, omdat klanten massaal geld begonnen weg te halen. Omdat de DSB nu niet langer aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen. Rekeninghouders kunnen voorlopig niet bij hun geld komen. DSB is in acute problemen gekomen doordat klanten de afgelopen twee weken massaal spaartegoeden opnamen.

Onder regie van DNB heeft DSB het afgelopen weekend geprobeerd een doorstart te maken met behulp van een consortium van vijf banken, om een faillissement te voorkomen. Onderhandelingen met ABN Amro, ING, Fortis, SNS en Rabobank mislukten omdat de banken de risico’s van claims van gedupeerde hypotheekklanten van DSB te hoog vonden. Ook zouden ze vrezen voor mogelijke verliezen op verstrekte kredieten. De besprekingen bij DNB in Amsterdam duurden tot diep in de nacht. Maar op13 oktober hadden de bewindvoerders van DSB Bank de Amsterdamse vermogensbeheerder All Capital afgewezen als kandidaat voor een overname van de bank van Dirk Scheringa.
14 oktober Faillissement DSB wordt aangevraagd in een speciale zitting bij de rechtbank van Amsterdam. Maar volgende dag verzet de DSB eigenaar Dirk Scheringa zich tegen het aangevraagde faillissement. De rechter geeft Scheringa tot vrijdag 12.00 uur de tijd om een overnamekandidaat te vinden. DSB en de bewindvoerders krijgen tot morgen vrijdag 16 oktober 12.00 uur de tijd voor overleg met de 5 grote banken. Als er geen kans is op een overname dan volgt faillissement. Laat in de avond loopt het overleg met de 5 banken op niets uit. Scheringa meldt de pers dat een redding door de 5 banken van de baan is.
16 oktober zijn er positieve geruchten voor Scheringa over een Amerikaanse partij die nog belangstelling zou hebben. Het personeel van DSB verzameld zich in Wognum waar ze met Scheringa de deadline afwachten. Met de raad van bestuur van DSB, de bewindvoerders en afgevaardigden van de Nederlandse bank gaan ze de rechtszaak aan. Rond 7 uur s’avonds komt Scheringa de rechtbank uit. En meld dat ze uitstel hebben tot maandag. Maar op 17 oktober is al duidelijk dat de overname door de Amerikaanse partij van de baan is. DSB werkt aan een plan B dat morgen aan de rechter zal worden gepresenteerd. Maar Wouter Bos wilt de 100 miljoen steun, die Scheringa nodig heeft, niet verlenen aan de DSB. En zo word er op 18 oktober 2009 het faillissement uitgesproken.

Conclusie
De conclusie uit al deze deelvragen is natuurlijk dat de DSB bank niet goed heeft gehandeld, door mensen te belazeren met te hoge hypotheken.

En daardoor is Scheringa de laatste maanden niet al te positief op de TV en in het nieuws is afgeschilderd.
Ook doordat er betrouwbare informatie was uitgelekt, en doordat Lakerman op tv heeft geroepen dat alle mensen hun geld van de DSB bank moesten halen, is de bank zoveel geld kwijtgeraakt dat ze failliet zijn gegaan.
Andere banken wouden de DSB bank ook niet overnemen, zodat hij een doorstart kon maken omdat ze de risico’s van de gedupeerden te hoog vonden.
Dus is het nu een feit dat de DSB bank failliet is,en dat mensen maar tot €100.000 van hun spaargeld terug krijgen. Dat is natuurlijk erg sneu voor de mensen die heel veel spaargeld op de DSB hadden staan. Ook is het vervelend voor de klanten van de DSB want ze kunnen gewoon heel lang niet bij hun spaargeld, terwijl ze gewoon nog hun maandelijkse kosten hebben.
Ik vind het jammer dat zo iemand als Scheringa, door zijn grootheids waanzin zoveel mensen heeft getroffen. En dat hij dat gewoon heeft laten gebeuren, maar ook dat het zo heeft kunnen gebeuren.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.